Regeling vervallen per 01-08-2020

Subsidieregeling peuteropvang en voorschoolse educatie gemeente Geertruidenberg 2020

Geldend van 01-01-2020 t/m 31-07-2020 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2020

Intitulé

Subsidieregeling peuteropvang en voorschoolse educatie gemeente Geertruidenberg 2020

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Geertruidenberg;

Gelet op artikel 7 van de Subsidieverordening Welzijn gemeente Geertruidenberg 2009

Gelet op het raadsbesluit van 5 oktober 2017 betreffende de toekomst van de peutervoorzieningen in Geertruidenberg;

Overwegende dat het noodzakelijk is om regels te stellen voor de kwaliteit en de tegemoetkoming in de kosten van peuteropvang en voorschoolse educatie;

Besluit vast te stellen de volgende regeling:

Subsidieregeling peuteropvang en voorschoolse educatie gemeente Geertruidenberg 2020.

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Geertruidenberg;

Gemeente: de gemeente Geertruidenberg;

Inkomensverklaring: een verklaring van de Belastingdienst inzake de inkomensgegevens van een persoon in een bepaald belastingjaar.

Kinderopvangtoeslag: de toeslag vanuit het Rijk die ouders kunnen aanvragen bij de belastingdienst, als een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang;

Kinderopvangtoeslagtabel: inkomenstabel van de belastingdienst die de hoogte van de kinderopvangtoeslag bepaalt op basis van de hoogte van het (gezamenlijke) toetsingsinkomen;

Ouder: ouders(s) of verzorgers van de peuter;

Ouderbijdrage: financiële vergoeding die ouders moeten betalen voor de afname van peuteropvang hetzij regulier, hetzij VVE voor hun kind, afgestemd op het verzamelinkomen van het huishouden; Maximum uurtarief: de kostprijs per uur die de belastingdienst maximaal fiscaal vergoedt;

Peuteropvang: kortdurende opvang voor kinderen van 2 en 3 jaar gericht op ontwikkelingsstimulering en voorbereiding op de basisschool;

Peutertoeslag: Een financiële bijdrage van de gemeente in de kosten van peuteropvang.

Voorschoolse educatie: kortdurende opvang aan peuters van 2,5 tot 4 jaar met een VVE indicatie gedurende minimaal 10 uur en maximaal 12 uur per week.

Voorschools VVE programma: opvang van peuters van 2,5 tot 4 jaar met een VVE indicatie waarin met behulp van een erkend VVE programma activiteiten worden aangeboden gericht op het stimuleren van de ontwikkeling van kinderen.

Voorschoolse voorziening: organisatie voor peuteropvang of kinderopvang die ingeschreven staat in het Landelijk Register Kinderopvang (LRK) en die gevestigd is in de gemeente.

VVE-indicatie: indicatie afgegeven door de jeugdgezondheidszorg op basis van de doelgroependefinitie uit de VVE beleidsnotitie Geertruidenberg 2020.

Warme overdracht: Bij een warme overdracht vindt er een gesprek plaats tussen de kinderopvang en de school, al dan niet met ouders.

Artikel 2 Doel

Deze subsidieregeling is van toepassing op subsidies voor het uitvoeren van peuteropvang en voorschoolse educatie in Geertruidenberg. Het doel van deze regeling is:

1. het faciliteren van deelname van kinderen in de leeftijd van 2 tot 4 jaar aan peuteropvang;

2. het faciliteren van deelname van kinderen van 2,5 tot 4 jaar met VVE indicatie aan een voorschools VVE programma.

Artikel 3 Subsidie voor deelname peuters aan de peuteropvang

1. Het college kan subsidie verstrekken aan een organisatie voor kinderopvang:

a. Voor peuteropvang voor een peuter waarvan de ouders geen recht hebben op kinderopvangtoeslag.

b. Voor VVE peuteropvang voor een peuter waarvan de ouders geen recht hebben op kinderopvangtoeslag.

c. Voor VVE peuteropvang voor een peuter waarvan de ouders recht hebben op kinderopvangtoeslag.

2. Deze subsidie is voor deelname van peuters die wonen in de gemeente Geertruidenberg en voor opvanglocaties die zijn gevestigd in de gemeente Geertruidenberg.

Artikel 4 Omvang van de subsidie

1. Het college verleent de subsidie peuteropvang voor minimaal 5 en maximaal 6 uur per week gedurende maximaal 40 weken per jaar.

