Gedragscode integriteit gemeenteraads- en burgerleden gemeente Etten-Leur

Geldend van 18-04-2016 t/m heden

Intitulé

Gedragscode integriteit gemeenteraads- en burgerleden gemeente Etten-Leur

De raad van de gemeente Etten-Leur;

gelet op artikel 15, derde lid, van de Gemeentewet;

gezien het advies van het seniorenconvent van 29 maart 2016;

besluit vast te stellen de Gedragscode integriteit gemeenteraads- en burgerleden Etten-Leur

Inleiding

Deze inleiding maakt integraal onderdeel uit van deze gedragscode.

Goed bestuur is integer bestuur. Daarmee is integriteit niet alleen een verantwoordelijkheid van de individuele politieke ambtsdragers, maar een gezamenlijk belang dat de hele organisatie en het hele bestuur in al zijn geledingen aangaat.

De gedragscode richt zich daarom zowel tot de individuele politieke ambtsdragers als tot de bestuursorganen. Ons democratische systeem en de democratische processen kunnen niet zonder integer functionerende organen en functionarissen.

Integriteit van politieke ambtsdragers verwijst naar de zorgvuldigheid die politieke ambtsdragers moeten betrachten bij het invullen van hun rol in de democratische rechtsstaat. Dat betekent de verantwoordelijkheid nemen die met de functie samenhangt en bereid zijn verantwoording af te leggen, aan collega-bestuurders en/of (leden van) de volksvertegenwoordiging en bovenal aan de burger. In de democratische rechtsstaat dient eenieder zich te houden aan de wetten en regels die op democratische wijze zijn vastgesteld. Dat geldt zeker voor de politieke ambtsdragers die (mede)verantwoordelijk zijn voor de totstandkoming van die wetten en regels. Zonder dat zal het vertrouwen in de democratische rechtsstaat worden ondermijnd en het draagvlak voor de naleving van de wetten en regels verdwijnen. Vertrekpunt voor de politieke ambtsdrager is dan ook de eed of gelofte die de politieke ambtsdrager bij de ambtsaanvaarding aflegt.

Integriteit is niet alleen een kwestie van regels, maar heeft ook betrekking op de onderlinge omgangsvormen. Een respectvolle omgang met burgers en organisaties, tussen politieke ambtsdragers onderling en tussen politieke ambtsdragers en medewerkers, met behoud van eigen politieke inhoud en stijl, is van groot belang.

De volksvertegenwoordiging stelt zowel voor de eigen leden als voor de dagelijkse bestuurders een gedragscode vast. Dat is zo vastgelegd in de Gemeentewet. De gedragscode is richtsnoer voor het handelen van individuele politieke ambtsdragers en heeft tot doel hen te ondersteunen bij de invulling van hun verantwoordelijkheid voor de integriteit van het openbaar bestuur.

Voor de twee groepen van politieke ambtsdragers (volksvertegenwoordigers en dagelijkse bestuurders) is er een afzonderlijke gedragscode. Onderhavige gedragscode heeft betrekking op de volksvertegenwoordigers. Veel bepalingen zijn voor de volksvertegenwoordigers en de dagelijkse bestuurders gelijk. Er zijn ook verschillen. Die hebben te maken met de staatsrechtelijke posities en met de voor hen geldende wettelijke (integriteits)regels. De gemeenteraad is een politiek orgaan. In de volksvertegenwoordigingen worden specifieke of (partij-)politieke belangen ingebracht voor het algemeen belang van de gemeente.

Deze politieke ambtsdragers krijgen het mandaat van hun kiezers en de gedragscode dient de vervulling van het kiezersmandaat te ondersteunen.

Het handelen van het dagelijks bestuur en van de bestuurders staat ten dienste van de gemeente. De ambtsdragers aan wie en de organen waaraan het dagelijks bestuur is opgedragen, zijn over hun bestuurlijke handelen en over hun functioneren verantwoording schuldig aan de volksvertegenwoordigende organen.

