Regeling vervallen per 01-01-2015

Verordening tot het instellen van de WMO-adviesraad Gemert-Bakel

Geldend van 03-05-2008 t/m 31-12-2014 met terugwerkende kracht vanaf 01-04-2008

Intitulé

Verordening tot het instellen van de WMO-adviesraad Gemert-Bakel

De raad van de gemeente Gemert-Bakel;

 

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 11 maart 2008;

 

gelet op de verplichtingen op basis van de artikelen 9, 11 en 12 van de WMO;

 

met inachtneming van artikel 150 van de Gemeentewet;

 

BESLUIT:

vast te stellen de volgende

Verordening tot het instellen van de WMO-adviesraad Gemert-Bakel:

Hoofdstuk 1 Algemene Bepalingen

Artikel 1 Begrippen

  • 1.

    Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben de betekenis die de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) daaraan toekent.

  • 2.

    In deze verordening wordt verstaan onder:

    a. Wet: de Wet Maatschappelijke Ondersteuning;

    b. WMO-adviesraad Gemert-Bakel: een WMO-adviesraad bestaande uit stemgerechtigde leden;

    c. Leden: vertegenwoordigers van de deelnemende organisaties;

    d. Vrijwilligersorganisatie: enig georganiseerd verband waarin zowel het bestuurlijk als ook het uitvoerende werk door vrijwilligers wordt verricht;

    e. Belangenorganisatie: enig georganiseerd verband waarin zowel het bestuurlijk als ook het uitvoerende werk door vrijwilligers wordt verricht en dat als taak heeft het behartigen van belangen van de aangesloten achterban;

    f. Dagelijks Bestuur (DB): bestaande uit een onafhankelijk voorzitter, een vice-voorzitter en drie leden;

    g. Professionele ondersteuning: ter ondersteuning van het DB en WMO-adviesraad zijn een professionele ondersteuner en een ambtenaar van de gemeente Gemert-Bakel beschikbaar;

    h. Werkgroepen; de te bespreken onderwerpen kunnen worden uitgezet bij verschillende werkgroepen. De leden van de werkgroepen kunnen komen uit de WMO-adviesraad, uit de achterban van de lokale organisaties of uit niet-georganiseerde burgers die worden aangezocht op persoonlijke titel vanwege zijn of haar deskundigheid of betrokkenheid m.b.t. de WMO;

    i. Burger- en cliëntenparticipatie: een proces waarbij gemeente, betrokken cliënten/burgers en eventuele externe deskundigen via een open houding naar elkaar en een vooraf afgesproken aanpak samen vorm en inhoud geven aan (delen van) plannen of beleid. Het proces is gericht op het benutten van elkaars deskundigheid en het verhogen van draagvlak voor het nemen van beslissingen;

    j. Werkagenda: is een jaarlijkse agenda met onderwerpen waarover de gemeente Gemert-Bakel advies van de WMO-adviesraad vraagt. Deze werkagenda inclusief tijdspad wordt door de gemeente in samenspraak met de WMO-adviesraad jaarlijks vastgesteld.

    k. College: het college van burgemeester en wethouders van Gemert-Bakel;

    l. Raad: de gemeenteraad van de gemeente Gemert-Bakel;

    m. Gemeente: gemeente Gemert-Bakel.

Hoofdstuk 2 De WMO-adviesraad

Artikel 2 Doelstelling

De doelstelling van de WMO-adviesraad is het formuleren van collectieve wensen en signalen van de aan de WMO-adviesraad deelnemende organisaties in de gemeente Gemert-Bakel, die als beleidsvoorstellen en/of adviezen aangeboden worden aan het college op grond waarvan gemeentelijk WMO-beleid mede kan worden vastgesteld.

In uitzonderingsgevallen kan de WMO-adviesraad beleidsvoorstellen en/of adviezen ook aanbieden aan de gemeenteraad en derden, volgens de jaarlijkse werkagenda of op verzoek. In eerste instantie wordt de route via het college gevolgd.

