Parkeerfondsverordening gemeente Enkhuizen 2014

Geldend van 03-06-2014 t/m heden

Intitulé

Parkeerfondsverordening gemeente Enkhuizen 2014

De raad van de gemeente Enkhuizen;

Gelezen het voorstel van het Parkeerfonds Enkhuizen 18 maart 2014

Besluit:

Vast te stellen de Parkeerfondsverordening;

Parkeerfondsverordening gemeente Enkhuizen 2014

Artikel 1: Algemeen

  • 1. Door de gemeente Enkhuizen wordt een reserve geadministreerd onder de naam ‘Parkeerfonds’.

  • 2. Het Parkeerfonds heeft tot doel te zorgen voor voldoende parkeerplaatsen, ook als deze binnen een bouwplan niet kunnen worden gerealiseerd. Bij bouwplannen of wijzigingen van de bestemming worden initiatiefnemers geacht om op eigen terrein voldoende parkeerplaatsen te realiseren. Indien hieraan niet kan worden voldaan, kan onder voorwaarden ontheffing worden verleend dan wel een omgevingsvergunning worden verleend in afwijking van de eis tot parkeren op eigen erf. Aan deze ontheffing / omgevingsvergunning is een financiële verplichting gekoppeld, de zogenaamde afkoopregeling. Met deze financiële verplichting wordt de gemeente Enkhuizen in staat gesteld (en middels een overeenkomst gehouden) alsnog het benodigde aantal parkeerplaatsen op een alternatieve locatie aan te leggen.

Artikel 2: Toepassingsbereik Parkeerfonds

Het Parkeerfonds geldt voor de binnenstad van de gemeente Enkhuizen, zoals aangegeven in de nota ‘Parkeernormen en parkeerfonds’ van de gemeente Enkhuizen.

Artikel 3: Beheer van het Parkeerfonds.

  • 1. De gelden van het Parkeerfonds worden door het college van B&W beheerd.

  • 2. Het is aan het college van B&W, met inachtneming van het budgetrecht van de Raad, om besluiten te nemen over het doen van uitgaven uit het Parkeerfonds in het kader van:

    • a.

      Het nakomen van op de gemeente Enkhuizen rustende verplichtingen welke voortvloeien uit de met de gemeente Enkhuizen gesloten overeenkomsten met betrekking tot het voorzien in parkeergelegenheid zoals bedoeld in artikel 2.5.30 van de Bouwverordening gemeente Enkhuizen.

    • b.

      Uitgaven als gevolge van artikel 6.

  • 3. Het college neemt bij de te nemen beslissingen de in de volgende artikelen geformuleerde regels in acht.

Artikel 4: Inkomsten van het Parkeerfonds

Het Parkeerfonds bevat de volgende gelden en inkomsten:

  • 1.

    Gelden welke zijn betaald op grond van een met de gemeente Enkhuizen gesloten overeenkomst met betrekking tot het voorzien in parkeergelegenheid zoals bedoeld in artikel 2.5.30 van de Bouwverordening gemeente Enkhuizen.

  • 2.

    Overige gelden die bij besluit van het college van B&W of de gemeenteraad uitdrukkelijk zijn of worden bestemd voor storting in het Parkeerfonds.

Artikel 5: Hoogte bijdrage aan het Parkeerfonds

  • 1. Het aantal parkeerplaatsen waarvoor een storting in het Parkeerfonds verschuldigd is, zal worden vastgesteld door het aantal op eigen terrein gerealiseerde of nog te realiseren parkeerplaatsen en het aantal beschikbare in mindering te brengen op de totale hoeveelheid voor het bouwplan te realiseren parkeerplaatsen.

  • 2. Bij de berekening van de het aantal benodigde parkeerplaatsen wordt tevens rekening gehouden met parkeerbehoefte van de voorgaande op de locatie legaal gevestigde functie.

  • 3. Ook parkeerplaatsen in het openbare gebied, die door de ontwikkeling van de locatie te niet worden gedaan, zullen op eigen terrein worden gecompenseerd en, indien dit niet mogelijk blijkt, meegenomen in de berekening van het aantal te compenseren parkeerplaatsen

  • 4. Voor het bepalen van de te realiseren parkeercapaciteit worden de parkeernormen van de gemeente Enkhuizen gehanteerd. De gemeente Enkhuizen maakt hiervoor gebruik van de gemiddelde parkeerkencijfers voor het matig stedelijk centrumgebied van de CROW-uitgave (CROW-publicatie 317).

