Regeling vervallen per 13-05-2020

Noodverordening COVID-19 Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland 29 april 2020

Geldend van 29-04-2020 t/m 12-05-2020

Intitulé

Noodverordening COVID-19 Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland 29 april 2020

De waarnemend voorzitter van de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland,

Overwegende,

- Dat in Nederland, maar ook wereldwijd, er een uitbraak is van het Coronavirus (COVID-19);

- Dat om verdere verspreiding van het virus tegen te gaan er maatregelen worden genomen;

- Dat de minister voor Medische Zorg en Sport mede namens de minister van Justitie en Veiligheid, de waarnemend voorzitter van de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland op basis van artikel 7 van de Wet Publieke Gezondheid en met in achtneming van artikel 39, eerste lid, van de Wet Veiligheidsregio's op 13 maart 2020, 15 maart 2020, 17 maart 2020, 20 maart 2020, 23 maart 2020, 24 maart 2020, 3 april 2020 (inclusief correctie daarop) en 24 april 2020 opdracht heeft gegeven om de bevoegdheden op het terrein van openbare orde en veiligheid in te zetten om de verdere verspreiding van COVID-19 tegen te gaan en onder andere opdracht heeft gegeven om alle evenementen in de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland in de periode van 13 maart tot en met 1 september 2020 af te gelasten, waarbij dit ook geldt voor publieke locaties, zoals musea, concertzalen, theaters en sportwedstrijden;

- Dat in verband met deze ministeriële opdracht door de waarnemend voorzitter van de

Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland op 13 maart 2020, 15 maart 2020, 17 maart 2020, 20 maart 2020, 23 maart, 24 maart 2020, 3 april 2020 (inclusief correctie daarop) en 24 maart 2020 is bepaald dat hij ten behoeve van de crisisbeheersing ingevolge artikel 39 Wet Veiligheidsregio's (Wvr) alle in dat artikel genoemde bevoegdheden uitoefent;

- Dat de waarnemend voorzitter van de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland in geval van een ramp of crisis van meer dan plaatselijke betekenis of van ernstige vrees voor het ontstaan daarvan, ten behoeve van de rampenbestrijding en crisisbeheersing in de betrokken gemeenten bij uitsluiting bevoegd is toepassing te geven aan de artikelen 172 tot en met 177 van de Gemeentewet met uitzondering van artikel 176, derde tot en met zes lid Gemeentewet;

- Dat overeenkomstig deze bevoegdheid de waarnemend voorzitter van de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland heeft besloten om ter bescherming van de veiligheid en de gezondheid alle openbare samenkomsten en vermakelijkheden zoals bedoeld in artikel 174 Gemeentewet, zoals onder andere evenementen/ bijeenkomsten/ activiteiten/ wedstrijden/ musea/ theaters en dergelijke af te gelasten;

- Dat de reguliere beschikbare middelen om de hierboven genoemde bescherming van veiligheid en gezondheid te waarborgen, thans onvoldoende soelaas bieden en dat het noodzakelijk is voor de handhaving van de openbare orde en waarborging van veiligheid en gezondheid, onder deze buitengewone omstandigheden en gelet op de aanvullende maatregelen van 13 maart 2020, 15 maart 2020, 17 maart 2020, 20 maart 2020, 23 maart 2020, 24 maart 2020, 3 april 2020 (inclusief correctie daarop) en 24 april 2020 algemeen verbindende voorschriften te stelten;

- Dat het onder deze omstandigheden noodzakelijk is om, in voorkomende gevallen, bestaande grondrechten te beperken aanvullend op het gestelde in artikel 176, eerste lid, Gemeentewet ter handhaving van de openbare orde of ter beperking van gevaar om de veiligheid en gezondheid te kunnen beschermen;

- Dat deze verboden gelden voor het gehele grondgebied van de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland;

Noodverordening van de waarnemend voorzitter van de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland houdende voorschriften ter voorkoming van verdere verspreiding van het coronavirus/COVlD-19 (Noodverordening COVID-19 Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland 28 april 2020)

De waarnemend voorzitter van de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Geldertand,

gelet op artikel 176 van de Gemeentewet en artikel 39 van de Wet veiligheidsregio's,

