Regeling vervallen per 01-01-2020

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Geldermalsen houdende regels omtrent de heffing en invordering van staangeld Verordening staangeld gemeente Geldermalsen 2019

Geldend van 22-12-2018 t/m 31-12-2019

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Geldermalsen houdende regels omtrent de heffing en invordering van staangeld Verordening staangeld gemeente Geldermalsen 2019

De raad van de gemeente Geldermalsen;

gelezen het voorstel van de Stuurgroep West Betuwe van 23 oktober 2018 en het West Betuwe Beraad van 5 november 2018,

gelet op artikel 156, eerste en tweede lid, onderdeel h, artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a en b, van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de:

VERORDENING op de heffing en de invordering van staangeld 2019

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    standplaats : een standplaats als bedoeld in artikel 1, onderdeel j, van de Wet op de huurtoeslag;

  • b.

    woonwagen : een woonwagen als bedoeld in artikel 1, onderdeel l, van de Wet op de huurtoeslag;

  • c.

    huurovereenkomst: de overeenkomst tussen de huurder en de verhuurder van de standplaats met toebehoren, waarin de huurbepalingen voor de standplaats zijn geregeld.

  • d.

    maand: een kalendermaand

  • e.

    jaar: een kalenderjaar

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam 'staangeld' wordt een recht geheven voor het hebben van een standplaats voor een woonwagen, daaronder begrepen de diensten die met de standplaats verband houden.

Artikel 3 Belastingplicht

Het recht als bedoeld in artikel 2 wordt geheven van degene die de standplaats heeft. Als degene die de standplaats heeft wordt aangemerkt de hoofdbewoner van de woonwagen. Wie als hoofdbewoner wordt aangemerkt wordt naar de omstandigheden beoordeeld.

Artikel 4 Vrijstelling

Het recht als bedoeld in artikel 2 wordt niet geheven zolang voor de standplaats een huurovereenkomst geldt.

Artikel 5 Belastingtarieven

Het recht als bedoeld in artikel 2 bedraagt per jaar: € 1.350,35.

Artikel 6 Belastingtijdvak

Het belastingtijdvak is van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 7 Wijze van heffing

Het recht wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1. Het recht als bedoeld in artikel 2 is verschuldigd bij het begin van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, dan wel de vrijstelling genoemd in artikel 4 vervalt, is het recht verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van het voordat tijdvak verschuldigde recht als er in dat belastingtijdvak, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, dan wel de vrijstelling genoemd in artikel 4 van toepassing wordt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat belastingtijdvak verschuldigde recht als er in dat belastingtijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

Artikel 9 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in twaalf maandelijkse termijnen. De eerste termijn vervalt 14 dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het voorgaande lid gestelde termijn.

Artikel 10 Kwijtschelding

Bij de invordering van staangeld wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van staangeld.

Artikel 12 Overgangsrecht

De “Verordening op de heffing en de invordering van woonwagenrechten” van gemeente Geldermalsen van 18 december 2001 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2019.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als 'Verordening staangeld gemeente Geldermalsen 2019'.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering

van 18 december 2018, nummer 08i

De griffier,

De voorzitter,