Regeling vervallen per 01-02-2015

Verordening op de uitgangspunten voor het financieel beleid, alsmede voor het financieel beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Geertruidenberg

Geldend van 01-01-2010 t/m 31-01-2015

Intitulé

Verordening op de uitgangspunten voor het financieel beleid, alsmede voor het financieel beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Geertruidenberg

Geconsolideerde versie

Nr. 19

De raad van de gemeente Geertruidenberg;

Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Geertruidenberg van 25 augustus 2009;

gelet op artikel 212 van de Gemeentewet,

 

Verordening op de uitgangspunten voor het financieel beleid, alsmede voor het financieel beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Geertruidenberg aan te passen op de volgende onderdelen:

- vervallen van: artikel 2, lid 2b, 3 en 4, artikel 6 lid 2, 3 en 4, artikel 7 lid 3d en 5, artikel 10 lid 1, 2, 3 en 4,

artikel 12 artikel 1a, 1b en 1c, artikel 14 lid 1c, 1d en 1e, 2 en 3, artikel 16 lid 2, artikel 17 lid 1, artikel 18 lid

2, artikel 22 lid 3.

- aanpassen van: artikel 2 lid 2a, artikel 4 lid 1, artikel 9 lid 2b en 2c, artikel 10 lid 1, artikel 11 lid 1 en 2, artikel 12

lid 1, artikel 13, artikel 14 lid 4, artikel 16 lid 1 en 4, artikel 17 lid 2, artikel 18 lid 1 en 3, artikel 20 lid 2, artikel

23, artikel 29, artikel 30.

- de nummering van de artikelen als gevolg van het toevoegen van artikel 8.

 

Artikel 1 Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

A. administratie:

het systematisch verzamelen, vastleggen, verwerken en verstrekken van informatie ten behoeve van het besturen, het functioneren en het beheersen van (onderdelen van) de organisatie van de gemeente Geertruidenberg en ten behoeve van de verantwoording die daarover moet worden afgelegd.

B. financiële administratie:

het onderdeel van de administratie dat omvat het systematisch maken en verwerken van aantekeningen betreffende de financiële gegevens van (onderdelen van) de organisatie van de gemeente Geertruidenberg, teneinde te komen tot een goed inzicht in:

1. de financieel-economische positie;

2. het financiële beheer;

3. de uitvoering van de begroting;

4. het afwikkelen van vorderingen en schulden;

5. alsmede tot het afleggen van rekening en verantwoording daarover.

C. administratieve organisatie:

het stelsel van organisatorische maatregelen gericht op het tot stand brengen en het in stand houden van de goede werking van de bestuurlijke en ambtelijke informatieverzorging ten behoeve van de verantwoordelijke leiding.

D. financieel beheer:

het uitoefenen van bestuur over en toezicht op het beheer van middelen en het uitoefenen van rechten van de gemeente Geertruidenberg.

E. rechtmatigheid:

het in overeenstemming zijn met geldende wet- en regelgeving, waaronder gemeentelijke verordeningen, raadsbesluiten en collegebesluiten.

F. doelmatigheid:

het realiseren van bepaalde prestaties met een zo beperkt mogelijke inzet van middelen.

G. doeltreffendheid:

de mate waarin de beoogde maatschappelijke effecten van het beleid ook daadwerkelijk worden behaald.

Artikel 2 Begroting en verantwoording

  • 1 De raad stelt in ieder geval ten behoeve van een nieuwe raadsperiode een programma-indeling vast.

  • 2 Ja De raad stelt per programma vast:

    a. de beoogde maatschappelijke effecten, indicatoren en (meetbare) doelen.

    b. de baten en lasten.

  • 3 Het college draagt zorg voor het verzamelen en vastleggen van gegevens over de geleverde goederen en diensten en de maatschappelijke effecten, opdat de doelmatigheid en doeltreffendheid van het beleid zoals vastgesteld door de raad, kunnen worden getoetst.

     

Artikel 3 Producten

  • 1 Bij iedere begroting en jaarstukken wordt een overzicht gegeven van de toedeling van de producten uit de productraming aan de programma’s.

  • 2 De onderverdeling van de programma’s in de producten staat voor de raadsperiode vast, tenzij er dringende redenen zijn tot wijzigen. Wijzigingen worden bij de begroting expliciet vermeld.