  • 5. Voor de storting in het Parkeerfonds kan ontheffing worden verleend indien naar het oordeel van het college van B&W het belang van het realiseren van het project zwaarder weegt dat het voldoen van de storting in het parkeerfonds (hardheidsclausule).

  • 6. Het tarief voor de storting in het Parkeerfonds (prijspeil 1 januari 2014) bedraagt, € 3.000,00 per parkeerplaats voor de aanleg op het maaiveld.

  • 7. Het college van B&W draagt zorg voor de jaarlijkse indexering van de onder artikel 5, lid 6 opgenomen tarief.

  • 8. Voor de bepaling van de hoogte van storting in het Parkeerfonds wordt het aantal, volgens de leden 1 en 2 bepaalde, parkeerplaatsen niet afgerond.

Artikel 6: Uitgaven ten laste van het Parkeerfonds

  • 1. Ten laste van het Parkeerfonds kunnen uitgaven worden gedaan ten behoeve van de nakoming van de op de gemeente Enkhuizen rustende verplichtingen welke voortvloeien uit de onder artikel 1 lid 2 bedoelde overeenkomsten.

  • 2. Ten laste van het Parkeerfonds kunnen slechts uitgaven worden gedaan welke kunnen bijdragen aan het optimaliseren van de benutting van de openbare parkeercapaciteit en aan de uitbreiding van de openbare parkeercapaciteit en de daaruit voortvloeiende kosten voor herstel van beplanting, verharding en andere zaken die het gevolg zijn van de aanleg van de parkeervoorziening.

Artikel 7: Verplichtingen

  • 1. De particulier, natuurlijk persoon of rechtspersoon zijnde, verplicht zich door ondertekening van een privaatrechtelijke overeenkomst op basis van artikel 2.5.30 van de Bouwverordening gemeente Enkhuizen om een bedrag, te berekenen op grond van het bepaalde in artikel 5, te storten in het Parkeerfonds.

  • 2. De storting in het Parkeerfonds dient uiterlijk 2 weken na het afgeven van de omgevingsvergunning op rekening van de gemeente Enkhuizen te zijn gestort.

  • 3. De gemeente verplicht zich om na storting van het bedrag, welke voortvloeit uit de in artikel 7 lid 1 genoemde overeenkomst, de genoemde parkeerplaatsen in deze overeenkomst binnen een acceptabele afstand gebaseerd op de nota ‘parkeernormen en parkeerfonds’ aan te leggen.Indien binnen een termijn van zes jaren na ingebruikname van het object geen aanvullende parkeercapaciteit is aangelegd dan is de gemeente Enkhuizen verplicht het eerder gestorte bedrag, vermeerderd met de bij de gemeente Enkhuizen geldende rente terug te storten aan initiatiefnemer, genoemd in de overeenkomst zoals bedoeld in artikel 7 lid 1.

  • 4. Indien binnen een acceptabele afstand gebaseerd op de nota ‘parkeernormen en parkeerfonds’ reeds in het kader van het parkeerfonds parkeerplaatsen zijn aangelegd zullen deze eerst worden verrekend. Mocht het vervolgens alsnog nodig zijn om parkeerplaatsen aan te leggen zal de gemeente deze conform lid 3 aan leggen; dit hoeft niet op dezelfde locatie te gebeuren.

Artikel 8. Administratieve bepalingen

De afdeling stedelijk beheer van de gemeente Enkhuizen draagt zorg voor een zorgvuldig beheer van de in het parkeerfonds gestorte gelden. Deze afdeling houdt een overzicht bij van alle ontvangsten en uitgaven van het parkeerfonds. Het college krijgt hiervan jaarlijks een overzicht.

Artikel 9. Wijzigen of opheffen van het parkeerfonds

  • 1. Alleen de gemeenteraad kan besluiten tot het wijzigen of opheffen van het parkeerfonds en de daarvan integraal deel uitmakende onderdelen.

  • 2. De gemeenteraad kan slechts tot opheffing overgaan indien alle verplichtingen uit de met particulieren gesloten overeenkomsten zijn nagekomen.

  • 3. Indien artikel 9, lid 2 niet het geval is, vindt afwikkeling van de gelden plaats op voorstel van het college.

  • 4. Als na afwikkeling van de met particulieren gesloten overeenkomsten nog enig batig saldo overblijft wordt dit overgeboekt naar de algemene reserve van de gemeente

Artikel 10 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt daags na bekendmaking in werking.

Ondertekening

Besloten in de openbare vergadering van 6 mei 2014 De griffier, De voorzitter,