2. In afwijking van het eerste lid verleent het college subsidie voor minimaal 10 en maximaal 12 uur per week indien er een VVE indicatie is.

Artikel 5 Hoogte van de vergoeding

1. De hoogte van de vergoeding voor peuteropvang en/of voorschoolse educatie is afhankelijk van:

a. De draagkracht van de ouder, en

b. Of het kind behoort tot de doelgroep voor VVE, en

c. De kosten van de peuteropvang per kind die wordt bepaald door het aantal uren peuteropvang per kind in het berekeningsjaar en de voor de peuteropvang te betalen prijs, met inachtneming van het bedrag bedoeld in het tweede lid.

2. Het college subsidieert peuteropvang tot het fiscaal maximum (in 2020 is dit € 8,17 per uur) minus de inkomensafhankelijke ouderbijdrage voor het deel tot aan het fiscaal maximum.

3. Het college subsidieert de voorschoolse educatie in de peuteropvang met een maximum van €10,00 per uur minus de ouderbijdrage.

4. Het college subsidieert voorschoolse educatie in de kinderopvang met een jaarlijkse vaste bijdrage van € 150,00 per afgenomen maand.

Artikel 6 Subsidiecriteria voor peuteropvang

1. De aanvrager van subsidie peuteropvang voldoet aan de volgende criteria:

Er mag bij de gemeente Geertruidenberg geen voornemen bestaan om handhavend op te treden dan wel een handhavingsbesluit te zijn genomen naar aanleiding van een constatering van een overtreding door de toezichthouder;

2. Staat ingeschreven in het Landelijk Register Kinderopvang

Artikel 7 Subsidiecriteria voor voorschoolse educatie

De aanvrager van subsidie voorschoolse educatie voldoet aan de volgende criteria:

1. De aanvrager van subsidie peuteropvang voldoet aan de volgende criteria:

Er mag bij de gemeente Geertruidenberg geen voornemen bestaan om handhavend op te treden dan wel een handhavingsbesluit te zijn genomen naar aanleiding van een constatering van een overtreding door de toezichthouder;

2. Staat als VVE-gecertificeerd in het Landelijk Register Kinderopvang;

3. Inzet van een erkend VVE-programma.

4. Werkt met observatiemethodiek KIJK!

5. Neemt deel aan de Peutermonitor die in de loop van 2020 zal worden geïmplementeerd.

Artikel 8 Verplichtingen voor voorschoolse educatie

De aanvrager van subsidie voorschoolse educatie voldoet bij de uitvoering aan de volgende verplichtingen:

1. De aanbieder werkt aantoonbaar samen met basisscholen. De samenwerking is gericht op een doorgaande leer- en ontwikkelingslijn.

2. Alle doelgroepkinderen worden warm overgedragen aan de basisschool.

Artikel 9 De ouderbijdrage

1. De hoogte van de ouderbijdrage wordt door de houder, aan de hand van de tabel in bijlage bepaald op basis van het verwachte verzamelinkomen over 2019. Dit verwachte inkomen wordt bepaald aan de hand van de door ouders te overleggen inkomensverklaring.

2. Voor peuteropvang betaalt een ouder zonder recht op kinderopvangtoeslag de inkomensafhankelijke ouderbijdrage tot het fiscaal maximum plus het verschil tussen het fiscaal maximum en de kostprijs van de organisatie.

3. Voor VVE in de peuteropvang, dit is VVE verspreid over vier dagdelen, betaalt een ouder:

a. met recht op kinderopvangtoeslag: voor de eerste twee dagdelen het fiscaal maximum aan de aanbieder en vraagt kinderopvangtoeslag terug bij de belastingdienst. Voor het derde en vierde dagdeel worden geen kosten in rekening gebracht.

b. zonder recht op kinderopvangtoeslag: voor de eerste twee dagdelen een inkomensafhankelijke ouderbijdrage vanaf een inkomen van € 30.000 conform de tabel in bijlage 1. Voor het derde en vierde dagdeel worden geen kosten in rekening gebracht.

4. Voor VVE in de kinderopvang ( VVE geïntegreerd in dagopvang) vraagt een ouder met recht op toeslag voor alle uren deze toeslag aan. Indien het recht op toeslag lager is dan de benodigde VVE-uren dan ontstaat recht op een door de gemeente gesubsidieerde plek.

