Regeling vervallen per 01-07-2008

Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand, gemeente Geertruidenberg

Geldend van 12-02-2005 t/m 30-06-2008 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2005

Intitulé

Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand, gemeente Geertruidenberg

Nr. 13

 

De raad van de gemeente GEERTRUIDENBERG;

 

Mede gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Geertruidenberg van

19 oktober 2004;

 

BESLUIT

 

Met ingang van 1 januari 2005 de Verordening cliëntenparticipatie WWB 2004

Geertruidenberg vaststellen.

 

Geertruidenberg, 25 november 2004.

 

De raad voornoemd,

De griffier,                                            de voorzitter,

 

Drs K.M.C. Millenaar-Rammelaere    M.J.A. Meijer

 

 

Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand

 

De raad van de gemeente Geertruidenberg;

 

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 19 oktober2004;

 

gelet op artikel 47 van de Wet werk en bijstand en artikel 150 van de Gemeentewet;overwegende dat het noodzakelijk is om cliëntenparticipatie in het kader van de Wet werken bijstand bij verordening te regelen;

 

Besluit

 

vast te stellen: de "Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand, gemeenteGeertruidenberg".

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader wordenomschreven hebben dezelfde betekenis als in de Wet werk en bijstand en de Algemene wet bestuursrecht.In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    afdeling: de afdeling Samenlevingszaken van de gemeente Geertruidenberg;

  • b.

    cliëntenraad: het samenwerkingsverband tussen vertegenwoordigers vanbelangengroepen en maatschappelijke organisaties;

  • c.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeenteGeertruidenberg.

Artikel 2 Doel cliëntenparticipatie

Het doel van cliëntenparticipatie is het bevorderen van de betrokkenheid van de cliënt bijde vorming, uitvoering en evaluatie van het sociale zekerheidsbeleid en daarmee hetbewaken en vergroten van de kwaliteit van de dienstverlening.

 

Artikel 3 Taken en bevoegdheden Cliëntenraad

  • 1. De taak van de Cliëntenraad is het gevraagd of ongevraagd adviseren van hetcollege over de vorming, uitvoering en evaluatie van het gemeentelijke socialezekerheidsbeleid alsmede over de uitvoering van landelijke socialezekerheidswet- en regelgeving, waarvan de uitvoering is opgedragen aan degemeente. Verder is de Cliëntenraad bevoegd om advies uit te brengen eninitiatieven aan te dragen over het uitbreiden van de dienstverlening dan welandere vormen van dienstverlening.

     

  • 2. Het college vraagt de Cliëntenraad in ieder geval om advies bij het opstellenvan beleidsplannen en verordeningen.

     

  • 3. Niet tot de taak en bevoegdheid van de Cliëntenraad behoort het uitbrengenvan advies bij klachten, bezwaarschriften of andere zaken van individueleklanten.

     

Artikel 4 Overleg met Cliëntenraad

  • 1. De Cliëntenraad vaardigt voor het overleg met het college minimaal vijf enmaximaal dertien leden af. Ieder lid is bevoegd zich bij afwezigheid te latenvervangen door een andere vertegenwoordiger van de eigen belangengroep ofmaatschappelijke organisatie.

     

  • 2. De Cliëntenraad streeft tijdens het overleg met het college naar een evenwichtigesamenstelling, bestaande uit vertegenwoordigers van Geertruidenbergse belangengroepen en maatschappelijke organisaties.

     

  • 3. Tijdens het overleg tussen het college en de Cliëntenraad wordt het collegevertegenwoordigd door de portefeuillehouder sociale zekerheid. Deportefeuillehouder kan deze vertegenwoordiging mandateren aan het hoofd van deafdeling.

     

  • 4. Tijdens het overleg zal de afdeling vertegenwoordigd zijn door het hoofd van deafdeling en een ambtelijke secretaris, al naar gelang het onderwerp kan eeninhoudelijk deskundige medewerker van de cluster het overleg bijwonen.

     

  • 5. Het voorzitterschap tijdens het overleg tussen het college en de Cliëntenraad wordtvervuld door het hoofd van de afdeling.