Aan het dagelijks bestuur en de bestuurders worden ook in de gedragscode bijzondere eisen gesteld om optimale openheid en controleerbaarheid mogelijk te maken. Het rechtskarakter van de gedragscode is dat van een interne regeling, als nadere invulling en concretisering van de wettelijke regels. De gedragscode bevat in aanvulling op wettelijke regels gedragsnormen en regels over procedures die de transparantie van het handelen van politieke ambtsdragers evenals van de besluitvorming over en de naleving van de normen vergroten. Zij vormt een beoordelingskader en leidraad bij twijfel, vragen en discussies. Het niet naleven van de gedragscode heeft geen rechtsgevolgen. Sprake is van zelfbinding. De regels worden namelijk in gezamenlijk debat vastgesteld door de politieke ambtsdragers zelf. In dit licht moeten de regels in de code worden gezien. Dat maakt de gedragscode evenwel niet vrijblijvend. De volksvertegenwoordigers kunnen daarop worden aangesproken en zij dienen zich over de naleving ervan te verantwoorden. Het niet naleven van de gedragscode kan dus wel onderdeel worden van politiek debat en politieke gevolgen hebben.

Integriteit is een thema dat betekenis krijgt in het handelen. Een integriteitsbeleid dat alleen op papier bestaat, is slechts een dode letter. Daarom moet het handelen van politieke ambtsdragers regelmatig onderwerp van gesprek zijn, juist ook onderling, en ook daarbij geeft de gedragscode ondersteuning. De code en de voorgestelde registraties zijn instrumenten.

Integriteit is uiteindelijk niet in regels te vangen. In de woorden van de schrijver C.S. Lewis gaat het om ‘doing the right thing, even when no one is watching’.

Integer handelen kan alleen in een cultuur en organisatie waar ook de andere waarden van goed bestuur worden nagestreefd. De Nederlandse Code voor Goed Openbaar Bestuur benoemt een aantal kernwaarden van goed openbaar bestuur. Integriteit wordt in deze Code in één adem genoemd met openheid. ‘Openheid en integriteit’: “het bestuur is open en integer en maakt duidelijk wat het daaronder verstaat.“ De wetgeving (en de gedragscode in aanvulling hierop) bevat diverse voorschriften inzake openheid met het oog op de integriteit.

Die voorschriften hebben betrekking op openbaarmaking van nevenfuncties en/of neveninkomsten, van geschenken, buitenlandse reizen, excursies en evenementen. De registraties in de codes zijn bedoeld om de transparantie te bevorderen die belangenverstrengeling en onverantwoord en/of onjuist gebruik van publieke middelen door politieke ambtsdragers moeten tegengaan. De politieke ambtsdrager is primair zelf verantwoordelijk voor zijn integriteit en hij zal zich daar in alle openheid over moeten verantwoorden.

De Nederlandse Code voor Goed Openbaar Bestuur verbindt openheid en integriteit met de kernwaarden participatie, behoorlijke contacten met burgers, doelgerichtheid en doelmatigheid, legitimiteit, lerend en zelfreinigend vermogen en verantwoording. Al deze kernwaarden klinken in verschillende mate door in de hierna volgende gedragscode.

Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Artikel 1.1

Deze gedragscode geldt voor de raadsleden en burgerleden, maar richt zich ook tot de bestuursorganen van de gemeente Etten-Leur.

Artikel 1.2

Deze gedragscode is openbaar (ter inzage en via internet) beschikbaar.

Paragraaf 2 Voorkomen van belangenverstrengeling

Artikel 2.1

  • 1. Het raadslid of het burgerlid levert de griffier de informatie aan over de (neven)functies die openbaar gemaakt moeten worden bij aanvang van het raadslid- of het burgerlidmaatschap. Als gaande het lidmaatschap nieuwe (neven)functies aanvaard worden of de omstandigheden met betrekking tot bestaande (neven)functies wijzigen, wordt de informatie die hierop betrekking heeft binnen één week aangeleverd bij de griffier.

  • 2. De informatie betreft in ieder geval:

    a. de omschrijving van de (neven)functie;

    b. de organisatie voor wie de (neven)functie wordt verricht;

    c. of het al dan niet een (neven)functie betreft uit hoofde van het raadslidmaatschap of het burgerlidmaatschap; en

    d. of de (neven)functie bezoldigd of onbezoldigd is.

  • 3. De griffier legt hiervoor een register aan voor de gemeenteraad en beheert dit register. Het register is openbaar (ter inzage en via internet) beschikbaar.

