Regeling vervallen per 16-07-2014

Nadere regels subsidie beschermde monumenten

Geldend van 16-08-2011 t/m 15-07-2014

Intitulé

Nadere regels subsidie beschermde monumenten

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Eindhoven maakt bekend, dat

gelet op het bepaalde in de Algemene subsidieverordening gemeente Eindhoven, titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht en de artikelen 149 en 156 van de Gemeentewet

het college van burgemeester en wethouders in de vergadering van 12 juli 2011 heeft vastgesteld de navolgende

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze nadere regels wordt verstaan onder:

  • a.

    ASV: Algemene subsidieverordening gemeente Eindhoven;

  • b.

    beschermd monument: monument vermeld op de monumentenlijst, bedoeld in artikel 1, onder 1 c , van de Erfgoedverordening 2010. Hierbij kunnen tevens voor bijzondere situaties worden gerekend rijksmonumenten die niet in aanmerking kunnen komen voor een subsidie van Rijkswege;

  • c.

    de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit: het door de raad benoemd adviesorgaan ten aanzien van de Ruimtelijke Kwaliteit.

Artikel 2 Doel(groepen)

Met deze nadere regels wordt beoogd sober en doelmatig de instandhouding van het beschermde cultuurhistorisch erfgoed te bevorderen.

Artikel 3 Subsidieaanvrager

Voor subsidie komt in aanmerking degene die in de kadastrale registers als eigenaar c.q. zakelijk gerechtigde van het monument is ingeschreven.

Artikel 4 De te subsidiëren activiteiten

Een eenmalige subsidie wordt verleend voor sobere en doelmatige restauratie- of instandhoudingswerkzaamheden van een beschermd monument.

Artikel 5 Subsidievereisten

Om in aanmerking te komen voor subsidie wordt voldaan aan de volgende vereisten:

Een aanvraag wordt ingediend met gebruikmaking van een daartoe vastgesteld formulier onder de overlegging van de daarin opgenomen, te verstrekken gegevens.

  • -

    Er is geen sprake van herstel van een brand- en/of stormschade, die door de verzekeringsuitkering wordt gedekt;

  • -

    De kosten van de werkzaamheden bedragen minimaal €1.000,--;

  • -

    De werkzaamheden leiden tot instandhouding van de monumentale waarde en het monumentale karakter van het monument;

  • -

    De kosten van de werkzaamheden staan in redelijke verhouding tot het te verkrijgen resultaat;

  • -

    Er is nog geen aanvang gemaakt met de uitvoering van de werkzaamheden;

  • -

    Voor een eventuele reconstructie dient tevens de betrouwbaarheid, en realiseerbaarheid van de voorgestelde reconstructie te worden aangetoond.

  • -

    Wanneer van een monument slechts een nader genoemd gedeelte beschermd is, kan alleen voor dat gedeelte subsidie worden aangevraagd.

Artikel 6 Subsidieplafond/de verdeling van de subsidie

  • 1. Het subsidieplafond voor het subsidiëren van activiteiten, zoals bedoeld in deze nadere regels, wordt jaarlijks vastgesteld.

  • 2. Indien het bedrag waarvoor op grond van deze nadere regels subsidie zou moeten worden verleend aan degenen die daartoe tijdig een aanvraag hebben ingediend, groter is dan het op grond van het eerste lid vastgestelde subsidieplafond, wordt overeenkomstig prioriteiten, al dan niet, subsidie verleend.

  • 3. De volgorde van prioriteiten van genoemde werkzaamheden, waarbij de noodzaak is aangetoond zijn achtereenvolgens: 

    • 1.

      werkzaamheden welke aantoonbaar beginnende schade stopzetten en voorkomen.

    • 2.

      bijzonder dure werkzaamheden zoals het vervangen van rieten of leien dakbedekking.

    • 3.

      herstelwerkzaamheden aan daken en goten.

    • 4.

      overige herstelwerkzaamheden

    • 5.

      regulier onderhoud en reparaties 

    • 6.

      vervanging

    • 7.

      reconstructie

    De Commissie Ruimtelijke Kwaliteit bepaalt, nadat aan de genoemde prioriteiten tot in standhouding ( 1 t/m 4) is voldaan, de volgorde van prioriteit aan de hand van de landschappelijke, karakteristieke of esthetische waarde van het monument in zijn omgeving; vervolgens de bestemming van het monument.

Artikel 7 Subsidiehoogte

  • 1. De subsidie bedraagt 50% van de subsidiabele kosten, met een maximum van €10.000,-- per gebouwde onroerende zaak, voor zover het betreft woonhuizen of overige monumenten met een totale inhoud van minder dan 800 m3 en een maximum van €50.000,-- voor de overige gebouwde onroerende zaken.

  • 2. Als subsidiabele kosten worden aangemerkt:

    • a.

      100% van de kosten herstel rieten/leien dak ;

    • b.

      100% van de kosten houtwormbehandeling;

    • c.

