Regeling vervallen per 22-08-2019

Beleidsregel Diplomazwemmen 2017 voor kinderen uit gezinnen met een laag inkomen

Geldend van 07-01-2017 t/m 21-08-2019 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2017

Intitulé

Beleidsregel Diplomazwemmen 2017 voor kinderen uit gezinnen met een laag inkomen

Burgemeester en Wethouders van Gennep,

Gelezen de op 22 juni 2015 door de Gemeenteraad van Gennep vastgestelde motie ten aanzien van het ontwikkelen van een vangnet voor kinderen uit minimagezinnen om te leren zwemmen;

Gelet op het daarvoor door de Gemeenteraad in de begroting van 2016 en latere jaren gevoteerde budget van 13.000 euro per jaar;

Gehoord de adviezen van de Adviesraad Sociaal Domein, de Stichting MaGe, de Stichting Jeugdsportfonds;

Gezien het gezamenlijk aanbod van de in Gennep werkzame aanbieders van zwemlessen van 21 oktober 2015;

Stellen vast de navolgend, gewijzigde

Beleidsregel diplomazwemmen 2017 voor kinderen uit gezinnen met een laag inkomen

Artikel 1 Doelgroep

  • a.

    Deze beleidsregel geldt voor kinderen uit gezinnen met een laag inkomen, die nog niet beschikken over een erkend zwemdiploma, zoals uitgegeven door of namens het Nationaal Platform Zwembaden – NRZ;

  • b.

    Deze beleidsregel geldt voor kinderen die de basisschool bezoeken, van 7 jaar of ouder.

  • c.

    Een gezin heeft een laag inkomen, als het op het moment van aanvraag een inkomen heeft van ten hoogste 120% van het minimumloon. Het inkomen wordt berekend volgens de bepalingen van de Participatiewet;

Artikel 2 Verstrekking en budgetplafond

  • a.

    Burgemeester en wethouders maken een afspraak met de in Gennep werkzame zwemaanbieders, waarin zij vraagt om aan deze doelgroep tegen een gepast tarief een programma van zwemlessen aan te bieden, inclusief het behalen van een erkend diploma als bedoeld in artikel 1;

  • b.

    Burgemeester en wethouders kennen op verzoek ten behoeve van een kind als bedoeld in artikel 1, een programma van zwemlessen toe, na toetsing of het kind tot de doelgroep behoort. Tot dit aanbod behoort niet het aanbieden van op individuele indicatie verstrekken van aangepaste zwemlessen;

  • c.

    De geldelijke vergoeding wordt rechtstreeks uitbetaald aan de zwemaanbieder die het programma aanbiedt;

  • d.

    Er is een jaarlijks budgetplafond ter hoogte van het budget dat door de gemeenteraad is vastgesteld. Burgemeester en wethouders kennen geen zwemlessen toe als het budgetplafond is bereikt. Toekenningen worden op volgorde van de datum van melding beoordeeld.

Artikel 3 Procedure voor aanmelding

  • a.

    Er komt een aanmeldpunt bij de gemeente;

  • b.

    Dit aanmeldpunt wordt via de scholen in groep 4 en groep 5 bekendgemaakt aan alle ouders, die zich kunnen melden bij de gemeente. Burgemeester en wethouders maken afspraken met de basisscholen over het voorkomen van niet-gebruik;

  • c.

    Burgemeester en wethouders vragen aan de ouders toestemming om via bestandskoppeling te toetsen of zij tot de doelgroep behoren;

  • d.

    Burgemeester en wethouders melden na toekenning van het zwemprogramma het kind aan bij de gezamenlijke zwemaanbieders, die in onderling overleg met de ouders afspraken maken over lestijden.

Artikel 4 Financiële afspraken

  • a.

    De zwemaanbieder die het programma aanbiedt stuurt de gemeente per kind een factuur onder vermelding van naam en BSN-nummer voor het cursusbedrag. De aanmelding als bedoeld in artikel 3d geldt als concrete opdrachtverstrekking;

  • b.

    De zwemaanbieder meldt aan de gemeente:

    • -

      Als er tussentijdse uitval plaatsvindt;

    • -

      Als het diploma behaald is.

  • c.

    Bij tussentijdse uitval verlaagt de zwemaanbieder de factuur naar rato van de reeds gemaakte kosten;

  • d.

    Ten onrechte uitbetaalde vergoedingen worden altijd teruggevorderd van de zwemaanbieder;

  • e.

    Bij tussentijdse uitval die verwijtbaar of toerekenbaar is aan de ouders, kan de uitbetaalde vergoeding worden verhaald op de ouders. Burgemeester en wethouders kunnen geheel of gedeeltelijk van verhaal afzien als verhaal op sociale of financiële gronden onevenredig bezwarend is.

Artikel 5 Overige beleidskaders en looptijd

  • a.

