Regeling vervallen per 26-10-2017

Subsidieregeling ganzenfoerageergebieden Fryslan 2014

Geldend van 05-08-2015 t/m 25-10-2017 met terugwerkende kracht vanaf 01-11-2014

Intitulé

Subsidieregeling ganzenfoerageergebieden Fryslan 2014

Gedeputeerde Staten van de provincie Fryslân,

gelet op artikel 1.3, vierde lid, van de Algemene subsidieverordening provincie Fryslân 2013;

overwegende dat wij op 17 juni en 26 augustus 2014 hebben besloten tot invoering van nieuw ganzenbeleid, de Fryske Guozzenoanpak 2014, hetgeen onder meer heeft geleid tot begrenzing van foerageergebieden voor overwinterende ganzen;

overwegende dat Provinciale Staten van Fryslân op 24 september 2014 hebben ingestemd met de Fryske Guozzenoanpak 2014;

overwegende dat het nodig is een subsidieregeling vast te stellen voor grondgebruikers waarvan percelen zijn begrensd als foerageergebied;

stellen de Subsidieregeling ganzenfoerageergebieden Fryslân 2014 als volgt vast:

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    de-minimissteun: steun die voldoet aan de voorwaarden voor vrijstelling van aanmelding als opgenomen in de (de-minimis)verordening (EU) Nr. 1408/2013 van de Commissie van 18 december 2013 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun in de landbouwsector, PbEU, L 352 van 24 december 2013, blz. 1, met inbegrip van eventueel in de toekomst vast te stellen wijzigingen.

  • b.

    Faunafonds: zelfstandig bestuursorgaan, dat onder meer is belast met het toekennen van tegemoetkomingen in door beschermde diersoorten aangerichte schade.

  • c.

    ganzenfoerageergebied: door gedeputeerde staten van Fryslân begrensde percelen landbouwgrond waar overwinterende beschermde inheemse ganzen ongehinderd kunnen foerageren gedurende de periode van 1 november tot 1 april.

  • d.

    gewasperceel: een stuk landbouwgrond dat in gebruik is bij één grondgebruiker. Het heeft één gebruikstitel, bijvoorbeeld eigendom, pacht, erfpacht. En het wordt beteeld met één gewas. Als dat niet zo is, dan zijn het meerdere gewaspercelen.

  • e.

    grondgebruiker: degene die gerechtigd is de grond te gebruiken, hetzij als eigenaar, hetzij krachtens een beperkt recht, hetzij krachtens een pachtovereenkomst.

  • f.

    onderneming: onderneming als gedefinieerd in artikel 2 van de verordening (EU) Nr. 1408/2013 van de Commissie van 18 december 2013.

  • g.

    soort-specifiek ganzenfoerageergebied: door gedeputeerde staten van Fryslân begrensde percelen landbouwgrond waar overwinterende beschermde inheemse ganzen ongehinderd kunnen foerageren gedurende de periode van 1 november tot uiterlijk 1 juni. Deze gebieden zijn begrensd i.v.m. het voorkomen van met name brand- en rotganzen welke later in het voorjaar vertrekken naar hun buitenlandse broedgebieden.

  • h.

    subsidieontvanger: de grondgebruiker aan wie op grond van deze regeling subsidie is verleend.

Artikel 2 Doel

De subsidie heeft tot doel een deelnemersvergoeding te verlenen aan grondgebruikers waarvan percelen landbouwgrond zijn begrensd als (soort-specifiek) ganzenfoerageergebied, voor het beschikbaar stellen van hun grond voor de opvang van overwinterende beschermde inheemse ganzen, gedurende de seizoenen 2014/2015 en 2015/2016. 

Artikel 3 Periode

Subsidie kan worden verleend over de periode dat de (soort-specifieke) ganzenfoerageergebieden gedurende de seizoenen 2014/2015 en 2015/2016 operationeel zijn.

Artikel 4 Uitvoering

Uitvoering van de subsidieregeling is door Gedeputeerde Staten gemandateerd aan het Faunafonds.

Artikel 5 Aanvraagvereisten

  • 1 De subsidie hoeft niet te worden aangevraagd maar wordt automatisch door het Faunafonds verleend indien aan de toetsingscriteria wordt voldaan.

  • 2 Het Faunafonds is bevoegd nadere gegevens te vragen die naar haar oordeel nodig zijn voor de beoordeling van de subsidie of om te beoordelen of wordt voldaan aan de eisen van staatssteun, als bedoeld in artikel 107 van het Werkingsverdrag.

Artikel 6 Toetsingscriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

  • a.

    op de als (soort-specifiek) ganzenfoerageergebied begrensde gewaspercelen is, gerekend over de periode dat de gebieden operationeel zijn, door het Faunafonds minimaal € 25,00 per hectare, door beschermde inheemse ganzen veroorzaakte, schade per seizoen (2014/2015 en/of 2015/2016) getaxeerd;

  • b.

    de gewaspercelen voldoen aan de in de beleidsregels van het Faunafonds gestelde normen om voor schadetegemoetkoming in aanmerking te komen.

Artikel 7 Subsidiehoogte

  • 1   De hoogte van de subsidie bedraagt:

    • a.

