Regeling vervallen per 10-02-2023

Monumentenverordening 2011 gemeente Gemert-Bakel

Geldend van 31-12-2019 t/m 09-02-2023

Intitulé

Monumentenverordening 2011 gemeente Gemert-Bakel

DE RAAD VAN DE GEMEENTE GEMERT-BAKEL,

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 8 februari 2011;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet, de artikelen 12, 15 en 38 van de Monumentenwet 1988 en de artikelen 2.1 en 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

B E S L U I T ;

vast te stellen de volgende:

Monumentenverordening 2011 gemeente gemert Bakel

Hoofdstuk 1 Algemeen

Artikel 1 Begripsbepalingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    gemeentelijk monument: een overeenkomstig deze verordening als beschermd gemeentelijk monument aangewezen:

  • b.

    zaak, die van algemeen belang is wegens zijn schoonheid, betekenis voor de wetenschap of cultuurhistorische waarde;

    • 1.

      terrein dat van algemeen belang is wegens een daar aanwezige zaak bedoeld onder 1;

    • 2.

      gemeentelijke monumentenlijst: de lijst waarop zijn geregistreerd de overeenkomstig deze verordening als gemeentelijk monument aangewezen zaken of terreinen bedoeld in onderdeel a;

  • c.

    beschermd monument: beschermd monument als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • d.

    monumentencommissie: de op basis van art.15 Monumentenwet 1988 ingestelde commissie met als taak het college op verzoek of uit eigen beweging te adviseren over de toepassing van de Monumentenwet 1988, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de verordening en het monumentenbeleid;

  • e.

    beeldbepalend pand: een overeenkomstig deze verordening als beschermd beeldbepalend pand aangewezen zaak, die van algemeen belang is wegens zijn schoonheid, betekenis voor de wetenschap of cultuurhistorische waarde, maar niet is aangewezen als gemeentelijk monument, alsmede alle boerderijen die nog grotendeels in originele staat verkeren, en die een minimale ouderdom van 50 jaar bezitten, zonder vermelding op de beeldbepalende panden lijst of individuele aanwijzing;

  • f.

    lijst met beeldbepalende panden: de lijst waarop zijn geregistreerd de overeenkomstig deze verordening als beeldbepalend pand aangewezen zaken zoals bedoeld in onderdeel e;

  • g.

    monumentenspaarfonds: een door de gemeente ingestelde regeling waarbij monumenteneigenaren de door hun betaalde onroerende- zaakbelasting kunnen terugvorderen ten behoeve van het onderhoud van het monument;

  • h.

    monumententeam: een team van deskundigen op het gebied van cultuurhistorische waarden;

  • i.

    monumentenwacht Noord- Brabant: Stichting Monumentenwacht Noord-Brabant gevestigd te Vught.

  • j.

    bevoegd gezag: bestuursorgaan als bedoeld in artikel 1.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

  • k.

    het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Gemert- Bakel

  • l.

    vergunning: een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, of 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

  • m.

    Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

Hoofdstuk 2 Aanwijzing gemeentelijke monumenten

Artikel 2 Het gebruik van het monument

Bij de toepassing van deze verordening wordt rekening gehouden met het gebruik van het monument.

Artikel 3 De aanwijzing tot gemeentelijk monument

  • 1. Het college kan, al dan niet op aanvraag van een belanghebbende, een monument aanwijzen als gemeentelijk monument.

  • 2. Voordat het college over de aanwijzing een besluit neemt, vraagt het college advies aan de monumentencommissie en indien gewenst aan het monumententeam.

  • 3. Voordat het college een monument als gemeentelijk monument aanwijst, voert hij overleg met de eigenaar.

  • 4. De aanwijzing kan geen monument betreffen dat is aangewezen op grond van artikel 3 van de Monumentenwet 1988.

