Regeling vervallen per 08-11-2013

Noodverordening PSV-Dinamo Zagreb 2013

Geldend van 06-11-2013 t/m 07-11-2013

Intitulé

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Eindhoven maakt bekend, dat de burgemeester van de gemeente Eindhoven op 4 november 2013 heeft vastgesteld de

Noodverordening PSV-Dinamo Zagreb 2013

De burgemeester heeft daartoe overwogen:

Op 7 november 2013 vindt vanaf 18.45 uur in het Philipsstadion de voetbalwedstrijd PSV-Dinamo Zagreb plaats. Er zullen duizenden fans zijn. De wedstrijd wordt op grond van artikel 2.2.7, derde lid van de Algemene Plaatselijke Verordening Eindhoven 2012 (APV) als wedstrijd met hoog risico voor de openbare orde gekwalificeerd.

De fanatieke aanhang van Dinamo Zagreb noemt zichzelf Bad Blue Boys. Onder dezelfde naam bestaat een van deze aanhang afgescheiden groep risicosupporters die zich ook Bad Blue Boys noemt. Dit zijn twee- à driehonderd personen. In Kroatië hebben honderden supporters van Dinamo Zagreb een stadionverbod van hetzij de autoriteiten, hetzij Dinamo Zagreb. Naast reguliere supporters met een (voucher voor een) toegangsbewijs reizen afgescheiden risicosupporters van de Bad Blue Boys, ook zonder (voucher en hiermee zonder mogelijkheid van een) geldig toegangsbewijs voor een stadion, naar een speelstad.

In het recente verleden zijn er elders in Europa meermaals incidenten geweest rond voetbalwedstrijden van Dinamo Zagreb. Hierbij vonden massale, gewelddadige ongeregeldheden plaats om in een stadion te komen en met supporters van de thuisspelende club en de politie. Dit betrof onder meer wedstrijden tegen Anderlecht en Timisoara in 2009 en Paris Saint-Germain in 2012. De heenwedstrijd Dinamo Zagreb-Paris Saint-Germain verliep in 2012 rustig, omdat de Kroatische autoriteiten geen Franse supporters tot het land toelieten uit ernstige vrees voor een treffen. De heenwedstrijd Dinamo Zagreb-PSV werd in 2013 zonder publiek gespeeld bij wijze van UEFA-sanctie vanwege eerdere racistische uitingen van supporters van Dinamo Zagreb.

Ook in Amsterdam vonden in 2007, 2009 en 2011 bij wedstrijden tegen Dinamo Zagreb massale, gewelddadige ongeregeldheden plaats en is sprake van wapenbezit.

Op 7 november 2013 zijn bij en rond de wedstrijd PSV-Dinamo Zagreb en in de stad ook niet-risicosupporters aanwezig. Ook is er in de stad winkelend en uitgaand publiek en zijn er bewoners. Bij wedstrijden als deze is sprake van overmatig alcoholgebruik in en buiten de horeca, waardoor normale menselijke remmingen afnemen.

Uit politie-informatie blijkt dat er ernstig rekening mee moet worden gehouden dat het afgescheiden deel van de Bad Blue Boys in groten getale naar Eindhoven komt. En voorts dat gewelddadige ongeregeldheden zullen ontstaan die met bijzondere maatregelen zullen moeten worden voorkomen, beteugeld of beëindigd. Het betreft ongeregeldheden tussen risicosupporters en tussen hen en de politie, en te midden van niet-risicosupporters en bewoners en bezoekers. Er is daarom ernstige vrees voor het ontstaan van ernstige wanordelijkheden in de zin van artikel 175, eerste lid van de Gemeentewet. Bij separate besluiten worden APV-glas- en blikverboden ingesteld en een veiligheidsrisicogebied aangewezen waar de officier van justitie de bevoegdheden, bedoeld in de artikelen 50, derde lid, 51, derde lid, en 52, derde lid van de Wet wapens en munitie kan toepassen. De gewone beschikbare wegen en middelen om de te vrezen ernstige ongeregeldheden te voorkomen, beteugelen of beëindigen, bieden thans onvoldoende soelaas. Het is daarom voor de handhaving van de openbare orde nodig onder deze buitengewone omstandigheden algemeen verbindende voorschriften vast te stellen.