  • 4. Het raadslid of het burgerlid doet opgave bij de griffier van zijn financiële belangen in ondernemingen en organisaties voor zover dat belang groter is dan 5% van het aandelenkapitaal. Ook doet het raadslid of het burgerlid opgave wanneer deze de uiteindelijke belanghebbende is van of zeggenschap heeft over een juridische entiteit. De opgave is openbaar en door derden te raadplegen.

  • 5. Bij privaat-publieke samenwerkingsrelaties voorkomt het raadslid of het burgerlid (de schijn van) bevoordeling in strijd met eerlijke concurrentieverhoudingen. Wanneer een raadslid of burgerlid contacten heeft met organisaties waarmee de gemeente zakelijke betrekkingen heeft of kan krijgen en dit van invloed is op latere besluitvorming, doet het raadslid of burgerlid hiervan opgave bij de griffier.

  • 6. Indien de onafhankelijke oordeelsvorming van het raadslid of het burgerlid over een onderwerp in het geding is, geeft hij bij de besluitvorming daarover aan in hoeverre het onderwerp hem persoonlijk aangaat.

  • 7. Een raadslid dat familie- of vriendschapsbetrekkingen of anderszins persoonlijke betrekkingen heeft met een aanbieder van diensten of zaken aan de gemeente, onthoudt zich van deelname aan de besluitvorming over de betreffende opdracht.

  • 8. Een oud-raadslid of oud-burgerlid wordt het eerste jaar na de beëindiging van zijn ambtstermijn uitgesloten van het tegen beloning verrichten van werkzaamheden voor de gemeente waaraan hij verbonden is.

  • 9. De uitsluiting zoals genoemd in lid 8 geldt niet bij aanvaarding van een dienstbetrekking bij de gemeente waar hij raadslid, onderscheidenlijk burgerlid was. Voor werving, selectie en indiensttreding bij de gemeente zijn de voor het ambtelijk personeel geldende regels ter zake van overeenkomstige toepassing.

Paragraaf 3 Informatie

Artikel 3.1

Het raadslid en het burgerlid zorgt ervoor dat vertrouwelijke en geheime informatie waarover hij beschikt veilig wordt bewaard. Hij zorgt ervoor dat stukken met vertrouwelijke gegevens veilig worden opgeborgen en dat computerbestanden beveiligd zijn.

Artikel 3.2

Het raadslid en het burgerlid maakt niet ten eigen bate of ten bate van derden gebruik van in de uitoefening van het ambt verkregen niet openbare informatie.

Artikel 3.3

Het raadslid of het burgerlid zal bij het gebruik van de elektronische communicatiemiddelen de nodige zorgvuldigheid betrachten en de integriteit en goede naam van de gemeente waarborgen.

Paragraaf 4 Omgang met geschenken en uitnodigingen

Artikel 4.1

  • 1. Het raadslid of het burgerlid accepteert geen geschenken, faciliteiten, diensten of trainingen als zijn onafhankelijke positie hierdoor kan worden beïnvloed.

  • 2. Onverminderd het eerste lid kan het raadslid of het burgerlid incidentele geschenken die een geschatte waarde van ten hoogste € 50 vertegenwoordigen behouden.

  • 3. Geschenken die het raadslid of het burgerlid uit hoofde van zijn ambt ontvangt en die een geschatte waarde van meer dan € 50 vertegenwoordigen worden, als zij niet worden teruggestuurd, eigendom van de gemeente Etten-Leur.

  • 4. De griffier legt een register aan met door raadsleden en burgerleden ontvangen geschenken met een geschatte waarde van meer dan € 50. In het register is aangegeven welke bestemming de gemeente Etten-Leur hieraan heeft gegeven. Het register is openbaar (ter inzage en via internet) beschikbaar.

Artikel 4.2

  • 1. Deelname aan excursies en evenementen voor rekening van anderen dan de gemeente Etten-Leur maakt het raadslid en het burgerlid binnen één week na deelname openbaar. Daarbij wordt ook openbaar gemaakt wie de kosten voor zijn rekening heeft genomen.

  • 2. De informatie is openbaar (ter inzage en via internet) beschikbaar.

