Regeling vervallen per 16-01-2024

Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid gemeente Etten-Leur

Geldend van 18-12-2014 t/m 15-01-2024

Intitulé

Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid gemeente Etten-Leur

De raad van de gemeente Etten-Leur;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van28 oktober 2014;

gelet op artikel 213a Gemeentewet

BESLUIT

de Verordening voor periodiek onderzoek door het college naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het door het college gevoerde bestuur van de gemeente Etten-Leur vast te stellen.

Artikel 1 Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

a.doelmatigheid

De mate waarin de gewenste prestaties en beoogde maatschappelijke effecten worden gerealiseerd met een zo beperkt mogelijke inzet van middelen, óf met de beschikbare middelen zoveel mogelijk resultaat wordt bereikt.

b.doeltreffendheid

De mate waarin de gewenste prestaties en beoogde maatschappelijke effecten van het beleid daadwerkelijk worden behaald.

Artikel 2 Onderzoeksfrequentie

  • 1. Het college onderzoekt periodiek de doelmatigheid van producten, onderliggende processen en / of organisatieonderdelen van de gemeente.

    • a.

      De gemeentelijke organisatie wordt minimaal eens in de vier jaar onderworpen aan een doelmatigheidsonderzoek;

    • b.

      Een doelmatigheidsonderzoek naar de uitvoering van een product of onderliggend proces wordt verricht indien er naar aanleiding van politiek / bestuurlijke actualiteit of de bevindingen van een ander onderzoek, behoefte is aan verdieping in de doelmatigheidsvraag.

  • 2. Het college toetst jaarlijks de doeltreffendheid van tenminste één (deel van een) programma.

Artikel 3 Onderzoeksprogramma

  • 1. Het college stelt jaarlijks een onderzoeksprogramma op en zendt het vastgestelde onderzoeksprogramma uiterlijk 31 december voorafgaand aan het jaar van onderzoek ter kennisname naar de raad. In het auditcommitee vindt afstemming plaats over de te verrichten onderzoeken, door of in opdracht van het college, raad, rekenkamer en accountant.

  • 2. In het onderzoeksprogramma wordt per onderzoek globaal aangegeven:

    • a.

      Het object van onderzoek;

    • b.

      De onderzoeksvraag;

    • c.

      Het soort onderzoek (doelmatigheid, doeltreffendheid of beide).

  • 3. Het college kan op grond van belangrijke actuele gebeurtenissen of omstandigheden van bijzondere aard het onderzoeksprogramma aanpassen. Motivering voor deze aanpassing wordt, na het nemen van het besluit, aan de raad ter kennisname gezonden.

Artikel 4 Voortgang onderzoeken

Het college rapporteert in de bedrijfsvoeringsparagraaf van de begroting en de jaarrekening over de voortgang van onderzoeken naar doelmatigheid en doeltreffendheid. De voortgang (en afronding) van de aanbevelingen en adviespunten uit de onderzoeken wordt periodiek gemonitord en ter kennis gebracht van het college en het auditcommittee.

Artikel 5 Rapportage en gevolgtrekking

  • 1. De uitkomsten van een onderzoek worden vastgelegd in een rapportage. Elke rapportage bevat ten minste de bevindingen en indien nodig aanbevelingen voor verbeteringen.

  • 2. Op basis van de resultaten van ieder onderzoek stelt het college indien nodig een plan van verbetering op. Het college neemt op basis van het plan van verbetering maatregelen.

  • 3. Een samenvatting van de onderzoeksresultaten en de geplande verbeteracties worden ter kennisname aan de raad aangeboden.

Artikel 6 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2015.

  • 2. Vanaf het in het eerste lid genoemde tijdstip wordt de Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid gemeente Etten-Leur, vastgesteld bij besluit van de raad van 18 december 2006, ingetrokken.

Artikel 7 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: “Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid gemeente Etten-Leur”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 28 oktober 2014
De raad voornoemd,
De griffier, De voorzitter,
drs. W.C.M. Voeten MBA. Mw. H. van Rijnbach-de Groot.

Toelichting op de artikelen van de Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid gemeente Etten-Leur

Artikel 2. Onderzoeksfrequentie

In artikel 2 wordt het college opgedragen onderzoek te verrichten naar de doelmatigheid van het gevoerde bestuur. De onderzoeken naar de doelmatigheid betreffen onderzoeken naar de uitvoering van het beleid en het beheer van middelen. Daarnaast biedt het artikel de mogelijkheid – naast de reguliere preventieve bedrijfsdoorlichting – andere doelmatigheidsonderzoeken te verrichten binnen één of (tussen) meerdere afdelingen.

Dit artikel bepaalt tevens, wat betreft de doeltreffendheid, dat het college de raad inzicht geeft in de vraag of het uitgevoerde beleid heeft geleid tot (van tevoren) bepaalde maatschappelijke effecten. De onderzoeken naar de doeltreffendheid vinden plaats op basis van begrotingsprogramma’s of in paragrafen geformuleerd beleid. Dit beleid kan gehele begrotingsprogramma’s omvatten of delen daarvan. Ook kunnen dergelijke onderzoeken paragrafen van de begroting en jaarstukken of delen daarvan omvatten.

Artikel 3. Onderzoeksprogramma

Jaarlijks wordt een onderzoeksprogramma opgesteld. Het college kan er, als gevolg van prioritering in werkzaamheden, voor kiezen om in een bepaald jaar geen onderzoeken uit te voeren. Na het nemen van een dergelijk besluit wordt de raad van de motivering hiervoor in kennis gesteld. De beslissing wat te onderzoeken is aan het college. Het onderzoeksprogramma moet een volledig beeld geven van de voorgenomen onderzoeken. De onderzoeken in het onderzoeksprogramma worden op een later tijdstip door het college gedetailleerd per onderzoek uitgewerkt.

Artikel 4. Voortgang onderzoeken

De paragraaf bedrijfsvoering van de begroting en de jaarrekening geven inzicht in de stand van zaken van de bedrijfsvoering van de verschillende afdelingen. Daarbij dient een relatie te worden gelegd met inhoud van de programma’s van de begroting en jaarstukken. Het ligt voor de hand om eveneens te rapporteren over de stand van zaken bij de interne onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het gevoerde bestuur. De voortgang (en afronding) van de aanbevelingen en adviespunten uit de onderzoeken wordt periodiek gemonitord en ter kennis gebracht van het college en de raad / audit committee.

Artikel 5. Rapportage en gevolgtrekking

Met de instelling van de onderzoeken beoogt de gemeente de transparantie van gemeentelijk handelen te vergroten en de verantwoording daarover te versterken. De raad wordt dan ook geïnformeerd over de uitkomsten van de onderzoeken zoals voorgeschreven in artikel213a, tweede lid van de Gemeentewet. Dit gebeurt in de paragraaf bedrijfsvoering van de begroting en de jaarrekening. Dit betreft uiteraard de onderzoeken die lopende het jaar zijn afgerond. Dat sluit echter geenszins uit dat het college de uitkomsten eerder kan aanbieden aan de raad. Systematische aandacht voor doelmatigheid en doeltreffendheid impliceert ook het doel om te leren, om te denken over en te streven naar verbetering. Daarom is in deze verordening opgenomen, dat evaluatie en aanbevelingen voor verbetering onderdeel zijn van de rapportage en dat zonodig door middel van een plan van verbetering het vervolgtraject moet worden ingezet. De bedrijfsvoering is een zaak van het college. Het is dan ook aan het college om maatregelen te nemen voor verbetering.