Regeling vervallen per 04-10-2022

Verordening op de rekenkamercommissie gemeente Eindhoven 2003

Geldend van 24-06-2014 t/m 03-10-2022

Intitulé

Verordening op de rekenkamercommissie gemeente Eindhoven 2003

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Eindhoven maakt bekend, dat de gemeenteraad van Eindhoven op 16 december 2002 heeft vastgesteld de Verordening op de rekenkamercommissie gemeente Eindhoven 2003

Artikel 1. Rekenkamercommissie.

Er is een commissie genaamd de rekenkamercommissie die de rekenkamerfunctie uitoefent.

Artikel 2. Samenstelling en benoeming van de rekenkamercommissie, ontslag en non-activiteit van de leden van de rekenkamercommissie alsmede eed­aflegging.

  • 1. De rekenkamercommissie wordt benoemd door de gemeenteraad.

  • 2. De rekenkamercommissie bestaat uit:

    • a.

      De externe leden van de rekenkamercommissie;

    • b.

      Vier raadsleden, bij voorkeur twee raadsleden van oppositiepartijen in de ge­meenteraad en twee raadsleden van coalitiepartijen in de gemeenteraad. De raad kan van deze voorkeurssamenstelling in bijzondere gevallen afwijken, in overleg met de verschillende fracties.

  • 3. De raadsleden worden benoemd voor een periode van één jaar. De raadsleden kunnen worden herbenoemd.

  • 4. De externe leden als bedoeld in het eerste lid van dit artikel, worden telkens benoemd voor een periode van vier jaar en bij tussentijdse benoeming voor de resterende duur van de lopende zittingsperiode. De raad kan de externe leden herbenoemen.

  • 5. In afwijking van het tweede lid wordt de plaatsvervangend voorzitter bij eerste aantreding, eenmalig, voor een halve termijn van twee jaar benoemd.

  • 6. De gemeenteraad ontslaat de leden en de plaatsvervangende leden van de reken­kamercommissie of stelt hen op non-actief.

  • 7. Het lidmaatschap van de rekenkamercommissie eindigt:

    • a.

      op eigen verzoek van een raadslid of van een extern lid;

    • b.

      indien een raadslid dat deel uitmaakt van de rekenkamercommissie zijn raads­lidmaatschap verliest;

    • c.

      indien de gemeenteraad van oordeel is dat een raadslid niet langer geschikt is de functie van lid van de rekenkamercommissie te vervullen;

    • d.

      bij aanvaarding van een functie door een raadslid of een extern lid die onver­enigbaar is met het lidmaatschap van de rekenkamercommissie;

Artikel 3. Bevoegdheden rekenkamercommissie.

  • 1. De rekenkamercommissie doet onderzoek naar de doelmatigheid, de doeltref­fendheid en de rechtmatigheid van het door het gemeentebestuur gevoerde bestuur.

  • 2. De rekenkamer bepaalt zelf te onderzoeken onderwerpen, al dan niet op verzoek van de raad.

  • 3. De rekenkamercommissie is bevoegd bij leden van het gemeentebestuur en ambtenaren mondelinge en schriftelijke informatie in te winnen die zij nodig acht voor de uitvoering van het onderzoek resp. de voortgang van de implementatie van de door de raad geaccordeerde aanbevelingen. De leden van het gemeentebestuur ver­strekken desgevraagd alle inlichtingen die de rekenkamercommissie ter vervul­ling van haar taak nodig acht, binnen een door de rekenkamercommissie te be­palen termijn.

  • 4. De rekenkamercommissie kan zich laten bijstaan door deskundigen.

Artikel 4. Uitvoering onderzoek en rapportage.

  • 1. De rekenkamercommissie is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering van het onderzoek.

  • 2. De rekenkamercommissie bepaalt op welke wijze onderzoek wordt uitgevoerd en stelt per onderzoek een probleemstelling en een onderzoeksopzet vast.

  • 3. De rekenkamercommissie kan de gemeenteraad tussentijds informeren over de voortgang van het onderzoek.

  • 4. De rekenkamercommissie stelt betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn die tenminste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het conceptonderzoeksrapport aan de rekenkamercommissie kenbaar te maken. De rekenkamercommissie bepaalt verder wie als betrokkenen bij het onderzoek worden aangemerkt.

