Verordening voor de toepassing van beeldende kunst in de gemeente Duiven

Geldend van 01-02-2003 t/m heden

Intitulé

Verordening voor de toepassing van beeldende kunst in de gemeente Duiven

Verordening voor de toepassing van beeldende kunst in de gemeenteDuiven

Vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 10 maart 2003, nr. 2003/III-15.

Aan deze versie kunnen geen rechten worden ontleend.

Artikel 1

  • a. de raad: de gemeenteraad van Duiven;

  • b. het college: het college van burgemeester en wethouders van Duiven;

  • c. het fonds: de bestemmingsreserve Fonds voor de beeldende kunsten zoals opgenomen in de staat van reserves en voorzieningen in de gemeentebegroting;

  • d. beeldende kunst: ieder vormgevingsproces waarbij een beeldend kunstenaar is betrokken;

  • e. een kunstopdracht: een door het college verstrekte opdracht aan één of meer beeldend kunstenaars tot de levering c.q. het ontwerpen en/of vervaardigen van een kunstwerk in relatie tot de ruimtelijke omgeving;

  • f. beeldplan: een plan met het doel de toepassingen van beeldende kunst te structureren en ze te laten bijdragen aan het verbeteren van de kwaliteit van de openbare ruimte;

  • g. een kunstwerk: een product van beeldende kunst of een bijdrage aan beeldende vormgeving;

  • h. de regionale adviescommissie beeldende kunst: de door de colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Angerlo, Didam, Duiven, Rijnwaarden, Westervoort en Zevenaar ingestelde commissie, die de onderscheidene colleges desgevraagd van advies dient inzake nieuwe toepassingen van beeldende kunst. 

Artikel 2

Deze verordening is van toepassing op de volgende werken of werkzaamheden:

  • a.

    nieuwbouw of ingrijpende wijziging of uitbreiding van gemeentelijke gebouwen (exclusief schoolgebouwen);

  • b.

    nieuwbouw van bruggen, tunnels, viaducten en soortgelijke werken;

  • c.

    reconstructie of verbetering van bestaande woonstraten en pleinen;

  • d.

    bouw- en woonrijp maken van nieuwe wijken en aanleg van nieuwe straten en pleinen, zulks met inbegrip van de aanleg van ondergrondse voorzieningen zoals rioleringen;

  • e.

    projecten voor sport en openluchtrecreatie,

  • f.

    andere, door de raad aan te wijzen werken of werkzaamheden.

Artikel 3

  • 1. Ten behoeve van de uitvoering van beeldende kunst in de openbare ruimte stelt de raad in verband met het door of in opdracht van de gemeente uitvoeren van de in artikel 2 bedoelde werken of werkzaamheden gelden beschikbaar voor het geven van kunst-opdrachten.

  • 2. De hoogte van de in het vorige lid bedoelde gelden komt overeen met 1% van het voor de desbetreffende werken of werkzaamheden beschikbaar gestelde krediet. Hierbij worden de kosten van verwerving van de grond, bij gebouwen de kosten van de inventaris én de belasting op de toegevoegde waarde buiten beschouwing gelaten.

Artikel 4

De op de wijze van artikel 3 berekende gelden worden direct toegevoegd aan het fonds.

Artikel 5

  • 1. Het college is bevoegd ten laste van het fonds kunstopdrachten te geven.

  • 2. Het college is bevoegd ten laste van het fonds uitgaven te doen met betrekking tot:

    • a.

      het ontwerpen van beeldplannen b.      het aankopen of huren van bestaande kunstwerken; c.      het onderhoud van kunstwerken; d.      het adviseren door de regionale adviescommissie beeldende kunst.

Artikel 6

Jaarlijks doet het college verslag aan de raad van stortingen in en bestedingen ten laste van het fonds, gedaan in het voorafgaande dienstjaar.

Artikel 7

  • 1. Het college geeft een kunstopdracht eerst na advies te hebben ingewonnen bij de regionale adviescommissie beeldende kunst.

  • 2. Het college geeft schriftelijk een gemotiveerde beslissing indien zijn standpunt afwijkt van dat van de regionale adviescommissie beeldende kunst.

Artikel 8

Voor de gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college gehoord de regionale adviescommissie beeldende kunst.

Artikel 9

  • 1. Deze verordening treedt met terugwerkende kracht in werking op 1 februari 2003 met dien verstande dat de verordening voor het jaar 2003 alleen betrekking heeft op de in artikel 2 bedoelde werken of werkzaamheden voor zover zij niet zijn opgenomen in de meerjarenraming 2003-2006, jaarschijf 2003.

  • 2. Zij kan worden aangehaald als Verordening voor de toepassing van beeldende kunst in de gemeente Duiven.

Toelichting

Deze verordening is een zogeheten percentageregeling om beeldende kunstopdrachten te stimuleren en richt zich op:

  • a.

    nieuwbouw, verbouwing en modernisering van bouwwerken;

  • b.

    werken van stedenbouwkundige, civiel- en cultuurtechnische aard. Hierbij kan het onder meer gaan om nieuwe exploitatieplannen en (nieuwe) activiteiten in bestaande plannen (nieuwe wegaanleg, reconstructie, herinrichting).

Als grondslag voor toepassing van de percentageregeling geldt:

  • a.

    bij nieuwbouw, verbouwing en/of modernisering 1% van de kosten te nemen. Onder kosten wordt hier verstaan de bouw- en installatiekosten;

  • b.

    bij werken van stedenbouwkundige en civiel- en cultuurtechnische aard eveneens 1% van de kosten te nemen. Hierbij wordt aangetekend dat bij nieuwe exploitatieplannen de kosten van het bouw- en woonrijp maken zoals deze zijn opgenomen in de exploitatierekeningen als uitgangspunt worden genomen. Binnen bestaande plannen betreft het de kosten van stedenbouwkundige, civiel- en cultuurtechnische werken, waarbij het door de raad beschikbaar gestelde krediet als uitgangspunt dient. De percentageregeling is daarmee ook op aanvullende kredieten van toepassing, met uitzondering van die kredieten waarover rekening en verantwoording wordt afgelegd in de voorjaars- of najaarsnota. 

De percentageregeling betreft niet de grond(verwervings)kosten, de inventariskosten, de kosten van vervangings- en onderhoudsinvesteringen én de BTW.

De percentageregeling is niet van toepassing op kapitaalwerken, waarvan de kapitaallasten worden doorberekend in de gemeentelijke heffingen, bijvoorbeeldafvalheffingen en rioolrechten.

In de ramingen voor nieuwbouw, renovatie en civieltechnische werken dient met ingang van de gemeentebegroting voor het jaar 2004 standaard 1% te worden opgenomen voor bijdragen in de bestemmingsreserve Fonds voor de beeldende kunsten.