Regeling vervallen per 20-10-2006

Verordening Bestuurcommissie Onderzoeksbureau Cultuur, Welzijn en Zorg

Geldend van 09-04-2003 t/m 19-10-2006

Intitulé

Verordening Bestuurcommissie Onderzoeksbureau Cultuur, Welzijn en Zorg

Inhoud

Artikel 1, Taken

1.   De commissie is verantwoordelijk voor de uitvoering van beleidsgericht onderzoek op sociaal-wetenschappelijke basis. Zij doet dat op basis van een jaarlijks voorafgaande aan een begrotingsjaar door provinciale staten van Drenthe vast te stellen onderzoeksprogramma en door provinciale staten (PS) te verstrekken aanvullende opdrachten.

2.   De commissie kan slechts opdrachten uitvoeren voor externe opdrachtgevers indien daarbij sprake is van volledige aanvullende financiering. Voor het aanvaarden van opdrachten van derden is de toestemming van provinciale staten vereist.

3.   De commissie kan voor de uitvoering van haar taak permanent een beroep doen op een formatie van onderzoekers als bedoeld in artikel 10.

4.   De commissie bewaakt de kwaliteit van het in het eerste lid genoemde onderzoek, in het bijzonder voor wat betreft de objectiviteit van onderzoek en de beleids- en maatschappelijke relevantie.

Artikel 2, Samenstelling

1.   De commissie bestaat uit een oneven aantal van ten minste 3 en ten hoogste 5 leden, deskundig op het taakveld van de commissie.

2.   Leden van gedeputeerde staten (GS) worden in de gelegenheid gesteld schriftelijk op conceptrapportages te reageren, voor zover deze hun portefeuille regarderen, alvorens deze in de commissie worden behandeld.

3.   De leden van de commissie worden benoemd door PS.

4.   Aan de commissie wordt een ambtelijk secretaris toegevoegd.

Artikel 3, Onverenigbaarheid betrekkingen en functies

Lid van de commissie kunnen niet zijn:

-     ambtenaren, door of vanwege het provinciaal bestuur aangesteld of daaraan ondergeschikt;

-     leden van PS;

-     leden van GS;

-     bestuursleden en werknemers van door de provincie Drenthe gesubsidieerde instellingen of organisaties op het gebied van cultuur, welzijn en zorg.

Artikel 4, Presentiegeld

De leden van de commissie ontvangen voor het bijwonen van vergaderingen van de commissie vacatiegelden, alsmede een vergoeding van reis  en verblijfkosten, berekend overeenkomstig de Verordening geldelijke voorzieningen staten- en commissieleden van de provincie Drenthe.

Artikel 5, Zittingsduur

1.   De leden van de commissie worden benoemd voor een tijdvak gelijk aan de zittingsduur van PS en zijn terstond herbenoembaar.

2.   De zittingstijd van het lid, dat ter vervulling van een tussentijds opengevallen plaats is benoemd, eindigt op het tijdstip waarop de zittingsduur van het lid, in wiens plaats het werd benoemd, zou eindigen.

3.   Het lidmaatschap van de commissie eindigt door:

-     het aflopen van de zittingsperiode;

-     ontslag door PS;

-     aftreden;

-     overlijden;

-     het aanvaarden van een in artikel 3 bedoelde betrekking of functie;

-     ondercuratelestelling;

-     onherroepelijke veroordeling wegens een delict waarop de wet als sanctie tijdelijke ontzetting uit het kiesrecht stelt.

Artikel 6, Taken voorzitter

1.   De commissie kiest uit haar midden een voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter.

2.   De (plaatsvervangend) voorzitter is belast met de leiding van de dagelijkse werkzaamheden van de commissie.

3.   De (plaatsvervangend) voorzitter is belast met de technische voorbereiding van al hetgeen in de commissie ter overweging en beslissing moet worden gebracht en met de uitvoering en (zo nodig) openbaarmaking van de besluiten van de commissie.

4.   De (plaatsvervangend) voorzitter wordt hierin bijgestaan door de secretaris, bedoeld in artikel 2, vierde lid.

Artikel 7, Vergaderingen

1.   De commissie vergadert ten minste driemaal per jaar en verder zo vaak als de (plaatsvervangend) voorzitter dit nodig acht of ten minste 2 leden van de commissie hun verlangen daartoe schriftelijk aan de voorzitter kenbaar maken, onder opgave van hetgeen zij behandeld wensen te zien. In dit laatste geval vindt de vergadering binnen 3 weken plaats.