  • 3. Het raadslid of het burgerlid accepteert geen lunches, diners, recepties en andere uitnodigingen die door anderen betaald of georganiseerd worden, tenzij dat behoort tot de uitoefening van de functie en de aanwezigheid beschouwd kan worden als functioneel.

Artikel 4.3

  • 1. Een raadslid of het burgerlid meldt de griffier de ondernomen buitenlandse reizen voor rekening van anderen dan de gemeente Etten-Leur voorafgaand aan het vertrek. Het raadslid of het burgerlid meldt in ieder geval het doel, de bestemming en de duur van de reis en wat daarvan de kosten waren.

  • 2. Een bezoek aan een Europese instelling wordt niet gezien als een buitenlandse reis.

  • 3. Het raadslid of het burgerlid meldt daarbij tevens als hij voornemens is om de buitenlandse reis voor privédoeleinden te verlengen. De extra kosten van de verlenging komen daarbij volledig voor eigen rekening.

  • 4. De griffier legt hiervoor een register aan voor de ondernomen buitenlandse reizen door raadsleden en burgerleden en beheert dit register. Het register is openbaar (ter inzage en via internet) beschikbaar.

Paragraaf 5 Gebruik van voorzieningen van de gemeente Etten-Leur

Artikel 5.1

  • 1. Het bestuursorgaan richt de financiële en administratieve organisatie zodanig in dat er een getrouw beeld mogelijk is van de juistheid en rechtmatigheid van de uitgaven en hanteren heldere procedures over de wijze waarop functionele uitgaven rechtstreeks in rekening worden gebracht of kunnen worden gedeclareerd bij de gemeente Etten-Leur.

  • 2. Het raadslid of het burgerlid verantwoordt zich over zijn gebruik van de voorzieningen volgens de in het kader van het eerste lid vastgelegde regels en procedures.

Artikel 5.2

Het raadslid of het burgerlid declareert geen kosten die reeds op andere wijze worden vergoed.

Artikel 5.3

Gebruik van voorzieningen en eigendommen van de gemeente Etten-Leur ten eigen bate of ten bate van derden is niet toegestaan, tenzij hier andere afspraken over gemaakt zijn.

Paragraaf 6 Uitvoering gedragscode

Artikel 6.1

De gemeenteraad bevordert de eenduidige interpretatie van deze gedragscode. Ingeval van leemtes en onduidelijkheden in de gedragscode voorziet het seniorenconvent daarin.

Artikel 6.2

  • 1. Op voorstel van de burgemeester maakt de gemeenteraad in ieder geval afspraken over:

    a. de periodieke bespreking van het onderwerp integriteit in het algemeen en van de gedragscode in het bijzonder;

    b. de aanwijzing van contactpersonen of aanspreekpunten integriteit;

    c. de processtappen die worden gevolgd ingeval van een vermoeden van een integriteitschending door een politieke ambtsdrager van de gemeente Etten-Leur.

  • 2. De afspraken, bedoeld in het eerste lid, maken deel uit van deze gedragscode.

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering

van 18 april 2016

De raad voornoemd,

Mw. H. van Rijnbach-de Groot

raadsvoorzitter

Dhr. W.C.M. Voeten

raadsgriffier

Toelichting wettelijke grondslagen gedragscode

Vaststellen gedragscode

De gemeenteraad stelt een gedragscode vast voor:

·hun leden ( artikel 15 Gemeentewet)

Eedaflegging

Alvorens hun functie te kunnen uitoefenen leggen de raadsleden in de vergadering, in handen van de voorzitter, de volgende eed (verklaring en belofte) af: “Ik zweer (verklaar) dat ik om tot raadslid benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd. Ik zweer (verklaar en beloof) dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen. Ik zweer (beloof) dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als raadslid naar eer en geweten zal vervullen” (artikel 14 Gemeentewet).

Een burgerlid legt de eed af voordat deze zijn functie kan uitoefenen. Het gaat om de volgende eed (verklaring of belofte: ‘‘Ik zweer (verklaar) dat ik om tot burgerlid benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd. Ik zweer (verklaar en beloof) dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen. Ik zweer (beloof) dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als burgerlid naar eer en geweten zal vervullen” (artikel 3 Verordening op de Info- en Opiniebijeenkomst 2014).