      100% van de kosten herstel van en met siersmeedwerk;

    • d.

      100% van de kosten herstel glas-in-loodramen

    • e.

      50% van de kosten herstel metaalwerk;

    • f.

      50% van de kosten vervangen natuurstenen onderdelen door hetzelfde materiaal;

    • g.

      50% van de kosten herstel originele stucornamenten, plafond- en/of muurschilderingen;

    • h.

      50% van de kosten reparatie kozijnen, ramen, deuren, windveren en kraaldelen;

    • i.

      50% van de kosten herstellen/vervangen houten gootconstructie, goten en hemelwaterafvoeren (zink);

    • j.

      50% van de kosten vervangen dakpannen (oud model);

    • k.

      50% van de kosten herstel dak- of draagconstructies

    • l.

      50% van de kosten vervangen raamluiken;

    • m.

      25% van de kosten schilderen (alleen buiten);

    • n.

      25% van de kosten vervangen voegwerk als de noodzaak aan getoond is.

    • o.

      25% van de kosten herstelwerkzaamheden aan gevels;

Artikel 8 Bij aanvraag in te dienen gegevens

In aanvulling op het bepaalde in de ASV met betrekking tot de bij de aanvraag in te dienen gegevens worden bij een subsidieaanvraag de volgende gegevens overgelegd:

  • -

    Een restauratieplan of werkomschrijving;

  • -

    Gespecificeerde offertes van de te subsidiëren werkzaamheden;

  • -

    Foto’s van de bestaande toestand.

  • -

    De aanvraag geschiedt middels een vastgesteld aanvraagformulier.

Artikel 9 Aanvraagtermijn

In afwijking van het bepaalde in de ASV met betrekking tot de aanvraagtermijn wordt een aanvraag voor subsidie ingediend vóór 1 februari van het lopende kalenderjaar.

Artikel 10 Beslistermijn

  • 1. In afwijking van het bepaalde in de ASV met betrekking tot de beslistermijn, wordt op een aanvraag voor subsidie beslist binnen 8 weken na de uiterlijke aanvraagtermijn zoals bedoeld in artikel 9.

  • 2. Indien de commissie Ruimtelijke Kwaliteit wordt ingeschakeld om de volgorde van prioriteit te bepalen zoals bedoeld in artikel 6, derde lid, wordt op een aanvraag voor subsidie beslist binnen 13 weken na de uiterlijke aanvraagtermijn zoals bedoeld in artikel 9.

Artikel 11 Verplichtingen

In aanvulling op het bepaalde in de ASV met betrekking tot de verplichtingen van de subsidieontvanger gelden voor subsidieontvanger de volgende verplichtingen:

  • a.

    de werkzaamheden worden uitgevoerd door bedrijven die aantoonbaar ter zake kundig zijn;

  • b.

    binnen tien maanden na de verlening van de subsidie kleiner dan € 5.000,-- dienen de gesubsidieerde werkzaamheden naar behoren te zijn uitgevoerd;

  • c.

    de subsidiabel gestelde werkzaamheden voor een subsidie groter dan

    €5.000,-- dienen binnen de beschikking gestelde termijn naar behoren te zijn uitgevoerd;

  • d.

    het beschermd monument is blijvend voldoende verzekerd tegen brand-, storm- en bliksemschade.

Artikel 12 Betaling en bevoorschotting

In aanvullingop het bepaalde in de ASV met betrekking tot de betaling en bevoorschotting worden:

  • a.

    subsidies tot €5.000, 100% bevoorschot in één keer, conform de in de beschikking tot subsidieverlening bepaalde termijn.

  • b.

    subsidies vanaf €5.000 , 80 % bevoorschot in 4 termijnen, conform de in de beschikking tot subsidieverlening bepaalde termijnen.

Artikel 13 Verantwoording en vaststelling subsidies tot €5.000,--

In aanvulling op het bepaalde in de ASV met betrekking tot de vaststelling van subsidie worden subsidies tot €5.000,-- ambtshalve vastgesteld binnen 13 weken, nadat de activiteiten uiterlijk moeten zijn verricht.

Artikel 14 Verantwoording en vaststelling subsidies vanaf €5.000,--

In aanvulling op het bepaalde in de ASV met betrekking tot de verantwoording en vaststelling van subsidies vanaf €5.000,-- :

  • a.

    bevat de aanvraag tot vaststelling ook een opgave van de totale subsidiabele kosten, onder overlegging van facturen en betaalbewijzen.

  • b.

    geschiedt de aanvraag tot vaststelling aan de hand van een vastgesteld aanvraagformulier.

Artikel 15 Inwerkingtreding

Deze nadere regels treden in werking met ingang van de dag volgend op haar bekendmaking.

Eindhoven, 12 juli 2011.

Het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven,

, burgemeester.

, secretaris.

Uitgegeven, 15 augustus 2011.

Mij bekend,

de gemeentesecretaris van Eindhoven,

mw. drs. P.M. Pistor.

dhe/EJ11026503