Besluit van de Programmamanager Land- en Tuinbouw namens Gedeputeerde Staten van Gelderland houdende Openstelling Verplaatsing van glastuinbouwbedrijven gericht op de verbetering van de landbouwinfrastructuur (POP3 september 2017)

Artikel 2 Subsidiabele activiteiten

• 2.1 Subsidie voor de activiteit zoals genoemd in artikel 2.4.1 aanhef en onder b van de Verordening kan alleen worden verstrekt indien sprake is van de verplaatsing van:

  • a.

    een solitair gelegen glastuinbouwbedrijf dat verplaatst wordt naar een (reserve)glastuinbouwontwikkelingsgebied Bergerden-Huissen of de Bommelerwaard of een regionaal cluster glastuinbouw in Tuil, Elst en Voorst; of

  • b.

    een glastuinbouwbedrijf dat verplaatst wordt binnen een glastuinbouw-ontwikkelingsgebied of reserve-glastuinbouwontwikkelingsgebied in Bergerden-Huissen of de Bommelerwaard of een regionaal cluster glastuinbouw in Tuil, Elst en Voorst.

• 2.2 Op grond van artikel 1.12, tweede lid van de Verordening, kan ook subsidie worden verstrekt voor de voorbereidingskosten zoals bedoeld in artikel 1.12, derde lid van de Verordening, mits zij gemaakt zijn binnen één jaar voordat de aanvraag om subsidie is ingediend.

• 2.3 Op grond van artikel 2.4.4. van de Verordening wordt subsidie voor de activiteit zoals genoemd in artikel 2.4.1. aanhef en onder b van de Verordening slechts verstrekt voor de in artikel 2.4.4. aanhef en onder a en b van de Verordening genoemde kosten.

• 2.4 Op grond van artikel 2.4.2 van de Verordening wordt subsidie voor de activiteiten als bedoeld in artikel 2.4.1 aanhef en onder b, van de Verordening slechts verstrekt aan:

  • a.

    landbouwers die op moment van subsidieaanvraag eigenaar zijn van een volwaardig in gebruik zijnd te verplaatsen glastuinbouwbedrijf;

  • b.

    langdurig pachters die op moment van subsidieaanvraag eigenaar zijn van een volwaardig in gebruik zijnd te verplaatsen glastuinbouwbedrijf.

• 2.5 Onverminderd het bepaalde in artikel 1.7 tweede lid van de Verordening bevat een aanvraag om subsidie voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.4.1. aanhef en onder b van de Verordening tevens:

  • a.

    een bewijs waaruit blijkt dat alle achterblijvende bedrijfsgebouwen volledig worden gesloopt;

  • b.

    een bewijs van de subsidieaanvrager waaruit blijkt dat hij eigenaar of langdurig pachter is of wordt van de bedrijfsgebouwen en gronden op de nieuwe vestigingslocatie. Het bewijs kan worden geleverd door middel van een transportakte, koopovereenkomst of pachtovereenkomst;

  • c.

    in geval er sprake is van verplaatsing van een solitair gelegen glastuinbouwbedrijf naar een (reserve)glastuinbouwontwikkelingsgebied een verklaring of bewijs van de eigenaar van de grond waaruit blijkt dat:

    • i.

      op de achtergebleven gronden geen nieuw glastuinbouwbedrijf gevestigd zal worden;

    • ii.

      voormelde last als kwalitatieve verplichting opgelegd zal worden aan diegenen die de grond onder bijzondere titel zullen verkrijgen en als zodanig is opgenomen in de koopovereenkomst en/of de notariële akte; en

    • iii.

      de gemeente schriftelijk is verzocht de glastuinbouwbestemming van het oorspronkelijke perceel waar het glastuinbouwbedrijf stond en de eveneens in eigendom belendende percelen te ontdoen van de bestemming glastuinbouw voor zover het oorspronkelijke perceel niet is gelegen binnen een glastuinbouwontwikkelingsgebied;

    • iv.

      er overeenstemming is bereikt met het desbetreffende projectbureau herstructurering over de locatie van de nieuwbouw;

  • d.

    in geval er sprake is van verplaatsing van een glastuinbouwbedrijf binnen een glastuinbouwontwikkelingsgebied of reserveglastuinbouwontwikkelingsgebied:

    • i.

      een bewijs van de eigenaar van de grond waaruit blijkt dat er overeenstemming is bereikt met het desbetreffende projectbureau herstructurering over de wijze waarop en voorwaarden waaronder de gronden beschikbaar komen voor de herstructurering;

    • ii.

      een bewijs van de eigenaar van de grond van een binnen een glastuinbouwontwikkelingsgebied te verplaatsen glastuinbouwbedrijf, waaruit blijkt dat de verplaatsing een aantoonbare verbetering van de ruimtelijke structuur tot gevolg heeft.

