Regeling vervallen per 01-01-2017

Verordening op de heffing en invordering van Leges 2016

Geldend van 01-01-2016 t/m 31-12-2016

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van Leges 2016.

Artikel 1 Begripsbepalingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    “dag”

    de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    “week”

    een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    “maand”

    het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    “jaar”

    het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    “kalenderjaar”

    de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • c.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets).

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990  moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      onderdeel 1.1.9 (akten burgerlijke stand);

    • 2.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 3.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 4.

      onderdeel 1.4.2.4 (papieren verstrekking uit de basisregistratie personen);

    • 5.

      hoofdstuk 5 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);

    • 6.

      onderdeel 1.7.1.1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 7.

      hoofdstuk 10 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel

  • 1. De legesverordening 2015, vastgesteld op 11 december 2014, wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 3. In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

  • 4. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2016.

  • 5. Deze verordening kan worden aangehaald als “Legesverordening 2016".

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Drimmelen van 10 december 2015.

plaatsvervangend griffier,
F.M.C.Ronde
voorzitter
drs. G.L.C.M. de Kok

Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2016

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 

Burgerlijke stand

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op:

1.1.1.1

maandag t/m vrijdag tussen 9.00 uur en 16.00 uur

€ 370,55

1.1.1.2

zaterdag tussen 10.00 uur en 15.00 uur (uitsluitend voor externe locaties, niet zijnde gemeentehuis, Park 1 te Made)

€ 517,85

 

De onder 1.1.1.1 en 1.1.1.2 genoemde tarieven worden verhoogd met een

bedrag van € 246,85 voor het voltrekken van huwelijken buiten de in die

artikelen vermelde tijdstippen.

 

Ingevolge artikel 4 van de Wet van 23 april 1879, gewijzigd bij wet van 22 mei 1991,

Stb. 394, vindt kosteloze huwelijksvoltrekking/partnerschapsregistratie plaats op

maandag om 9.00 en 10.00 uur in het gemeentehuis.

1.1.2

 

Het tarief bedraagt voor verplaatsing van een huwelijksdatum, -lokatie en/of -tijdstip:

1.1.2.1 

- vóór melding voorgenomen huwelijk/geregistreerd partnerschap 

 

€ 55,95

1.1.2.2 

- na melding voorgenomen huwelijk/geregistreerd partnerschap

 

€ 63,25

 

 

 

1.1.3

Het tarief bedraagt voor verplaatsing van een huwelijksdatum en/of -tijdstip:

(bij een kosteloos huwelijk):

 

1.1.3.1 

 

- vóór melding voorgenomen huwelijk/geregistreerd partnerschap 

€ 28,00

1.1.3.2 

 

- na melding voorgenomen huwelijk/geregistreerd partnerschap

€ 63,25

 

 

 

1.1.4

Bij annulering van een huwelijk/geregistreerd partnerschap wordt, al dan niet op verzoek, afhankelijk van het tijdstip een gedeelte van de leges gerestitueerd:

1.1.4.1 

 

- vóór melding voorgenomen huwelijk/geregistreerd partnerschap: 

60%

1.1.4.2

 

- na melding voorgenomen huwelijk/geregistreerd partnerschap: 

40%

1.1.5

Het tarief bedraagt voor benoeming van een buitengewoon ambtenaar burgerlijke stand:

1.1.5.1 

- voor één dag

€ 163,45

1.1.5.2

- voor één dag, inclusief beëdiging ambtenaar

€ 245,25

1.1.6

Het tarief bedraagt voor de aanwijzing van een eenmalige trouwlocatie (excl. kosten benodigde vergunningen) 

€ 190,70

1.1.7

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

 

1.1.7.1

 

een trouwboekje of partnerschapsboekje (luxe uitvoering)

€ 38,00

1.1.7.2

een trouwboekje of partnerschapsboekje (eenvoudige uitvoering)

€ 27,50

1.1.7.3

 

een afschrift uit het register van de burgerlijke stand

€ 12,80

1.1.7.4

een verklaring omtrent huwelijksbevoegdheid

€ 22,80

1.1.7.5

het op verzoek van partijen optreden als getuige door een gemeenteambtenaar bij een huwelijk of partnerschapsregistratie

€ 27,20

 

Het tarief bedraagt voor het doen van naspeuringen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 17,15

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

 

Hoofdstuk 3 

Rijbewijzen

 

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€ 38,95

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met

€ 34,10

1.3.3

Indien aan de aanvrager reeds eerder een rijbewijs werd verstrekt, zoals bedoeld onder 1.3.1, welk document bij de aanvraag niet compleet

kan worden overlegd, worden de ter zake verschuldigde leges verhoogd met € 34,80 per aanvraag van het nieuwe rijbewijs.