De burgemeester heeft de districtschef van de politie Eindhoven-De Kempen en de officier van justitie bij het arrondissementsparket Oost-Brabant gehoord in het driehoeksoverleg bedoeld in artikel 13, eerste lid van de Politiewet 2012.

De burgemeester heeft gelet op artikel 176 van de Gemeentewet.

De burgemeester heeft besloten de volgende verordening vast te stellen:

Artikel 1 Definities

  • 1. In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      APV: Algemene Plaatselijke Verordening Eindhoven 2012;

    • b.

      omwisselplaats(en): plaats(en) die in de gemeente Eindhoven is (zijn) ingericht voor supporters van Dinamo Zagreb om een voucher in te ruilen voor een ander voucher dan wel voor een toegangskaartje voor de wedstrijd;

    • c.

      openbare plaats: een voor het publiek toegankelijke plaats, waaronder een weg als bedoeld in artikel 1, eerste lid onder b van de Wegenverkeerswet 1994, een horecabedrijf als bedoeld in artikel 2.3.1.1 van de APV, het Philipsstadion en de Luchthaven Eindhoven.

    • d.

      supporter respectievelijk supporter met een Kroatisch stadionverbod respectievelijk afgescheiden Bad Blue Boy: iemand die blijkens kleding, uitrusting, gedrag, kennis van een deskundige, registratie waarover het bevoegd gezag beschikt of andere feiten en/of omstandigheden kennelijk behoort tot de supportersaanhang van een bepaalde voetbalclub respectievelijk kennelijk een stadionverbod heeft van de Kroatische autoriteiten of van Dinamo Zagreb respectievelijk kennelijk een van de reguliere Bad Blue Boys afgescheiden deel van de Bad Blue Boy is;

    • e.

      wedstrijd: UEFA Europa Leaguewedstrijd PSV-Dinamo Zagreb, die op 7 november 2013 in het Philipsstadion in Eindhoven wordt gespeeld.

  • 2. In deze verordening wordt naast het bevoegde bestuursorgaan mede verstaan onder bevoegd gezag: een ambtenaar van politie of van de Koninklijke Marechaussee, met inachtneming van de hiërarchische en wettelijke gezagsverhoudingen.

  • 3. De woorden ‘beletten, belemmeren of verijdelen’ hebben de betekenis als in artikel 184, eerste lid van het Wetboek van Strafrecht. De woorden ‘vervaardigen, transformeren, voor derden herstellen, overdragen, voorhanden hebben, dragen, vervoeren en doen binnenkomen’ respectievelijk ‘gelet op hun aard of de omstandigheden waaronder zij worden aangetroffen, redelijkerwijs kan worden aangenomen dat zij zijn bestemd om’ hebben de betekenis als in artikel 13, eerste lid, respectievelijk artikel 2, eerste lid, IV onder 7 van de Wet wapens en munitie.

Artikel 2 Dinamo Zagreb-supporters zonder geldig voucher of kaartje of met een Kroatisch stadionverbod en afgescheiden deel van de Bad Blue Boys weren

  • 1.

    Het is een supporter met een Kroatisch stadionverbod en een afgescheiden Bad Blue Boy verboden zich op een openbare plaats in de gemeente Eindhoven te bevinden.

  • 2.

    Het is een supporter van Dinamo Zagreb die

    • -

      niet onmiddellijk tegenover het bevoegd gezag aannemelijk maakt dat hij in de gemeente Eindhoven woont of dat zijn aanwezigheid daar een redelijk doel heeft; en die

    • -

      geen rechtmatig voor hem bestemd voucher of toegangskaartje voor de wedstrijd heeft, terwijl dit voor hem nodig is om rechtmatig toegang te kunnen krijgen tot de wedstrijd,verboden zich op een openbare plaats in de gemeente Eindhoven te bevinden.