Artikel 3 Hoogte subsidie

• 3.1 Overeenkomstig artikel 2.4.7 van de Verordening bedraagt de subsidie 100% ten behoeve van een bedrijfsverplaatsing voor zover dit niet leidt tot een verhoging van de productiecapaciteit, de waarde of de rentabiliteit van de onderneming of 40% van de subsidiabele kosten ten behoeve van een bedrijfsverplaatsing voor zover dit leidt tot een verhoging van de productiecapaciteit, de waarde of rentabiliteit van de onderneming.

• 3.2 De subsidie bedraagt maximaal € 1.000.000,-- per aanvraag. De subsidie kan echter nooit hoger zijn dan het aantal te saneren m2 glas vermenigvuldigd met € 25,--. Het is tevens mogelijk om paddenstoelencellen in te brengen als sprokkellocatie. Daarbij wordt 1 m2 paddenstoelencel gelijkgesteld aan 5 m2 glas en vooraf aan de indexering daartoe omgerekend.

• 3.3 In aanvulling op artikel 1.23 lid 4 van de Verordening kan de bevoorschotting op basis van realisatie niet meer zijn dan 80% van de subsidiabele kosten.

Artikel 4 Rangschikking

• 4.1 Voor de rangschikking van subsidieaanvragen die toezien op artikel 2.4.1 aanhef en onder b van de Verordening worden de volgende criteria gehanteerd:

• 4.1.1. Kosteneffectiviteit

  Wegingsfactor

  Het criterium kosteneffectiviteit heeft een wegingsfactor 3.

  Berekening kosteneffectiviteit

  De kosteneffectiviteit wordt berekend door de gevraagde subsidie te delen door het geïndexeerd aantal vierkante meter te saneren kas. Hierbij wordt het aantal vierkante meters te saneren kas geïndexeerd door dit aantal te vermenigvuldigen met de volgende factor:

  • •

    voor een sanering van glas in een in beleidsdocumenten expliciet aangewezen natuurnetwerk, groene ontwikkelingszone of grondwaterbeschermingsgebied: factor 2

  • •

    voor een sanering van glas in een in beleidsdocumenten expliciet aangewezen nationaal landschap of als waardevol aangewezen open gebied: factor 1,8,

  • •

    voor een sanering van glas in een in beleidsdocumenten expliciet aangewezen extensiveringsgebied glastuinbouw: factor 1,6

  • •

    voor een sanering van glas in een in beleidsdocumenten expliciet aangewezen overige aangewezen gebieden: factor 1,4.

    Score:

    De score wordt bepaald door de verhouding van de aangevraagde subsidie gedeeld door het geïndexeerd aantal te saneren m2 glas ten opzichte van het ‘gemiddeld subsidiebedrag/m2 geïndexeerd gesaneerd glas uitgedrukt in €/m2:

  • •

    1 punt: Bij een gevraagde subsidie die in verhouding tot het geïndexeerd aantal m2 te saneren kas in de betreffende regio meer is dan het gemiddeld subsidiebedrag/m2 geïndexeerd gesaneerd glas

  • •

    2 punten: bij een gevraagde subsidie die in verhouding tot het geïndexeerd aantal m2 te saneren kas in de betreffende regio gelijk is aan het gemiddeld subsidiebedrag/m2 geïndexeerd gesaneerd glas

  • •

    3 punten: bij een gevraagde subsidie die, in verhouding tot het geïndexeerd aantal m2 te saneren kas in de betreffende regio minder is dan het gemiddeld subsidiebedrag/m2 geïndexeerd gesaneerd glas

  • •

    4 punten: bij een gevraagde subsidie die in verhouding tot het geïndexeerd aantal m2 te saneren kas in de betreffende regio meer dan 15% lager is dan het gemiddeld subsidiebedrag/m2 geïndexeerd gesaneerd glas.

• 4.1.2 Effectiviteit van de maatregel bedrijfsverplaatsing

  Wegingsfactor

  Dit criterium heeft een wegingsfactor 2.

  Bepaling

  De effectiviteit van het project / de projectactiviteiten wordt bepaald door de effecten die de bedrijfsverplaatsing zal hebben. Deze uitwerking wordt met name bepaald door het gebied waar het bedrijf uit verplaatst wordt en de totale omvang van het aantal m2 glas van het te verplaatsen bedrijf.

  Score

  De maximum score bedraagt 4 punten:

  • •

    1 punt: indien het project niet beoogt om na afloop van het project de geografische of thematische einddoelen te halen zoals een verbetering van de waterkwaliteit of realisatie van een natuurgebied op de achterblijvende locatie. Bijvoorbeeld omdat er nog vele andere maatregelen nodig zijn waarvan nog niet aannemelijk kan worden gemaakt dat die ook worden gerealiseerd vanwege het ontbreken van bijvoorbeeld de financiële middelen of het draagvlak.

