Treasurystatuut Gemeente Etten-Leur 2017

Geldend van 01-03-2017 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2017

Intitulé

Treasurystatuut Gemeente Etten-Leur 2017

Inleiding

Het treasurystatuut is een nadere uitwerking van artikel 12 (financieringsfunctie) van de “Financiële verordening gemeente Etten-Leur 2015”. Op basis van artikel 12, lid 4 kan het college nadere richtlijnen (ook wel treasurystatuut genoemd) vaststellen. Vervolgens biedt het college deze ter kennisname aan de gemeenteraad aan.

In het treasurystatuut wordt een nadere uitwerking gegeven van de uitvoering van de financieringsfunctie.

Artikel 1. Doelstellingen van de treasuryfunctie

  • 1. Het verkrijgen en handhaven van duurzame toegang tot financiële markten tegen acceptabele voorwaarden zodat te allen tijde in de behoefte aan financiële middelen kan worden voorzien;

  • 2. Het beheersbaar houden van financiële risico’s zoals renterisico’s, koersrisico’s, kredietrisico’s, (interne) liquiditeitsrisico’s en valutarisico’s;

  • 3. Het minimaliseren van de in- en externe verwerkingskosten bij het beheren van de geldstromen en financiële posities;

  • 4. Het optimaliseren van de renteresultaten binnen de kaders van de Wet fido en binnen de bepalingen van dit treasurystatuut;

Artikel 2 Financiering

Bij het aantrekken van financieringen gelden de volgende uitgangspunten:

  • 1.

    Financieringen worden uitsluitend aangetrokken voor de uitoefening van de publieke taak;

  • 2.

    Financieringsmiddelen worden uitsluitend aangetrokken in euro’s;

  • 3.

    Financiering met externe financieringsmiddelen wordt zoveel mogelijk beperkt door primair de beschikbare interne liquiditeiten te gebruiken teneinde de renterisico’s te minimaliseren en het renteresultaat te optimaliseren;

  • 4.

    Financieringsmiddelen worden afgestemd op de bestaande financiële positie, de liquiditeitsplanning en de rentevisie;

  • 5.

    Bij het aantrekken van kortlopende financieringsmiddelen (rentetypische looptijd < 1 jaar) wordt de kasgeldlimiet niet overschreden;

  • 6.

    Bij het aantrekken van langlopende financieringsmiddelen (rentetypische looptijd > 1 jaar) wordt de renterisiconorm niet overschreden;

  • 7.

    Bij langlopende financieringen vraagt het college bij minimaal twee verschillende instellingen een prijsopgave op alvorens een financiering wordt aangetrokken. Deze prijsopgaven worden door het college schriftelijk vastgelegd.

Artikel 3 Uitzettingen en garanties uit hoofde van publieke taak

Voor uitzettingen en garanties uit hoofde van de publieke taak gelden de volgende specifieke uitgangspunten en richtlijnen:

  • 1.

    De gemeente hanteert een terughoudend beleid om leningen en/of garanties te verstrekken uit hoofde van de publieke taak. In bijlage 1 zijn de voorwaarden genoemd die bij een verzoek voor een lening of borgstelling betrokken worden;

  • 2.

    Bij een voorgenomen besluit tot het verstrekken van een lening of garantie uit hoofde van de publieke taak wordt, afhankelijk van de aard van de activiteit of hoogte van het risicoprofiel, de raad in de gelegenheid gesteld om wensen en bedenkingen ter kennis van het college te brengen;

  • 3.

    Een voorgenomen verstrekking (lening en/of garantie) van € 100.000 of meer wordt altijd aan de raad ter goedkeuring voorgelegd. Bij lagere bedragen wordt de afweging door college gemaakt;

  • 4.

    Lid 3 is niet van toepassing indien er sprake is van de achtervangovereenkomst met de stichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW).