Persoonlijke belangen

Een lid van een volksvertegenwoordiging neemt niet deel aan de stemming over:

• een aangelegenheid die hem rechtstreeks of middellijk persoonlijk aangaat of waarbij hij als vertegenwoordiger is betrokken;

• de vaststelling of goedkeuring der rekening van een lichaam waaraan hij rekenplichtig is of tot welks bestuur hij hoort artikel 28 Gemeentewet.

Het bestuursorgaan waakt ertegen dat tot het bestuursorgaan behorende of daarvoor werkzame personen die een persoonlijk belang bij een besluit hebben, de besluitvorming beïnvloeden (artikel 2:4, tweede lid, Algemene wet bestuursrecht).

Incompatibiliteiten en nevenfuncties

Verboden overeenkomsten/handelingen

Volksvertegenwoordigers mogen in geschillen, waar de (het) gemeente(bestuur) partij is, niet als advocaat, adviseur of gemachtigde werkzaam zijn. Zij mogen bepaalde overeenkomsten, waar de gemeente bij betrokken is, niet rechtstreeks of middellijk aangaan. Van verboden overeenkomsten kan ontheffing worden verleend door Gedeputeerde Staten (artikel 15, eerste en tweede lid, Gemeentewet). Op overtreding staat uiteindelijk de sanctie van schorsing en vervallenverklaring van het lidmaatschap van de volksvertegenwoordiging (artikelen X7, X7a en X8 Kieswet).

Onverenigbaarheid van functies

Het zijn van volksvertegenwoordiger sluit het hebben van een aantal andere functies uit (artikel 13 Gemeentewet). Dat leidt er uiteindelijk toe dat betrokkene ophoudt lid te zijn van de volksvertegenwoordiging (artikel X1 Kieswet).

Openbaarmaking nevenfuncties

Volksvertegenwoordigers maken openbaar welke nevenfuncties zij vervullen. De lijst met nevenfuncties ligt ter inzage op het gemeentehuis (artikel 12 Gemeentewet).

Informatieplicht

Burgemeester en wethouders en elk van zijn leden zijn verplicht alle inlichtingen te geven die de volksvertegenwoordiging nodig heeft voor de uitoefening van zijn taak. Het betreft zowel een actieve als een passieve informatieplicht. Ook als individuele volksvertegenwoordigers informatie vragen zal die informatie aan de volksvertegenwoordiging moeten worden verstrekt (artikelen 169 en 180 Gemeentewet).

De informatie kan alleen worden geweigerd als die in strijd is met het openbaar belang (artikel 169 Gemeentewet). Het Reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad van de gemeente Etten-Leur 2014 bevat bepalingen die betrekking hebben op informatieverstrekking en de omgang met informatie (artikelen 23 tot en met 25 Reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad van de gemeente Etten-Leur 2014).

Geheimhouding

Een ieder die is betrokken bij de uitvoering van de taak van een bestuursorgaan en daarbij de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden, en voor wie niet reeds uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift ter zake van die gegevens een geheimhoudingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding van die gegevens, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hem tot mededeling verplicht of uit zijn taak de noodzaak tot mededeling voortvloeit (artikel 2:5 Algemene wet bestuursrecht).

Burgemeester en wethouders kunnen op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, geheimhouding opleggen. Ook de burgemeester heeft die bevoegdheid. De geheimhoudingsplicht moet worden bevestigd door de volksvertegenwoordiging. Ook de gemeenteraad, onderscheidenlijk (de voorzitter van) een commissie kan geheimhouding opleggen (artikelen 25, 55 en 86 Gemeentewet). Het schenden van de geheimhoudingsplicht is een misdrijf (artikel 272 Wetboek van Strafrecht).

Procedure van declaratie

Er zijn voor raadsleden voorschriften opgenomen in de Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2007 over de wijze van declaratie (inclusief het overleggen van bewijsstukken) van vooruit betaalde (zakelijke) kosten en over rechtstreekse facturering van (zakelijke) kosten.