  • •

    2 punten: indien de bedrijfsverplaatsing een geografische of inhoudelijke deelmaatregel betreft. Indien bij een geografisch deelproject sprake is van een zodanige integrale aanpak dat dit gebied na afloop klaar is of bij een thematisch deelproject sprake is van een aanpak waarbij na afloop van het project het betreffende thema klaar is. Er is in tegenstelling tot het scenario waar de aanvrager 1 punt voor krijgt, geen sprake van een concrete planperiode voor de realisatie van de geografische of inhoudelijke deelmaatregelen.

  • •

    3 punten: indien de beleidsdoelstelling na afloop van het project nog niet helemaal is bereikt, maar bijvoorbeeld aanvullende maatregelen zoals sanering of een andere verplaatsing nog nodig zijn.

  • •

    4 punten: indien de in het openstellingsbesluit geformuleerde beleidsdoelstellingen na afloop van het project volledig zullen zijn bereikt. Met name de emissie op de kwetsbare gebieden is verminderd, het welzijn voor mensen is verbeterd, de agrarische structuur is verbeterd omdat het bedrijf elders duurzaam exploiteert en de vrijkomende agrarische grond wordt toegedeeld aan andere bedrijven.

• 4.1.3 Haalbaarheid

  Wegingsfactor

  Dit criterium heeft een wegingsfactor 1, met een maximaal te behalen score van 4.

  Bepaling

  Bezien wordt wat de haalbaarheid van de uitvoering van het project bedrijfsverplaatsing glastuinbouwbedrijf is. Hierbij wordt in samenhang gekeken naar de volgende aspecten

  • a.

    de kwaliteit van het projectplan.

    De kwaliteit van het projectplan wordt beoordeeld aan de hand van de volgende criteria:

    • *

      gestelde eisen aan de kwaliteit, deskundigheid en ervaring van de projectleider,

    • *

      hoe realistisch is het plan,

    • *

      zijn relevante partijen in voldoende mate bij de uitvoering van het plan betrokken,

    • *

      kent het project een realistische planning, opzet en begroting,

  • b.

    de mate waarin risicofactoren zijn onderkend en beheersbaar gemaakt zijn.

    Hierbij wordt gekeken naar:

    • *

      zekerheid van beschikbaarheid noodzakelijke eigen middelen van alle betrokken partijen

    • *

      zekerheid beschikbaar komen noodzakelijke vergunningen

    • *

      zekerheid van deelname meest relevante partijen aan volledige traject.

• Score

  De maximum score bedraagt 4 punten.

  • •

    1 punt: project scoort onvoldoende tot matig op één of beide van genoemde aspecten

  • •

    2 punten: project scoort ten minste voldoende op beide genoemde aspecten

  • •

    3 punten: project scoort goed op ten minste één van genoemde aspecten, andere aspect is ten minste voldoende

  • •

    4 punten: project scoort zeer goed op beide genoemde aspecten

• 4.1.4 Urgentie / noodzakelijkheid opgave

  Wegingsfactor

  Dit criterium heeft een wegingsfactor 2

  Bepaling

  Hierbij gaat het om de vraag in hoeverre de opgaven die aangepakt worden geïdentificeerd zijn als opgaven die noodzakelijk aangepakt dienen te worden en op welke termijn die aanpak noodzakelijk is. Bij ligging van een te verplaatsen glastuinbouwbedrijf buiten een aangewezen glastuinbouwontwikkelingsgebied, reserve-glastuinbouwontwikkelingsgebied of een regionaal cluster glastuinbouw is sprake van een noodzakelijke opgave die onmiddellijk of op korte termijn aangepakt dient te worden en zal deze verplaatsing hoog scoren, terwijl verplaatsing van glastuinbouwbedrijven die gelegen zijn in een glastuinbouwontwikkelingsgebied, een reserve-glastuinbouwontwikkelingsgebied of regionaal cluster glastuinbouw geen noodzakelijke opgave is.

  Score:

  De maximum score bedraagt 4 punten:

  • •

    1 punt: Ligging te verplaatsen glastuinbouwbedrijf in een glastuinbouwontwikkelingsgebied, reserve-glastuinbouwontwikkelingsgebied of een regionaal cluster glastuinbouw én binnen 3 jaar gerealiseerd;

  • •

    2 punten: Ligging te verplaatsen glastuinbouwbedrijf in een glastuinbouwontwikkelingsgebied, reserve-glastuinbouwontwikkelingsgebied of een regionaal cluster glastuinbouw én binnen 2 jaar gerealiseerd;

  • •

    3 punten: Ligging te verplaatsen glastuinbouwbedrijf buiten een glastuinbouw-ontwikkelingsgebied, een reserve-glastuinbouwontwikkelingsgebied of een regionaal cluster glastuinbouw én binnen 3 jaar gerealiseerd;

  • •

    4 punten: Ligging te verplaatsen glastuinbouwbedrijf buiten een glastuinbouw-ontwikkelingsgebied, een reserve-glastuinbouwontwikkelingsgebied of een regionaal cluster glastuinbouw én binnen 2 jaar gerealiseerd.

4.2 Indien een aanvraag in totaal minder dan 18 gewogen punten behaalt, wordt de aanvraag om subsidie geweigerd.