 

     

Hoofdstuk 4 

Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

 

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van het onderdeel 1.4.3, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

 

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 6,00

1.4.2.2

tot het afsluiten van een abonnement tot het gedurende de periode van één jaar, eenmaal per maand, verstrekken van een opgave van mutaties in persoonsgegevens

€ 270,15

1.4.2.3

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens met behulp van alternatieve media bedoeld in artikel 16, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen

€ 23,00

1.4.2.4

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit

 basisregistratie personen.

€ 2,30

 

 

 

1.4.3

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 17,15

  

Hoofdstuk 5 

Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

 

1.5.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens:

 

1.5.1.1 

 

bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit:

 

1.5.1.1.1

ten hoogste 49 pagina’s

€ 5,85

1.5.1.1.2

tenminste 50 pagina’s tot ten hoogste 100 pagina’s

€ 18,75

1.5.1.1.3

meer dan 100 pagina’s

€ 43,55

1.5.1.2

bij verstrekking anders dan op papier

€ 58,15

1.5.1.3

   

dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de verwerking, moeilijk toegankelijke gegevensverwerking

€ 58,15

 

 

 

1.5.2

Indien voor hetzelfde bericht op grond van de onderdelen 1.5.1.1, 1.5.1.2 en 1.5.1.3 meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd.

 

 

 

 

1.5.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als  bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens

€ 11,30

 

 

 

1.5.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

voor het verstrekken van een uittreksel uit de Basisregistratie

Personen (BRP)

€ 11,20

  

Hoofdstuk 6 

Bestuursstukken

 

1.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

tot het verstrekken van:

 

1.6.1.1 

 

een afschrift van de gemeentelijke programmabegroting

€ 46,80

1.6.1.2 

 

een afschrift van de gemeentelijke programmarekening

€ 46,80

1.6.2.1

 

een afschrift van het verslag van een raadsvergadering, per pagina

€ 0,47

1.6.2.2

een afschrift van de stukken behorende bij een raadsvergadering,

per pagina

€ 0,47

1.6.3.1

 

een afschrift van een gemeentelijke verordening, per pagina

€ 0,47

1.6.3.2 

een afschrift van de toelichting op een gemeentelijke verordening,

per pagina

€ 0,47

1.6.4.1

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 0,47

1.6.4.2

kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorende bij de in onderdeel 1.6.4.1 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen per kaart, tekening of lichtdruk

€ 4,95

 

 

 

1.6.4.3

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze

tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 4,95

 

Hoofdstuk 7 

Overige publiekszaken

1.7.1

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.7.1.1

 

tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag

€ 41,35

1.7.1.2  

 

tot het verstrekken van een attestatie de vita

€ 12,80

1.7.1.3  

 

tot het legaliseren van een handtekening

€ 4,80

1.7.1.4  

 

tot het waarmerken van een register

€ 4,80

1.7.1.5 

 

tot het verstrekken van een bewijs van Nederlanderschap

€ 5,25

1.7.1.6  

 

tot het verstrekken van een bewijs van ingezetenschap

€ 5,25

1.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot naturalisatie:

1.7.2.1

 

Naturalisatie enkelvoudig standaard

€ 840,00

1.7.2.2

 

Naturalisatie enkelvoudig verlaagd

€ 625,00

1.7.2.3

 

Naturalisatie gemeenschappelijk standaard

€ 1.072,00

1.7.2.4

 

Naturalisatie gemeenschappelijk verlaagd

€ 858,00

1.7.2.5

Mee naturalisatie minderjarig kind

€ 124,00

1.7.3

Afleggen van een optie ter verkrijging van het Nederlanderschap op grond van de Rijkswet op het Nederlanderschap

1.7.3.1

Enkelvoudige optie

€ 179,00

1.7.3.2

Gemeenschappelijk optie

€ 305,00

1.7.3.3.

