Regeling vervallen per 10-05-2012

Huisvestingsverordening voor standplaaten van woonwagens

Geldend van 05-03-1999 t/m 09-05-2012

Intitulé

Huisvestingsverordening voor standplaaten van woonwagens

De raad van de gemeente Drimmelen;

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 15 februari 1999, nr.10, inzake de wenselijkheid om voor de toewijzing van de standplaatsen van woonwagens regels te stellen;

gelet op artikel 2 van de Huisvestigingswet en artikel 149 van de Gemeentewet,

BESLUIT

Vast te stellen de volgende:

Huisvestigingsverordening voor standplaatsen en woonwagens.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    standplaats: een standplaats als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel h van de Woningwet;

  • b.

    woonwagen: een woonwagen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel e van de Woningwet;

  • c.

    huisvestingsvergunning: een vergunning als bedoeld in artikel 7, eerste lid van de Huisvestingswet

Artikel 2 Toepassingsbereik

Deze verordening is van toepassing op de in de gemeente gerealiseerde en nog te realiseren standplaatsen en woonwagens.

Artikel 3 Verbodsbepaling

Het is verboden zonder vergunning van het college van burgemeester en wethouders een woonwagen een standplaats in gebruik te nemen of bezet te houden.

Artikel 4 Aanvragen van een vergunning

  • 1. Degene die in de gemeente een standplaats wil innemen met een woonwagen, dient hiervoor een schriftelijke aanvraag in op een door het college van burgemeester en wethouders beschikbaar gesteld aanvraagformulier.

  • 2. De aanvrager verstrekt bij het indienen van de aanvraag aan burgemeester en wethouders de volgende gegevens:

    • a.

      de naam, de burgerlijke staat en personalia van de aanvrager en van de eventueel tot het huishouden behorende personen;

    • b.

      adres van herkomst;

    • c.

      het adres, met aanduiding van huisnummer, van de locatie waar de aanvrager standplaats wenst in te nemen.

  • 3. Het verlenen van een huisvestingsvergunning kan ook ambtshalve plaatsvinden.

Artikel 5 Voorwaarden voor inschrijving

  • 1. Het college van burgemeester en wethouders gaat over tot inschrijving op de in artikel 6 of 7 genoemde lijsten indien:

    • a.

      de aanvrager 18 jaar of ouder is en

    • b.

      een aanvraagformulier volledig is ingevuld.

  • 2. Als datum van inschrijving geldt de datum van ontvangst van het aanvraagformulier.

  • 3. Aan de aanvrager wordt zo spoedig mogelijk een inschrijvingsbewijs verstrekt.

Artikel 6 Wachtlijst

  • 1. Het college van burgemeester en wethouders stelt een wachtlijst vast van kandidaten die voor een standplaats in aanmerking wensen te komen.

  • 2. Kandidaten kunnen zich laten inschrijven op de wachtlijst indien is voldaan aan de voorwaarden, genoemd in artikel 5.

  • 3. Inschrijving als standplaatszoekende op de wachtlijst kan ook ambtshalve plaatsvinden.

  • 4. De wachtlijst vermeldt de namen van de kandidaten in de volgorde van inschrijving.

Artikel 7 Voorrangslijst

  • 1. Als kandidaten die in aanmerking komen voor de in artikel 6 genoemde wachtlijst kunnen aantonen dat zij tevens op 1 maart 1999 legaal in een woonwagen op een standplaats binnen de gemeente woonden, wordt hun naam vermeld op de voorrangslijst.

  • 2. De voorrangslijst vermeldt de namen van de kandidaten in de volgorde van de inschrijving.

Artikel 8 Vervallen van de inschrijving

De inschrijving als gegadigde voor een standplaats van een woonwagen vervalt:

  • a.

    indien de ingeschrevene andere woonruimte – zoals een andere standplaats, een woning of een ligplaats – wordt toegewezen en hij deze woonruimte heeft geaccepteerd;

  • b.

    bij overlijden van de ingeschrevene

Artikel 9 Toewijzing

  • 1. Het college van burgemeester en wethouders wijst alleen dan een standplaats toe indien de aanvrager staat ingeschreven op de in artikel 6 of 7 genoemde lijst.

  • 2. De standplaats wordt toegewezen aan een aanvrager wiens naam bovenaan de lijst staat, met dien verstande dat gegadigden op de in artikel 7 bedoelde voorrangslijst voorgaan boven de gegadigde op de in artikel 6 genoemde wachtlijst.

Artikel 10 Verlenen van de vergunning

Een huisvestingsvergunning wordt verleend voor een onbepaalde periode, is persoonsgebonden en niet overdraagbaar.

Artikel 11 Intrekken van de vergunning

Het college van burgemeester en wethouders kan de huisvestigingsvergunning intrekken indien:

  • 1.

    de standplaats niet binnen een termijn van vier weken na de bekendmaking van het besluit tot verlening van de vergunning wordt ingenomen. Indien de termijn is verlengd en de standplaats nog niet is ingenomen, kan de vergunning na afloop van de termijn van de verlenging worden ingetrokken.

  • 2.

    de vergunninghouder binnen twee weken nade bekendmaking schriftelijk te kennen heeft gegeven hiervan geen gebruik te maken of

  • 3.

    gebleken is van onjuistheid van de door de aanvrage bij de inschrijving verstrekte gegevens of

  • 4.

    de vergunninghouder in strijd handelt met de bepalingen van deze verordening.

Artikel 12 Hardheidsclausule

Het college van burgemeester en wethouders kan artikel 9 buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voorzover toepassing gelet op het doel van deze verordening leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op de dag na de datum van bekendmaking.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als ‘Huisvestigingsverordening voor standplaatsen en woonwagens.’

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 25 februari 1999

Mr. G.S. Stam

Secretaris

J.Elzinga

Voorzitter