Regeling vervallen per 01-01-2013

Verordening toegankelijkheidsbijdrage 2011

Geldend van 10-03-2011 t/m 31-12-2012 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2011

No. B10.001727

De raad van de gemeente Dronten,

gelezen het voorstel van het college van 15 februari 2011, No. B10.001728

gelet op artikel 35 van de Wet werk en bijstand

gezien het advies van de raadscommissie van januari 2011;

B E S L U I T:

vast te stellen de volgende Verordening toegankelijkheidsbijdrage 2011

Artikel 1. Begripsbepalingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    toegankelijksheidbijdrage: een bijdrage ter bevordering van de deelname aan sociaal-culturele, recreatieve en sportieve activiteiten, de aanschaf of huur van de daarvoor benodigde materialen daaronder begrepen;

  • b.

    inkomen van een huishouden: de totale netto inkomsten van de hoofdbewoner(s) van een huishouden;

  • c.

    inkomen ter hoogte van de voor de aanvrager geldende bijstandsnorm: het inkomen ter hoogte van de voor de aanvrager geldende bijstandsnorm zonder rekening te houden met eventuele kortingen op de toeslag of verlagingen van de bijstandsnorm.

Artikel 2. Domicilie

Aan personen die hun woonplaats als bedoeld in de artikelen 10, eerste lid, en 11 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek hebben in de gemeente Dronten wordt volgens de bepalingen van deze verordening een toegankelijkheidsbijdrage verstrekt.

Artikel 3. Rechthebbenden

De bijdrage wordt verstrekt aan:

  • a.

    personen die in het jaar van verstrekking het hele jaar een uitkering ontvangen op grond van de Wet werk en bijstand (Wwb), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (Ioaw), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (Ioaz);

  • b.

    personen die deel uitmaken van een huishouden dat in het jaar van verstrekking gemiddeld over het hele jaar een inkomen van ten hoogste 110% van de daarvoor geldende bijstandsnorm heeft genoten, uitgezonderd personen die duurzaam verblijven in een inrichting of een toelage of beurs ontvangen op grond van de Wet op de studiefinanciering;

  • c.

    zelfstandigen die middels de jaarrekening (en eventuele overige inkomensgegevens) van het jaar voorafgaande aan de aanvraag kunnen aantonen een inkomen van maximaal 110% van de voor hen geldende bijstandsnorm te hebben genoten.

Artikel 4. Hoogte bijdrage

De toegankelijkheidsbijdrage bedraagt € 167,00 per persoon per jaar.

Artikel 5. Indexering

Het college kan jaarlijks per 1 januari de in het kader van deze verordening geldende bedragen verhogen of verlagen in een bandbreedte van 0 tot en met een maximum conform de ontwikkelingen van de consumentenprijsindex volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek

Artikel 6. Aanvraag

  • 1. De toegankelijkheidsbijdrage wordt op aanvraag verstrekt.

  • 2. Aanvragen worden gedaan op een daartoe door het college van burgemeester en wethouders vastgesteld formulier, onder overlegging van de op dat formulier vermelde bescheiden.

  • 3. De aanvraag moet worden ingediend voor 1 april van het jaar volgend op dat waarop zij betrekking heeft.

  • 4. Het college van burgemeester en wethouders kan het recht op toegankelijkheidsbijdrage ambtshalve verstrekken aan personen van wie bekend is dat zij tot de rechthebbenden behoren.

Artikel 7. Terugvordering

De bijdrage kan geheel of gedeeltelijk worden teruggevorderd indien:

  • a.

    de aanvrager onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en dit heeft geleid tot de verlening van een hogere bijdrage dan waarop recht bestond;

  • b.

    de aanvrager niet voldoet aan bij of krachtens deze verordening gestelde regels, dan wel regels die van toepassing zijn op de door hem genoten uitkering.

Artikel 8. Hardheidsclausule

Het college van burgemeester en wethouders kan in bijzondere gevallen bepalingen van deze verordening buiten toepassing laten, indien deze gelet op het doel ervan tot onbillijkheden van overwegende aard kunnen leiden.

Artikel 9. Intrekking

De verordening toegankelijkheidsbijdrage 2010 wordt ingetrokken.

