Organisatieregeling Gemeente Geertruidenberg 2016

Geldend van 10-06-2016 t/m heden

Intitulé

ORGANISATIEREGELING GEMEENTE GEERTUIDENBERG 2016

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Geertruidenberg;

gelet op de artikelen 103, 160 en 169 van de Gemeentewet,

hetgeen geregeld is in het mandaatbesluit en mandaatregister,

het functieboek gemeente Geertruidenberg,

gelet op het advies van de ondernemingsraad 14 april 2016,

Besluit vast te stellen de:

ORGANISATIEREGELING GEMEENTE GEERTUIDENBERG 2016

Hoofdstuk 1 De structuur van de gemeentelijke organisatie

Artikel 1 Hoofdstructuur

  • 1. De gemeentelijke organisatie van de gemeente Geertruidenberg bestaat uit organisatorische eenheden.

  • 2. Het college van burgemeester en wethouders (hierna: college) stelt de structuur van de organisatie vast. Ingesteld worden:

    • a.

      Directieteam;

    • b.

      Controller;

    • c.

      Programma’s/projecten

    • d.

      Cluster Gemeentewinkel;

    • e.

      Cluster Beleid;

    • f.

      Cluster Buitenruimte;

    • g.

      Cluster Advies;

    • h.

      Cluster Ondersteuning.

  • 3. Voor de gemeentelijke organisatie geldt een organigram als bijgevoegd (bijlage 1).

Artikel 2 Beheer

  • 1. Onder bestuurlijke verantwoordelijkheid van het college is het dagelijks beheer van de gemeentelijke organisatie opgedragen aan de secretaris .

  • 2. Onder bestuurlijke verantwoordelijkheid van het college en onder de eindverantwoordelijkheid van de secretaris/algemeen directeur is de verantwoordelijkheid voor de bedrijfsvoering opgedragen aan de adjunct-directeur. Het dagelijks beheer van de clusters is opgedragen aan de respectievelijke clustermanagers.

Hoofdstuk 2 De secretaris

Artikel 3 Instructie

De bepalingen in dit hoofdstuk gelden als instructie voor de secretaris in de zin van artikel 103 lid 2 van de Gemeentewet.

Artikel 4 Relatie tot de raad

  • 1. De secretaris draagt er uit eigener beweging of desgevraagd zorg voor dat het college en de burgemeester in staat zijn de informatieplicht als bedoeld in artikel 169 van de Gemeentewet na te leven.

  • 2. De secretaris draagt er zorg voor dat de leden van de raad desgevraagd technische bijstand krijgen, zoals bepaald in de Verordening ambtelijke bijstand en fractieondersteuning.

Artikel 5 Relatie tot burgemeester en wethouders

  • 1. De secretaris draagt zorg voor een goede voorbereiding van de vergaderingen van het college, onverminderd de verantwoordelijkheden van de burgemeester.

  • 2. De secretaris draagt er desgevraagd of uit eigen beweging zorg voor dat de leden van het college over alle informatie kunnen beschikken die zij nodig hebben om hun functie goed te kunnen uitoefenen.

  • 3. De secretaris draagt zorg voor een gedegen en tijdige advisering aan het college. Als het nodig is, adviseert hij het college bij het nemen van beslissingen.

  • 4. De secretaris is verantwoordelijk voor een snel en adequaat verloop van de voorbereiding van de besluitvorming en voor een tijdige en correcte uitvoering van de besluiten van het college.

  • 5. De secretaris draagt er zorg voor dat besluiten die het college heeft genomen worden vastgelegd in een verslag c.q. besluitenlijst.

Artikel 6 Relatie tot commissies

Tenzij bij afzonderlijke verordening of besluit anders is geregeld, gelden de artikelen 4 en 5 ook voor commissies die het college en de burgemeester hebben ingesteld.

Artikel 7 Relatie tot burgemeester

  • 1. De secretaris staat de burgemeester terzijde in diens hoedanigheid van bestuurlijk coördinator.

  • 2. De secretaris bevordert samen met de burgemeester en de griffier de afstemming tussen de bestuursorganen enerzijds en het gemeentelijk apparaat en de griffie anderzijds.

  • 3. Bovendien is de secretaris de burgemeester behulpzaam bij het bevorderen van de samenwerking en afstemming ter zake van het functioneren van de bestuursorganen evenals bij de bewaking van het functioneren van het college als collegiaal bestuur.

Artikel 8 Bijstand

  • 1. De secretaris heeft het recht bij alle aan het college ondergeschikte medewerkers, zowel individueel als per onderdeel van de organisatie, inlichtingen in te winnen die voor een goede vervulling van zijn taak nodig zijn.

