Regeling vervallen per 01-01-2009

Verordening minimabeleid ouderen 2008

Geldend van 01-01-2008 t/m 31-12-2008

Intitulé

Verordening minimabeleid ouderen 2008

De raad van de gemeente Dronten,

gelezen het voorstel van het college van 13 november 2007, No. B07.001455;

gelet op artikel 35, derde lid van de Wet werk en bijstand;

gezien het advies van de raadscommissie van december 2007;

B E S L U I T:

vast te stellen de volgende Verordening minimabeleid ouderen 2008.

Artikel 1. Begripsbepalingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    duurzame gebruiksgoederen: wasmachines, koelkasten, kooktoestellen, stofzuigers, televisies, bankstellen, tafels, bedden en vergelijkbare goederen;

  • b.

    inkomen van een huishouden: de totale netto inkomsten van de hoofdbewoner(s) van een huishouden;

  • c.

    inkomen ter hoogte van de voor de aanvrager geldende bijstandsnorm: het inkomen ter hoogte van de voor de aanvrager geldende bijstandsnorm zonder rekening te houden met eventuele kortingen op de toeslag of verlagingen van de bijstandsnorm.

Artikel 2. Domicilie

Aan personen die hun woonplaats als bedoeld in de artikelen 10, eerste lid, en 11 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek hebben in de gemeente wordt volgens de bepalingen van deze verordening een bijdrage in de aanschaf van duurzame gebruiksgoederen verstrekt.

Artikel 3. Rechthebbenden

De bijdrage wordt verstrekt aan:

  • a.

    personen die in het jaar van verstrekking alsmede in de twee daaraan voorafgaande jaren een uitkering ontvangen op grond van de Wet werk en bijstand (Wwb), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (Ioaw), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (Ioaz) én die aan het begin van het kalenderjaar van verstrekking 65 jaar of ouder zijn;

  • b.

    personen die deel uitmaken van een huishouden dat in het jaar van verstrekking alsmede in de twee daaraan voorafgaande jaren een gemiddeld inkomen van ten hoogste 110% van de daarvoor geldende bijstandsnorm heeft genoten én die aan het begin van het kalenderjaar van verstrekking 65 jaar of ouder zijn, uitgezonderd personen die duurzaam verblijven in een inrichting.

Artikel 4. Verblijf in buitenland

Bij de bepaling van de in artikel 3 onder b genoemde periode, wordt de tijdsduur die een persoon in het buitenland heeft gewoond niet meegerekend.

Artikel 5. Hoogte bijdrage

De bijdrage voor duurzame gebruiksgoederen bedraagt eens per drie jaren € 500,00 per huishouden.

Artikel 6. Aanvraag

  • 1. Een bijdrage wordt ambtshalve of op aanvraag verstrekt.

  • 2. Ambtshalve verstrekking vindt plaats in het jaar waarop de bijdrage betrekking heeft.

  • 3. Een aanvraag wordt gedaan op een daartoe door het college van burgemeester en wethouders vastgesteld formulier, onder overlegging van de op dat formulier vermelde bescheiden.

  • 4. Een aanvraag om een bijdrage wordt ingediend voorafgaand aan de aanschaf van de goederen.

Artikel 7. Terugvordering

De bijdrage kan geheel of gedeeltelijk worden teruggevorderd indien:

  • a.

    de bijdrage is besteed aan een ander doel dan dat waarvoor zij was toegekend;

  • b.

    de aanvrager niet voldoet aan bij of krachtens deze verordening gestelde regels, dan wel regels die van toepassing zijn op de door hem genoten uitkering.

Artikel 8. Hardheidsclausule

Het college van burgemeester en wethouders kan in bijzondere gevallen bepalingen van deze verordening buiten toepassing laten, indien deze gelet op het doel ervan tot onbillijkheden van overwegende aard kunnen leiden.

Artikel 9. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2008 en geldt tot en met 31 december 2008

Artikel 10. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als Verordening minimabeleid ouderen 2008.

Ondertekening

Dronten, 20 december 2007

de raad van Dronten,

voorzitter

mr. A.B.L. de Jonge

griffier

D. Petrusma

Toelichting Verordening Minimabeleid Ouderen 2008

Artikel 1.

Dit artikel bevat enkele begripsbepalingen. Binnen elke leefeenheid zijn veel gebruiksgoederen als noodzakelijk aan te merken. Bij het afbakenen van de gebruiksgoederen is in het bijzonder gekeken naar die gebruiksgoederen, waarvan de aanwezigheid in een leefeenheid noodzakelijk is.

Tevens wordt verklaard wat onder het inkomen van het huishouden wordt verstaan en onder het inkomen ter hoogte van de voor betrokkenen geldende bijstandsnorm.

Artikel 2.

Het gemeentelijk minimabeleid ouderen is bedoeld voor de inwoners van de gemeente Dronten. Bestaat er twijfel omtrent de toepassing van dit artikel, dan kan worden aangesloten bij de bepalingen omtrent het domicilie, zoals opgenomen in de Wet werk en bijstand.

Artikel 3.

Het is de verantwoordelijkheid van de aanvrager om aan te tonen dat er gedurende de gestelde periode op het minimumniveau of maximaal 10% hoger is geleefd.

Artikel 4.

Bij het vaststellen of een persoon het jaar van aanvraag en de twee voorafgaande jaren een inkomen op maximaal 110% van het minimumniveau heeft genoten, wordt een periode dat de persoon in het buitenland heeft gewoond uitgesloten. De reden hiervoor is dat het Nederlandse criterium voor het sociaal minimum niet voor het buitenland geldt, en dat het niet mogelijk is om per land te bekijken wat ter plaatse het minimumniveau is.

Artikel 5.

Er is voor gekozen om niet de volledige voorziening te vergoeden. Aangenomen mag worden dat een inkomen tot de grens van 110% van het sociaal minimum in beginsel toereikend moet zijn om tenminste voor een deel in de kosten van duurzame gebruiksgoederen te kunnen voorzien.

De bijdrage kan voor de gestelde periode en voorziening beschikbaar gesteld worden zonder dat bewijzen van de gemaakte kosten overgelegd hoeven worden.

Artikel 6.

Burgemeester en wethouders dragen zorg voor de uitvoering van deze verordening. Een aanvraag kan worden gedaan met behulp van een door burgemeester en wethouders vastgesteld formulier of kan ambtshalve worden afgedaan.

Als afhandelingtermijn wordt op voorhand een termijn van acht weken gehanteerd (conform de Algemene wet bestuursrecht). Voor de aanvraag en (categoriale) toekenning van de bijdrage geldt dat dit in het betreffende jaar moet gebeuren. Categoriale toekenning kan uitsluitend voor die personen of huishoudens waarvan de gemeente weet dat ze ook daadwerkelijk tot de doelgroep behoren.

Artikel 7.

Indien er sprake is van onterechte betaling wordt de bijdrage teruggevorderd.

Artikel 9.

De verordening heeft een looptijd van een jaar. De achtergrond hiervan is dat op deze wijze voorkomen wordt dat de belastingdienst de bijdrage aanmerkt als periodiek (en dus belast). Gevolg is wel dat de verordening jaarlijks opnieuw vastgesteld moet worden.