Artikel 4 Kadernota

  • 1 Het college biedt uiterlijk 1 juni van het begrotingsjaar een nota aan over de kaders voor het volgende begrotingsjaar en de drie opvolgende jaren. In deze nota worden zo mogelijk de bevindingen betrokken uit de rapportage van de jaarstukken bedoeld in artikel 9.

  • 2 De raad stelt deze nota uiterlijk 1 juli vast

Artikel 5 Uitvoering begroting

  • 1 Het college stelt regels die waarborgen dat de uitvoering van de begroting rechtmatig, doelmatig en doeltreffend verloopt.

  • 2 Het college draagt ten aanzien van de productenraming er zorg voor dat:

    a. de lasten en baten, door middel van kostentoerekening, eenduidig zijn toegewezen aan de producten van de productraming.

    b. de budgetten uit de productraming en kredieten voor investeringen passen binnen de kaders zoals geautoriseerd bij de vaststelling van de uiteenzetting van de financiële positie;

    c. de lasten van de producten niet dusdanig worden overschreden dat de realisatie van andere producten binnen hetzelfde programma onder druk komt.

  • 3 Het college draagt er zorg voor dat de lasten van de programma’s zoals geautoriseerd in de (gewijzigde) begroting niet worden overschreden.

Artikel 6 Interne controle

Het college draagt ten behoeve van het getrouwe beeld en de rechtmatigheid van de jaarrekening zorg voor de jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de informatieverstrekking, en de rechtmatigheid van de beheershandelingen. Bij afwijkingen neemt het college maatregelen tot herstel

Artikel 7 Tussentijdse rapportage

  • 1 Het college informeert de raad door middel van minimaal 1 tussentijdse rapportage over de realisatie van de begroting van de gemeente over de eerste vijf maanden van het lopende boekjaar met een prognose tot het eind van het jaar.

  • 2 De tussenrapportage wordt aan de raad aangeboden voor 1 september van het lopende begrotingsjaar. De raad stelt de rapportage uiterlijk 1 oktober vast.

  • 3 De rapportage gaat in op afwijkingen, zowel wat betreft baten als lasten, de geleverde goederen en diensten en indien daar aanleiding voor is de maatschappelijke effecten. In de rapportages wordt in ieder geval aandacht besteed aan afwijkingen van:

    a. inkomsten uit de algemene uitkering;

    b. de rente-ontwikkeling op de kapitaalmarkt;

    c. resultaten uit grondexploitatie.

     

Artikel 8 Informatieverstrekking

Het college informeert in ieder geval vooraf de raad en neemt pas een besluit, nadat de raad in de gelegenheid is gesteld zijn wensen en bedenkingen ter kennis van het college te brengen voor zover het betreft niet bij begroting of bij afzonderlijk raadsbesluiten (grondprijzen) vastgestelde afzonderlijke verplichtingen betreffende:

a. aankoop van onroerende zaken waarvan de koopsom per transactie groter is dan € 10.00

b. verkoop van onroerende zaken waarvan de verkoopsom per transactie groter is dan € 10.000

c. aankoop en verkoop van goederen en diensten indien de (ver)koopsom per transactie groter is dan € 10.000

d. het verstrekken van leningen, waarborgen en garanties indien de som per transactie groter is dan € 10.000.

Artikel 9 Jaarstukken

  • 1 Het college draagt zorg voor een adequate vertaling van de verantwoording van de diensten naar de productenrealisatie en naar de programma verantwoording.

  • 2 Het college legt verantwoording af over de uitvoering van de programma’s.

    In de verantwoording geeft het college aan:

    a. wat is bereikt;

    b. wat daarvoor is gedaan

    c. wat het heeft gekost?

    d. hoe de resultaten zich verhouden tot de in de begroting gestelde doelen.

  • 3 De raad bepaalt aan de hand van de uitvoering van de programma’s of de beleidsdoelen van de programma’s voor het lopende jaar bijstelling behoeven.

Artikel 10 Financiële positie

  • 1 Het college draagt er zorg voor, dat al het beleid waartoe de raad heeft besloten, in de uiteenzetting van de financiële positie en de meerjarenramingen is opgenomen.

  • 2 Het totaalbedrag aan verleende garanties en waarborgen wordt bij de uiteenzetting van de financiële positie in de jaarrekening expliciet vermeld.