 

Medeopterende minderjarig kind

€ 21,00

 

Hoofdstuk 8 

Gemeentearchief

 

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 17,15

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

 

een afschrift van of uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk, m.u.v. archiefbescheiden van de Burgerlijke Stand

€ 9,20

 

Hoofdstuk 9 

Leegstandwet

1.9

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.1

€ 65,40

1.9.2

tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van

woonruimte als bedoeld in artikel 15, vijfde lid, van de Leegstandwet 

€ 32,70

1.9.3

Indien aanvragen als bedoeld in de subonderdelen 1.9.1 en 1.9.2 gelijktijdig worden ingediend en woonruimten in hetzelfde gebouw, zoals een flat, een school of een kantoor betreffen, worden de in die subonderdelen bedoelde leges slechts eenmaal geheven.

 

 

Hoofdstuk 10 

Kansspelen

 

1.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning die geldt voor een tijdvak van 12 maanden, als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

 

1.10.1.1

indien de vergunning voor één speelautomaat geldt

€ 56,50

1.10.1.2

 

indien de vergunning voor twee of meer speelautomaten geldt

€ 22,50

 

vermeerderd met het product van het aantal speelautomaten waarvoor de vergunning geldt en een bedrag van

€ 34,00

1.10.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 6,40

  

Hoofdstuk 11 

Telecommunicatie

1.11.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet

€ 191,75

1.11.2

Het in 1.11.1 genoemde bedrag wordt:

1.11.3

Indien met betrekking tot een melding overleg moet plaats vinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met

€ 383,50

1.11.4

Indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaats vindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

1.11.5

Indien een begroting als bedoeld in 1.11.4 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

  

Hoofdstuk 12 

 

Verkeer en vervoer

 

1.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.12.1

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het

Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

€ 74,25

1.11.2

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen

€ 42,45

 

 

 

1.12.3

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerplaats

€ 56,05

 

De kosten genoemd onder 1.12.3 worden verhoogd met de kosten voor het aanbrengen van de benodigde borden

 

1.12.4

tot het verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het

wegverkeer (BABW)

€ 27,25

 

De kosten genoemd onder 1.12.4 worden verhoogd met de kosten van een verplicht voorgeschreven medisch advies door een arts van de GGD

 

 

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 

Begripsomschrijvingen

 

2.1.1

 

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

 

2.1.1.1

 

aanlegkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

2.1.1.2

bouwkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, als bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen ten behoeve van de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, exclusief omzetbelasting. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft.

 

2.1.1.3 

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

 

 

 

 

2.1.2

 

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

 

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

 

 

Hoofdstuk 2 

Omgevingsvergunning

 

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 3 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 

 

 

 

2.2.1

 

Bouwactiviteiten

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

Indien de bouwkosten:

 

 

minder bedragen dan € 1.500,-

€ 164,50

2.2.1.2

 

€ 1.500,-- of meer bedragen

te vermeerderen met:

€ 164,50

 

24 ‰ van het bedrag aan bouwkosten boven de € 1.500,--, doch niet hoger dan € 100.000,--

 

 

23 ‰ van het bedrag aan bouwkosten boven de € 100.000,--, doch niet hoger dan € 250.000,--

 

 

22 ‰ van het bedrag aan bouwkosten boven de € 250.000,-- doch niet hoger dan € 1.000.000,--

 

 

21 ‰ van het bedrag aan bouwkosten boven de € 1.000.000,--

 

2.2.1.3

Verplicht advies agrarische commissie

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de Adviescommissie agrarische bouwaanvragen nodig is en wordt beoordeeld:

€ 798,60

 

2.2.1.4

 

Aanpassing vergunning

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning betrekking hebbende op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo waarvoor al eerder een vergunning is verleend, welke vergunning nog van kracht is en van welke vergunning nog geen gebruik is gemaakt en het nieuwe plan slechts op ondergeschikte onderdelen afwijkt van het plan waarvoor al vergunning was verleend, worden de leges bepaald over de méérkosten van het gewijzigde plan ten opzichte van het plan waarvoor al vergunning was verleend, met een minimum van

€ 329,00

2.2.1.5

 

Niet verder in behandeling nemen van een aanvraag voor een vergunning Indien een besluit is genomen om een aanvraag tot het verlenen van een vergunning betrekking hebbende op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, niet verder in behandeling te nemen wegens het ontbreken van voldoende gegevens en de aanvrager hieromtrent is bericht wordt op aanvraag teruggaaf van 60% van de geheven leges verleend.

