Regeling vervallen per 01-01-2016

Regels subsidieverstrekking groenblauwe diensten

Geldend van 28-01-2011 t/m 31-12-2015 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2011

Intitulé

Regels subsidieverstrekking groenblauwe diensten

GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Gelet op artikel 1.2, tweede lid, van de Subsidieverordening vitaal Gelderland 2011;

BESLUITEN

 

Vast te stellen de volgende regeling:

Regels subsidieverstrekking groenblauwe diensten

1. Subsidie aan gemeenten

1.1 Begripsomschrijving

  • a.

    opstartkosten: eenmalige investeringen en advieskosten;

  • b.

    particuliere aanbieder van groenblauwe diensten: een ieder die middels een recht, beperkt recht of een huurrecht beschikt over een perceel.

1.2 Criteria

  • 1.

    Subsidie kan worden verstrekt voor het opstellen van een gebiedsuitvoeringsprogramma dat:

    • a.

       het grondgebied van tenminste één gemeente omvat;

    • b.

      past binnen de Nederlandse catalogus Groenblauwe Diensten, en

    • c.

      is opgesteld op basis van de handreiking gebiedsuitvoeringsprogramma. 

  • 2.

    Subsidie kan worden verstrekt voor het uitvoeren van een gebiedsuitvoeringsprogramma.

1.3 Subsidiabele kosten 

De volgende kosten op grond van artikel 1.2, tweede lid, kunnen voor subsidie in aanmerking komen:

  • a.

    vergoedingen voor activiteiten die worden verricht door de particuliere aanbieder van groenblauwe diensten;

  • b.

    externe opstartkosten van een gebiedsloket indien de gemeente de uitvoering van het gebiedsuitvoeringsprogramma niet in eigen beheer neemt;

  • c.

    externe kosten voor de administratieve uitvoering;

  • d.

    externe kosten voor veldcoördinatie en cursussen met betrekking tot het beheer.

1.4 Weigeringsgrond

Geen subsidie wordt verstrekt voor de realisering van groenblauwe diensten in gebieden die in het natuurbeheerplan zijn aangemerkt als type N00.01 ‘nog om te vormen naar natuur’.

1.5 Hoogte van de subsidie 

  • 1.

    Subsidie ingevolge artikel 1.2, eerste lid, bedraagt ten hoogste 80% van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 30.000,-- per uitvoeringsprogramma.

  • 2.

    Subsidie ingevolge artikel 1.3, onderdeel a, bedraagt ten hoogste 75% van de subsidiabele kosten.

  • 3.

    Subsidie ingevolge artikel 1.3, onderdeel b, bedraagt ten hoogste 75% van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 20.000,--.

  • 4.

    Subsidie ingevolge artikel 1.3, onderdeel c, bedraagt ten hoogste 80% van de subsidiabele kosten.

  • 5.

    Subsidie ingevolge artikel 1.3, onderdeel d, bedraagt ten hoogste 15% van de subsidiabele kosten van het uitvoeringsprogramma.

2. Subsidie aan waterschappen 

2.1 Criteria 

  • 1.

    Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten in het kader van aanleg en beheer die niet in strijd zijn met de Nederlandse Catalogus Groenblauwe Diensten.

  • 2.

    Subsidie ingevolge het eerste lid kan uitsluitend worden verstrekt voor de uitvoering van activiteiten op particuliere grond.

2.2 Weigeringsgronden 

Geen subsidie wordt verstrekt voor:

  • a.

    activiteiten in het kader van regulier beheer die volgens de keur dienen te worden verricht;

  • b.

    de realisering van groenblauwe diensten in gebieden die in het natuurbeheerplan zijn aangemerkt als type N00.01 ‘nog om te vormen naar natuur’.

2.3 Hoogte van de subsidie 

Subsidie ingevolge artikel 2.1 bedraagt ten hoogste 50% van de subsidiabele kosten.

3. Slotbepalingen

3.1 Algemeen 

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2011.

  • 2.

    Deze regeling wordt aangehaald als: Regels subsidieverstrekking groenblauwe diensten.

  • 3.

    De Beleidsregel subsidieverstrekking groenblauwe diensten wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2011, met dien verstande dat de regeling van kracht blijft voor subsidies die voor die datum zijn aangevraagd.

Ondertekening

Gedeputeerde staten van Gelderland