Artikel 4 Uitzettingen uit hoofde van treasury

Voor tijdelijke uitzettingen uit hoofde van de treasuryfunctie gelden de volgende specifieke uitgangspunten en richtlijnen:

  • 1.

    Uitzettingen worden gedaan conform de wet verplicht schatkistbankieren en de regeling schatkistbankieren decentrale overheden. Gelden kunnen worden aangehouden op een rekening-courant of een deposito. De keuze is afhankelijk van de liquiditeitsplanning en rentevisie;

  • 2.

    Uitgezonderd van de verplichting om overtollige liquide middelen bij de schatkist onder te brengen zijn opgenomen in artikel 7 van de Regeling schatkistbankieren decentrale overheden;

  • 3.

    In afwijking van lid 1 kan worden besloten de liquide middelen uit te zetten bij andere openbare lichamen, met uitzondering van de Provincie Noord-Brabant (toezichthouder).

Artikel 5 Werkkapitaalbeheer

Voor het werkkapitaalbeheer gelden de volgende uitgangspunten:

  • 1.

    De gemeente streeft naar concentratie van de liquiditeiten binnen één rentecompensatiecircuit bij haar huisbankier;

  • 2.

    Het betalingsverkeer wordt zoveel mogelijk elektronisch uitgevoerd bij de huisbankier;

  • 3.

    Uitgangspunt is dat de Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) de huisbankier is. Indien de condities van de BNG niet meer marktconform zijn of dienstverlening niet naar wens verloopt zal een offerteronde ten aanzien van het huisbankierschap uitgevoerd worden;

  • 4.

    Contante geldstromen worden zoveel mogelijk beperkt.

Artikel 6 Administratieve organisatie en interne controle

In het kader van de treasuryfunctie gelden de volgende algemene uitgangspunten op het gebied van administratieve organisatie en interne controle:

  • 1.

    De verantwoordelijkheden en bevoegdheden van treasuryactiviteiten zijn op eenduidige wijze schriftelijk vastgelegd in artikel 7 en 8 van dit statuut;

  • 2.

    Bij de uit te voeren activiteiten is functiescheiding doorgevoerd met de belangrijkste voorwaarden:

    • a.

      Iedere transactie wordt door minimaal twee functionarissen uitgevoerd (vier-ogen-principe);

    • b.

      De uitvoering en vastlegging in de financiële administratie geschiedt door afzonderlijke functionarissen;

    • c.

      Bij de autorisatie voor het betaalbaar stellen wordt gebruik gemaakt van het twee-handtekeningensysteem.

Artikel 7 Verantwoordelijkheden

Functie

Verantwoordelijkheid

Gemeenteraad

·Vaststellen van treasurybeleid op hoofdlijnen via de financiële verordening

·Vaststellen van de financieringsparagraaf als onderdeel van de begroting en jaarrekening

·Het houden van toezicht op de uitvoering van het treasurybeleid in breedste zin van het woord.

College

·Het uitvoeren van het treasurybeleid (formele verantwoordelijkheid)

·Het achteraf bekrachtigen van de afgesloten langlopende geldlening

·Het rapporteren aan de gemeenteraad over de uitvoering van het treasurybeleid.

Managementteam (MT)

·Het uitvoeren van het treasurybeleid (organisatorische bevoegdheid)

Teamleider Financiën

·Het uitvoeren van de aan hem gemandateerde treasuryactiviteiten conform het treasurystatuut en de financieringsparagraaf

·Het autoriseren van de door de treasurer voorgestelde transacties

·Het afleggen van verantwoording aan het college over de uitvoering van het treasurybeheer

Treasurer

·Het voorbereiden van beleidsvoorstellen op treasurygebied inclusief de financieringsparagraaf in begroting en jaarrekening

·Het vervaardigen van de liquiditeitsplanning

·Het aantrekken en uitzetten van gelden

·Het adviseren van afdelingen over de financiële gevolgen van activiteiten en projecten

·Het adviseren bij het verstrekken van geldleningen en garanties uit hoofde van de publieke taak

·Het onderhouden van contacten met banken, geldmakelaars en andere financiële instellingen

·Het afleggen van verantwoording aan de teamleider Financiën over de uitvoering van de door hem/haar gedane activiteiten.