Buitenlandse excursie of reis voor raadsleden

De gemeenteraad kan een raadscommissie (of een delegatie daaruit) toestemming verlenen voor een excursie of reis naar het buitenland. Die excursie/reis moet zijn georganiseerd door of vanwege de gemeente. De in redelijkheid gemaakte reis- en verblijfkosten komen voor rekening van de gemeente. De gemeenteraad kan aan de toestemming voorwaarden verbinden.

Artikelsgewijze toelichting

Gedragscode integriteit gemeenteraads- en burgerleden gemeente Etten-Leur

Artikel 1

Behoeft geen toelichting.

Artikel 2

Het betreft een uitwerking van de wettelijke verplichting om nevenfuncties openbaar te maken. De informatie wordt neergelegd in een openbaar register. Het raadslid of burgerlid is verantwoordelijk voor de tijdige aanlevering van de informatie en voor de actualiteit daarvan. In lid 4 van artikel 2.1 is zowel aansluiting gezocht bij het begrip aanmerkelijk belang zoals opgenomen in de belastingwetgeving als bij het begrip uiteindelijk belanghebbende zoals opgenomen in de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme. In het kader van deze wetgeving is de uiteindelijke belanghebbende:de natuurlijke persoon die:

1. een belang houdt van meer dan 25 procent in het kapitaal van een rechtspersoon; of

2. meer dan 25 procent van de stemrechten kan uitoefenen in de algemene vergadering van een rechtspersoon; of

3. feitelijk zeggenschap kan uitoefenen in een rechtspersoon; of

4. begunstigde van 25 procent of meer van het vermogen van een rechtspersoon of een trust is; of

5. een bijzondere zeggenschap heeft over 25 procent of meer van het vermogen van een rechtspersoon;

Lid 5 van artikel 2.1 handelt over de scheidslijn wanneer raadsleden al dan niet deelnemen aan de besluitvorming. Uitgangspunt hierbij is om raadsleden niet mee te laten stemmen over besluiten wanneer zij werkzaam zijn bij bijvoorbeeld een bouwonderneming op directieniveau en deze bouwonderneming wil meedingen naar een aanbesteding waarop de besluitvorming (indirect) betrekking heeft.

Lid 9 van artikel 2.1 geeft aan dat aanvaarding van een dienstbetrekking bij de voormalige gemeente, niet is uitgesloten. Uiteraard dienen daarbij de regels van werving en selectie en aanstelling te gelden die er voor iedereen zijn die bij de gemeente gaat solliciteren.

Artikel 3

Artikel 3.1

Het is belangrijk de juiste maatregelen te treffen om te voorkomen dat onbevoegden vertrouwelijke en/of geheime gegevens kunnen bezitten, raadplegen of beschadigen. Daarbij moet in de digitale setting worden gedacht aan de beveiliging van de computer, smartphones e.d. met wachtwoorden en het niet onbeheerd achterlaten van USB-sticks met vertrouwelijke/geheime informatie.

Artikel 3.2

Behoeft geen toelichting.

Artikel 3.3

Voor de beveiliging van computers, smartphones, tablets e.d. waarop informatie van de gemeente staat of waarmee informatie van de gemeente wordt geraadpleegd gelden de volgende voorwaarden:

- het toestel wordt voorzien van een ‘sceensaver’ met wachtwoord of pincode;

- de inhoud van het toestel wordt waar mogelijk versleuteld. Het is verplicht een pincode in te stellen

Voor apparaten die in bruikleen zijn verstrekt geldt dat het mogelijk is voor de ICT-servicedesk en voor het raadslid of het burgerlid om het toestel op afstand (via webmail) te wissen.

Artikel 4

Artikel 4.1

In de gedragscode is uitgangspunt dat geschenken, faciliteiten en diensten niet worden geaccepteerd als hiermee de onafhankelijke positie van het raadslid of burgerlid kan worden beïnvloed. Dat is in ieder geval aan de orde in onderhandelingssituaties.

Is daarvan geen sprake dan kunnen om praktische redenen incidentele kleine geschenken (met een geschatte waarde van € 50 of minder) door het raadslid of burgerlid worden aanvaard. Duurdere geschenken worden niet aanvaard. Zij worden teruggestuurd of eigendom van de gemeente die zorgt voor een goede bestemming van het geschenk. In een openbaar register worden opgenomen welke geschenken van meer dan € 50 de gemeente heeft aanvaard en welke bestemming daaraan is gegeven.

