Regeling vervallen per 01-01-2020

Verordening op de heffing en invordering van binnenhavengeld 2019

Geldend van 30-12-2018 t/m 31-12-2019

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van binnenhavengeld 2019

De raad van de gemeente Goes;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 27 november 2018;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de:

Verordening op de heffing en invordering van binnenhavengeld 2019.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • 1.

    Vaartuig: alle soorten van drijvende lichamen die vanwege hun drijfvermogen worden gebruikt dan wel bestemd zijn of geschikt zijn voor het dragen en eventueel vervoeren van personen, dieren, stoffen (al dan niet vloeibaar), gassen, goederen of voorwerpen, al dan niet met het vaartuig één geheel uitmakende, en ook caissons, pontons, baggermolens, zuigers en dergelijke drijvende lichamen.

  • 2.

    Meetbrief: het document ter identificatie van het schip op grond van vastgelegde kenmerken.

  • 3.

    Schip: een binnenschip of een vissersschip.

  • 4.

    Binnenschip: een vaartuig - niet zijnde een pleziervaartuig - dat uitsluitend wordt gebruikt voor de vaart op de binnenwateren.

  • 5.

    Vrachtschip: een binnenschip, dat hoofdzakelijk gebezigd wordt voor het vervoer van goederen.

  • 6.

    Passagiersschip: een binnenschip, dat middel van openbaar vervoer is of hoofdzakelijk gebezigd wordt voor het bedrijfsmatig vervoer van personen.

  • 7.

    Zeilend bedrijfsvaartuig: zeilschip met een traditioneel karakter dat uitsluitend of in hoofdzaak wordt gebruikt voor de beroepsmatige chartervaart en die staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en waarvoor certificaten als bedoeld in artikel 3, eerst lid van de Schepenwet zijn afgegeven.

  • 8.

    Sleepboot: een binnenschip dat hoofdzakelijk wordt gebruikt voor het slepen of duwen van andere vaartuigen.

  • 9.

    Vissersschip: een schip dat hoofdzakelijk gebruikt wordt voor het vangen van vis of andere levende rijkdommen van de zee, doch niet voor de walvisvaart.

  • 10.

    Pleziervaartuig: een vaartuig, dat hoofdzakelijk wordt gebruikt voor de recreatie, niet zijnde een passagiersschip noch een zeilend bedrijfsvaartuig.

  • 11.

    Laadvermogen: het in tonnen uitgedrukte verschil tussen de zoetwaterverplaatsing van het schip bij de grootst toegelaten diepgang en die van het ledige schip.

  • 12.

    Ton: een massa van 1.000 kilogram.

  • 13.

    Tabel: de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende tarieventabel.

  • 14.

    Termijn: een in de tabel genoemd tijdvak waarin het gebruik van de haven plaatsvindt:

    1 dag:een tijdvak van 24 achtereenvolgende uren, aanvangende om 00.00 uur;

    14 dagen:een tijdvak van 14 achtereenvolgende etmalen;

    1 maand:een tijdvak van 30 achtereenvolgende etmalen;

    1 halfjaar:een tijdvak van 6 achtereenvolgende kalendermaanden;

    1 jaar:een tijdvak van 12 achtereenvolgende kalendermaanden;

  • 15.

    Haven: alle gemeentewateren.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam binnenhavengeld wordt een recht geheven ter zake van het gebruik overeenkomstig de bestemming van de gemeentelijke haven door vaartuigen en voor het door of vanwege de gemeente verlenen van diensten in verband met de haven.

Artikel 3 Belastingplicht

Het binnenhavengeld wordt geheven van de schipper, de reder, de eigenaar van het vaartuig, degene die het vaartuig heeft gecharterd of degene die als vertegenwoordiger van één van dezen optreedt.

Artikel 4 Maatstaf van heffing

  • 1. Het binnenhavengeld wordt geheven naar:

    • a.

      het laadvermogen van het vaartuig;

    • b.

      de oppervlakte van het vaartuig;

    • c.

      de lengte van het vaartuig,

    zoals deze blijken uit de meetbrief of ambtshalve worden vastgesteld.

  • 2. In de tabel is per soort vaartuig aangegeven, welke maatstaf van heffing van toepassing is.

Artikel 5 Belastingtarief

  • 1. Het binnenhavengeld wordt geheven naar de tarieven, die zijn opgenomen in de tabel, zulks met inachtneming van daarin gegeven aanwijzingen en bijzondere bepalingen en van het in de volgende leden bepaalde.