     

  • 6. Het secretariaat tijdens het overleg tussen het college en de Cliëntenraad wordtvervuld door een medewerker van de afdeling.

     

Artikel 5 Taken voorzitter

  • 1. De voorzitter leidt de vergadering en handhaaft de orde onder de aanwezigen.

     

  • 2. De voorzitter schorst de vergadering indien hij daartoe reden aanwezig acht.

     

  • 3. De voorzitter begeleidt de advies- c.q. stemprocedure als genoemd in artikel 7,derde lid van deze verordening, bewaakt dat iedere stemgerechtigde zijn of haarstem uit kan brengen en deelt de uitslag van de stemming aan de aanwezigen mee.

     

Artikel 6 Taken secretaris

  • 1. De secretaris stelt in overleg met een vertegenwoordiger van de Cliëntenraad deagenda van de vergadering op. De Cliëntenraad levert daartoe tijdig zijnagendapunten aan.

     

  • 2. De secretaris verspreidt de agenda en bijbehorende stukken tenminste een weekvoorafgaand aan de vergadering, onder alle leden van de Cliëntenraad.

     

  • 3. De secretaris draagt zorg voor een verslaglegging van het besprokene tijdens devergadering.

     

  • 4. De secretaris draagt er zorg voor dat de Cliëntenraad in overige gevallen tijdigbeschikt over de nodige informatie om haar taak naar behoren uit te kunnenoefenen.

     

  • 5. De secretaris vervult de rol van plaatsvervangend voorzitter.

     

Artikel 7 Werkwijze

  • 1. De Cliëntenraad vergadert vier maal per jaar met het college of zoveel meer alsvoor een goede uitoefening van zijn taak nodig is.

     

  • 2. Indien wordt besloten tot stemming over een uit te brengen advies van deCliëntenraad, dan is een absolute meerderheid van het aantal aanwezige ledenc.q. stemmen vereist voor het uitbrengen van een advies.

     

Artikel 8 Faciliteiten

Het college draagt kosteloos zorg voor alle faciliteiten om het overleg tussen het college ende Cliëntenraad naar behoren te laten verlopen. Verder draagt het college bij aandeskundigheidsbevordering onder de leden van de Cliëntenraad. Ter bevordering van diedeskundigheid en ter bestrijding van kosten van taken en bevoegdheden van deCliëntenraad stelt het college aan de Cliëntenraad jaarlijks een vast bedrag terbeschikking.

 

Artikel 9 Nadere regels

  • 1. Het college is bevoegd om nadere regels te stellen met betrekking tot de uitvoeringvan deze verordening.

     

  • 2. Voordat het college nadere regels stelt wordt de Cliëntenraad hierover gehoord.

     

Artikel 10 Uitvoering

De uitvoering van deze verordening berust bij het college.

 

Artikel 11 Verantwoording

Over de uitvoering van deze verordening legt het college door middel van hetbeleidsverslag verantwoording af aan de raad.

 

Artikel 12 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2005.

 

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald: 'Verordening cliëntenparticipatie Wet werk enbijstand, gemeente Geertruidenberg'.

 

Ondertekening

Geertruidenberg, 25 november 2004.
 
De raad voornoemd,
De griffier,                                                   De voorzitter,
 
 
Drs K.M.C. Millenaar-Rammelaere        M.J.A. Meijer
 

Toelichting 1 Algemene Toelichting

Artikel 47 van de Wet werk en bijstand luidt als volgt:De gemeenteraad stelt bij verordening regels over de wijze waarop de personen, bedoeldin artikel 7, eerste lid, of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering vandeze wet, waarbij in ieder geval wordt geregeld de wijze waarop:periodiek overleg wordt gevoerd met deze personen of hun vertegenwoordigers;deze personen of vertegenwoordigers onderwerpen voor de agenda van dit overleg kunnenaanmelden;zij worden voorzien van de voor een adequate deelname aan het overleg benodigdeinformatie.

 

Met deze verordening komt de gemeenteraad tot een invulling van deze uit de wetvoortvloeiende plicht.Opgemerkt wordt dat reeds eerder overlegstructuren in het leven zijn geroepen tussen hetcollege of de afdeling en del cliëntenorganisaties op het gebied van gemeentelijk socialezekerheidsbeleid en landelijke sociale zekerheidswet- en regelgeving.

