Regeling vervallen per 01-01-2021

Regeling bezwarenadviescommissie personeelsaangelegenheden gemeente Geldermalsen

Geldend van 01-02-2007 t/m 31-12-2020

Intitulé

Regeling bezwarenadviescommissie personeelsaangelegenheden gemeente Geldermalsen

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Geldermalsen

gelet op de wet van 4 juni 1992 (Stbl. 1992, 315) houdende algemene regels van bestuursrecht (Algemene wet bestuursrecht).

gelet op het gestelde in artikel 160 Gemeentewet;

gehoord de Ondernemingsraad;

besluit tot vaststelling van de navolgende

Regeling bezwarenadviescommissie personeelsaangelegenheden

Artikel 1 Begripsomschrijving

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

Medewerker(s): de (voormalig(e)) ambtena(a)r(en) in de zin van artikel 1:1 lid 1 sub a van de CAR.

Commissie: de bezwarenadviescommissie personeelsaangelegenheden als bedoeld in artikel 2 van

deze regeling.

(Plaatsvervangend) lid: den persoon die is aangewezen om zitting te nemen in de commissie en die geen deel

uitmaakt van en niet werkzaam is onder verantwoordelijkheid van het

bestuursorgaan.

College: het college van burgemeester en wethouders van Geldermalsen

Awb: de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 2 Inleidende bepaling

Er is een bezwarenadviescommissie personeelsaangelegenheden. Deze commissie is belast met de voorbereiding

van de beslissing op gemaakte bezwaren als bedoeld in artikel 1:5 van de Awb op het gebied van de rechtspositie

van personeel, dat is aangesteld op grond van de CAR.

Artikel 3 Samenstelling commissie

  • 1. De commissie bestaat uit een voorzitter en twee leden die worden benoemd, geschorst en ontslagen door het college.

  • 2. Het college benoemt overeenkomstig het eerste lid een plaatsvervangend voorzitter en een voldoende aantal plaatsvervangende leden.

  • 3. De voorzitter en de leden van de commissie alsmede de plaatsvervangend voorzitter en plaatsvervangende leden kunnen geen deel uitmaken van of werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van een bestuursorgaan van de gemeente Geldermalsen.

Artikel 4 Secretaris

  • 1. Door het college wordt aan de commissie een ambtelijk secretaris toegevoegd.

  • 2. De ambtelijk secretaris is geen lid van de commissie en heeft geen stemrecht.

  • 3. De secretaris heeft mede tot taak de commissie juridisch en vakinhoudelijk te adviseren.

Artikel 5 Zittingsduur

  • 1. De voorzitter en de leden van de commissie worden benoemd voor de duur van 4 jaar. Zij zijn onmiddellijk herbenoembaar.

  • 2. De aftredende voorzitter en de aftredende leden van de commissie blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.

  • 3. De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op ieder moment ontslag nemen. Zij doen daarvan zo spoedig mogelijk schriftelijk mededeling aan.

Artikel 6 Ingediend bezwaarschrift

  • 1. Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 2. De indiener krijgt binnen 2 weken na ontvangst van het bezwaarschrift een bevestiging.

Artikel 7 Overdracht bevoegdheden

De bevoegdheden op grond van de volgende artikelen van de Awb, worden voor de toepassing van deze

regeling uitgeoefend door de voorzitter van de commissie:

  • artikel 2:1, tweede lid (schriftelijke machtiging);

  • artikel 6:6, voor wat betreft het, ten aanzien van de indiener, stellen van een termijn waarbinnen het verzuim in de zin van het niet voldoen aan de vereisten gesteld in artikel 6:5 van de Awb, kan worden hersteld;

  • artikel 6:17, voor zover het betreft de verzending van de stukken tijdens de behandeling door de commissie;

  • artikel 7:4, tweede lid (stukken ter inzage leggen);

  • artikel 7:6, vierde lid (geheimhouding horen).

Artikel 8 Vooronderzoek

  • 1. De voorzitter is in verband met de voorbereiding van de behandeling van het bezwaarschrift bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te doen inwinnen.

  • 2. De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en dezen zo nodig uitnodigen daartoe in de zitting te verschijnen.

  • 3. De voorzitter kan de bevoegdheden van dit artikel opdragen aan de secretaris.

