Beleidsregel hinderlijke/gevaarlijke beplanting in de openbare ruimte Epe 2020

Geldend van 04-02-2021 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel hinderlijke/gevaarlijke beplanting in de openbare ruimte Epe 2020

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Epe tot vaststelling van de beleidsregel voor de uitvoering van het artikel 2:15 van de algemene plaatselijke verordening gemeente Epe 2008.

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Epe;

gelezen het voorstel van 19 januari 2021, zaaknr. 214500;

overwegende dat,

het gewenst is om een beleidsregel vast te stellen omtrent hinderlijke / gevaarlijke beplanting;

om te voorkomen dat er hinder of gevaar ontstaat voor het wegverkeer door hinderlijke (particuliere) beplanting is het nodig om een stappenplan en beleidsregel (als uitwerking van de APV) op te stellen. Hierdoor kan er effectiever worden opgetreden.”

gelet op de artikelen 4:81, eerste lid, 4:83 en 1:3, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht;

artikel 2:15 van de APV

B E S L U I T vast te stellen de volgende beleidsregel:

Beleidsregel hinderlijke/gevaarlijke beplanting in de openbare ruimte Epe 2020 

Artikel 1 Begripsbepaling

De beleidsregels verstaan onder:

a. Algemene Plaatselijke Verordening: de geldende Algemene Plaatselijke Verordening van Epe en in geval van herziening van deze verordening de Algemene Plaatselijke Verordening zoals deze nadien en laatstelijk door de raad van de gemeente Epe – hierna APV – is vastgesteld;

b. Wegen: alle voor het verkeer openstaande wegen en paden, zoals bedoeld in artikel 1:1. sub b van de wegenverkeerswet 1994;

c. Rabatstroken: klinkerstroken langs de rijbaan, bedoeld als parkeer- en voetgangersgedeelte;

d. Wegverkeer: verkeer dat over een weg gebeurt door voertuigen en voetgangers.

Artikel 2 Hinder en of gevaar voor het wegverkeer 

Het is verboden beplanting of een voorwerp aan te brengen of te hebben op zodanige wijze dat aan het wegverkeer het vrije uitzicht wordt belemmerd of dat er op andere wijze voor het wegverkeer hinder of gevaar ontstaat, zoals bedoeld in artikel 2:15 APV. Hiervan is in ieder geval sprake indien:

a. Boven wegen, parkeerterreinen en rabatstroken de vrije doorgang minder dan 4.2- meter hoogte bedraagt;

b. Boven fiets- en voetpaden de vrije doorgang minder dan 3.00 meter hoogte bedraagt, met de aanvulling dat naast het fietspad een strook van 50 cm moet worden vrijgehouden;

c. Gemeten vanaf de erfgrens het groen tijdens het groeiseizoen van mei tot en met september verder boven openbare wegen, parkeerterreinen, rabatstroken, voet- en fietspaden uitsteekt dan 30 cm;

d. Buiten het groeiseizoen mag het groen niet over de erfgrens uitsteken;

e. Bij lichtmasten en armaturen de beplanting de lichtval naar de openbare wegen, parkeerterreinen, rabatstroken, voet- en fietspaden belemmert;

f. Verkeersborden niet vrij van beplanting zijn of door beplanting niet goed zichtbaar zijn;

g. Uitzichthoeken op kruisingen worden belemmerd door beplanting op eigen terrein, waarbij er sprake is van een verkeersonveilige situatie (zie uitwerking bijlage 3).

h. Het uitvoeren van graafwerkzaamheden aan de ondergrondse nutsvoorzieningen wordt belemmerd.

Artikel 3 Verplichting om hinderlijke en/of gevaarlijke beplanting te snoeien

De eigenaar of gebruiker van het perceel van de hinderlijke en/of gevaarlijke beplanting is gehouden zijn beplanting zodanig terug te snoeien en gesnoeid te houden dat hinderlijke en/of gevaarlijke situaties, zoals bedoelt in artikel 2, worden vermeden. In het geval als bedoeld in artikel 2, onder c, dient na aanschrijving door het college terugsnoei in ieder geval plaats te vinden tot aan de erfgrens. Het groen moet op proportionele wijze worden teruggesnoeid met inachtneming van de natuurwetgeving.

Artikel 4 Hoogte van de last onder dwangsom

De hoogte van de last onder dwangsom bedraagt:

1. € 200 per week met een maximum van € 800 indien de hinderlijke/ gevaarlijke beplanting bomen betreft.

2. € 100 per week met een maximum van € 400 voor alle overige gevallen van hinderlijke/ gevaarlijke beplanting.

Artikel 5 In werking treding en citeertitel 

1. Deze beleidsregel treedt een dag na de bekendmaking in werking.

2. Deze beleidsregel wordt aangehaald als: “Beleidsregel hinderlijke/gevaarlijke beplanting in de openbare ruimte Epe 2020”.

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van Epe in de vergadering van 19 januari 2021

Burgemeester en wethouders van Epe,

de burgemeester, dhr. dr. T.C.M. Horm

de secretaris, mw. C. Kats

Ondertekening