  • 2. Voor zover de secretaris bij de uitvoering van zijn taken op grond van dit hoofdstuk behoefte heeft aan advies en bijstand, kan hij daarvoor een beroep doen op alle onderdelen en medewerkers van de gemeentelijke organisatie en waar nodig externe ondersteuning inschakelen.

Artikel 9 Verantwoordelijkheid

  • 1. De secretaris heeft binnen de richtlijnen van het college en het door deze geformuleerde en gevoerde beleid de eindverantwoordelijkheid voor de organisatie.

  • 2. De secretaris geeft inhoud aan zijn verantwoordelijkheden in goed overleg met de burgemeester in diens hoedanigheid van voorzitter van het college en voorzitter van de gemeenteraad.

  • 3. De secretaris is bestuurder in de zin van de Wet op de Ondernemingsraden.

Artikel 10 Loco-secretaris

  • 1. Het college benoemt een of meer loco-secretarissen.

  • 2. De loco-secretaris vervangt de secretaris bij diens afwezigheid en treedt in al zijn rechten en bevoegdheden.

  • 3. De artikelen in dit hoofdstuk zijn voor de loco-secretaris van overeenkomstige toepassing.

Hoofdstuk 3 De adjunct-directeur

Artikel 11 Verantwoordelijkheid

De adjunct-directeur heeft binnen de door de secretaris gegeven richtlijnen, en het geformuleerde en gevoerde beleid de zorg en verantwoordelijkheid voor de bedrijfsvoering en integrale aansturing van de gemeentelijke organisatie (clustermanagers).

Hoofdstuk 4 De clustermanager

Artikel 12 Verantwoordelijkheid

De clustermanager heeft binnen de door de secretaris dan wel de adjunct-directeur gegeven richtlijnen, en het geformuleerde en gevoerde beleid de zorg en verantwoordelijkheid voor een van de vijf clusters.

Hoofdstuk 5 Het directieteam

Artikel 13 Samenstelling directieteam

De secretaris en de adjunct-directeur vormen het directieteam, eventueel aangevuld met door het directieteam nader te bepalen functionarissen.

Artikel 14 Verantwoordelijkheid

Het directieteam heeft binnen de richtlijnen die het college en de secretaris hebben gegeven en het door deze geformuleerde en gevoerde beleid de eindverantwoordelijkheid voor:

  • a.

    het formuleren van de strategische doelstellingen, het strategisch beleid en het bewaken van de uitvoering daarvan samen met het college;

  • b.

    het adviseren van het college over integrale strategische kwesties, politiek bestuurlijk gevoelige zaken en interventiemogelijkheden en het fungeren als klankbord;

  • c.

    het proces van integrale bedrijfsvoering;

  • d.

    het mede vertalen van gemeentelijk strategisch beleid naar strategische beleidsuitgangspunten;

  • e.

    het mede zorg dragen voor de ontwikkeling, uitvoering en evaluatie van het gemeentelijk beleid;

  • f.

    het voeren van de regie van organisatieontwikkelingstrajecten voor verzelfstandigende diensten en het bewaken van de kwaliteit van het dienstverleningsconcept;

  • g.

    het uitdragen van de gewenste bedrijfscultuur;

  • h.

    het geven van leiding aan de medewerkers op de solistische functies die hiërarchisch onder het DT gepositioneerd zijn.

Hoofdstuk 6 Het managementteam

Artikel 15 Samenstelling managementteam

Het managementteam bestaat uit de adjunct-directeur, de clustermanagers en eventueel aangevuld met door het managementteam nader te bepalen functionarissen.

Artikel 16 Doelstelling managementteam

Het managementteam heeft tot doel - onverminderd de eindverantwoordelijkheid van het directieteam - het doelmatig, doeltreffend en integraal functioneren van de gemeentelijke organisatie te bevorderen.

Hoofdstuk 7 Vervanging functionarissen

Artikel 17 Regeling vervanging functionarissen

  • 1. De secretaris bepaalt wie en wanneer de adjunct-directeur vervangt bij diens afwezigheid.

  • 2. Binnen het managementteam wordt de vervanging geregeld bij afwezigheid van een clustermanager.

  • 3. De clustermanager regelt de vervanging van een onder hem ressorterende medewerker bij diens afwezigheid.

Hoofdstuk 8 Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 18 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking onder gelijktijdige intrekking van de Organisatieregeling 2010, deze regeling treedt met terugwerkende kracht in werking met ingang van 1 januari 2016.

Artikel 19 Citeerartikel

Dit besluit kan worden aangehaald als “Organisatieregeling Gemeente Geertruidenberg 2016”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door het college van de gemeente Geertruidenberg in de vergadering van 10 mei 2016.
de secretaris, de burgemeester,
R.C.J. Nagtzaam W. van Hees

Bijlage 1

afbeelding binnen de regeling