Artikelen 4.2 en 4.3

Het gaat hier om excursies, evenementen en buitenlandse reizen die betrokkene als raadslid of burgerlid aanvaardt. Excursies, evenementen en buitenlandse reizen in de hoedanigheid van lid van een politieke partij vallen hier dus niet onder.

Artikel 5

Artikel 5.1

Aan raadsleden of burgerleden worden rechtspositionele voorzieningen, vergoedingen en andere verstrekkingen geboden die een goed functioneren van de volksvertegenwoordigers mogelijk maken. Wat betreft de uitwerking van de principes van dit stelsel zou kunnen worden aangesloten bij de werkwijze in het Voorzieningenbesluit dat geldt voor ministers en staatssecretarissen:

a. in beginsel worden voorzieningen en verstrekkingen in bruikleen ter beschikking gesteld;

b. indien een voorziening of verstrekking niet in bruikleen ter beschikking kan worden gesteld, wordt de factuur direct ten laste van de begroting van het bestuursorgaan betaald;

c. het vergoeden van voorzieningen en verstrekkingen achteraf door het indienen van declaraties, wordt tot een minimum beperkt;

d. voorzieningen, verstrekkingen en declaraties worden ieder halfjaar openbaar gemaakt op internet.

Uitgangspunt is hier dat zo weinig mogelijk uitgaven door de volksvertegenwoordiger zelf worden gedaan via zijn of haar privérekening. Geldstromen tussen de rekening van het bestuursorgaan en de persoonlijke rekening van de volksvertegenwoordiger maken een zwaardere controle op de uitgaven noodzakelijk.

Het raadslid of burgerlid zal zich uiteraard nauwgezet moeten houden aan de regels en procedures die er met het oog hierop voor hem of haar gelden.

Artikel 5.2

Behoeft geen toelichting.

Artikel 5.3

Stelregel is dat privégebruik van gemeentelijke voorzieningen niet is toegestaan. Wel hebben raadsleden en burgerleden een specifieke regeling die privégebruik van bedrijfsmiddelen reguleert, zoals privégebruik van de in bruikleen verstrekte iPad.

Artikel 6

Artikel 6.1

De gemeenteraad is het hoogste bestuursorgaan en als zodanig verantwoordelijk voor de inhoud van de gedragscode, voor een eenduidige interpretatie daarvan en voor wijziging/aanvulling daarvan bij onduidelijkheden of leemtes.

Artikel 6.2

De Gemeentewet verplicht de gemeenteraad om voor zichzelf en voor de bestuurders een gedragscode vast te stellen. Aanvullend op de wettelijke regels die gelden voor politieke ambtsdragers, bevat de gedragscode een aantal materiële normen waaraan de politieke ambtsdragers zich committeren.

De burgemeester heeft de wettelijke taak om de bestuurlijke integriteit van zijn of haar gemeente te bevorderen. Hiermee is de verantwoordelijkheid voor de portefeuille ‘integriteit’ duidelijk belegd. De wettelijke bepalingen bieden de ruimte om naar gelang de situatie handelend op te treden, waarbij niet alleen gedacht moet worden aan het optreden bij incidenten. Belangrijk onderdeel is ook de preventie: ervoor te zorgen dat integriteit en integriteitsbewustzijn in de bestuurlijke gremia een plek krijgen en daarbij afspraken te maken over een regelmatige bespreking van het thema integriteit, zowel in de volksvertegenwoordiging als met het bestuur.

De burgemeester hoeft hier niet alleen voor te staan. Een daartoe aangewezen contactpersoon of vertrouwenspersoon in de persoon van de griffier kan hier in relatie tot de gemeenteraad eveneens een belangrijke rol in spelen. Bovendien heeft de gemeenteraad met de burgemeester nadere afspraken gemaakt over de werkwijze die wordt gevolgd ingeval zich een incident of een vermoeden van een integriteitsschending voordoet. In dat geval wordt namelijk eerst het seniorenconvent geconsulteerd. Dat geeft houvast en rust op het moment dat er gehandeld dient te worden.

De onderwerpen, genoemd in artikel 6.2, eerste lid, zijn niet uitputtend.