Regeling vervallen per 01-01-2016

Regels subsidieverstrekking activiteiten ruimtelijke kwaliteit

Geldend van 23-07-2013 t/m 31-12-2015

Intitulé

Regels subsidieverstrekking activiteiten ruimtelijke kwaliteit

GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Gelet op artikel 1.2, tweede lid, van de Subsidieverordening vitaal Gelderland 2011; Gelet op titel 4.3 van de Subsidieverordening vitaal Gelderland 2011;

BESLUITEN

Vast te stellen de volgende regeling: Regels subsidieverstrekking activiteiten ruimtelijke kwaliteit

Artikel 1 begripsomschrijvingen

In deze regels wordt verstaan onder:

  • ruimtelijke kwaliteit: het resultaat van menselijk handelen en natuurlijke processen dat de ruimte geschikt maakt en houdt voor wat voor mens, plant en dier belangrijk is.

Artikel 2 subsidiabele activiteit

Subsidie als bedoeld in artikel 4.3.1 van de Subsidieverordening vitaal Gelderland 2011 kan worden verstrekt voor het maken en toepassen van borgingsinstrumenten ten behoeve van behoud en ontwikkleing van ruimtelijke kwaliteit.

Artikel 3 criteria

Subsidie wordt slechts verstrekt indien de activiteit:

  • a.

    bijdraagt aan de provinciale doelstellingen zoals verwoord in de vigerende provinciale

    structuurvisie;

  • b.

    een substantiële bijdrage levert aan het behoud of de verbetering van de ruimtelijke kwaliteit in het gebied;

  • c.

    de structuur en identiteit van het gebied versterkt;

  • d.

    minimaal twee beleidsvelden bedient en

  • e.

    een innovatief karakter draagt.

     

Artikel 4 subsidiabele kosten

Voor subsidie als bedoeld in artikel 2 komen de kosten in aanmerking die noodzakelijk zijn voor onderzoek, advies, productie en communicatie.

Artikel 5 aanvrager

Subsidie wordt verstrekt aan:

  • a.

    gemeenten;

  • b.

    publiekrechtelijke samenwerkingsverbanden van gemeenten;

  • c.

    andere rechtspersonen die zich krachtens hun statuten inzetten voor de borging of verbetering van de ruimtelijke kwaliteit.

Artikel 6 hoogte van de subsidie

De subsidie bedraagt maximaal 50% van de subsidiabele kosten, met een minimum van € 5.000,- en een maximum van € 25.000,-.

Artikel 7 inwerkingtreding

Deze regels treden in werking met ingang van de dag na publicatie in het Provinciaal Blad.

Artikel 8 citeertitel

Deze regels worden aangehaald als: Regels subsidieverstrekking activiteiten ruimtelijke kwaliteit.

Ondertekening

Gedeputeerde Staten van Gelderland

Toelichting

Door de voorliggende regels ter subsidieverstrekking ondersteunt de provincie activiteiten van derden op het gebied van ruimtelijke kwaliteitsborging. Onder voorwaarden wordt co-financiering mogelijk gemaakt. Het gaat om werkzaamheden gericht op het maken en toepassen van borgingsinstrumenten ten behoeve van behoud en ontwikkeling van ruimtelijke kwaliteit. Uiteindelijk resulterend in goede, aantrekkelijke, duurzame en passende realisatie van diverse ruimtelijke initiatieven of fysieke ingrepen in de leefomgeving, waarbij dan de ruimte geschikt is gemaakt of gehouden voor wat voor mens, plant en dier belangrijk is.

Kwaliteitsborging gaat over bescherming, verbetering dan wel ontwikkeling of doorontwikkeling van de ruimtelijke kwaliteit van een bepaald gebied. De kwaliteit van een bepaald gebied is dan de resultante van een beoordeling of waardering. En dan komt het er op aan wie beoordeelt of waardeert (subjectief) en met wie (intersubjectief) en hoe en wanneer? Met name de hoe-vraag, methodiek om in een bepaalde situatie of context aan kwaliteitsborging te doen, is het eigenlijke onderwerp van deze regels. Gebruikelijk is bij de methodiek uit te gaan van begrippen als gebruikswaarde, belevingswaarde en toekomstwaarde. Eventueel in matrix-verband aangevuld met economische, ecologische en sociaal-culturele belangen.