  • 3 De raad autoriseert met het vaststellen van de begroting de investeringskredieten voor het begrotingsjaar en bepaalt tevens welke kredieten nog voorgelegd worden aan de raad ter besluitvorming.

Artikel 11 Waardering

  • 1 De raad stelt het waarderings- en afschrijvingsbeleid vast. Het college doet daartoe voorstellen. Ieder jaar wordt bij de jaarrekening nagegaan of er aanleiding is het waarderings- en afschrijvingsbeleid aan te passen. In dat geval zal het college voorstellen doen aan de raad. Het college biedt tenminste eenmaal in de vier jaar een nota waardering en afschrijvingsbeleid aan.

Artikel 12 Voorziening voor dubieuze vorderingen

  • 1 Voor de overige vorderingen wordt een voorziening wegens oninbaarheid gevormd op basis van een beoordeling op inbaarheid van de openstaande vorderingen ouder dan drie maanden.

  • 2 Voor openstaande publiekrechtelijke vorderingen wordt een voorziening wegens oninbaarheid gevormd ter grootte van het historische percentage van oninbaarheid.

Artikel 13 Reserves en voorzieningen

De raad stelt het beleid betreffende reserves en voorzieningen vast. Het college biedt hiervoor eenmaal in de vier jaar een beleidsnotitie Reserves en Voorzieningen aan..

Artikel 14 Kostprijsberekening

  • 1 Voor het bepalen van de geraamde kostprijs van producten en diensten van de gemeente Geertruidenberg wordt een systeem van kostentoerekening gehanteerd. Bij de kostentoerekening worden naast de directe kosten alleen die indirecte kosten betrokken, die rechtstreeks samenhangen met de door de gemeente verleende diensten.

  • 2 Bij de indirecte kosten worden betrokken de bijdragen aan voorzieningen voor de noodzakelijke vervanging van de betrokken activa, de kapitaallasten van de in gebruik zijnde activa en voor rioolrechten, reinigingsrechten en afvalstoffenheffing de compensabele BTW.

  • 3 De omslagrente voor de rentetoerekening van de kapitaallasten wordt bepaald door het rentetotaal van de uitstaande leningen en de bij begroting vastgestelde gecalculeerde rente over het eigen vermogen, voorzieningen en het financieringstekort- cq overschot.

Artikel 15 financieringsfunctie

  • 1 Het college draagt bij de uitoefening van de financieringsfunctie zorg voor

    a. het aantrekken van voldoende financiële middelen en het uitzetten van overtollige gelden om de programma’s binnen de door de raad vastgestelde kaders van de begroting uit te kunnen voeren;

    b. Het verzekeren van duurzame toegang tot financiële markten tegen acceptabele condities;

  • 2 Het college volgt bij de uitvoering van de financieringsfunctie de richtlijnen zoals opgenomen in het treasurystatuut.

Artikel 16 Registratie bezittingen, activa en vermogen

  • 1 Het college draagt zorgt voor een actuele en volledige registratie van bezittingen. In de registratie worden ook opgenomen niet-geactiveerde kunstvoorwerpen met cultuurhistorische waarde en de niet- of netto-geactiveerde investeringen in de openbare ruimte.

  • 2 Het college draagt er zorg voor, dat de registratie en de ontwikkeling van de bezittingen en het vermogen van de gemeente systematisch worden gecontroleerd.

  • 3 Bij afwijkingen in de registratie van bezittingen neemt het college maatregelen voor herstel van de tekortkomingen. De resultaten van de controle en eventuele plannen van verbetering worden ter kennisgeving aan de raad aangeboden.

Artikel 17 Lokale heffingen

  • 1 Het college biedt ieder jaar in de paragraaf lokale heffingen van de programmabegroting voorstellen aan voor beleid dan wel aanpassing daarvan op het gebied van lokale heffingen. De paragraaf behandelt in ieder geval:

    a. de geraamde inkomsten;

    b. het beleid ten aanzien van de lokale heffingen;

    c. een overzicht op hoofdlijnen van de diverse heffingen;

    d. een aanduiding van de lokale lastendruk;

    e. een beschrijving van het kwijtscheldingsbeleid.

  • 2 Het college verstrekt eenmaal per jaar voor het vaststellen van de hoogte van gemeentelijke tarieven, heffingen en prijzen door de raad per verordening de volgende gegevens: de actueel geraamde hoeveelheden per door de gemeente verstrekte dienst, waarover de tarieven, heffingen en prijzen in rekening worden gebracht en het totaal van de geraamde kosten van de erin genoemde door de gemeente verstrekte diensten.

