Besluit categorieën voorwerpen op de openbare weg Goeree-Overflakkee

Artikel 1 Definitiebepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

• a.

  bouwobjecten: al dan niet verplaatsbaar materiaal of materieel ten dienste van bouw- en onderhoudswerkzaamheden of van de daartoe betrokken personen, zoals steigers, puinbakken, containers, keetcontainers, verhuisliften, pompinstallaties, eco-toiletten, stenen, cement, zand en tegels;

• b.

  passage: een aan weerszijden bebouwde winkelstraat, bestemd voor voetgangers;

• c.

  straatmeubilair: voorwerpen ten behoeve van openbare voorzieningen, waartoe in elk geval worden gerekend afvalbakken, bloembakken, fietsenrekken, informatiezuilen en zitbanken;

• d.

  uitstalling: een los object dat in de openbare ruimte voor de gevel van een winkel is geplaatst met het oogmerk de aandacht op die winkel te vestigen, waartoe in elk geval worden gerekend aanbiedingsborden, reclameborden, speeltoestellen en rekken voor het uitstallen van producten;

• e.

  verordening: de Algemene plaatselijke verordening Goeree-Overflakkee

Artikel 2 Aanwijzing categorieën

Als categorieën van voorwerpen waarvoor het verbod in artikel 2:10a van de verordening niet geldt, worden aangewezen:

• a.

  uitstallingen;

• b.

  straatmeubilair;

• c.

  bouwobjecten;

• d.

  spandoeken.

Artikel 3 Uitstalling

Een vergunning als bedoeld in artikel 2:10a van de verordening, is niet vereist voor het plaatsen van:

• 1.

  een uitstalling op een trottoir, mits:

  • a.

    die plaatsing op een trottoir er niet toe leidt dat de vrije loopruimte op dat trottoir minder dan 1.20 meter breed wordt;

  • b.

    die plaatsing niet plaatsvindt buiten de openingstijden van de winkel;

  • c.

    de uitstallingstrook niet breder is dan 1.00 meter, gerekend vanaf de gevel van de winkel;

  • d.

    de uitstalling niet wordt geplaatst op een afwatering, inspectieput, brandkraan of bluswatervoorziening;

  • e.

    de uitstalling niet wordt geplaatst voor de toegangsdeur of nooduitgang van de winkel;

  • f.

    de uitstalling geen gevaar oplevert voor verkeersdeelnemers.

• 2.

  een uitstalling in een voetgangersgebied of een passage, mits:

  • a.

    die plaatsing er niet toe leidt dat de vrije loopruimte in het voetgangersgebied of de passage minder dan 1.50 meter breed wordt;

  • b.

    die plaatsing niet plaatsvindt buiten de openingstijden van de winkel;

  • c.

    de grens van in een de weg gemarkeerde uitstallingstrook niet worden overschreden;

  • d.

    de uitstallingstrook niet breder is dan 1.00 meter, gerekend vanaf de gevel van de winkel, indien een in de weg gemarkeerde uitstallingstrook ontbreekt;

  • e.

    de uitstalling niet wordt geplaatst op een afwatering, inspectieput, brandkraan of bluswatervoorziening;

  • f.

    de uitstalling niet wordt geplaatst voor de toegangsdeur of nooduitgang van de winkel;

  • g.

    de uitstalling geen gevaar oplevert voor verkeersdeelnemers.

Artikel 4 Straatmeubilair

Een vergunning als bedoeld in artikel 2:10a van de verordening, is niet vereist voor het plaatsen van straatmeubilair, mits:

• a.

  het straatmeubilair niet wordt geplaatst op een afwatering, inspectieput, brandkraan of bluswatervoorziening;

• b.

  het straatmeubilair geen gevaar oplevert voor verkeersdeelnemers.

Artikel 5 Bouwobjecten

Een vergunning als bedoeld in artikel 2:10a van de verordening, is niet vereist voor het plaatsen van een bouwobject, mits:

• a.

  voor de activiteit ten minste tien werkdagen voorafgaand aan het aanbrengen een melding hiervan aan burgemeester en wethouders is gedaan en burgemeester en wethouders binnen vijf werkdagen na ontvangst van de melding deze activiteit niet heeft verboden;

• b.

  deze voorwerpen niet langer dan een aaneengesloten periode van tien weken worden geplaatst;

• c.

  onverlichte voorwerpen op of aan de weg voldoen aan de Richtlijn voor het markeren van onverlichte obstakels;

• d.

  deze voorwerpen niet worden geplaatst op een gehandicaptenparkeerplaats of voor een uitrit;

• e.

  het plaatsen van deze voorwerpen er niet toe leidt dat de vrije ruimte voor het verkeer op de weg minder dan 3.50 meter breed wordt.

• f.

  deze voorwerpen niet worden geplaatst op een afwatering, inspectieput, brandkraan of bluswatervoorziening;

• g.

  ten aanzien van deze voorwerpen herleidbaar is wie de rechthebbende of gebruiker is.

Artikel 6 Spandoek

Een vergunning als bedoeld in artikel 2:10a van de verordening, is niet vereist voor het aanbrengen van een spandoek, mits:

• a.

  voor de activiteit ten minste tien werkdagen voorafgaand aan het aanbrengen een melding hiervan aan burgemeester en wethouders is gedaan en burgemeester en wethouders binnen vijf werkdagen na ontvangst van de melding deze activiteit niet heeft verboden;

• b.

  er niet meer dan twee spandoeken per bebouwde kom worden aangebracht;

• c.

  het spandoek ten minste 4.50 meter boven de weg wordt aangebracht;

• d.

  het spandoek niet langer dan een aaneengesloten periode van twee weken wordt aangebracht.

Artikel 7 Afbakeningsbepaling

Dit besluit is niet van toepassing op situaties waarin op grond van artikel 2.2, eerste lid onder j en k een omgevingsvergunning is vereist.

Artikel 8 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de eerste dag na die van zijn bekendmaking.

Artikel 9 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit categorieën voorwerpen op de openbare weg Goeree-Overflakkee.