      € 50,00 per hectare voor de als ganzenfoerageergebied begrensde percelen die aan de toetsingscriteria voldoen;

    • b.

      € 50,00 per hectare voor de als soort-specifiek ganzenfoerageergebied begrensde percelen die aan de toetsingscriteria voldoen, vermeerderd met € 16,67 per hectare voor elke maand dat het gebied na 1 april is begrensd;

    • c.

      de subsidie wordt verleend in de vorm van de-minimissteun en bedraagt, tezamen met eventueel andere verleende de-minimissteun, maximaal € 15.000,00 over een periode van drie belastingjaren per zelfstandige onderneming.

Artikel 8 Verplichtingen van de subsidieontvanger

  • 1 De subsidieontvanger is verplicht zich te houden aan de voorwaarden welke binnen de ganzenfoerageergebieden van toepassing zijn.

  • 2 De subsidieontvanger is verplicht het Faunafonds nadere gegevens te verstrekken die naar haar oordeel nodig zijn voor de beoordeling van de subsidie of om te beoordelen of wordt voldaan aan de eisen van staatssteun, als bedoeld in artikel 107 van het Werkingsverdrag.

  • 3 De subsidieontvanger vult een de-minimisverklaring in om te bepalen of de subsidie met toepassing van de-minimisverordening kan worden verstrekt.

Artikel 9 Betaling

Betaling van de subsidie vindt plaats nadat door het Faunafonds is vastgesteld dat aan de toetsingscriteria en verplichtingen van de subsidieontvanger is voldaan. Er wordt geen voorschot verleend.

Artikel 10 Staatssteun

  • 1 De subsidie met toepassing van de de-minimissteun mag nooit hoger zijn dan € 15.000 over een periode van drie belastingjaren per zelfstandige onderneming en dient ook anderszins te voldoen aan de voorwaarden voor de-minimissteun.

  • 2 De in dit artikel genoemde de-minimissteun betreft het bruto subsidie-equivalent zoals omschreven in de de-minimisverordening.

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot 1 november 2014.

Artikel 12 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling ganzenfoerageergebieden Fryslân 2014.

Ondertekening

Leeuwarden, 31 maart 2015
Voorzitter J.A. Jorritsma
Secretaris A.J. van den Berg
 

TOELICHTING

Algemeen Deze regeling wordt vastgesteld in het kader van de besluiten van Gedeputeerde Staten van 17 juni en 26 augustus 2014 tot invoering van nieuw ganzenbeleid, de Fryske Guozzenoanpak 2014. Provinciale Staten van Fryslân hebben hier op 24 september 2014 mee ingestemd. Ter uitvoering van dit beleid zijn onder meer, op basis van vrijwillige deelname door grondgebruikers, voor twee jaren (soort-specifieke) ganzenfoerageergebieden door Gedeputeerde Staten begrensd. Binnen deze foerageergebieden kunnen overwinterende ganzen ongestoord foerageren.

Artikel 2Op grond van deze regeling kan een deelnemersvergoeding worden verleend aan grondgebruikers met percelen binnen de foerageergebieden, voor het beschikbaar stellen van hun grond voor de opvang van overwinterende ganzen.

Artikel 4Om voor subsidie in aanmerking te komen moet worden voldaan aan de vereisten zoals vermeld onder artikel 6 Toetsingscriteria. Deze vereisten kunnen slechts door het Faunafonds worden vastgesteld. Daarnaast zijn alle gegevens van de potentiële subsidieontvangers aanwezig bij het Faunafonds en tevens vindt betaling van tegemoetkomingen in aangerichte ganzenschade plaats door het Faunafonds. Uitvoering van de subsidieregeling door het Faunafonds voorkomt dan ook extra (administratieve) lasten en bureaucratie voor zowel de Provincie als de grondgebruikers.

Artikel 5Omdat in de Fryske Guozzenoanpak 2014 is vastgelegd dat de deelnemersvergoeding wordt verstrekt aan alle grondgebruikers waarvan de percelen voldoen aan de toetsingscriteria, is het niet nodig deze vergoeding op aanvraag te verstrekken. Bij het Faunafonds zijn deze grondgebruikers immers reeds bekend.

Artikel 7, lid cHet bedrag van € 15.000,-- komt overeen met het drempelbedrag dat de Europese Commissie heeft vastgesteld ten aanzien van de-minimissteun. Dit bedrag geldt per onderneming over een periode van drie belastingjaren. Steun onder deze drempel behoeft niet te worden aangemeld. Het kan echter in de praktijk voorkomen dat een door ons begunstigde onderneming in de afgelopen drie jaar al eens subsidie of ander voordeel heeft ontvangen binnen het kader van verlening van staatsteun aan ondernemingen die actief zijn in de primaire productie van landbouwproducten. Dit moet blijken uit de Verklaring de-minimissteun. Indien de te verlenen subsidie tezamen met die reeds ontvangen steun het bedrag van € 15.000,-- overschrijdt, zal in dat specifieke geval de onderhavige verleende subsidie slechts worden uitgekeerd tot een bedrag dat niet tot overschrijding van het plafond van € 15.000,-- leidt.