Artikel 3 Functies

  • 1. De WMO-adviesraad fungeert als een onafhankelijk adviesorgaan voor de gemeente Gemert-Bakel betreffende vormgeving, het volgen en het evalueren van het gemeentelijke WMO beleid;

  • 2. De WMO-adviesraad is een aanspreekpunt voor de aanbieders en de niet-georganiseerde burgers;

  • 3. De WMO-adviesraad heeft tot taak het college gevraagd of ongevraagd te adviseren over het gemeentelijk WMO beleid. Dit vertaalt zich in een drieledige functie:

    • a.

      Een beleidsmatige functie: Kritische reflectie op het te ontwikkelen WMO beleid door de gemeente. De WMO-adviesraad Gemert-Bakel is in dit kader een belangrijk adviesorgaan en informatiebron voor de gemeente en aanbieders;

    • b.

      Een signaleringsfunctie: De WMO-adviesraad signaleert leemten en knelpunten in beleid en uitvoering ofwel reactieve beleidsvorming;

    • c.

      Een ideeën- en creativiteitsfunctie: De WMO-adviesraad draagt ideeën aan, de zogenaamde proactieve beleidsvorming.

Artikel 4 Positionering

  • 1. De WMO-adviesraad Gemert-Bakel bestaat uit afgevaardigden van lokale belangen- en vrijwilligersorganisaties, die de primaire (belangenorganisaties) en secundaire (vrijwilligersorganisaties) cliëntgroepen vertegenwoordigen;

  • 2. Het Dagelijks Bestuur is de directe gesprekspartner van de gemeente en aanbieders;

  • 3. De voorzitter wordt benoemd door het College van burgemeester en wethouders de overige DB leden worden gekozen door de stemgerechtigde leden uit de WMO-adviesraad Gemert-Bakel;

  • 4. De WMO-adviesraad en het Dagelijks Bestuur worden ondersteund door een beroepskracht die op de hoogte is van de ontwikkelingen met betrekking tot het (lokale) WMO beleid;

  • 5. De WMO-adviesraad Gemert-Bakel verzorgt de eigen achterbanraadpleging en vormt tevens het centrale aanspreekpunt voor niet-georganiseerde burgers. De leden van de deelnemende organisaties worden als achterban beschouwd.

Artikel 5 Mate van inspraak

  • 1. De WMO-adviesraad wordt betrokken bij het proces van beleidsvorming, zoals in de jaarlijkse werkagenda is afgesproken;

  • 2. De WMO-adviesraad adviseert: de gemeente geeft de WMO-adviesraad de gelegenheid om problemen aan te dragen en oplossingen te formuleren. De ideeën van de WMO-adviesraad spelen een volwaardige rol in de afwegingen bij de ontwikkeling van beleid. De gemeente verbindt zich in principe aan de resultaten, maar kan bij de uiteindelijke besluitvorming hiervan beargumenteerd afwijken;

  • 3. De WMO-adviesraad coproduceert: de gemeente komt in voorkomende gevallen samen met de WMO-adviesraad een jaarlijkse werkagenda overeen met betrekking tot specifieke onderwerpen en partijen zoeken samen naar oplossingen. De gemeente verbindt zich in principe aan deze oplossingen maar kan bij de uiteindelijke besluitvorming hiervan beargumenteerd afwijken;

  • 4. Over de inhoud van beleidsplannen en verordeningen beslist uiteindelijk het bevoegde gemeentelijk orgaan ( burgemeester en wethouders en/of gemeenteraad).