Zonder dat de gemeente zich op enigerlei wijze wil inlaten met het bestaan en desamenstelling van de verschillende belangengroepen en maatschappelijke organisaties,streeft zij in deze verordening wel naar verdere professionalisering van decliëntenparticipatie en daarmee een enkel periodiek overleg met een evenwichtigevertegenwoordiging van de betrokken organisaties, Cliëntenraad genoemd.

In de huidige praktijk is namelijk structureel een grote overlap te constateren tussen zowelde aanwezige personen, vaak lid van meerdere belangengroepen en -organisaties, als debesproken onderwerpen. Uit overweging van efficiency en eenduidigheid in het overlegtussen de gemeente en de diverse cliëntenorganisaties, regelt deze verordening dat degemeente haar plicht om cliënten en hun vertegenwoordigers te betrekken bij deuitvoering van gemeentelijke en landelijke sociale zekerheid, invult door een periodiek engestructureerd overleg tussen het college en een evenwichtig samengestelde Cliëntenraad.De in artikel 1 lid 2 van de verordening genoemde belangengroepen en maatschappelijkeorganisaties vormen momenteel het middenveld waarmee de gemeente overlegt watbetreft de vorming, uitvoering en evaluatie van het sociale zekerheidsbeleid op individueelof groepsniveau.

 

Artikelsgewijze toelichting

 

Artikel 1 BegripsbepalingenEr is voor gekozen om begrippen die al zijn omschreven in de WWB of Awb nietafzonderlijk te definiëren in deze verordening. Dit voorkomt dat in geval van wijziging vanbetreffende definities in de WWB of Awb ook de verordening moet worden gewijzigd.De begrippen die niet zijn omschreven in de WWB of Awb, of die verduidelijkt moetenworden, zijn in het tweede lid omschreven.

 

Artikel 2 Doel cliëntenparticipatieDit artikel behelst een globale omschrijving van het doel van cliëntenparticipatie enomarmt de gedachte dat cliëntenparticipatie onmisbaar is in een uitvoering van eenbeleidsgebied waarin de cliënt centraal staat. Raadsvoorstel Verordeningcliëntenparticipatie 2004 8

 

Artikel 3 Taken en bevoegdheden CliëntenraadDit artikel bepaalt de reikwijdte van de taken en bevoegdheden die aan de Cliëntenraadzijn toebedeeld. Naast een adviserende taak wat betreft de algemene werkzaamheden endienstverlening van de cluster Sociale Zaken, heeft de Cliëntenraad ook recht van initiatiefop dit terrein. De Cliëntenraad wordt in ieder geval om advies gevraagd bij het opstellenvan beleidsplannen en verordeningen. Uitdrukkelijk worden individuele zaken buiten hetoverleg met de Cliëntenraad gehouden omdat deze worden behandeld via andereprocedures en overlegstructuren.

 

Artikel 4 Overleg met CliëntenraadDit artikel regelt in grote lijnen het aantal aanwezigen tijdens het overleg tussen hetcollege en de Cliëntenraad, staat een zeker evenwicht voor in de vertegenwoordiging vanalle betrokken belangengroepen en maatschappelijke organisaties en deelt een aantal functiestoe aan de gemeentelijke vertegenwoordiging tijdens het overleg.Dit artikel bepaald dat de cliëntenraad overleg voert met het college. Het college is immershet bestuursorgaan dat is belast met de uitvoering van de WWB. In beginsel zal het collegezich tijdens het overleg laten vertegenwoordigen door de portefeuillehouder socialezekerheid. Met name waar het gaat om beleidszaken wordt de positie van deportefeuillehouder in dit overleg van belang geacht. De mogelijkheid wordt geboden dat deafdelingsmanager de plaats van de portefeuillehouder overneemt. Dit zal met name aan deorde zijn wanneer het gaat om dienstverleningsaspecten. In de praktijk kan dit betekenendat de portefeuillehouder slechts dat deel van het overleg bijwoont voor wat betreft hetgaat om beleidszaken.