2.   De vergaderingen van de commissie zijn niet openbaar.

3.   De (plaatsvervangend) voorzitter bepaalt dag en uur van de vergadering. Hij draagt zorg, spoedeisende gevallen uitgezonderd, dat de leden ten minste een week voor de vergadering schriftelijk worden opgeroepen. De te behandelen zaken worden zoveel mogelijk in de oproeping vermeld.

4.   De stukken, betrekking hebbend op de te behandelen onderwerpen, worden zoveel mogelijk tegelijk met de oproeping voor de vergadering aan de leden toegezonden.

Artikel 8, Quorum

1.   Een vergadering vindt geen doorgang, indien niet ten minste de helft van het aantal leden, onder wie in ieder geval de (plaatsvervangend) voorzitter, aanwezig is.

2.   Indien een vergadering om de in het vorige lid vermelde reden op het daarvoor bepaalde tijdstip niet kan worden gehouden, zal de (plaatsvervangend) voorzitter binnen 1 week de leden voor een volgende vergadering oproepen, welke vergadering dan binnen 3 weken daarna moet worden gehouden.

Artikel 9, Besluitvorming

1.   Alle besluiten worden met meerderheid van stemmen genomen.

2.   Indien de stemmen staken wordt het desbetreffende voorstel op dezelfde wijze opnieuw geagendeerd voor de volgende vergadering. Indien de stemmen opnieuw staken, wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.

3.   In de vergadering, bedoeld in artikel 8, tweede lid, kunnen besluiten worden genomen ongeacht het aantal aanwezige leden, doch alleen over onderwerpen, vermeld in de agenda van de oorspronkelijke vergadering.

Artikel 10, Beschikbare formatie

1.   De ondersteuning van de bestuurscommissie wordt verzorgd door een cluster van onderzoekers.

2.   De omvang van het cluster is gerelateerd aan het in artikel 11, eerste lid, genoemde onderzoeksprogramma. Het cluster maakt organisatorisch deel uit van de ambtelijke organisatie van de provincie Drenthe.

3.   De commissie is verantwoordelijk voor inhoud en de wetenschappelijke kwaliteit van de producten van het cluster.

4.   De commissie kan voor het cluster een onderzoeksstatuut vaststellen. Een onderzoeksstatuut behoeft de goedkeuring van PS.

Artikel 11, Onderzoeksprogrammering

1.   Jaarlijks vóór 1 november biedt de commissie aan PS een onderzoeksprogramma voor het komende jaar ter vaststelling aan.

2.   Het in het vorige lid bedoelde programma wordt, alvorens het ter vaststelling aan PS wordt aangeboden, om advies voorgelegd aan GS.

Artikel 12, Verantwoording

De commissie zendt jaarlijks vóór 1 juli aan PS een verantwoording van haar werkzaamheden over het afgelopen kalenderjaar.

Artikel 13, Imprévu

1.   In gevallen waarin deze regeling niet voorziet, wordt zoveel mogelijk beslist in overeenstemming met het bepaalde in het Reglement van orde voor de vergaderingen van PS en het Reglement op de commissies. Indien ook de reglementen niet in een oplossing voorzien, beslissen PS.

2.   In spoedeisende gevallen wordt een beslissing als bedoeld in het vorige lid genomen door de voorzitter van PS.

Artikel 14, Slotbepalingen

1.   Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking in het Provin-ciaal blad.

2.   Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening Bestuurscommissie OCWZ.

TOELICHTING OP DE VERORDENING BESTUURSCOMMISSIE ONDERZOEK CULTUUR, WELZIJN EN ZORG GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE

ALGEMEEN

Deze verordening regelt de instelling, de samenstelling en het functioneren van de commissie, maar regelt niets over de vertaling van onderzoeksresultaten in beleid. Binnen de kaderstelling van PS zullen GS zorg dragen voor de inbedding van onderzoek in beleid.