 

2.2.1.6

Als een aanvraag betrekking heeft op een activiteit, waarvoor een toetsing zorgvuldige veehouderij is vereist op basis van de provinciale verordening ruimte:

het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor de vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

 

2.2.2

Aanlegactiviteiten

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

 

wanneer de aanlegkosten excl. BTW minder bedragen dan € 1.500,--

€ 68,50

2.2.2.1

wanneer de aanlegkosten excl. BTW € 1.500,-- of meer bedragen,

€ 68,50

2.2.2.2

 

 

€ 68,50

 

 

 

 

2.2.3

Planologisch strijdig gebruik

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.1.:

 

2.2.3.1

 

Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1°, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 150,00

2.2.3.2

 

Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2°, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

 

2.2.3.2.1

Als de projectkosten minder dan € 5.000,-- bedragen

€ 150,00

2.2.3.2.2

Als de projectkosten € 5.000,-- of meer bedragen

€ 300,00

2.2.3.2.3

 

Als de projectkosten betrekking hebben op een afwijking als bedoeld in artikel 4, negende lid, van bijlage II bij het Besluit omgevingsrecht.

€ 1.000,00

 

2.2.3.3

Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3°, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 3.730,00

2.2.3.4

Indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 595,00

 

2.2.3.5

Indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 533,00

 

2.2.3.6

Indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 533,00

2.2.3.7

 

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 533,00

 

2.2.4

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd

monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale of

gemeentelijke verordening aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

 

 

Indien de bouwkosten:

 

2.2.4.1

minder bedragen dan € 10.000,00

€ 164,50

2.2.4.2

€ 10.000,00 of meer bedragen

€ 164,50

 

te vermeerderen met: 5 ‰ van het bedrag aan bouwkosten boven de € 10.000,00, doch niet hoger dan € 100.000,00

 

 

te vermeerderen met 1 ‰ van het bedrag aan bouwkosten boven de € 100.000,00

 

2.2.5

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, of op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale of gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

€ 106,50

2.2.6

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of orpsgezicht

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief

€ 164,50

2.2.7

Uitweg/inrit

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.2.7.1

Voor het in behandeling nemen van de aanvraag

€ 49,47

2.2.7.2

Het bedrag voor afhandelings- en aanlegkosten dat voorafgaand aan de feitelijke uitvoering van de aanleg aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

 

 

 

2.2.8

Kappen

 

2.2.8.1 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking

heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4.11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld

in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 41,00

2.2.8.2

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een

omgevingsvergunning voor het vellen van 1 t/m 5 bomen met een stamomtrek

van meer dan 70 centimeter

€ 41,00

2.2.8.3

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunningen voor het vellen van 6 of meer bomen met een stamomtrek van meer dan 70 centimeter, basistarief € 41,00 en daarnaast per boom tot een maximum van 20 bomen

€ 6,20

2.2.9

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

 

2.2.9.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:

€ 367,00

2.2.9.2

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en voedselkwaliteit aangewezen gebied, als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:

€ 367,00

2.2.10

Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is bedraagt het tarief:

€ 367,00

2.2.11

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.2.11.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase:

het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

 

2.2.11.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase:

het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

 

2.2.12

Beoordeling bodemrapport

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

 

 

2.2.12.1

 

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

€ 148,00

 

 

 

2.2.13

Advies

 

2.2.13.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.2.13.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.2.13.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor de vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

 

2.2.14

Verklaring van geen bedenkingen

 

2.2.14.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

 

2.2.14.1.1

Indien een ander bestuursorgaan dan de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.2.14.1.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.2.14.1.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor de vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

 

2.2.15

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.2.15.1

Indien het betrekking heeft op een bouwwerk met een bruto vloeroppervlak van niet meer dan 2.000 m²

€ 425,00

2.2.15.2

Indien het betrekking heeft op een bouwwerk met een bruto vloeroppervlak van meer dan 2.000 m²

€ 1.280,00

2.2.16

Activiteiten met betrekking tot handelsreclame

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2 eerste lid onder H van de Wabo, bedraagt het tarief

€ 164,50

 

 

 

2.2.17

Andere activiteiten Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

 

2.2.17.1

Behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder 1, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 644,00

2.2.17.2

Behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 644,00

2.2.17.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning.