Artikel 9 Hoorzitting

  • 1. De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de medewerker(s) en het verwerende orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te doen horen.

  • 2. De voorzitter beslist over de toepassing van artikel 7:3 (afzien van horen) van de Awb.

  • 3. Indien de voorzitter, op grond van het in het tweede lid genoemde artikel, besluit van het horen af te zien, doet hij daarvan mededeling aan de medewerker(s) en het verwerende orgaan.

Artikel 10 Uitnodiging zitting

  • 1. De voorzitter deelt de medewerker(s) en het verwerende orgaan ten minste drie weken voor de zitting schriftelijk mee, dat zij in de gelegenheid worden gesteld zich te doen horen tijdens de zitting.

  • 2. Binnen drie dagen na de in het eerste lid bedoelde mededeling kan een medewerker of het verwerende orgaan, onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken het tijdstip van de zitting te wijzigen.

  • 3. De beslissing van de voorzitter op een verzoek als bedoeld in het tweede lid wordt zo spoedig mogelijk, doch in ieder geval twee weken voor het tijdstip van de zitting aan de medewerker(s) en het verwerende orgaan meegedeeld.

  • 4. De voorzitter is bevoegd in bijzondere gevallen af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen als genoemd in de leden 1 tot en met 3.

Artikel 11 Openbaarheid zitting

  • 1. De zitting van de commissie is openbaar.

  • 2. De deuren worden gesloten indien de voorzitter van de commissie of één van de leden het nodig oordeelt of indien een medewerker daarom verzoekt.

  • 3. Indien de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten, vindt de zitting plaats met gesloten deuren.

Artikel 12 Verslaglegging

  • 1. Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de Awb vermeldt de namen van de aanwezigen, met daarbij een vermelding van hun hoedanigheid.

  • 2. Het verslag houdt een zakelijke vermelding in van hetgeen is aangevoerd en de overige voorvallen tijdens de zitting.

  • 3. Indien de zitting geheel of gedeeltelijk met gesloten deuren plaatsvond, of indien de medewerker(s) respectievelijk hun gemachtigde niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, wordt daarvan in het verslag melding gemaakt.

  • 4. Het verslag verwijst naar de op de zitting overlegde bescheiden, die aan het verslag worden gehecht.

  • 5. Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris.

Artikel 13 Nader onderzoek

  • 1. Indien na afloop van de zitting, maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter op eigen initiatief of op verzoek van de commissie, dit onderzoek instellen.

  • 2. De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de commissie, het verwerende orgaan en de medewerker(s) toegezonden.

  • 3. De leden van de commissie, het verwerende orgaan en de medewerker(s) kunnen binnen een week na verzending van de in het tweede lid bedoelde nadere informatie aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter neemt een beslissing over een dergelijk verzoek.

  • 4. Op een nieuwe hoorzitting als bedoeld in het derde lid, zijn de bepalingen in dit reglement, die betrekking hebben op de hoorzitting, zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 14 Raadkamer en advies

  • 1. De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het uit te brengen advies.

  • 2. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen. Van een minderheidsstandpunt wordt bij advies melding gemaakt indien de minderheid dat verlangt.

  • 3. Het uit te brengen advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het ingestelde bezwaar.

  • 4. Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris ondertekend.

Artikel 15 Uitbrengen advies

  • 1. Het advies wordt, met verzending van het verslag als bedoeld in artikel 12 van deze regeling en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

  • 2. Indien naar het oordeel van de voorzitter de termijn van tien weken, als bedoeld in artikel 7:10, eerste lid van de Awb, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies en het nemen van een beslissing verzoekt hij het in het eerste lid bedoelde bestuursorgaan tijdig de beslissing te verdagen.

  • 3. Van een besluit tot verdaging ontvangt de commissie of haar kamers en de medewerker(s) een afschrift.

Artikel 16 Onvoorziene gevallen

In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, kan het college een bijzondere voorziening

treffen.

Artikel 17 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze regeling kan worden aangehaald als “Regeling bezwarenadviescommissie personeelsaangelegenheden gemeente Geldermalsen”.

  • 2.

    Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 februari 2007.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 30 januari 2007.
Burgemeester en wethouders voornoemd,
de secretaris, de burgemeester,