Artikel 4 Voorbescherming

Met ingang van de datum waarop de eigenaar van een monument de kennisgeving van het voornemen tot aanwijzing als gemeentelijk monument ontvangt tot het moment dat de aanwijzing en registratie als bedoeld in artikel 7 plaatsvindt, dan wel vaststaat dat het monument niet wordt geregistreerd, zijn de artikelen 10 tot en met 14 van overeenkomstige toepassing.

Artikel 5 Termijnen advies en aanwijzingsbesluit

  • 1. Het advies als bedoeld in artikel 3, tweede lid wordt binnen vier weken uitgebracht.

  • 2. Het college beslist binnen vier weken na ontvangst van het advies, maar in ieder geval binnen acht weken na de adviesaanvraag.

Artikel 6 Mededeling aanwijzingsbesluit

De aanwijzing als bedoeld in artikel 3, eerste lid, wordt medegedeeld aan degenen die als zakelijk gerechtigden in de kadastrale legger bekend staan.

Artikel 7 Registratie op de gemeentelijke monumentenlijst

  • 1. Het college registreert het gemeentelijke monument op de gemeentelijke monumentenlijst.

  • 2. De gemeentelijke monumentenlijst bevat de plaatselijke aanduiding, de kadastrale aanduiding en een beschrijving van het gemeentelijke monument.

Artikel 8 Wijzigen van de aanwijzing

  • 1.

    Het college kan al dan niet op aanvraag van een belanghebbende de aanwijzing wijzigen.

  • 2.

    Artikel 3, tweede en derde lid, alsmede artikel 4, 5 en 6 zijn van overeenkomstige toepassing op het wijzigingsbesluit.

3 Indien de wijziging naar het oordeel van het college van ondergeschikte betekenis is, is het bepaalde in het tweede lid niet van toepassing.

4.De inhoud en de datum van de wijziging worden op de gemeentelijke monumentenlijst aangetekend.

Artikel 9 Intrekken van de aanwijzing

  • 1. Indien het college de aanwijzing intrekt, zijn artikel 3, tweede lid, en artikel 5 van overeenkomstige toepassing.

  • 2. De aanwijzing wordt geacht ingetrokken te zijn, indien toepassing wordt gegeven aan artikel 3 van de Monumentenwet 1988.

  • 3. De intrekking wordt op de gemeentelijke monumentenlijst geregistreerd.

Hoofdstuk 3 Instandhouding van gemeentelijke monumentale zaken

Artikel 10 Instandhoudingbepaling

  • 1. Het is verboden een gemeentelijk monument te beschadigen of te vernielen.

  • 2. Het is verboden zonder vergunning van het bevoegd gezag:

  • a. een gemeentelijk monument af te breken, te verstoren, te verplaatsen of in enig opzicht te wijzigen;

  • b. een gemeentelijk monument te herstellen, te gebruiken of te laten gebruiken op een dusdanige wijze, dat het wordt ontsierd of in gevaar gebracht.

  • 3. Het verbod en de vergunningplicht, als bedoeld in het tweede lid, gelden niet indien het college nadere regels stelt met betrekking tot de wijze waarop werkzaamheden dienen te worden uitgevoerd.

Artikel 11 De schriftelijke aanvraag

Een aanvraag als bedoeld in artikel 4.2. Besluit omgevingsrecht voor een vergunning als bedoeld in artikel 10 en de daarbij te overleggen gegevens en bescheiden worden in enkelvoud ingediend.

Artikel 12 Termijnen advies

  • 1. Het bevoegd gezag zendt onmiddellijk een afschrift van de ontvankelijke aanvraag om vergunning voor een gemeentelijk monument aan de monumentencommissie voor advies.

  • 2. Binnen vier weken na de datum van verzending van het afschrift brengt de monumentencommissie schriftelijk advies uit aan het college.

Artikel 13 Weigeringsgronden

De vergunning kan slechts worden verleend indien het belang van de monumentenzorg zich daartegen niet verzet. Bij de beslissing houdt het bevoegd gezag rekening met het gebruik van het monument.