Administratie (financieel medewerker)

·Het overboeken van saldi tussen bankrekeningen

·Het afhandelen van het girale betalingsverkeer

·Voorbereiden en versturen van betaalopdrachten

·Het bijhouden en bewaken van gegevens op verzoek van de treasurer.

Team Control

·Het bewaken van de kwaliteit van de treasuryprocessen

·Het controleren van de juistheid, volledigheid en rechtmatigheid van de door de treasurer gedane activiteiten.

Accountant

·Het in het kader van haar reguliere controletaak adviseren en controleren over de feitelijke naleving van het treasurystatuut.

Artikel 8 Bevoegdheden

In onderstaande tabel staan de bevoegdheden met betrekking tot de treasuryactiviteiten weergegeven.

Activiteit

Uitvoering

Autorisatie

Het aanwijzen van treasurer

Team HRM/Juridisch

MT

Het aantrekken van korte financiering

Treasurer

Teamleider Financiën

Het aantrekken van lange financiering

Treasurer

Teamleider Financiën (*)

Betalingsopdrachten voorbereiden en versturen

Administratie

Fiatteerder

Het uitzetten van overtollige middelen in schatkist

Administratie

Fiatteerder

Het verstrekken van lening/garantie < € 100.000

Beleidsmedewerker i.s.m. treasurer

College (raad wordt achteraf geïnformeerd)

Het verstrekken van lening/garantie > € 100.000

Beleidsmedewerker i.s.m. treasurer

Raad

Bankrekeningen openen/sluiten/wijzigen

Treasurer

Teamleider Financiën / Burgemeester

(*) Voordat tot het daadwerkelijk aantrekken van een langlopende geldlening wordt overgegaan vindt overleg plaats met de portefeuillehouder Financien.

Artikel 9 Hardheidsclausule

  • 1. In gevallen waarin dit treasurystatuut niet voorziet beslist het college;

  • 2. Het college handelt overeenkomstig dit statuut, tenzij dat voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met dit statuut te dienen doelen.

Artikel 10 Begrippenlijst

Fiatteerder

Persoon die namens de gemeente betaling verricht overeenkomstig het Procuratie Autorisatie Formulier. Aanwijzing van deze personen is op basis van het mandaatbesluit;

Kasgeldlimiet

Het bedrag wat maximaal aan korte financiering aangetrokken mag worden. De hoogte van het bedrag is een percentage van het begrotingstotaal (Wet Financiering decentrale overheden - Fido);

Koersrisico

Het risico dat de financiële activa van de organisatie in waarde verminderen door negatieve koersontwikkelingen;

Korte financiering

Het aantrekken van benodigde financiële middelen voor een periode korter dan één jaar;

Lange financiering

Het aantrekken van benodigde financiële middelen voor een periode van minimaal één jaar;

Liquiditeitsplanning

Een gestructureerd overzicht van verwachten toekomstige inkomende en uitgaande geldstromen;

Publieke taak

Een taak die het algemeen belang dient en bijdraagt aan het bereiken van gemeentelijke doelstellingen;

Rentecompensatie-circuit

Het systeem waarbij de (valutaire) debet en creditsaldi van alle rekeningen van een organisatie worden samengevoegd tot één gecombineerd saldo, waarover rente wordt berekend;

Renterisico

Het risico op ongewenste veranderingen van de (financiële) resultaten van de gemeente door rentewijzigingen;

Renterisiconorm

Een bedrag wat jaarlijks maximaal geherfinancierd mag worden. De hoogte van het bedrag is een percentage van het begrotingstotaal (Wet Financiering decentrale overheden - Fido);