Gelet op: de aanwijzingen van de minister voor Medische Zorg en Sport, mede namens de minister van Justitie en Veiligheid, van 13 maart 2020, nr. 1662578-203166-PG, van 15 maart, nr. 1663097-203238-PG en van 17 maart, nr. 1663666-203280-PG, de aanwijzing van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 20 maart 2020, nr. 1665126-203432-PG, de aanwijzing van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, mede namens de minister van Justitie en Veiligheid, van 23 maart 2020, nr. 1665182-203445-PG, de aanwijzing van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, mede namens de minister van Justitie en Veiligheid, van 24 maart 2020, nr. 1666478-203555-PG, de aanwijzing van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, mede namens de minister van Justitie en Veiligheid, van 3 april 2020, nr. 1671030-203951-PG (inclusief correctie daarop) en de aanwijzing van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, mede namens de minister van Justitie en Veiligheid, van 24 april 2020, nr. 1679465-204590-PG;

Besluit de volgende regeling vast te stellen:

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1.1. Werkingssfeer

Deze verordening is van toepassing op het grondgebied van de gemeenten die behoren tot de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland te weten Aalten, Apeldoorn, Berkelland, Bronckhorst, Brummen, Doetinchem, Elburg, Epe, Ermelo, Harderwijk, Hattem, Heerde, Lochem, Montferland, Nunspeet, Oldebroek, Oost Gelre, Oude IJsselstreek, Putten, Voorst, Winterswijk en Zutphen.

Artikel 1.2. Begrippen

In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • contactberoepen: beroepen waarbij het niet mogelijk is ten minste meter afstand te houden tot de klant of patiënt;

  • cruciale beroepen: cruciale beroepen als bedoeld op https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/coronavirus-covid-19/veelgestelde-vragen-over-coronavirus-en-kinderopvang/cruciale-beroepen;

  • eet- en drinkgelegenheden: inrichtingen waar ter plaatse eten of drinken wordt verkocht en genuttigd, met uitzondering van inrichtingen in bedrijven, instellingen en andere organisaties die niet voor het publiek toegankelijk zijn (bedrijfskantines en bedrijfscatering) en inrichtingen in hotels (ontbijt-/eetzaal) ten behoeve van de daar overnachtende hotelgasten;

  • evenement: elke voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak, met uitzondering van markten als bedoeld in artikel 160, eerste lid, onderdeel g, van de Gemeentewet en betogingen, samenkomsten en vergaderingen als bedoeld in de Wet openbare manifestaties; onder evenementen vallen mede, maar niet uitsluitend, herdenkingsplechtigheden, braderieën, optochten niet zijnde manifestaties in de zin van de Wet openbare manifestaties, feesten, festivals, popconcerten en overige muziekvoorstellingen, betaald voetbalwedstrijden (met of zonder publiek), straatfeesten, barbecues en vechtsportwedstrijden;

  • gastouder: gastouder als bedoeld in de Wet kinderopvang;

  • gezamenlijke huishouding: de niet van tafel en bed gescheiden echtgenoot, geregistreerde partner of andere levensgezel en ouders, grootouders en kinderen, voor zover zij volgens de basisregistratie personen op hetzelfde adres woonachtig zijn;

  • kinderopvang: kinderopvang als bedoeld in de Wet kinderopvang;

  • onderwijsinstelling: school, instelling of exameninstelling in de zin van een onderwijswet als bedoeld in artikel 1, onderdeel d, onder 1, van de Wet op het onderwijstoezicht, daaronder begrepen een niet bekostigde instelling;

  • publieke ruimte: openbare ruimte en voor het publiek openstaande gebouwen en daarbij behorende erven, alsmede zich daar bevindende vaartuigen en voertuigen, met uitzondering van de zich daarin bevindende woongedeelten;

  • sauna’s: sauna’s en andere vormen van wellness zoals Turkse stoombaden, hamams, beauty farms, thermale baden, badhuizen en spa’s;

  • seksinrichtingen: inrichtingen waar bedrijfsmatig gelegenheid wordt gegeven tot het verrichten van seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling of bedrijfsmatig vertoningen van erotisch-pornografische aard worden aangeboden;

  • sport- en fitnessgelegenheden: sportaccommodaties en sportinrichtingen, waaronder zwembaden, sporthallen en sportvelden;

  • vitale processen: vitale processen als bedoeld op https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/coronavirus-covid-19/veelgestelde-vragen-over-coronavirus-en-kinderopvang/cruciale-beroepen;

  • voorzitter: voorzitter van de veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland (VNOG).

Hoofdstuk 2. Maatregelen

Artikel 2.1. Verboden samenkomsten en evenementen

1. Het is verboden om samenkomsten te laten plaatsvinden, te (laten) organiseren ofte laten ontstaan, dan wel aan dergelijke samenkomsten deel te nemen.