De uitdaging is om ruimtelijke initiatieven of voorgenomen fysieke ingrepen in de leefomgeving, die elk voor zichzelf - intrinsieke - kwaliteiten hebben, zoveel mogelijk op een goede en inspirerende wijze te verbinden met ruimtelijke kwaliteiten van het gebied waarop het initiatief of de ingreep haar werking heeft. Deze match van kwaliteiten vraagt met name in de voorbereidende planfase van een project (maar ook daarna) om expliciete aandacht voor gebiedsgerichte kwaliteitsborging.

De voorbereiding wordt in meeste gevallen beschouwd als de initiatief- of planfase van het project. Er kan gedacht worden aan de volgende voorbereidende activiteiten of werkzaamheden die uiteindelijk het instrumentele doel hebben om ruimtelijke kwaliteit te borgen, ontwikkelen of te verbeteren: • conceptontwikkeling voorafgaand of tijdens het ruimtelijk initiatief; • onderzoek naar structuur, kwaliteit of identiteit van het gebied waarbinnen het initiatief of de ingreep vallen; • onderzoek naar betekenis van of draagvlak voor het initiatief zelf; • opstellen kwaliteitskader ten behoeve van het ruimtelijk initiatief; • opstellen gebiedsvisie, masterplan of ruimtelijk plan; • maken van ontwerp of ontwerpschets; • opstellen van scenario’s en alternatieven.

Kosten die gemaakt worden voor het opstellen van dergelijke instrumenten en die in aanmerking kunnen komen voor subsidie, zijn: onderzoekskosten, advieskosten, productiekosten en communicatiekosten. Communicatie-activiteiten zoals excursie, tentoonstelling, dialoog, debat, kwaliteits- of ontwerpatelier, kwaliteitschouw, publiekgerichte co-creatie, publicatie of verbeelding kunnen onderdeel uitmaken van een activiteit ruimtelijke kwaliteit. Kosten ten behoeve van uitvoering, beheer en exploitatie komen niet in aanmerking voor subsidie.

In te dienen activiteiten die in aanmerking willen komen voor deze subsidiemogelijkheid dienen te voldoen aan alle in de regels genoemde criteria, zie artikel 3, lid 3a tot en met 3e.

a. Door de activiteit te verbinden met provinciale doelen, zoals vermeld in de vigerende ruimtelijke structuurvisie, komt het algemeen belang sterk in beeld. Tevens dient het aan te sluiten bij het gedachtengoed van de ontwerp omgevingsvisie die nadrukkelijk opereert vanuit de sturingsfilosofie: ‘sturen op doelen en ontwikkelen met kwaliteit’. Met name het ontwikkelen met kwaliteit vraagt om inspirerende instrumenten. b. De activiteit dient substantieel bij te dragen aan de ontwikkeling of verbetering van de ruimtelijke kwaliteit opdat daarmee de ambitie voor een aantrekkelijk, duurzaam en een goed functionerend Gelderland wordt gerealiseerd. Substantieel in de zin dat naar verwachting de ruimtelijke kwaliteit meer dan gebruikelijk, waarneembaar en beleefbaar, toe zal nemen. c. De ontwikkeling en verbetering van ruimtelijk kwaliteit is gebaat bij de begrippen structuur en identiteit. Met structuur wordt bedoeld de ruimtelijke, landschappelijke en stedenbouwkundige structuur van een bepaald gebied, eventueel aangevuld met de economische en ecologische structuur. Bij identiteit komt de sociaal-culturele en cultuurhistorische dimensie van een gebied om de hoek kijken. Versterking van structuur en identiteit is de ambitie en borgingsinstrumenten geven handreikingen. d. Ontwikkeling of verbetering van ruimtelijke kwaliteit heeft een sterk integraal karakter waarbij meer dan één beleidsveld betrokken is. Deze integraliteit vormt de uitdaging voor het opstellen en toepassen van borgingsinstrumenten. e. Gewenst is dat de activiteit vernieuwend van karakter is. Deze innovatie-ambitie maakt dat de op te stellen en toe te passen borgingsinstrumenten een bijzondere en verrassende kijk geven op goede en passende ruimtelijke ordening of omgevingsbeleid.

Bij financiële ondersteuning van een activiteit ruimtelijke kwaliteit, volgens deze regels, dient altijd sprake te zijn van co-financiering. Naast de provincie is dan sprake van een eigen of andere substantiële kostendrager. De provinciale bijdrage kent een minimum en een maximum grootte en dient te passen binnen het van te voren vast te stellen subsidieplafond.