  • 3.

    Het is verboden een voucher of een toegangskaartje voor de wedstrijd op enigerlei wijze ter beschikking te stellen aan een ander.

Artikel 3 Verplicht en ongestoord omwisselen, parkeren en vervoeren/route volgen voor Dinamo Zagreb-supporters

  • 1.

    Iedere supporter van Dinamo Zagreb die zich bevindt in de gemeente Eindhoven en die beschikt over een rechtmatig voor hem bestemd voucher of een daarna verkregen rechtmatig toegangskaartje, dient gebruik te maken van:

    • -

      een omwisselplaats, indien hij de wedstrijd wil bijwonen;

    • -

      een door het bevoegd gezag aangewezen parkeerplaats, indien hij bestuurder van een motorrijtuig is;

    • -

      het door het bevoegd gezag voor hem bestemde vervoer of de door het bevoegd gezag voor hem aangewezen route.

      Het is verboden om zich in strijd met deze geboden te gedragen.

  • 2.

    Het is een ieder verboden de werking van een omwisselplaats, een aangewezen parkeerplaats, het bestemde vervoer of de aangewezen route te beletten, belemmeren of verijdelen of daar de orde te verstoren.

Artikel 4 Ordeverstorende, gevaarlijke of verhullende voorwerpen of stoffen

Het is een ieder verboden om op een openbare plaats in de gemeente Eindhoven voorwerpen of stoffen te vervaardigen, te transformeren, voor derden te herstellen, over te dragen, voorhanden te hebben, te dragen, te vervoeren of de gemeente te doen binnenkomen, waarvan gelet op hun aard of de omstandigheden waaronder zij worden aangetroffen, redelijkerwijs kan worden aangenomen dat zij zijn bestemd om:

  • a.

    de door de wedstrijd gekleurde openbare orde te verstoren of de veiligheid in gevaar te brengen;

  • b.

    in verband met de openbare orde of veiligheid rond de wedstrijd herkenning te beletten, belemmeren of verijdelen, waaronder – al dan niet in onderlinge combinatie – in ieder geval zijn begrepen: een (bivak)muts, sjaal, helm, over het hoofd getrokken capuchon of hoody en soortgelijke hoofdbedekking.

Artikel 5 Bevelen, vorderingen en aanwijzingen geven en opvolgen

  • 1. Het bevoegd gezag kan aan een ieder alle bevelen, vorderingen en aanwijzingen geven ter handhaving van deze verordening of indien en voor zover dit in het belang van de openbare orde noodzakelijk is.

  • 2. Een bevel, vordering of aanwijzing als bedoeld in het eerste lid, dat of die is gericht tot een supporter van Dinamo Zagreb die beschikt over een rechtmatig voor hem bestemd voucher of toegangskaartje, kan er ook toe strekken dat hij zich op een bepaalde wijze, met een bepaald vervoermiddel of langs een bepaalde route begeeft van of naar een omwisselplaats, het Philipsstadion of het stadscentrum.

  • 3. Een bevel, vordering of aanwijzing als bedoeld in het eerste lid kan er ook toe strekken dat iemand die niet onmiddellijk aannemelijk maakt dat hij in de gemeente Eindhoven woont, zich uit de gemeente Eindhoven verwijdert en tot het buiten werking treden van deze verordening verwijderd houdt, dan wel dat iemand die onmiddellijk aannemelijk maakt dat hij in de gemeente Eindhoven woont, zich naar die woning begeeft en daar blijft.

  • 4. Voor zover artikel 184 van het Wetboek van Strafrecht daarin niet al voorziet, is het verboden zich te gedragen in strijd met een bevel, vordering of aanwijzing krachtens de voorgaande leden gegeven.