 

Artikel 5 Taken voorzitterIn dit artikel staat een aantal taken opgesomd die de ambtelijke voorzitter tijdens hetoverleg tussen het college en de Cliëntenraad heeft en hoofdzakelijk te maken heeft metde ordehandhaving tijdens het overleg.

 

Artikel 6 Taken secretarisIn dit artikel staat een aantal taken opgesomd die de ambtelijke secretaris tijdens hetoverleg tussen het college en de Cliëntenraad heeft en te maken heeft met devoorbereiding op en verslaglegging tijdens het overleg.

 

Artikel 7 WerkwijzeHet eerste lid biedt een waarborg voor een minimale vergaderfrequentie van vier maal perjaar tussen het college en de Cliëntenraad. Uiteraard is het mogelijk om extravergaderingen uit te schrijven. Dit kan zowel op verzoek van de Cliëntenraad als opverzoek van de gemeente.Indien een stemprocedure wordt gestart voor een uit te brengen advies, bepaalt dit hettweede lid dat voor een uit te brengen advies een absolute meerderheid van het aantalaanwezige leden van de Cliëntenraad c.q. stemgerechtigden nodig is. Concreet houdt ditde helft van het aantal aanwezige leden van de Cliëntenraad c.q. stemgerechtigden pluséén, in.

 

Artikel 8 FaciliteitenHet college draagt kosteloos zorg voor alle faciliteiten om het overleg met de Cliëntenraadnaar behoren te laten verlopen. Hier wordt expliciet onder verstaan het beschikbaar stellenvan een vergaderruimte en het kopiëren en verspreiden van noodzakelijke stukken. Verderdraagt het college bij aan deskundigheidsbevordering onder de leden van de Cliëntenraad.Daarbij kan gedacht worden aan periodieke instructies aan de leden c.q. deelnemendebelangengroepen en maatschappelijke organisaties. Ter bestrijding van kosten in verbandmet de bevordering van die deskundigheid en ter bestrijding van kosten die wordengemaakt in de uitoefening van taken en bevoegdheden van de Cliëntenraad wordt door hetcollege aan de Cliëntenraad jaarlijks een vast bedrag ter beschikking gesteld. Het collegevoert overleg met de Cliëntenraad over de hoogte en verantwoording van dat bedrag. Hetcollege stelt jaarlijks dat bedrag vast.

 

Artikel 9 Nadere regelsVoor de juiste uitvoering van de verordening kan het noodzakelijk zijn dat nadereuitvoeringsregels worden vastgesteld. Dit artikel geeft het college de bevoegdheid omdergelijke regels vast te stellen.In het tweede lid wordt geregeld dat de Cliëntenraad hier vooraf over gehoord wordt.

 

Artikel 10 UitvoeringEvenals de uitvoering van de WWB ligt de uitvoering van deze verordening bij het college.

 

Artikel 11 VerantwoordingDe gemeenteraad kan zijn controlerende functie alleen op een goede wijze vormgevenindien beschikt wordt over de van belang zijnde gegevens. Om deze reden is in dit artikelbepaald dat het college verslag moet doen over de uitvoering van deze verordening. Dezeverantwoording wordt afgelegd door middel van het beleidsverslag sociale zekerheid.

 

Artikel 12 InwerkingtredingDeze verordening is op grond van artikel 8 van de Tijdelijke referendumwet referendabel.De datum van de inwerkingtreding van de verordening moet daarom, met in acht namevan artikel 22 Tijdelijke referendumwet, op tenminste 6 weken na datum publicatie gesteldworden.Aangezien de inwerkingtreding van het besluit als bedoeld in artikel 8, eerste lid, onder a,geen uitstel kan lijden, bepaalt de gemeenteraad, in afwijking van artikel 22, bij devaststelling van het besluit, dat het besluit in werking treedt alvorens de in artikel 22,tweede lid, genoemde termijn is verstreken.Het besluit kan volgens de bepalingen van de tijdelijke referendumwet na deinwerkingtreding alsnog aan een referendum worden onderworpen

 

Artikel 13 CiteertitelDit artikel behoeft geen nadere toelichting.