Gedragscode Integriteit Raadsleden

Geldend van 07-11-2016 t/m heden

Intitulé

Gedragscode Integriteit Raadsleden

De raad van de gemeente Enkhuizen;

gelezen het voorstel van het raadspresidium d.d. 4-11-2016, nummer 2016053;

gelet op artikel 15 lid 3 Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de navolgende Gedragscode Integriteit Raadsleden

Preambule

Omwille van de leesbaarheid wordt in deze gedragscode de mannelijke vorm gebruikt; overal waar ‘hij’ staat, kan uitdrukkelijk ook ‘zij’ gelezen worden. Evenzo voor ‘hem’ en ‘haar’ en voor overige verwijzingen naar mannelijke/vrouwelijke persoonsvormen.

Artikel 1 - belangenverstrengeling

  • 1.

    Een raads- of commissielid mag zijn invloed en stem niet gebruiken om een persoonlijk belang veilig te stellen of het belang van een ander(e organisatie) bij wie hij een persoonlijke betrokkenheid heeft. Een raads- of commissielid moet actief en uit zichzelf belangenverstrengeling en de schijn van belangenverstrengeling, tegengaan.

  • 2.

    Een raadslid onthoudt zich alleen van deelname aan de stemming als er sprake is van een beslissing waarbij belangenverstrengeling dreigt; het gaat dan om kwesties waar hij zelf een persoonlijk belang bij heeft, of om kwesties waarbij het gaat om een belang van een individu of organisatie waarbij hij een substantiële betrokkenheid heeft.

  • 3.

    Een raads- of commissielid onthoudt zich bij beslissingen waarbij belangenverstrengeling dreigt, niet alleen van stemming (zie lid 2) maar ook van de beïnvloeding van de besluitvorming in de andere fases van het besluitvormingsproces.

Artikel 2 – nevenfuncties en financiële belangen

  • 1.

    Een raads- of commissielid mag de functies genoemd in artikel 13 lid 1 sub a tot en met o en artikel 15 lid 1 sub a tot en met c van de Gemeentewet niet uitoefenen.

  • 2.

    Een raads- of commissielid mag de overeenkomsten en handelingen genoemd in artikel 15 lid 1 sub 1e tot en met 7e van de Gemeentewet niet aangaan, tenzij het College van Gedeputeerde Staten ontheffing verleent.

  • 3.

    Een raads- of commissielid maakt betaalde en onbetaalde functies die hij vervult naast het raads- of commissielidmaatschap openbaar.

  • 4.

    De griffier van de raad draagt zorg voor een geactualiseerde openbare lijst met functies die raads- en commissieleden vervullen. Op deze lijst wordt tevens vermeld of de werkzaamheden al dan niet bezoldigd zijn. De lijst ligt ter inzage ter griffie en wordt gepubliceerd op de website die de raadsinformatie bevat.

  • 5.

    Een raads- of commissielid doet opgave van zijn financiële belangen in ondernemingen en organisaties waarmee de gemeente zakelijke betrekkingen onderhoudt als dat belang groter is dan 5% van het aandelenkapitaal; ook tussentijds ontstaan financiële belangen worden openbaar gemaakt.

  • 6.

    De griffier van de raad draagt zorg voor een geactualiseerde openbare lijst met financiële belangen van raads- en commissieleden. De lijst ligt ter inzage ter griffie en wordt gepubliceerd op de website die de raadsinformatie bevat.

Artikel 3 - geschenken

  • 1.

    Een raads- of commissielid mag zijn invloed en zijn stem niet laten kopen of beïnvloeden door geld, goederen of diensten die hem zijn gegeven of hem in het vooruitzicht zijn gesteld.

  • 2.

    Een raads- of commissielid moet actief en uit zichzelf elke schijn van corruptie tegengaan.

  • 3.

    Een raads- of commissielid neemt geen geschenken aan die hem uit hoofde van of vanwege zijn functie worden aangeboden, tenzij:

    • a.

      het weigeren, teruggeven of terugsturen de gever ernstig zou kwetsen of bijzonder in verlegenheid zou brengen;

    • b.

      het weigeren, teruggeven of terugsturen om praktische redenen onwerkbaar is;

    • c.

      het gaat om een incidentele, kleine attentie (zoals een bloemetje of fles wijn) waarbij er geen schijn van corruptie of belangenverstrengeling is.

  • 4.

    Alle geschenken die om een van de in lid 3 genoemde redenen niet zijn geweigerd, teruggegeven of teruggestuurd, of om andere redenen toch in het bezit zijn van het raads- of commissielid, worden gemeld aan de griffier.

  • 5.

    Alle geschenken die om een van de in lid 3, met uitzondering van sub c genoemde redenen niet zijn geweigerd, teruggegeven of teruggestuurd, of om andere redenen toch in het bezit zijn van het raads- of commissielid, worden alsnog teruggestuurd dan wel worden eigendom van de gemeente.

  • 6.

    De griffier draagt zorg voor de registratie van giften en hun gemeentelijke bestemming. Dit register ligt ter inzage ter griffie en wordt gepubliceerd op de website die de raadsinformatie bevat.

  • 7.

    Een raads- of commissielid accepteert geen faciliteiten en diensten van anderen die hem uit hoofde van of vanwege zijn functie worden aangeboden, tenzij:

    • a.

      het weigeren ervan het raadswerk onmogelijk of onwerkbaar zou maken en

    • b.

      tegelijkertijd er geen schijn van corruptie of belangenverstrengeling is.

  • 8.

    Een raads- of commissielid gebruikt faciliteiten of diensten van anderen die uit hoofde of vanwege de raadsfunctie worden aangeboden, niet voor privédoeleinden.