Artikel 6 Poging, voorbereiding en deelneming

Poging tot, voorbereiding van en deelneming aan hetgeen bij deze verordening is verboden, is verboden met overeenkomstige toepassing van hetgeen is bepaald in de titels IV en V van het eerste boek van het Wetboek van Strafrecht.

Artikel 7 Slotbepalingen

  • 1.

    Deze verordening wordt aangehaald als Noodverordening PSV-Dinamo Zagreb 2013.

  • 2.

    Deze verordening wordt bekendgemaakt in het Gemeenteblad en op de gemeentelijke website.

  • 3.

    Deze verordening wordt overeenkomstig artikel 176, tweede lid van de Gemeentewet ter kennis gebracht van de raad van de gemeente Eindhoven, de commissaris van de Koning in de provincie Noord-Brabant en het hoofd van het arrondissementsparket Oost-Brabant. Voorts wordt zij ter kennis gebracht van de districtschef van de politie en de officier van justitie bij het arrondissementsparket Oost-Brabant die aanwezig waren bij het driehoeksoverleg bedoeld in artikel 13, eerste lid van de Politiewet 2012.

  • 4.

    Deze verordening treedt in werking op woensdag 6 november 2013 om 17.00 uur en houdt van rechtswege op te gelden op vrijdag 8 november 2013 om 10.00 uur, tenzij zij wordt ingetrokken of verlengd.

  • 5.

    Het bevoegd gezag kan ambtshalve of op aanvraag ontheffing geven van de verboden gegeven in de artikelen 2, 3, eerste lid, 5 en 6 en aan een dergelijke ontheffing voorwaarden verbinden die noodzakelijk zijn ter handhaving van de openbare orde.

De burgemeester heeft voorts vermeld dat overtreding van deze noodverordening op grond van artikel 443 van het Wetboek van Strafrecht wordt bestraft met hechtenis van maximaal drie maanden of geldboete van maximaal € 3.900.

De burgemeester heeft de noodverordening de volgende toelichting gegeven:

Op 7 november 2013 vindt de Europa Leaguewedstrijd plaats tussen PSV en Dinamo Zagreb. Dit vergt vergaande openbareordemaatregelen. Gewone juridische instrumenten kunnen worden ingezet. Bijv. het Wetboek van Strafrecht (bijv. inzake discriminatie, opruiing, (medeplichtigheid tot) geweldpleging), de Wet wapens en munitie, het Vuurwerkbesluit i.v.m. de Wet op de economische delicten en de APV (bijv. samenscholen, opdringen, uitdagen tot ongeregeldheden, afzetting negeren, ordeverstoring in de horeca of het stadion, lopen buiten de route, op/aan de weg kaartjes te koop aanbieden of daarvoor voorhanden hebben). Daarnaast is het gelet op de specifieke omstandigheden nodig bijzondere algemeen verbindende voorschriften te geven. Hiervoor dient deze noodverordening. Overtreding is strafbaar (artikel 443 van het Wetboek van Strafrecht). In de considerans van de verordening staan de overwegingen die hebben geleid tot het vaststellen ervan.

Artikel 1 bevat definities. Deze spreken voor zich. Bij het begrip ‘openbare plaats’ wordt buiten twijfel gesteld dat bepaalde plaatsen ook onder deze definitie vallen. Een regel uit deze verordening die ziet op een ‘openbare plaats’, geldt dus ook voor degene die bijv. in Eindhoven in een vliegtuig landt of met een trein binnenkomt. De begrippen ‘supporter’, ‘supporter met een Kroatisch stadionverbod’ en ‘afgescheiden Bad Blue Boy’ worden zo veel mogelijk geobjectiveerd. Met ‘blijkens kennis van een deskundige’ wordt hierbij gedoeld op bijv. de politie of de aanwezige zogenoemde spotters: Kroatische politiemensen die een betrokkene kunnen herkennen, omdat zij weten wie hij is, ook als deze niet anderszins als supporter herkenbaar is. Met ‘blijkens registratie waarover het bevoegd gezag beschikt’ wordt hierbij ook gedoeld op namen en foto’s voor zover de Kroatische autoriteiten die ter beschikking stellen. Politiemensen en marechaussees gelden voor deze verordening ook als bevoegd gezag, naast de bevoegde bestuursorganen. Zij blijven daarbij wel hiërarchisch en gezagsmatig ondergeschikt. Om onduidelijkheid te vermijden is ten slotte vastgelegd welke juridische betekenis bepaalde in de verordening gebruikte woorden hebben. Bij de keuze van de bewoordingen en de definiëring is direct aangesloten bij woorden die al in andere nationale wetgeving worden gebruikt. Deze dekken de lading ook in dit geval en dit dient de uniformiteit voor de politie, Koninklijke Marechaussee en justitie, die met deze verordening moeten werken.