2. Dit verbod is niet van toepassing op de volgende samenkomsten, mits de aanwezigen te allen tijde ten minste 1,5 meter afstand houden tot de dichtstbijzijnde persoon:

  • a. wettelijk verplichte samenkomsten, zoals vergaderingen van gemeenteraden, mits daarbij niet meer dan honderd personen aanwezig zijn;

  • b. samenkomsten die noodzakelijk zijn voor de continuering van de dagelijkse werkzaamheden van instellingen, bedrijven en andere organisaties, mits daarbij niet meer dan honderd personen aanwezig zijn en maatregelen zijn getroffen om 1,5 meter afstand tussen de aanwezigen te garanderen;

  • c. uitvaarten en huwelijksvoltrekkingen, mits daarbij niet meer dan dertig personen aanwezig zijn;

  • d. samenkomsten waarbij het recht zijn godsdienst of levensovertuiging vrij te belijden als bedoeld in artikel 6 van de Grondwet wordt uitgeoefend, mits daarbij niet meer dan dertig personen aanwezig zijn;

  • e. samenkomsten ten behoeve van activiteiten als bedoeld in artikel 2.7, tweede lid, en artikel 2.8, tweede lid;

  • f. door sportverenigingen of professionals georganiseerd en zichtbaar begeleid buiten sporten en bewegen van personen tot en met 18 jaar;

  • g. wekelijkse (waren)markten, tenzij er sprake is van een uitgevaardigd Aanwijzingsbesluit.

3. Het is tot 1 september 2020 verboden om evenementen te laten plaatsvinden of ontstaan, dan wel aan evenementen deel te nemen.

Artikel 2.2. Verbod niet in acht nemen veilige afstand

1. Het is verboden zich in de publieke ruimte in een groep van drie of meer personen op te houden zonder tot de dichtstbijzijnde persoon in die groep en andere personen een afstand te houden van ten minste 1,5 meter.

2. Dit verbod is niet van toepassing op:

  • a. personen die een gezamenlijke huishouding vormen;

  • b. kinderen tot en met 12 jaar die:

  • i. samen spelen onder toezicht van een of meer ouders of voogden die daarbij onderling een afstand van 1,5 meter in acht nemen;

  • ii. georganiseerd buiten sporten of bewegen als bedoeld in artikel 2.1, tweede lid, onderdeel f.

Artikel 2.3. Verboden openstelling inrichtingen

1. Het is verboden om een van de volgende inrichtingen voor publiek geopend te houden:

  • a. eet- en drinkgelegenheden;

  • b. sport- en fitnessgelegenheden;

  • c. sauna’s;

  • d. seksinrichtingen;

  • e. coffeeshops;

  • f. inrichtingen waar speelautomaten als bedoeld in de Wet op de kansspelen kunnen worden bespeeld;

  • g. inrichtingen waar op de uiterlijke verzorging gerichte contactberoepen worden uitgeoefend;

  • h. groepsaccommodaties;

2. De verboden, bedoeld in het eerste lid, onderdelen a, e en g, zijn niet van toepassing indien uitsluitend sprake is van verkoop, aflevering of verstrekking van eten, drinken, softdrugs of producten voor gebruik anders dan ter plaatse, mits de exploitant maatregelen heeft getroffen om 1,5 meter afstand tussen de aanwezigen te garanderen en de duur van hun verblijf in de inrichting zoveel mogelijk wordt beperkt.

3. Het verbod, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing op:

  • a. inrichtingen waar buiten sporten of bewegen als bedoeld in artikel 2.1, tweede lid, onderdeel f, mogelijk wordt gemaakt;

  • b. instellingen voor topsport.

Artikel 2.4. Verbod uitoefenen contactberoepen

1. Het is verboden om contactberoepen uit te oefenen.

2. Dit verbod is niet van toepassing op zorgverleners die hun beroep uitoefenen, mits voor deze uitoefening een individuele medische indicatie bestaat.

Artikel 2.5. Verboden gebieden en locaties

1. Het is verboden zich te bevinden in door de voorzitter aangewezen gebieden en locaties. De voorzitter kan het verbod beperken tot bepaalde tijdvakken.

2. Dit verbod is niet van toepassing op:

  • a. bewoners van woningen die zijn gelegen in het gebied of de locatie;

  • b. personen die in het gebied of de locatie noodzakelijke werkzaamheden verrichten.