Artikel 14 Intrekken van de vergunning

De vergunning kan door het bevoegd gezag worden ingetrokken indien:

  • a.

    blijkt dat de vergunning ten gevolge van een onjuiste of onvolledige opgave is verleend;

  • b.

    de omstandigheden aan de kant van de vergunninghouder zich zodanig hebben gewijzigd, dat het belang van het monument zwaarder dient te wegen.

Hoofdstuk 4 Aanwijzing Beeldbepalende panden

Artikel 15 Het gebruik van het beeldbepalend pand

Bij de toepassing van deze verordening wordt rekening gehouden met het gebruik van het beeldbepalend pand.

Artikel 16 De aanwijzing tot beeldbepalend pand

  • 1. Het college kan, al dan niet op aanvraag van een belanghebbende, een object als beeldbepalend pand aanwijzen.

  • 2. Voordat het college over de aanwijzing een besluit neemt, vraagt het college advies aan het monumententeam, en heeft men de eigenaar van het pand gehoord.

  • 3. De aanwijzing kan geen monument betreffen dat is aangewezen op grond van artikel 3 van de Monumentenwet 1988, of artikel 3 van deze verordening.

Artikel 17 Termijnen advies en aanwijzingsbesluit

  • 1. Het advies als bedoeld in artikel 16, tweede lid wordt binnen 6 weken uitgebracht.

  • 2. Het college beslist binnen vier weken na ontvangst van het advies van het monumententeam, maar in ieder geval binnen acht weken na de adviesaanvraag.

Artikel 18 Registratie op de lijst met beeldbepalende panden

  • 1. Het college registreert het beeldbepalend pand op de lijst met beeldbepalende panden.

  • 2. De lijst met beeldbepalende panden bevat de plaatselijke aanduiding, de kadastrale aanduiding en een beschrijving van het beeldbepalend pand.

Artikel 19 Wijzigen van de aanwijzing

  • 1. Het college kan al dan niet op aanvraag van een belanghebbende de aanwijzing wijzigen.

  • 2. Artikel 16, tweede en derde lid, evenals artikelen 17 en 18 zijn van overeenkomstige toepassing op het wijzigingsbesluit.

  • 3. Indien de wijziging naar het oordeel van het college van ondergeschikte betekenis is, is het bepaalde in het tweede lid niet van toepassing

  • 4. De inhoud en de datum van de wijziging worden op de lijst met beeldbepalende panden aangetekend.

Artikel 20 Intrekken van de aanwijzing

  • 1. Indien het college de aanwijzing intrekt, zijn artikel 16, tweede lid, en artikelen 17 en 18 van overeenkomstige toepassing.

  • 2. De aanwijzing wordt geacht ingetrokken te zijn, indien toepassing wordt gegeven aan artikel 3 van de Monumentenwet 1988, of artikel 3 van deze verordening.

  • 3. De intrekking wordt op de gemeentelijke lijst met beeldbepalende panden geregistreerd.

Hoofdstuk 5 Instandhouding van beeldbepalende panden

Artikel 21 Instandhoudingbepaling

  • 1. Het is verboden een beeldbepalend pand te beschadigen of te vernielen.

  • 2. Het is verboden zonder vergunning van het bevoegd gezag:

  • a. een beeldbepalend pand af te breken, te verstoren, te verplaatsen of in enig opzicht te wijzigen;

  • b. een beeldbepalend pand te herstellen, te gebruiken of te laten gebruiken op een dusdanige wijze, dat het wordt ontsierd of in gevaar gebracht.

Hoofdstuk 6 Beschermde monumenten

Artikel 22 Vergunning voor beschermd monument

  • 1. Het bevoegd gezag zendt onmiddellijk een afschrift van de ontvankelijke aanvraag om vergunning voor een beschermd monument aan de monumentencommissie.

  • 2. De monumentencommissie adviseert schriftelijk over de aanvraag binnen acht weken na de datum van verzending van het afschrift.

Hoofdstuk 7 Monumentenspaarfonds (MSF)

Artikel 23 Monumentenspaarfonds

  • 1. Eigenaren van monumenten die op de gemeentelijke monumentenlijst zijn geplaatst kunnen jaarlijks vanaf het jaar van aanwijzing tot monument een bijdrage uit het monumentenspaarfonds aanvragen ten behoeve van het onderhoud van het monument.