  • 3 Bij de jaarstukken doet het college in de paragraaf lokale heffingen verslag van: de opbrengsten per lokale heffing; het volume en bedrag aan kwijtscheldingen; de kostendekkendheid van de rioolrechten en de afvalstoffenheffing; de (ontwikkeling van de) lokale lastendruk voor eenpersoonshuishoudens, meerpersoonshuishoudens en bedrijven.

Artikel 18 Weerstandsvermogen en risicomanagement

  • 1 De raad stelt het beleid ten aanzien van risicomanagement en weerstandvermogen vast. Het college biedt hiertoe de beleidsnota Risicomanagement en Weerstandsvermogen eens per vier jaar vóór behandeling van de tweede begroting van de nieuwe gemeenteraad aan.

  • 2 In de paragraaf weerstandsvermogen bij de begroting en de jaarstukken neemt het college minimaal de verplichte onderdelen op grond van het Besluit begroting en verantwoording op.

Artikel 19 Onderhoud kapitaalgoederen

  • 1 Het college geeft in de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen van de begroting het kader weer voor de inrichting van het onderhoud en het beoogde onderhoudsniveau van de openbare ruimte en de gemeentelijke gebouwen. De paragraaf geeft de kaders weer voor de inrichting van het onderhoud en het beoogde onderhoudsniveau voor het openbaar groen, water, wegen, kunstwerken en straatmeubilair, alsmede voor het te plegen onderhoud en de bijbehorende kosten aan de gemeentelijke gebouwen. Daarbij wordt tevens het meerjarig budgettair beslag aangegeven.

  • 2 Het college biedt ten minste eens in de vier jaar een actualisatie van de nota’s aan betreffende onderwerpen genoemd in lid 1.

  • 3 Via de rapportage als vermeld in artikel 7 en de jaarstukken doet het college verslag over de voortgang van het geplande onderhoud en het eventuele achterstallig onderhoud aan openbaar groen, water, wegen, kunstwerken, straatmeubilair, riolering, gebouwen.

Artikel 20 Financiering

Bij de begroting en de jaarstukken doet het college in de paragraaf financiering in ieder geval verslag van:

a. de kasgeldlimiet;

b. de renterisico norm;

c. de liquiditeitsplanning en de financieringsbehoefte voor de komende drie jaar;

d. de rentevisie en

e. de rentekosten en rente-opbrengsten verbonden aan de financieringsfunctie.

 

Artikel 21 Bedrijfsvoering

  • 1 In de bedrijfsvoeringparagraaf in de begroting wordt ingegaan op de tijdelijke en actuele onderwerpen die aandacht behoeven. In de bedrijfsvoeringparagraaf in het jaarverslag wordt gerapporteerd over de bij de begroting bepaalde onderwerpen aangaande de bedrijfsvoering alsmede over nieuwe ontwikkelingen.

  • 2 Het college rapporteert in de bedrijfsvoeringparagraaf van de begroting en jaarstukken over de voortgang van de onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid, bedoeld in artikel 213a Gemeentewet

Artikel 22 Verbonden partijen

In de begroting en de jaarstukken worden in de paragraaf verbonden partijen de verbonden partijen weergegeven. Daarnaast wordt in elk geval ingegaan op nieuwe verbonden partijen, het beëindigen van bestaande verbonden partijen, het wijzigen van bestaande verbonden partijen en eventuele problemen bij bestaande verbonden partijen.

1. Indien er sprake is van nieuwe verbonden partijen of van wijzigingen in bestaande verhoudingen wordt het openbaar belang, het eigen vermogen, de solvabiliteit, het financieel resultaat, het financieel belang en de zeggenschap van de gemeente weergegeven.

2. Indien de kaders voor het beleid aangaande (nieuwe) participaties aan wijziging toe is, al dan niet in de vorm van het opstellen van een nota terzake, maakt het college daarvan melding in de paragraaf verbonden partijen in de begroting.