Artikel 2.5a. Sanitaire voorzieningen

1. Het is verboden sanitaire voorzieningen in de vorm van gemeenschappelijke toilet-, was- en douchevoorzieningen bij recreatieparken, vakantieparken, kampeerterreinen, kleinschalige kampeerveldjes, parken, natuurgebieden, jachthavens en stranden geopend te houden.

2. Het verbod in het eerste lid geldt niet voor het gedeelte waar de afstort van het chemische toilet (zogeheten cassette) in gemeenschappelijke toilet-, was- en douchevoorzieningen plaats moet vinden, mits de exploitant maatregelen heeft getroffen om 1,5 meter afstand tussen de aanwezigen te garanderen, de duur van hun verblijf in de inrichting zoveel mogelijk wordt beperkt, een goed sleutel- en schoonmaakbeleid wordt gevoerd en er voor wordt zorg gedragen dat alleen de aanwezige betrokkene bij de afstort toegang krijgt.

Artikel 2.6. Beëindiging voorziening openbaar vervoer

De voorzitter kan in overleg met de vervoerder voorzieningen voor openbaar vervoer beëindigen of beperken, indien:

  • a. deze voorzieningen niet of niet in voldoende mate voldoen aan de eis van verwezenlijking van de beperkende maatregelen met betrekking tot het houden van 1,5 meter afstand tussen alle in de voorziening aanwezige personen; en

  • b. de beëindiging van deze voorziening het transport van personen die werkzaam zijn in vitale processen of transport dat anderszins noodzakelijk is voor de mobiliteit van Nederland niet onnodig belemmert.

Artikel 2.7. Verboden openstelling onderwijsinstellingen

1. Het is verboden om onderwijsactiviteiten te verrichten in onderwijsinstellingen.

2. Dit verbod is niet van toepassing op:

  • a. de organisatie van onderwijs op afstand, waarbij studenten en leerlingen via een (digitaal) medium onderwijs krijgen in de thuissituatie;

  • b. de opvang van kinderen van ouders die werken in cruciale beroepen of voor vitale processen;

  • c. de organisatie van toetsing en examens mits zorgvuldige maatregelen zijn getroffen om het risico van besmetting te beperken;

  • d. kleinschalig georganiseerde opvang of begeleiding van leerlingen voor wie vanwege bijzondere problematiek of moeilijke thuissituatie maatwerk nodig is; en

  • e. scholen bij een open of gesloten residentiële instelling.

3. Onderwijsinstellingen werken mee aan openstelling ten behoeve van opvang of begeleiding als bedoeld in het tweede lid, onderdelen b en d.

Artikel 2.8. Verboden openstelling kinderopvang

1. Het is verboden om opvang te bieden in verblijven voor kinderopvang of als gastouder.

2. Dit verbod is niet van toepassing op:

  • a. de opvang van kinderen van ouders die werken in cruciale beroepen of voor vitale processen;

  • b. de opvang van kinderen van 0 tot 4 jaar voor wie vanwege bijzondere problematiek of moeilijke thuissituatie maatwerk nodig is.

3. Organisaties voor kinderopvang werken mee aan openstelling ten behoeve van opvang als bedoeld in het tweede lid.

Artikel 2.9. Verboden toegang verpleeghuizen en woonvormen ouderenzorg

Het is verboden om zonder toestemming van de beheerder aanwezig te zijn in:

  • a. een instelling die zorg als bedoeld in artikel 3.1.1, eerste lid, onderdeel a, van de Wet langdurige zorg verleent aan personen die daarop recht hebben vanwege een somatische of psychogeriatrische aandoening of beperking;

  • b. een woonsituatie waarin minimaal drie bewoners verblijven vanwege een somatische of psychogeriatrische aandoening of beperking en zorg ontvangen als bedoeld in artikel 3.1.1 van de Wet langdurige zorg.

Hoofdstuk 3. Uitzonderingen

Artikel 3.1. Uitzonderingen

1. De verboden in deze verordening zijn niet van toepassing op:

  • a. de betrokken hulpdiensten en toezichthouders;

  • b. activiteiten die noodzakelijk zijn voor de voortgang van vitale processen;

  • c. door de voorzitter te bepalen (categorieën van) gevallen.

2. De voorzitter kan voorschriften en beperkingen verbinden aan een vrijstelling of ontheffing op basis van het eerste lid, onderdeel c. Het is verboden om in strijd met dergelijke voorschriften en beperkingen te handelen.