Artikel 2gaat ten eerste over Dinamo Zagreb-supporters die thuis een stadionverbod hebben of die horen bij de van de gewone fanatieke aanhang afgescheiden groep. En over Dinamo Zagreb-supporters die (ook) niets in Eindhoven te zoeken hebben en die geen geldig toegangsbewijs (zullen) hebben, terwijl dit wel nodig is. Dit laatste vereiste voorkomt dat bijv. VIP’s van Dinamo Zagreb, die geen voucher hoeven te hebben om toegang te krijgen, onder de bepaling vallen. Al die mensen hebben bij deze wedstrijd niets te zoeken en het gevaar van verstoring van de openbare orde noopt ertoe hen deze dagen ook uit de gemeente weg te houden. Als zij binnen bij iemand thuis zijn, moeten zij daar blijven. Ten tweede moet worden voorkomen dat een voucher of kaartje terechtkomt bij iemand voor wie dit niet is bestemd. Het is daarom verboden – voor iedereen – om een voucher of kaartje aan een ander ter beschikking te stellen.

Artikel 3 regelt de omwisselplaats en eventuele speciale parkeer- en vervoersfaciliteiten voor Dinamo-supporters met een voucher of kaartje. Dit is een cruciaal onderdeel om hun aanwezigheid in goede banen te leiden. Het gebruik en de goede werking daarvan moeten daarom worden gegarandeerd. De termen ‘beletten, belemmeren of verijdelen’ zijn, zoals gezegd, ontleend aan artikel 184 van het Wetboek van Strafrecht en betekenen zo veel als: onmogelijk maken, bemoeilijken of ontnemen van de gevolgen.

Artikel 4 moet voorkomen dat ordeverstorende, gevaarlijke of verhullende voorwerpen of stoffen op openbare plaatsen komen. Met ‘voorwerpen’ worden roerende zaken bedoeld. ‘Stoffen’ zijn bijv. gassen en vloeistoffen. Deze kunnen ook een normale bestemming hebben. Met verwijzing naar de ‘aard of omstandigheden’ – een begrip uit de Wet wapens en munitie – is bedoeld zo veel mogelijk te objectiveren waaruit moet worden afgeleid dat die normale bestemming in het concrete geval niet aan de orde is. De door de wedstrijd gekleurde openbare orde en de veiligheid spelen daarbij ook een rol. In verband met verhullende voorwerpen worden voorbeelden gegeven, die niet uitputtend zijn bedoeld. Ook hierdoor komen op dit moment de openbare orde en veiligheid in het gedrang. Het verbod ziet dus uitdrukkelijk niet op bijv. religieuze kleding voor zover niet, gelet op de aard of de omstandigheden waaronder zij wordt aangetroffen, redelijkerwijs kan worden aangenomen dat zij is bestemd om in verband met de openbare orde of veiligheid rond de wedstrijd herkenning te beletten, belemmeren of verijdelen. De handelingen die men verricht (‘vervaardigen’ etc.) zijn ook ontleend aan de Wet wapens en munitie. De begrippen ‘beletten’ etc. zijn ontleend aan artikel 184 van het Wetboek van Strafrecht. Er moet rekening mee worden gehouden dat veel wapens en zwaar vuurwerk al onder landelijke wetgeving zijn verboden (Wet wapens en munitie en Vuurwerkbesluit i.v.m. Wet op de economische delicten).