 

2.2.17.2.2

 

Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:

Als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor de vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

Hoofdstuk 3 

 

Teruggaaf

               

2.3.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-,aanleg- of sloopactiviteiten

 

 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.2.1, 2.2.2, 2.2.5 en 2.2.6, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

 

2.3.1.1

Indien de aanvraag wordt ingetrokken voordat een beslissing op de aanvraag is genomen, 60% van de op grond van die onderdelen voor

de betreffende activiteit verschuldigde leges;

 

 

 

 

2.3.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.2.1, 2.2.2, 2.2.5 en 2.2.6 intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits van de vergunning geen gebruik is gemaakt.

De teruggaaf bedraagt 40% van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

 

 

 

2.3.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

2.3.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.2.1, 2.2.2, 2.2.5 en 2.2.6 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt 40% van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

2.3.3.2

Onder een weigering als bedoeld in onderdeel 2.3.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

 

 

 

 

2.3.4

Minimumbedrag voor teruggaaf een bedrag minder dan € 50,00 wordt niet teruggegeven.

 

 

 

 

2.3.5

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.2.12 en 2.2.13 wordt geen teruggaaf verleend.

 

  

Hoofdstuk 4 

 

Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid,

onder a, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 2.100,00

  

Hoofdstuk 5 

 

Gebruiksvergunningen brandveiligheid

 

2.5

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning met betrekking tot het brandveilig gebruik van een inrichting, als bedoeld in artikel 2, lid 1 van de brandbeveiligingsverordening:

 

2.5.1

 

indien het betreft een vergunning voor het tijdelijk in gebruik nemen of gebruiken van een bouwwerk ten behoeve van een evenement

€ 54,15

2.5.2

 

indien het betreft een vergunning voor het in gebruik nemen of gebruiken van een inrichting:

 

2.5.2.

1 met een bruto vloeroppervlak van minder dan 100 m²

€ 102,20

2.5.2.2

 

met een bruto vloeroppervlak van 100 m² of meer, doch minder dan 250 m²

€ 118,35

2.5.2.3

 

met een bruto vloeroppervlak van 250 m² of meer, doch minder dan 500 m²

€ 167,10

2.5.2.4

 

met een bruto vloeroppervlak van 500 m² of meer, doch minder dan 1.000 m²

€ 220,60

2.5.2.5

 

met een bruto vloeroppervlak van 1.000 m² of meer, doch minder dan 1.500 m²

€ 253,00

2.5.2.6

 

met een bruto vloeroppervlak van 1.500 m² of meer, doch minder dan 2.000 m²

vermeerderd met € 24,20 voor elke 500 m² of gedeelte daarvan boven de 2.000 m², doch minder dan 5.000 m²

€ 290,50

2.5.2.8

met een bruto vloeroppervlak van 5.000 m² of meer

vermeerderd met € 24,20 voor elke 1.000 m² of gedeelte daarvan boven de 5.000 m², doch minder dan 10.000 m²

€ 448,60

2.5.2.9

met een bruto vloeroppervlak van 10.000 m² of meer

vermeerderd met € 24,20 voor elke 2.000 m² of gedeelte daarvan boven de 10.000 m²

€ 580,00

2.5.3

 

indien de aanvraag is ingediend in verband met een wijziging van een inrichting, voor die wijziging:

 

2.5.3.1

met een bruto vloeroppervlak van minder dan 100 m²

€ 51,00

2.5.3.2

 

met een bruto vloeroppervlak van 100 m² of meer, doch minder dan 250 m²

€ 59,30

2.5.3.3

 

met een bruto vloeroppervlak van 250 m² of meer, doch minder dan 500 m²

€ 83,45

   

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 

Horeca

  

3.1.1

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet

€ 190,60

 

Indien het noodzakelijk is om voor de beoordeling van de aanvraag tot het verkrijgen van de onder 3.1.1 bedoelde vergunning een advies van het bureau BIBOB te vragen, wordt hiervoor een bedrag in rekening gebracht van

€ 700,00

3.1.2

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van de leidinggevende of de inrichting ingevolge de Drank- en Horecawet

€ 31,50

3.1.3

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet

€ 31,50

3.1.4

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een exploitatievergunning op grond van artikel 2;28 van de APV gemeente Drimmelen

€ 185,90

 

Indien het noodzakelijk is om voor de beoordeling van de aanvraag tot het verkrijgen van de onder 3.1.4 bedoelde vergunning een advies van het bureau BIBOB te vragen, wordt hiervoor een bedrag in rekening gebracht van

€ 700,00

 