Hoofdstuk 4. Toezicht en handhaving

Artikel 4.1. Opvolgen aanwijzingen

Alle aanwijzingen en bevelen ter uitvoering van deze verordening gegeven door daartoe bevoegde functionarissen dienen stipt en onmiddellijk nagekomen te worden.

Artikel 4.2. Toezicht

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast:

  • a. ambtenaren van politie als bedoeld in artikel 141, onderdeel b, van het Wetboek van Strafvordering;

  • b. door de voorzitter aangewezen buitengewoon opsporingsambtenaren als bedoeld in artikel 142, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering;

  • c. door de voorzitter aangewezen toezichthouders;

  • d. militairen van de Koninklijke marechaussee als bedoeld in artikel 141, onderdeel c, van het Wetboek van Strafvordering.

Hoofdstuk 5. Slotbepalingen

Artikel 5.1. Bekendmaking en inwerkingtreding

Deze verordening wordt bekendgemaakt op www.vnog.nl en treedt onmiddellijk na de bekendmaking in werking.

Artikel 5.2. Intrekking vorige noodverordening

De Noodverordening COVID-19 Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland 26 maart 2020 en het Wijzigingsbesluit i.v.m. datumverlenging en nieuw artikel 2.8. van Noodverordening COVID-19 Veiligheidsregio Noord- en Oost- Gelderland 26 maart 2020 worden ingetrokken.

Artikel 5.3. Overgangsrecht

Besluiten op basis van de Noodverordening COVID-19 Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland 26 maart 2020 en het Wijzigingsbesluit i.v.m. datumverlenging en nieuw artikel 2.8. van Noodverordening COVID-19 Veiligheidsregio Noord- en Oost- Gelderland 26 maart 2020 worden geacht te berusten op deze noodverordening.

Artikel 5.4. Wijzigingen onderwijsinstellingen met ingang van 11 mei 2020

Met ingang van 11 mei 2020 komt artikel 2.7, tweede en derde lid, te luiden:

2. Dit verbod is niet van toepassing op:

  • a. scholen voor speciaal onderwijs, voor speciaal basisonderwijs, locaties voor basisonderwijs verbonden aan asielzoekerscentra en locaties voor basisonderwijs uitsluitend voor nieuwkomers;

  • b. scholen voor basisonderwijs waarbij leerlingen voor ten minste de helft van de reguliere onderwijstijd naar school kunnen gaan;

  • c. de organisatie van onderwijs op afstand, waarbij studenten en leerlingen via een (digitaal) medium onderwijs krijgen in de thuissituatie;

  • d. de opvang van kinderen van ouders die werken in cruciale beroepen of voor vitale processen;

  • e. de organisatie van toetsing en examens mits zorgvuldige maatregelen zijn getroffen om het risico van besmetting te beperken;

  • f. kleinschalig georganiseerde opvang of begeleiding van leerlingen voor wie vanwege bijzondere problematiek of moeilijke thuissituatie maatwerk nodig is; en

  • g. scholen bij een open of gesloten residentiële instelling.

3. Onderwijsinstellingen werken mee aan openstelling ten behoeve van opvang of begeleiding als bedoeld in het tweede lid, onderdelen d en f.

Artikel 5.5. Wijzigingen kinderopvang met ingang van 11 mei 2020

Met ingang van 11 mei 2020 wordt artikel 2.8 als volgt gewijzigd:

1. Aan het tweede lid worden, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel b door een puntkomma, twee onderdelen toegevoegd, luidende:

  • c. de opvang van kinderen van 0 tot 4 jaar in verblijven voor kinderopvang en voor opvang van kinderen van 0 tot 12 jaar bij een gastouder;

  • d. de opvang van kinderen van 4 tot en met 12 jaar in verblijven voor kinderopvang, die op dezelfde dag ook naar school mogen volgens artikel 2.7, tweede lid, onder a of b.

2. Aan het derde lid wordt toegevoegd: “Medewerking hoeft niet te worden verleend als de beroepskracht-kindratio in de zin van de Wet kinderopvang wordt overschreden, doordat opvang geboden moet worden aan kinderen waarvoor de kinderopvang geen gecontracteerde opvang behoeft te leveren.”

Artikel 5.6. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Noodverordening COVID-19 Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland 29 april 2020.

Ondertekening

Vastgesteld op 29 april 2020 te Apeldoorn

De waarnemend voorzitter van de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland

A.J.M. Heerts