Rentetypische looptijd

Het tijdsinterval gedurende de looptijd van een geldlening, waarin op basis van de leningsvoorwaarden van de geldlening sprake is van een door de verstrekker van de geldlening niet beïnvloedbare constante rentevergoeding;

Rentevisie

De toekomstverwachting over de renteontwikkeling (opgenomen in financieringsparagraaf van de begroting);

Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Dit treasurystatuut treedt in werking op de dag na die van bekendmaking en werkt terug tot 1 januari 2017;

  • 2. Dit treasurystatuut kan aangehaald worden als “Treasurystatuut Gemeente Etten-Leur 2017”;

  • 3. Vanaf 1 januari 2017 wordt het “Treasurystatuut 2011 Gemeente Etten-Leur” ingetrokken.

Bijlage 1 Voorwaarden leningen / borgstellingen

Wanneer de gemeente aanvragen ontvangt om een geldlening te verstrekken of een gemeentegarantie af te geven moet hierover een besluit worden genomen. Kennen we de geldlening / gemeentegarantie toe of niet?

Om deze afweging te kunnen maken is het van belang dat er beleidsregels zijn waaraan het verzoek getoetst kan worden. Hieronder leest u deze beleidsregels:

  • ·

    Een geldlening of garantie wordt uitsluitend verstrekt voor de uitoefening van de publieke taak. Dit betekent dat er een relevant maatschappelijk doel met de lening of garantie wordt bereikt.

  • ·

    Een geldlening wordt pas verstrekt als er aantoonbaar geen andere aanbieders zijn. Hiertoe dienen minimaal twee onderbouwde afwijzingen van een bank verstrekt te worden.

  • ·

    Een aanvraag voor een garantie wordt pas verstrekt als aangetoond kan worden dat de financiering zonder garantstelling niet verkregen kan worden. Hiertoe dienen minimaal twee onderbouwde afwijzingen van een bank verstrekt te worden.

  • ·

    Er worden geen garantstellingen verleend aan organisaties die daarvoor een beroep kunnen doen op een waarborgfonds. Indien het waarborgfonds voor een borgstelling de voorwaarde heeft dat de gemeente eveneens borg staat voor (een deel van) een lening dan gelden hiervoor de eerder genoemde voorwaarden. Voor de beoordeling zal gebruik gemaakt worden van de expertise van het betreffende waarborgfonds.

  • ·

    De basis voor het in rekening te brengen rentepercentage is het rentepercentage wat op dat moment wordt gehanteerd indien de gemeente voor de betreffende looptijd een lening afsluit. Dit percentage kan eventueel verhoogd worden met een renteopslag om te voldoen aan wet- en regelgeving (staatssteun en/of Wet Markt en Overheid).

  • ·

    Een verzoek tot lening of garantstelling dient gemotiveerd ingediend te worden bij het college van burgemeester en wethouders (verder te noemen: college)

  • ·

    Voor de beoordeling van de kredietwaardigheid van de geldnemer kan de gemeente aanvullende stukken opvragen zoals jaarrekening, begroting en liquiditeitsplanning.

  • ·

    De gemeente kan aanvullende zekerheden vragen. Bij een onroerende zaak kan dat recht van hypotheek of recht van opstal zijn.

  • ·

    De geldnemer dient de (on)roerende zaak minimaal tegen herbouw/vervangingswaarde te verzekeren en mag deze zonder toestemming van het college niet vervreemden.

  • ·

    Er kunnen vooraf eisen gesteld worden aan de geldnemer ten aanzien van de administratie en controle daarop.

  • ·

    Zonder toestemming van het college is het de geldnemer niet toegestaan om nieuwe geldleningen aan te gaan of gelden uit te lenen.

  • ·

    De geldnemer dient het college direct te informeren indien er substantiële financiële tegenvallers zijn waardoor de te betalen rente en aflossing in gevaar kan komen.

  • ·

    De geldnemer dient gedurende de looptijd van de geldlening of garantiestelling op verzoek van het college de jaarrekening en de meerjarenbegroting te overleggen.