Artikel 5 geeft een bevoegdheidsgrondslag voor de nodige bevelen, vorderingen en aanwijzingen. De politie kan in dat kader bijv. bepalen dat mensen weg moeten of dat iemand een bepaald voorwerp dat hij vastheeft, onmiddellijk te laten vallen. De beperking is gelegen in de handhaving van deze verordening of de noodzaak van openbareordehandhaving. Het is dus bijv. niet mogelijk willekeurig winkelend publiek buiten de stad te zetten. Ook moet worden bedacht dat een politieambtenaar en marechaussee hiërarchisch en gezagsmatig ondergeschikt blijven en de opdrachten van meerderen en de officier van justitie en de burgemeester moeten opvolgen. Ten behoeve van de kenbaarheid van bevelen is specifiek bepaald dat Dinamo-supporters specifiek kan worden gezegd dat zij zich op een bepaalde manier (laten) vervoeren. Denk aan bus- of autovervoer. Om dezelfde reden is bepaald dat iemand die niet meteen duidelijk kan maken dat hij in Eindhoven woont, uit de gemeente vertrekt en wegblijft. Om reden van bescherming van het woonrecht is benoemd dat iemand die dit wel meteen duidelijk maakt, niet uit de gemeente kan worden weggestuurd, maar wel naar huis. Artikel 184 van het Wetboek van Strafrecht stelt overtreding van artikel 5 onder omstandigheden al strafbaar. Voor zover dit nog niet zo is, doet het laatste lid dat.

Artikel 6 verbiedt ook poging tot, voorbereiding van en deelneming aan hetgeen de verordening verder als voltooid delict verbiedt. In het belang van de openbare orde moet worden voorkomen dat het gevaar dat door iemands gedrag dreigt te ontstaan, zich eerst moet manifesteren alvorens kan worden ingegrepen. Ook behulpzaamheid tijdens of voorafgaand aan gedrag dat krachtens de verordening is verboden (medeplichtigheid), moet worden tegengegaan. Wat poging, voorbereiding en medeplichtigheid zijn, staat in het Wetboek van Strafrecht. De artikelen 45, 46, 48 en 91 van het Wetboek van Strafrecht verbieden poging, voorbereiding en medeplichtigheid alleen als dit betrekking heeft op een misdrijf. En niet op een overtreding, zoals schending van een noodverordening juridisch is geclassificeerd. In afwijking van het Wetboek van Strafrecht – welke afwijking is toegestaan ingevolge artikel 176, eerste lid, tweede volzin van de Gemeentewet – worden nu daarom specifiek ook poging, voorbereiding en medeplichtigheid verboden.

Artikel 7 bevat in de eerste plaats de citeertitel. Artikel 176, tweede lid van de Gemeentewet bepaalt dat de burgemeester de bekendmakingswijze vaststelt. Er is nog gelegenheid voor publicatie in het Gemeenteblad. Internet is bovendien een effectieve communicatiewijze. De regels zijn overigens ook in Zagreb uitgedragen. Voor en na de wedstrijd moet er voldoende tijd zijn voor de politie om te handelen. Ook blijkt uit politie-informatie dat de desbetreffende supporters vaak al eerder gaan reizen en is er een connectie uit het verleden met Ajax, die opnieuw kan opspelen. Vandaar de geldigheidsduur van de verordening. Voor maatwerk in uitzonderlijke gevallen is ten slotte voorzien in een ontheffingsmogelijkheid, waarbij de belangen van de openbare orde echter niet uit het oog worden verloren.

Eindhoven, 4 november 2013.

Het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven,

, burgemeester.

, secretaris.

Uitgegeven, 5 november 2013.

Mij bekend,

de gemeentesecretaris van Eindhoven,

mw. drs. P.M. Pistor.

F1307