Artikel 23 Grondbeleid

  • 1 Het college biedt ten minste eens in de vier jaar een (bijgestelde) nota grondbeleid aan ter behandeling en vaststelling door de raad. In deze nota wordt aandacht besteed aan:

    a. de relatie met de programma’s van de begroting;

    b. de strategische visie van het toekomstig grondbeleid van de gemeente;

    c. aan te ontwikkelen en in ontwikkeling genomen projecten;

    d. de voorraadverwerving en uitgifte van gronden;

    e. de uitgifte van gronden in erfpacht en de bijstelling van erfpachtvergoedingen

     

  • 2 In de paragraaf grondbeleid van de begroting en de jaarstukken wordt ingegaan op de uitvoering van de nota grondbeleid, in het bijzonder de belangrijkste financiële ontwikkelingen zoals verlies/winstverwachtingen, de verwerving van gronden e.d. en de relaties van het grondbeleid met de programma’s.

Artikel 24 Verstrekking subsidies

Ten minste één keer per 4 jaar wordt nagegaan of er aanleiding is het subsidiebeleid of de subsidieverordening aan te passen. In dat geval doet het college hiertoe voorstellen aan de raad.

Artikel 25 Administratie

De administratie is zodanig van opzet en werking, dat zij in ieder geval dienstbaar is voor:

a. het sturen en het beheersen van activiteiten en processen in de gemeente als geheel en in de diensten;

b. het verstrekken van informatie over ontwikkelingen in de omvang van activa met economisch nut, activa met maatschappelijk nut, voorraden, vorderingen en schulden, enzovoorts;

c. het verschaffen van informatie aan de budgethouders en voor het maken van kostencalculaties;

d. het bevorderen van de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de begroting en ter zake geldende wet- en regelgeving;

e. het afleggen van verantwoording over de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de begroting en ter zake geldende wet- en regelgeving;

f. de controle van de registratie van gegevens als zodanig en van de daaraan ontleende informatie alsmede voor de controle op de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen.

Artikel 26 Financiële administratie

Het college draagt er zorg voor dat:

1. de inrichting en de werking van de financiële administratie voldoet aan het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten en andere relevante wet- en regelgeving;

2. de vereiste informatie verstrekt wordt aan het rijk, de provincie en de Europese Unie, alsmede aan andere instellingen die specifieke verantwoordingsverplichtingen opleggen aan gemeenten

Artikel 27 Financiële organisatie

Het college draagt de zorg voor en legt (in een besluit) vast:

1. een eenduidige indeling van de gemeentelijke organisatie en een eenduidig toewijzing van de gemeentelijke taken;

2. een adequate scheiding van taken, functies, bevoegdheden, verantwoordelijkheden, zodat aan de eisen van interne controle wordt voldaan en de betrouwbaarheid van de verstrekte informatie aan beleids- en beheersorganen is gewaarborgd;

3. de verlening van mandaten en volmachten voor het aangaan van verplichtingen ten laste van de toegekende budgetten en investeringskredieten;

4. de te maken afspraken over de te leveren prestaties, de daarvoor beschikbare middelen en de wijze en frequentie van rapportage over de voortgang van de activiteiten en uitputting van middelen;

5. de regels voor de verlening van décharge over het gevoerde beheer van de diensten.

 

Artikel 28 Aanbesteding en inkoop

Het college draagt zorg voor en legt (in een besluit) vast de interne regels (protocol) voor de inkoop en aanbesteding van werken en diensten. De regels waarborgen, dat wordt gehandeld in overeenstemming met de regels terzake van de Europese Unie.

Artikel 29 Subsidieverstrekking en steunverlening

Het college draagt zorg voor en legt (in een besluit) vast de interne regels (protocol) voor de toekenning van steunverlening aan ondernemingen en subsidies. De regels waarborgen, dat wordt gehandeld in overeenstemming met de regels terzake van de Europese Unie en de subsidieverordening van de gemeente Geertruidenberg.

Artikel 30 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking per 1 januari 2010, met dien verstande dat de begroting, meerjarenraming, de jaarstukken, de uitvoeringsinformatie en de informatie voor derden en de daarbij behorende toelichtingen met ingang van de begroting voor het begrotingsjaar 2011 voldoen aan de bepalingen van deze verordening.

Artikel 31 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald onder de naam “Financiële verordening gemeente Geertruidenberg 2009”.

 

Aldus goedgekeurd en vastgesteld in de openbare vergadering van de Raad der gemeente Geertruidenberg d.d. 24 september 2009

Ondertekening

De Raad voornoemd,
De griffier, De voorzitter,
 
 
 
drs. K.M.C. Millenaar-Rammelaere M.J.A. Meijer