Beleidsregels voor ambtshalve vermindering van provinciale belastingen

Geldend van 01-03-2022 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels voor ambtshalve vermindering van provinciale belastingen

Bekendmaking van het besluit van 11 april 2019 – zaaknummer 2019-000833 tot vaststelling van een regeling

Inspecteur der provinciale belastingen van Gelderland

Gelet op de artikelen 227a en 229b van de Provinciewet, artikel 65 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluit

De volgende beleidsregels voor ambtshalve vermindering van provinciale belastingen vast te stellen:

Artikel 1

  • 1. Deze beleidsregels gelden bij de heffing van de volgende provinciale belastingen:

    • a.

      leges;

    • b.

      grondwaterheffing.

  • 2. Voor de toepassing van deze beleidsregels wordt verstaan onder:

    • -

      ambtshalve vermindering: vermindering, ontheffing, teruggaaf of vrijstelling van een provinciale belasting;

    • -

      belanghebbende: de belastingplichtige of degene die de belasting als hoofdelijk schuldenaar heeft betaald;

    • -

      belastingaanslag: de aanslag bedoeld in artikel 2, derde lid, onder e, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen;

    • -

      belastingwet: algemeen verbindende voorschriften en beleidsregels op het gebied van provinciale belastingen;

    • -

      driejaarstermijn: de termijn als bedoeld in artikel 11, derde lid, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen.

Artikel 2

  • 1. De heffingsambtenaar verleent ambtshalve vermindering naar aanleiding van een verzoekschrift of een niet-ontvankelijk bezwaarschrift.

  • 2. De heffingsambtenaar verleent uitsluitend ambtshalve vermindering als blijkt dat het bedrag van de belasting ten minste 20% te hoog is vastgesteld.

  • 3. In afwijking van het tweede lid wordt geen vermindering toegepast als in een uitspraak van de Hoge Raad, de Raad van State, een gerechtshof of een rechtbank met betrekking tot een andere zaak, een toepassing van de belastingwet besloten ligt die voor de belanghebbende gunstiger is dan de bij de heffing van de belasting gevolgde toepassing.

  • 4. In afwijking van het tweede lid wordt geen vermindering toegepast als blijkt dat ten tijde van het ontvangen van het verzoekschrift of het bezwaarschrift de driejaarstermijn is verstreken.

  • 5. Het bedrag van de vermindering wordt berekend per belastingaanslag. Een daarbij behorende boete of kostenopslag wordt naar evenredigheid verminderd.

Artikel 3

  • 1. Deze beleidsregels treden in werking met ingang van de eerste dag na de datum waarop ze op de voorgeschreven wijze bekend zijn gemaakt.

  • 2. Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels ambtshalve vermindering van provinciale belastingen Gelderland 2019.

Ondertekening

Inspecteur der provinciale belastingen,

Frank Weijens

Inspecteur der provinciale belastingen

Gepubliceerd te Arnhem

Namens Gedeputeerde Staten van Gelderland

Frank Weijens

Afdelingsmanager Financiën