Hoofdstuk 2 

Organiseren evenementen, markten en diversen

    

3.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning:

 

3.2.1.1

 

voor het organiseren van een meerdaags evenement als bedoeld in artikel 2:25 van de APV gemeente Drimmelen

€ 190,60

3.2.1.2

 

voor het organiseren van een ééndaags evenement als bedoeld in artikel 2:25 van de APV gemeente Drimmelen, niet zijnde een klein

evenement als bedoeld in artikel 2:25 lid 2 van de APV gemeente Drimmelen

€ 30,75

3.2.2.1

 

voor het plaatsen van een terras als bedoeld in artikel 2:10 b van de APV gemeente Drimmelen

Als het terras onderdeel uitmaakt van een af te geven evenementenvergunning is het bovenstaande niet van toepassing

€ 126,50

3.2.2.2

 

voor het plaatsen van voorwerpen op of aan de openbare weg in strijd met de publieke functie daarvan als bedoeld in artikel 2:10 van de APV gemeente Drimmelen

€ 31,40

3.2.2.3

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere in deze titel niet benoemde vergunning of ontheffing

€ 10,75

3.2.2.4

 

Te laat ingediende aanvragen ingevolge artikel 1.3 van de APV gemeente Drimmelen kunnen, als niet wordt besloten deze buiten behandeling te laten, worden behandeld volgens een spoedprocedure.

Het extra tarief voor het volgen van deze spoedprocedure bedraagt, onverminderd de overige bepalingen in deze tarieventabel

€ 10,75

3.2.3

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

3.2.3.1

 

een vergunning voor het aanbrengen van een automaat, etalagekast e.d. aan, op of boven de openbare weg

€ 8,65

3.2.3.2

een standplaats- of ventvergunning:

 

3.2.3.2.1

voor een dag

€ 6,40

3.2.3.2.2

voor een week

€ 15,80

3.2.3.2.3

voor een maand

€ 25,30

3.2.3.2.4

voor een kwartaal

€ 41,30

3.2.3.2.5

voor een jaar

€ 62,95

 

 

 

3.2.3.3

een vergunning voor het verkopen van etenswaren door middel van een rijdende verkoopwagen, voor een jaar of gedeelte daarvan

€ 377,55

3.2.3.4

een vergunning om fotografische opnamen te maken op de openbare weg:

 

3.2.3.4.1

voor een dag

€ 5,00

3.2.3.4.2

voor een week

€ 8,60

3.2.3.5

een collecte vergunning als bedoeld in artikel 5:13

€ 6,40

3.2.3.6

 

een vergunning tot het maken van muziek door middel van muziekinstrumenten, alsmede langs mechanische en/of electronische weg:

 

3.2.3.6.1

 

op of aan de openbare weg, per dag of gedeelte daarvan in voor publiek toegankelijke inrichtingen, lokaliteiten en samenkomsten:

€ 7,50

3.2.3.6.1.1

per dag

€  7,50

3.2.3.6.1.2

per week

€ 13,05

3.2.3.6.1.3

per kwartaal

€ 52,40

3.2.3.6.1.4

per jaar

€ 131,00

3.2.3.7

 

een vergunning tot het ná de algemene sluitingstijd geopend houden van cafés en andere voor het publiek toegankelijke inrichtingen voor elk uur of gedeelte daarvan

€ 13,85

3.2.3.8.1

 

een vergunning, ontheffing of toestemming tot het gelegenheid geven van kamperen of bivakkeren

€ 7,90

3.2.3.8.2

een nachtverblijfregister (set van 250 exemplaren)

€ 30,75

3.2.3.9

 

een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het vrijstellingenbesluit winkeltijdenwet

€ 16,40

3.2.3.10

 

De in deze verordening genoemde legesbedragen worden op basis van officiële PostNL tarieven verhoogd met de verschuldigde portokosten, indien het aangevraagde stuk op verzoek van betrokkene aan hem wordt toegezonden

 

 

Hoofdstuk 3 

Seksbedrijven

  

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

 

3.3.1

 

tot het verlenen van een vergunning of wijziging van een vergunning als bedoeld in artikel 3:3 van de Algemene plaatselijke verordening (A.P.V. 2015)

€ 1.113,45

3.3.2

 

tot het wijzigen van een vergunning, als bedoeld in artikel 3:10 van de Algemene plaatselijke verordening (A.P.V. 2015)

€ 149,20