Artikel 6 Beleidsterreinen en prestatievelden

  • 1. Dit artikel geldt met inachtneming van het gestelde in artikel 10. als het gaat om reactieve beleidsvorming;

  • 2. De WMO-adviesraad zal in ieder geval betrokken worden bij de voorbereiding en evaluatie van het (meerjaren) WMO beleidsplan;

  • 3. De WMO-adviesraad krijgt tijdig, zoals afgesproken in de jaarlijkse werkagenda, inzage in alle beleidsstukken die aan de gemeenteraad worden voorgelegd en betrekking hebben op de hierna volgende prestatievelden:

    Prestatieveld 1: het bevorderen van de sociale samenhang in en leefbaarheid van dorpen, wijken en buurten;

    Prestatieveld 2: op preventie gerichte ondersteuning van jeugdigen en ouders;

    Prestatieveld 3: geven van informatie, advies en cliëntondersteuning;

    Prestatieveld 4: ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers;

    Prestatieveld 5: bevorderen van deelname aan het maatschappelijk verkeer en van het zelfstandig functioneren van mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem;

    Prestatieveld 6: verlenen van voorzieningen aan mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem;

    Prestatieveld 7: bieden van maatschappelijke opvang, waaronder vrouwenopvang;

    Prestatieveld 8: bevorderen van openbare geestelijke gezondheidszorg, met uitzondering van het bieden van psychosociale hulp bij rampen;

    Prestatieveld 9: bevorderen van verslavingszorg;

  • 4. De WMO-adviesraad krijgt tijdig inzage in de besluiten die betrekking hebben op de genoemde prestatievelden;

  • 5. Daarnaast zal de WMO-adviesraad betrokken worden bij de voorbereiding en evaluatie van het WMO beleid uitgedrukt in de genoemde prestatievelden;

  • 6. De WMO-raad wordt betrokken bij het opstellen van de programma-eisen ten behoeve van de aanbesteding en de evaluatie van de uitvoering door de (zorg)aanbieders.

Artikel 7 Geheimhoudingsplicht

  • 1. De WMO-adviesraad neemt kennis van het bepaalde in artikel 2:5 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • 2. Behalve na voorafgaande schriftelijke toestemming van het college zal de WMO-adviesraad informatie met een vertrouwelijk karakter niet aan derden kenbaar maken.

Hoofdstuk 3 Werkwijze en werkagenda

Artikel 8 Werkwijze

  • 1. De in dit artikel beschreven werkwijze is gebaseerd op de adviesfunctie van de WMO-adviesraad. Deze werkwijze laat echter voldoende ruimte om ook de coproducerende functie vorm te geven;

  • 2. In het kader van burgerparticipatie vraagt het college de WMO-adviesraad om advies (reactieve beleidsvorming) over het gemeentelijk WMO-beleid;

  • 3. De WMO-adviesraad is ook gerechtigd uit eigen beweging advies uit te brengen aan het college (pro-actieve beleidsvorming);

  • 4. In het geval het college in een voorstel aan de gemeenteraad afwijkt van het advies van de WMO-adviesraad, wordt dit bij het voorstel vermeld, waarbij tevens is aangegeven op welke gronden van het advies van de WMO-adviesraad is afgeweken. De adviezen van de WMO-adviesraad worden toegevoegd aan het beleidsvoorstel richting gemeenteraad;

  • 5. De gemeenteraad neemt geen WMO-beleidsstukken zoals afgesproken in de werkagenda genoemd in artikel 10 in behandeling, indien deze niet zijn voorzien van een advies van de WMO-adviesraad of van een aantekening ‘gezien door de WMO-adviesraad’ genoteerd door de voorzitter van de WMO-adviesraad of zijn plaatsvervanger;

  • 6. De gemeente wijst één of meer vaste ambtelijke aanspreekpunten aan voor de communicatie met de WMO-adviesraad Gemert-Bakel;

  • 7. Elk WMO-beleidsstuk waarover de WMO-adviesraad een advies moet uitbrengen, is standaard voorzien van een samenvatting, opgesteld door de verantwoordelijke gemeenteambtenaar;

  • 8. Tussen de verantwoordelijke wethouder en het Dagelijks Bestuur van de WMO-adviesraad vindt minimaal vier maal per jaar een overleg plaats of zoveel als beide partijen dat nodig achten;