  • 9.

    Een raads- of commissielid accepteert lunches, diners, recepties en andere uitnodigingen die door anderen betaald of georganiseerd worden, alleen als;

    • a.

      dat behoort tot de uitoefening van het raadswerk,

    • b.

      de aanwezigheid beschouwd kan worden als functioneel (protocollaire taken, formele vertegenwoordiging van de gemeente, uitnodiging met beschreven doel omtrent de wenselijkheid van de aanwezigheid), en

    • c.

      tegelijkertijd er geen schijn van corruptie of belangenverstrengeling is.

  • 10.

    Een raads- of commissielid accepteert werkbezoeken waarbij reis- en verblijfkosten door anderen betaald worden alleen bij hoge uitzondering. Een dergelijke invitatie dient altijd te worden besproken in een commissie uit de raad. De invitatie mag alleen geaccepteerd worden als het bezoek aantoonbaar van groot belang is voor de gemeente en de schijn van corruptie minimaal is. Van een dergelijk werkbezoek wordt altijd een verslag gedaan aan de raad.

Artikel 4 - conformeren aan beleid

  • 1.

    Een raads- of commissielid houdt zich aan het beleid dat is vastgesteld voor het gebruik van gemeentelijke faciliteiten en financiële middelen.

  • 2.

    Een raads- of commissielid houdt zich aan het beleid dat is vastgesteld voor het gebruik van interne voorzieningen van algemene aard, zoals vergader - en reproductiefaciliteiten en telefoons.

  • 3.

    Een raads- of commissielid houdt zich aan de regelgeving en het beleid dat is vastgesteld met betrekking tot onkostenvergoedingen en declaraties.

Artikel 5 - informatieverstrekking

  • 1.

    Een raads- of commissielid betracht maximale openheid als het gaat om zijn eigen beleid en beslissingen en om de beweegredenen daarvoor. Hij handelt in overeenstemming met de geldende openbaarheidsregelingen zoals de Gemeentewet en de Wet openbaarheid van bestuur.

  • 2.

    Een raads- of commissielid dat de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het geheime of vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden, is verplicht tot geheimhouding van die gegevens, behalve als de wet hem tot mededeling verplicht.

  • 3.

    Een raads- of commissielid maakt niet ten eigen bate of ten bate van een ander gebruik van in de uitoefening van het ambt verkregen informatie.

  • 4.

    Een raads- of commissielid gaat zorgvuldig en correct om met aan hem gerichte brieven en e-mailberichten.

  • 5.

    De raad kan een protocol voor de informatievoorziening door het college van burgemeester en wethouders aan de raad vaststellen.

Artikel 6 - onderling gedrag

  • 1.

    Raads- en commissieleden bejegenen elkaar correct in woord, gebaar en geschrift.

  • 2.

    Raads- en commissieleden bejegenen de griffie en andere ambtenaren correct in woord, gebaar en geschrift.

  • 3.

    Raads- en commissieleden houden zich tijdens de raadsvergadering aan het reglement van orde en volgen de aanwijzingen van de voorzitter op.

  • 4.

    Raads- en commissieleden onthouden zich in woord, gebaar en geschrift, inclusief elektronische berichten, van persoonlijke aanvallen op individuele ambtenaren in raadsvergaderingen en in het openbaar.

Artikel 7 - naleving van gedragscode en toezicht

  • 1.

    De raad stelt in het eerste trimester van elke nieuwe raadsperiode de gedragscode vast voor elk van de bestuursorganen: de raad, het college en de burgemeester.

  • 2.

    De raad ziet erop toe dat de gedragscodes worden nageleefd.

  • 3.

    De raad ziet er in het bijzonder op toe dat de raad, de fracties en de individuele raads- en commissieleden de eigen gedragscode naleven. De griffier ondersteunt de raad hierbij.

  • 4.

    Het college ziet er in het bijzonder op toe dat het college en de individuele collegeleden de gedragscode van de wethouders naleven. De gemeentesecretaris ondersteunt het college hierbij.

  • 5.

    De burgemeester ziet er in het bijzonder op toe dat hij de gedragscode van de burgemeester naleeft. De gemeentesecretaris en de griffier ondersteunen de burgemeester hierbij.

  • 6.

    De raad, het college en de burgemeester leggen jaarlijks een gezamenlijke verklaring af over het functioneren van de drie gedragscodes. De griffier en de gemeentesecretaris ondersteunen hen hierbij.

  • 7.

    Een raads- of commissielid dat twijfelt of een handeling die hij wil verrichten of nalaten een overtreding van de code zou kunnen zijn wint, hierover advies in bij de griffier.

  • 8.

    Een raads- of commissielid dat vermoedt dat een regel van de gedragscode wordt overtreden door een ander raads- of commissielid, een wethouder of de burgemeester, is gehouden hiervan melding te doen bij de griffier.

  • 9.

    In het geval er een concreet vermoeden is dat een raads- of commissielid, een wethouder of de burgemeester een regel van de gedragscode heeft overtreden, kan er opdracht gegeven worden een onderzoek hiernaar te verrichten.

  • 10.

    In het geval is komen vast te staan dat er sprake is van overtreding van een regel van de gedragscode dan kan dit leiden tot een sanctie.

Artikel 8 - inwerkingtreding

Deze gedragscode treedt in werking op de dag na de dag van openbare publicatie.

Ondertekening

Aldus besloten door de raad van de gemeente Enkhuizen in zijn openbare vergadering van 6 november 2016.

De raad voornoemd,

de griffier, de voorzitter,

H.C. Lankman J.G.A. Baas