  • 5. De rekenkamercommissie betrekt de zienswijze van betrokkenen bij het opstellen van het definitieve onderzoeksrapport.

  • 6. De rekenkamercommissie stuurt het definitieve onderzoeksrapport, met de con­clusies en aanbevelingen aan de gemeenteraad en stuurt een afschrift aan het college van burgemeester en wethouders en aan de bij het onderzoek betrokke­nen.

Artikel 5. Vergaderfrequentie en werkwijze.

  • 1. De rekenkamercommissie vergadert zo dikwijls als de voorzitter en minimaal twee leden van de reken kamercommissie dit nodig achten.

  • 2. De voorzitter van de rekenkamercommissie draagt er zorg voor dat de oproe­pingsbrief voor de vergaderingen tijdig voor de vergaderingen wordt verzonden aan de leden van de rekenkamercommissie.

  • 3. De oproepingsbrief vermeldt plaats, datum en uur van de vergadering, alsmede een opgave van de te behandelen onderwerpen. Daarbij worden de te behande­len stukken toegezonden.

  • 4. De rekenkamercommissie vergadert niet als behalve de voorzitter niet minimaal drie leden van de rekenkamercommissie aanwezig zijn.

  • 5. De rekenkamercommissie beslist bij meerderheid van stemmen, met inbegrip van de voorzitter die stemrecht heeft.

  • 6. Indien de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter.

  • 7. Een stemming is slechts geldig indien daaraan de voorzitter en minimaal drie le­den hebben deelgenomen.

  • 8. De rekenkamercommissie vergadert in beslotenheid, haar rapporten zijn open­baar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur kan de rekenkamercommissie documenten die aan de gemeenteraad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken.

  • 9. De rekenkamercommissie kan openbare informatieve vergaderingen beleggen.

  • 10. De rekenkamercommissie stelt voor zover zij dat nodig acht een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast en stuurt dat na vaststelling ter kennisname aan de gemeenteraad.

Artikel 6. Secretaris.

  • 1. De raadsgriffier wijst een ambtenaar aan die optreedt als secretaris van de reken­kamercommissie. Ook wordt er een plaatsvervangend secretaris aangewezen.

  • 2. De secretaris van de rekenkamercommissie ondersteunt de rekenkamercommissie bij haar voorbereidende en uitvoerende werkzaamheden, bij het rapporteren over verricht onderzoek, en draagt zorg voor het beheer van het budget, zoals bedoeld in artikel 7.

  • 3. De secretaris legt rechtstreeks verantwoording af aan de rekenkamercommissie over de wijze waarop zijn werkzaamheden worden verricht.

Artikel 7. Budget.

  • 1. De gemeenteraad neemt ieder jaar in de begroting een bedrag op voor de kosten van de door de rekenkamercommissie in te stellen onderzoeken en voor de ver­goeding van de externe leden van de reken kamercommissie.

  • 2. De rekenkamercommissie is voor de besteding van het budget verantwoording verschuldigd aan de gemeenteraad.

Artikel 8. Vergoeding.

  • 1. De voorzitter en de plaatsvervangend voorzitter van de rekenkamercommissie ontvangen voor hun werkzaamheden een bedrag van respectievelijk € 500,-- en € 400,-- per maand (prijspeil 2007).

  • 2. De in het eerste lid genoemde bedragen worden jaarlijks herzien met het hiervoor toepasselijke indexcijfer dat binnen de begroting wordt gehanteerd.

Artikel 9. Citeertitel.

Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening op de rekenkamercom­missie gemeente Eindhoven 2003".

Artikel 10. Inwerkingtreding.

Deze verordening treedt in werking de dag na die van de bekendmaking in het Gemeenteblad.

Ondertekening

Eindhoven, 14 januari 2003.
Het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven,
 
 
 
 
R. Welschen, burgemeester.
 
 
 
 
C. Tetteroo, secretaris.
 
Uitgegeven, 17 januari 2003.
Mij bekend,
de gemeentesecretaris van Eindhoven,
C. Tetteroo.