Artikel 9 Jaarlijkse werkagenda ten behoeve van de re-actieve beleidsvorming

  • 1. Het college maakt jaarlijks aan de hand van de beleidscyclus in overleg een werkagenda waarin:

    • a.

      de onderwerpen staan, waarover de WMO-adviesraad geconsulteerd wordt;

    • b.

      per onderwerp de wijze en het moment zijn beschreven, waarop de WMO-adviesraad in het beleidsvormingsproces wordt betrokken;

    • c.

      per onderwerp de termijn wordt vermeld, waarop de WMO-adviesraad haar advies bij het college verstrekt moet hebben;

    • d.

      de termijn wordt vermeld, waarop de gemeente per onderwerp een schriftelijke reactie geeft over de door de WMO-adviesraad ingediende beleidsvoorstellen en –adviezen.

    • e.

      het budget van de WMO-adviesraad;

  • 2. Het advies wordt met inachtneming van het gestelde onder artikel 9.1 op een zodanig tijdstip gevraagd, dat het van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit. Dit houdt in ieder geval in dat de WMO-adviesraad:

    • a.

      bij nieuw beleid wordt betrokken bij het vaststellen van de hoofdlijnen van het beleid;

    • b.

      wordt betrokken bij het vaststellen van vragen die ten grondslag liggen aan evaluaties.

  • 3. Tussentijds kan de werkagenda worden aangevuld;

  • 4. Het opstellen van de jaarlijkse werkagenda laat onverlet dat de WMO-adviesraad ook adviezen kan formuleren op onderwerpen die niet zijn geagendeerd. Het gaat hier dan om proactieve beleidsvorming.

Hoofdstuk 4 Faciliteiten en vergoedingen

Artikel 10. – Vergoedingen

  • 1. De WMO-adviesraad wordt gefaciliteerd door de gemeente in de vorm van:

    a.onkostenvergoeding;

    b.vergoeding voor deskundigheidsbevordering;

    c.inhuren van deskundigen;

    d.beschikbaar stellen van vergaderruimte

    e.aanschaf van documentatie, literatuur en vaktijdschriften;

    f.middelen voor het inschakelen van eigen (professionele) ondersteuning, inhoudelijk en organisatorisch;

    g.faciliteiten voor kantoorkosten, correspondentie, telefoon, computergebruik, internetaansluiting;

    h.faciliteiten voor overleg met, en activering van de achterban;

    i.faciliteiten voor het verzorgen van voorlichting en pr.

  • 2. Vanuit de optiek dat een formeel adviesorgaan ook recht heeft op gepaste facilitering, kan de WMO-adviesraad en het Dagelijks Bestuur een beroep doen op structurele professionele ondersteuning voor minimaal tien uur per maand.

  • 3. De professionele ondersteuner is niet tevens:

    • a.

      door of vanwege het gemeentebestuur van Gemert-Bakel aangesteld of daaraan ondergeschikt;

    • b.

      lid van de gemeenteraad of van het college of van een raadscommissie van de gemeente Gemert-Bakel;

  • 4. De faciliteiten worden jaarlijks toegekend op basis van een begrotin

Hoofdstuk 5 Slotbepalingen

Artikel 11 Huishoudelijk reglement

Zaken die de interne organisatie van de WMO-adviesraad aangaan zijn opgenomen in het huishoudelijk reglement WMO-adviesraad Gemert-Bakel onder verwijzing naar de onderhavige verordening.

Artikel 12 Citeerartikel

Deze verordening kan worden aangehaald als de ‘Verordening WMO-adviesraad’.

Artikel 13 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 april 2008.

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Gemert-Bakel bij besluit van 20 maart 2008.

DE RAAD VOORNOEMD,

 

de griffier,                                                 de voorzitter,

P.J.M. van der Burgt                                   mr. J.H.A.G. van Maasakkers