Artikel 10. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2011

Artikel 11. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als verordening toegankelijkheidsbijdrage 2011.

Dronten, 17 februari 2011

de raad van Dronten,

A.C. Visser-Teeuwen mr. A.B.L. de Jonge

adjunct- griffier voorzitter

Toelichting bij de Verordening toegankelijkheidsbijdrage

Artikel 1.

De gemeente Dronten voert beleid dat gericht is op het bevorderen van leefbaarheid, participatie en zelfredzaamheid. Een belangrijk uitgangspunt van de gemeente Dronten is dat iedere burger van Dronten deel moet kunnen nemen aan sociaal culturele activiteiten. Een laag inkomen mag hiervoor geen belemmering vormen. Daarom kent de gemeente de toegankelijkheidsbijdrage.

De toegankelijkheidsbijdrage wordt uitsluitend verleend voor gemaakte kosten voor sociaal culturele, recreatieve en sportieve activiteiten, inclusief de aanschaf c.q. huur van de voor de activiteit benodigde materialen.

In artikel 1 wordt tevens verklaard wat onder het inkomen van het huishouden wordt verstaan en onder het inkomen ter hoogte van de voor betrokkenen geldende bijstandsnorm.

Artikel 2.

De toegankelijkheidsbijdrage is bedoeld voor de inwoners van de gemeente Dronten. Bestaat er twijfel omtrent de toepassing van dit artikel, dan kan worden aangesloten bij de bepalingen omtrent het domicilie, zoals opgenomen in de Wet werk en bijstand.

Artikel 3.

Het is de verantwoordelijkheid van de aanvrager om aan te tonen dat er gedurende de gestelde periode op het minimumniveau of maximaal 10% hoger is geleefd. Zelfstandigen kunnen pas een jaar later hun inkomen aantonen. Daarom is er voor hen een uitzondering gemaakt en kunnen zij met de inkomensgegevens voorafgaand aan het jaar van aanvraag een aanvraag indienen.

Artikel 4.

Er is voor gekozen om een maximumbedrag te verbinden aan de toegankelijkheidsbijdrage. Aangenomen mag worden dat een inkomen tot de grens van 110% van het sociaal minimum in beginsel toereikend moet zijn om tenminste voor een deel in de kosten voor sociaal culturele activiteiten te kunnen voorzien.

De toegankelijkheidsbijdrage wordt beschikbaar gesteld indien de belanghebbende de gemaakte kosten kan aantonen. Ook gemaakte kosten voor voorzieningen waar geen op naam gestelde betalingsbewijzen (bijvoorbeeld entreebewijzen) voor worden afgegeven, worden tot het gestelde maximum vergoed. Wel moeten altijd bewijsstukken worden gevoegd bij de aanvraag, ook al zijn deze niet op naam gesteld.

Artikel 5.

Dit artikel maakt het mogelijk de toegankelijkheidsbijdrage te indexeren.

Artikel 6.

Burgemeester en wethouders dragen zorg voor de uitvoering van deze verordening.

Personen waarvan bij de afdeling Sociale Zaken bekend is dat zij recht hebben op de toegankelijkheidsbijdrage, krijgen ambtshalve een toekenning aan het begin van het jaar. Vervolgens kunnen belanghebbenden 1 keer per kwartaal declaraties indienen middels een daartoe vastgesteld formulier, waarna uitbetaling plaatsvindt. Declaraties over een bepaald kalenderjaar kunnen uiterlijk tot 1 april van het daaropvolgende kalenderjaar worden ingediend. Indien geen declaraties worden ingediend, wordt ook niet uitbetaald.

Alle overige belanghebbenden kunnen een aanvraag indienen met behulp van een door burgemeester en wethouders vastgesteld formulier. Indien is vastgesteld dat belanghebbende recht heeft op toegankelijkheidsbijdrage, kan deze 1 keer per kwartaal declaraties indienen, zoals hierboven beschreven. Aanvragen die zijn ingediend na 1 april en betrekking hebben op het voorafgaande kalenderjaar worden niet meer in behandeling genomen.

Artikel 7.

Indien er sprake is van onterechte betaling wordt de bijdrage teruggevorderd.

Artikel 8.

Hierin wordt de zogenoemde hardheidsclausule geformuleerd.