    Burgemeester en wethouders vragen bij het maken van toekomstige publiek- of privaatrechtelijke afspraken met zwemaanbieders om medewerking aan de uitvoering van deze beleidsregel. Burgemeester en wethouders kunnen dit als voorwaarde aan een aanbesteding en/of subsidieverstrekking verbinden.

  • b.

    Deze beleidsregel treedt met terugwerkende kracht in werking per 1 januari 2017.

  • c.

    De Beleidsregel Diplomazwemmen, vastgesteld op 15 december 2015, wordt met ingang van 1 januari 2017 ingetrokken.

  • d.

    Deze beleidsregel is vastgesteld voor onbepaalde tijd, maar vervalt van rechtswege met ingang van het jaar dat de gemeenteraad geen middelen voor de uitvoering ervan begroot.

Ondertekening

Gennep, 3 januari 2017
Burgemeester en wethouders van Gennep
De secretaris,
Mevrouw M.J. Nijland
De burgemeester,
De heer P.J.H.M. de Koning

Nota-toelichting Toelichting

Toelichting

Aanpassing in 2017

De beleidsregel die in 2016 van kracht is geworden is bedoeld om negatieve effecten van het wegvallen van schoolzwemmen op te vangen. Gedurende 2016 is echter gebleken dat de beleidsregel onbedoeld leidde tot aanvragen die voorheen niet in het schoolzwemmen werden opgevangen. Met name gaat het daarbij om zwemlessen voor te jonge en nog niet voldoende leerbare kinderen en om aangepaste zwemlessen voor kinderen die op grond van medische of andere indicatie niet in staat zijn om reguliere zwemlessen te volgen. De beleidsregel is voor deze situaties niet bedoeld en het beschikbaar gestelde budget biedt geen ruimte voor de toekenning van die aanvragen. Het blijkt noodzakelijk om ze ook expliciet uit te sluiten. Dit is gebeurd door het aanpassen van artikel 1 onder b en artikel 2 onder b.

Artikelgewijs

Artikel 1. doelgroep

Het gaat in principe om basisschool kinderen uit minimagezinnen in de leeftijd van 7 à 8 jaar. Oudere basisschoolkinderen kunnen wel toegelaten worden. Jonger dan 7 zijn in waarschijnlijk niet voldoende leerbaar, dus worden zij niet opgenomen. De gemeente gaat ervan uit dat – als het aanbod voldoende onder de aandacht is gebracht – ouders zich zelf melden. In het belang van de veiligheid van kinderen worden extra maatregelen genomen om samen met de scholen het niet-gebruik tegen te gaan. Het is niet de bedoeling om lessen beschikbaar te stellen aan te jonge kinderen vanwege het risico dat deze te lang lessen moeten volgen. Er is daarom een minimumleeftijd opgenomen.

Artikel 2. Verstrekking en budgetplafond

De zwemlessen worden in natura aangeboden en leiden op naar landelijk erkende diploma’s. In beginsel gaan we er van uit dat een niveau A toereikend is. Het geniet echter de voorkeur om (als hiervoor voldoende budget is) op te leiden naar niveau B. Vooralsnog lijkt dit laatste haalbaar. Het budgetplafond is een weigeringsgrond. Dit is de begrotingspost. Via de trimesterrapportages kan incidenteel bijgeraamd worden als dit nodig is. In het startjaar zou dit door inhaaleffecten mogelijk aan de orde kunnen zijn. Individueel aangepaste lesprogramma’s waarvoor ook in het verleden nimmer schoolzwemmen werd gesubsidieerd zijn expliciet uitgesloten. Hiervoor draagt de gemeente immers geen verantwoordelijkheid.

Artikel 3 Procedure voor aanmelding

De aanmelding is zo eenvoudig mogelijk. Op grond van het principe van “eenmalige uitvraag” gebruiken we na verkregen toestemming de bestandskoppelingen uit Suwinet. Omdat dit niet standaard voorzien is in de protocollen van Suwinet, is toestemming van de betrokkene vereist.

Artikel 4 Financiële afspraken

De kosten worden controleerbaar in rekening gebracht. Bij fraude wordt zonder meer teruggevorderd.

Bij lesuitval kunnen de kosten verhaald worden, echter alleen bij verwijtbaarheid en toerekenbaarheid. Als verhaal van kosten feitelijk niet mogelijk is (bij al bestaande grote financiële problemen) of sociaal niet wenselijk (toch mede sprake van onmacht binnen het gezin bijvoorbeeld) blijft verhaal achterwege. Verhaal van de kosten moet een doel dienen en niet contra-productief zijn.

Artikel 5 Overige beleidskaders en looptijd

De gemeente komt de zwemaanbieders binnen verschillende kaders en contexten tegen. Waar dat zinvol is, bijvoorbeeld bij een nieuwe aanbestedingsronde, worden de afspraken in deze beleidsregel ook daar opgenomen.