  • a. Dit betreft vanaf 2019 een bedrag ter hoogte van de helft van het eigenaarsgedeelte van de onroerende zaakbelasting voor zowel gemeentelijke als rijksmonumenten;

  • b. Dit betreft tot 2018 een bedrag ter hoogte van het eigenaarsgedeelte van de onroerende zaakbelasting voor zowel gemeentelijke als rijksmonumenten.

  • 2. Het college houdt jaarlijks een lijst bij, waarin de stand van het fonds per monument en het totaaloverzicht zichtbaar wordt gemaakt.

Artikel 24 Voorwaarden en beperkingen

  • 1. De bijdrage kan alleen worden verstrekt voor gemeentelijke- en rijksmonumenten wanneer eigenaren ervan deelnemen aan het Monumentenspaarfonds, en toestemming hebben gegeven tot een tweejaarlijkse inspectie van hun woning door de monumentenwacht.

  • 2. De bijdrage betreft de helft van het eigenaarsgedeelte van de al betaalde onroerende zaakbelasting van voorgaande jaren. De bijdrage van het lopende jaar kan pas na afronding van het jaar uitgekeerd worden.

  • 3. De bijdrage kan nooit hoger zijn dan de som van de niet uitgekeerde bijdragen van voorgaande jaren per pand.

Artikel 25 Indienen van een aanvraag

Een aanvraag om een bijdrage als bedoeld in artikel 23 dient door de eigenaar te worden ingediend bij het college op een daartoe beschikbaar te stellen formulier, zonder bijlagen van betalingen en/of offerten.

Artikel 26 Weigeringsgronden

Het college verleent geen bijdrage als:

  • a.

    de voorwaarden, bepaald in artikel 24, niet zijn of worden nageleefd;

  • b.

    de eigenaar een slechte staat van onderhoud van het monument, vastgesteld op basis van het inspectierapport van de Monumentenwacht Noord-Brabant, te verwijten valt.

Artikel 27 Overeenkomst met Monumentenwacht Noord-Brabant

Het college betaalt jaarlijks de abonnements- en inspectiekosten van de monumentenwacht Noord- Brabant voor alle eigenaren van zowel rijks- als gemeentelijke monumenten die deelnemen aan het monumentenspaarfonds.

Hoofdstuk 8 Overige bepalingen

Artikel 28 Strafbepaling

Degene, die handelt in strijd met het derde lid van artikel 10 van deze verordening, wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie of een hechtenis van ten hoogste drie maanden.

Artikel 29 Toezichthouders

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn de door het college aangewezen personen belast.

Hoofdstuk 9 Slotbepalingen

Artikel 30 Intrekken oude regeling

De Verordening ‘Monumentenverordening 2010 gemeente Gemert- Bakel’, vastgesteld door de gemeenteraad op 23 juni 2010 wordt ingetrokken op het moment dat Monumentenverordening 2011 gemeente Gemert-Bakel in werking treedt.

Artikel 31 Overgangsrecht

  • 1. De op grond van de ‘Monumentenverordening 2010 gemeente Gemert- Bakel’ aangewezen en geregistreerde gemeentelijke monumenten, worden geacht aangewezen en geregistreerd te zijn overeenkomstig de bepalingen van deze verordening.

  • 2. Aanvragen om vergunning die zijn ingediend vóór de inwerkingtreding van deze verordening worden afgehandeld met inachtneming van de in artikel 30 ingetrokken verordening.

Artikel 32 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de eerste dag van de maand volgende op die waarin zij is bekendgemaakt

Artikel 33 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als Monumentenverordening 2011 gemeente Gemert-Bakel

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Gemert-Bakel van 31 maart 2011.
de raad voornoemd,
                        
P.G.J.M. van Boxtel                 J.E.A. Haas
griffier                                    voorzitter