ARTIKELSGEWIJS

Artikel 1

-     Eerste lid

Voor de aard van het door de commissie te verrichten onderzoek verwezen zij naar statenstuk 955.

-Tweede lid

Er wordt uitgegaan van een situatie waarin de capaciteit van de in het derde lid bedoelde formatie van onderzoekers niet volledig is volgepland. Het is wenselijk de commissie een "vrije marge" te laten, waarbinnen kan worden ingespeeld op aanvullende onderzoeksopdrachten van PS, al dan niet op verzoek van GS. Indien de vrije marge in enig jaar niet (volledig) kan worden opgevuld, moet er ruimte zijn voor opdrachten van derden. Indien de commissie voor derden werkt, behoeft dit de goedkeuring van PS, om te waarborgen dat uit te voeren onderzoeksopdrachten passen binnen de door PS gestelde kaders.

Artikel 2

-     Tweede lid

Dit artikellid beoogt leden van gedeputeerde staten de mogelijkheid te geven om te reageren op onderzoeksrapportages, alvorens deze worden vastgesteld en openbaar gemaakt. De (vak)gedeputeerde wordt in de gelegenheid gesteld commentaar te leveren op onderzoek(sresultaten).

-     Derde lid

Het verdient aanbeveling voor de werving van leden van de commissie een openbare procedure te volgen (oproeping in regionale nieuws  en huis aan huis bladen) en voor de selectie van kandidaten een commissie uit PS te benoemen.

-     Vierde lid

Het ligt voor de hand dat de taak van ambtelijk secretaris wordt uitgeoefend door de coördinator van het onderzoeksbureau.

Artikel 5

-     Eerste lid

Teneinde continuïteit in het werk van de commissie te waarborgen en om binnen de commissie aanwezige deskundigheid te kunnen behouden is de bepaling opgenomen dat leden van de commissie terstond herbenoembaar zijn.

-     Derde lid

Dit artikellid somt limitatief de gevallen op waarin het lidmaatschap van de commissie eindigt.

Bij ontslag door GS moet worden gedacht aan ontslag wegens disfunctioneren van een commissielid in de brede zin van het woord. De procedure die leidt tot ontslag van een commissielid, moet met voldoende waarborgen omkleed zijn. Er zal ten minste sprake moeten zijn van hoor en wederhoor en van een "fair trial" en ook overigens zal een ontslagbesluit moeten voldoen aan de eisen die de wet stelt aan een besluit.

Artikel 6

-     Eerste lid

Om te voorkomen dat het voorzitterschap van de commissie onderwerp wordt van het "vrije spel der politieke krachten" bepaalt dit artikellid dat de commissie uit haar midden een voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter kiest. De voorzitter van de commissie wordt dus niet in persoon benoemd.

Artikel 7

-     Tweede lid

Omdat in de commissie conceptrapportages van uitgevoerd onderzoek aan de orde komen, is de bepaling opgenomen dat de vergaderingen van de commissie niet openbaar zijn. De resultaten van de besluitvorming in de commissie, dat wil zeggen de definitieve onderzoeksrapportages, zijn in beginsel openbaar. Op dit beginsel van openbaarheid zijn uitzonderingen mogelijk, in het bijzonder voor wat betreft aspecten ten aanzien waarvan de Wet openbaarheid van bestuur bepaalt dat vertrouwelijkheid van gegevens gewaarborgd dient te worden.

Artikel 10

-     Tweede lid

De inbedding - organisatorisch en hiërarchisch - van het cluster in de ambtelijke

organisatie van de provincie is een zaak waarover nog besluitvorming moet plaatsvinden. Het is aan PS om te besluiten het cluster onder te brengen in het organisatieonderdeel waarover zij zelf kunnen beschikken, te weten de statengriffie, dan wel om GS te verzoeken het cluster onder te brengen.

Artikel 11

De verordening sluit aan bij het traject dat is ingezet in de richting van dualisering van het provinciaal bestuur. PS stellen jaarlijks een onderzoeksprogramma vast. Teneinde GS in de gelegenheid te stellen om eigen wensen met betrekking tot uit te voeren onderzoek naar voren te brengen, wordt het onderzoeksprogramma, alvorens het door de commissie ter vaststelling aan PS wordt aangeboden, om advies voorgelegd aan GS.