Artikel 10 Gegevens subsidieaanvraag peuteropvang

1. Aanvragen moeten uiterlijk 31 januari 2020 ingediend worden.

2. De aanvraag bevat de volgende gegevens:

a. Naam en locatie

b. Aantal ouders wel en geen recht op kinderopvangtoeslag

c. Deelname aantal uren per week: minimaal 5 en maximaal 6 uur

d. Maanden in betreffende jaar: maximaal 12 maanden

e. Berekening gevraagde subsidie: tarief (maximaal tarief is het fiscaal maximum) minus gemiddelde ouderbijdrage is gevraagde subsidie.

3. Het College kan een format beschikbaar stellen voor de aanvraag van deze gegevens. Ook kan het College een tabel opstellen voor het berekenen van de inkomensafhankelijke ouderbijdrage voor ouders zonder recht op toeslag.

Artikel 11 Gegevens subsidieaanvraag VVE

1. Een aanvraag voor vergoeding voor VVE wordt ingediend door de voorschoolse voorziening, die staat ingeschreven in het Landelijk Register Kinderopvang.

2. Aanvragen moeten uiterlijk 31 december voorafgaand aan het jaar waarvoor subsidie wordt aangevraagd ingediend worden.

3. De aanvraag bevat de volgende gegevens:

a. Naam en locatie

b. Aantal ouders wel en geen recht op kinderopvangtoeslag

c. Deelname aantal uren per week: minimaal 10 en maximaal 12 uur

d. Maanden in betreffende jaar: maximaal 12 maanden;

e. Berekening gevraagde subsidie: normtarief minus gemiddelde ouderbijdrage is gevraagde subsidie.

4. Het College kan een format beschikbaar stellen voor de aanvraag van deze gegevens. Ook kan het College een tabel opstellen voor het correct berekenen van de inkomensafhankelijke ouderbijdrage voor VVE-ouders zonder recht op toeslag.

Artikel 12 Toetsing recht op subsidie peuteropvang en VVE

1. Voor het toetsen of een peuter in aanmerking komt voor subsidie dient de kinderopvangorganisatie vast te stellen of ouders recht hebben op kinderopvangtoeslag. Dit gebeurt door het laten invullen van de verklaring geen recht op kinderopvangtoeslag in combinatie met een inkomensverklaring van beide ouders.

2. De kinderopvangorganisatie houdt een administratie bij van de documenten aan de hand waarvan het recht op subsidie is getoetst, en van de bevindingen van deze toets.

3. Deze documenten kunnen steekproefsgewijs worden gecontroleerd.

Artikel 13 De bevoorschotting

1. De peutertoeslag wordt in de vorm van een voorschot in kwartaaltermijnen uitbetaald.

2. Het college kan nadere voorschriften stellen over de wijze van bevoorschotting.

3. Wanneer blijkt dat aantallen meer dan 10% afwijken kan tussentijds de aanvraag bijgesteld worden.

Artikel 14 Verantwoording en vaststelling subsidie

1. De vaststelling van de vergoeding voor peuterplaatsen en/of VVE- peuterplaatsen vindt plaats op grond van het aantal bezette peuterplaatsen en het vastgestelde gezinsinkomen van de ouder van wie het kind een peuterplaats heeft bezet.

2. De houder dient voor 1 mei na afloop van het kalenderjaar waarvoor de vergoeding is verleend een aanvraag tot vaststelling in bij het college en verstrekt hierbij een overzicht van het feitelijk aantal bezette peuterplaatsen en/of VVE peuterplaatsen over het voorbije kalenderjaar, de wijze waarop de ouderbijdragetabel voor peuterplaatsen en VVE peuterplaatsen is toegepast en de overige gegeven die het college nodig heeft om de vergoeding vast te stellen.

3. Het college stelt de vergoeding vast binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag en de gegeven zoals bedoeld in het tweede lid. Het college kan dit besluit met ten hoogste zes weken verdagen. Het college stelt de houder hiervan schriftelijk in kennis.

4. De beschikking vermeldt het bedrag van de vergoeding en de wijze waarop verrekening van betaalde voorschotten plaatsvindt.

5. Het College kan een format beschikbaar stellen voor de gevraagde eindrapportage.

Artikel 15 Slotbepalingen

1. Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2020

2. Deze regeling wordt aangehaald als subsidieregeling peuteropvang en voorschoolse educatie gemeente Geertruidenberg 2020.

Ondertekening

Geertruidenberg, december 2019

Het college van burgemeester en wethouders van Geertruidenberg,

De secretaris, de burgemeeste

R.C.J. Nagtzaam M. Witte