Verordening afvoer hemelwater en grondwater Eemnes

Geldend van 08-10-2010 t/m heden

Intitulé

Verordening afvoer hemelwater en grondwater Eemnes

De raad van de gemeente Eemnes;

 

gelezen het voorstel d.d. 1 juni 2010 van burgemeester en wethouders;

gelet op artikel 10.32a van de Wet milieubeheer;

 

overwegende dat in de artikelen 3.5 en 3.6 van de Waterwet aan de gemeente zorgplichten zijn opgedragen voor de verwerking van hemelwater en het voorkomen van nadelige gevolgen van de grondwaterstand, en dat de Wet milieubeheer in dat kader de bevoegdheid biedt bij verordening regels te stellen over het brengen van afvloeiend hemelwater of grondwater op of in de bodem of in een gemeentelijk rioolstelsel en over het beëindigen van het lozen van afvloeiend hemelwater en grondwater in de openbare vuilwaterriolering;

 

overwegende dat het gewenst is gebruik te maken van de mogelijkheid het afvloeiend hemelwater en het grondwater in een bepaald gebied binnen een vooraf te bepalen termijn niet meer te doen afvloeien in een openbaar vuilwaterriool.

BESLUIT:

 

I De verordening afvoer hemelwater en grondwater vast te stellen;

II Te starten met het voorbereiden van de gebiedsaanwijzing.

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct hetzij indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren.

b. beheerder van het openbaar riool: het college.

Artikel 2 Plicht tot afkoppelen

  • 1 De beheerder van het openbaar riool kan een gebied aanwijzen waarbinnen het verboden is een hemelwaterafvoerleiding aan te sluiten of aangesloten te houden op het openbaar vuilwaterriool. Eenzelfde gebiedsaanwijzing kan door genoemde beheerder worden gedaan ten aanzien van het vrijkomende grondwater bij drainage, oppompen of andere vormen van onttrekkingen.

  • 2 In afwijking van het eerste lid is het toegestaan om een afvoerleiding voor hemelwater of grondwater, die op het tijdstip van inwerkingtreding van de gebiedsaanwijzing op het openbaar vuilwaterriool is aangesloten, gedurende een termijn van 12 maanden na die inwerkingtreding aangesloten te houden op het openbaar vuilwaterriool.

  • 3 Op de voorbereiding van de gebiedsaanwijzing is afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.

  • 4 Bij het vaststellen van de gebiedsaanwijzing houdt de beheerder van het openbaar riool rekening met het gemeentelijk rioleringsplan.

  • 5 De gebiedsaanwijzing treedt in werking met ingang van de dag na de dag waarop zij bekend is gemaakt.

  • 6 De beheerder kan ontheffing verlenen van het verbod, bedoeld in het eerste lid, indien van de eigenaar van het bouwwerk, open erf of terrein redelijkerwijs geen andere wijze van afvoer van het hemelwater of grondwater kan worden gevergd. Aan de ontheffing kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden.

Artikel 3 Strafbepaling

Overtreding van het krachtens artikel 2 bepaalde en de daarbij gegeven voorschriften en beperkingen wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie.

Artikel 4 Toezichthouders

Met het toezicht op de naleving van de bepalingen bij of krachtens deze verordening gesteld zijn belast de bij besluit van het college aan te wijzen personen of groep van personen.

Artikel 5 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1 Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na de bekendmaking ervan.

  • 2 Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater Eemnes”.

Ondertekening

Vastgesteld door de raad van de gemeente Eemnes in zijn openbare vergadering van 28 juni 2010.
 
J.A. de Bruijn                                            R. van Benthem RA
griffier                                                        voorzitter