  • 2. De in de tabel genoemde tarieven zijn inclusief omzetbelasting, indien en voor zover deze op grond van de Wet op de Omzetbelasting 1968 is verschuldigd.

  • 3. Voor de toepassing van de tarieven:

    • a.

      geldt als laadvermogen in tonnen van een vaartuig, het aantal tonnen zoals dat blijkt uit de bij het vaartuig behorende meetbrief;

    • b.

      geldt in afwijking van het bepaalde in onderdeel a voor een vissersschip het aantal vierkante meters;

    • c.

      wordt de oppervlakte van een vaartuig gesteld op het produkt van de lengte over alles en de grootste breedte, mits deze blijken uit de bij het vaartuig behorende meetbrief;

    • d.

      wordt de lengte van een vaartuig gesteld op de lengte over alles, zoals die blijkt uit de bij het vaartuig behorende meetbrief;

    • e.

      wordt, in afwijking van het in de onderdelen a, c en d bepaalde, het laadvermogen in tonnen dan wel de grootste breedte en/of lengte over alles ambtshalve vastgesteld indien de in de onderdelen a, c en d bedoelde meetbrief niet wordt overgelegd of indien deze de vereiste gegevens niet vermeldt;

    • f.

      wordt een gedeelte van een eenheid van inhoud, van massa, van oppervlakte of van lengte voor een volle eenheid gerekend;

    • g.

      wordt de termijn steeds op de kortste van de in de tabel voor het betreffende soort vaartuig genoemde termijn gesteld tenzij voor een langere termijn aangifte is gedaan.

Artikel 6 Vrijstellingen

Geen binnenhavengeld wordt geheven van:

  • a.

    vaartuigen, toebehorende aan rijk, provincie of gemeente;

  • b.

    hospitaalschepen, waarop van toepassing is het bepaalde in artikel I van de Internationale overeenkomst van 21 december 1904 (goedgekeurd bij de wet van 30 december 1905, Stb. 383) betreffende aan hospitaalschepen te verlenen vrijstelling van rechten en heffingen;

  • c.

    vaartuigen, gebezigd tot het uitbaggeren van ligplaatsen der gemeente of het herstellen of maken van de openbare kaden of andere gemeentewerken.

Artikel 7 Belastingtijdvak

  • 1. Met betrekking tot het binnenhavengeld dat per jaar wordt geheven is het belastingtijdvak gelijk aan het kalenderjaar.

  • 2. Met betrekking tot het binnenhavengeld dat per half jaar wordt geheven is het belastingtijdvak gelijk aan de eerste dan wel tweede helft van een kalenderjaar.

Artikel 8 Wijze van heffing

  • 1. Het binnenhavengeld wordt geheven bij wege van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een nota of andere schriftuur.

  • 2. Het binnenhavengeld voor een jaar, half jaar dan wel winterseizoen wordt, in afwijking van het eerste lid, bij wege van aanslag geheven.

Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld

Het binnenhavengeld is verschuldigd bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen of bij de aanvang van de dienstverlening.

Artikel 10 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moet het binnenhavengeld dat geheven wordt op de wijze als bedoeld in artikel 8, lid 1, worden betaald op het moment van uitreiking van de kennisgeving, dan wel in geval de kennisgeving ter post wordt bezorgd binnen een maand na dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

Artikel 11 Restitutie en overschrijving

  • 1. Van het binnenhavengeld dat wordt geheven per jaar, per half jaar dan wel per winterseizoen, wordt, indien het gebruik van de haven is geëindigd voor het verstrijken van de termijn, op schriftelijk verzoek van de belastingplichtige, restitutie verleend voor zoveel maanden van het betaalde bedrag als er inzake die periode na de beëindiging van het gebruik van de haven nog volle maanden overblijven.

  • 2. Indien een vaartuig wordt vervangen door een ander vaartuig, wordt het voor het vervangen vaartuig over de nog niet verstreken maanden van de lopende termijn betaalde binnenhavengeld op verzoek van de belastingplichtige verrekend met het verschuldigde binnenhavengeld over die maanden voor het vervangende vaartuig, met dien verstande, dat, indien het laatstgenoemde binnenhavengeld lager is dan het betaalde, teruggaaf van het verschil niet plaatsvindt.

Artikel 12 Kwijtschelding

Bij de invordering van het binnenhavengeld wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 13 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de binnenhavengeld.

Artikel 14 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. De 'Verordening Binnenhavengeld 2017' van 21 december 2017 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van de bekendmaking, doch niet eerder dan de in lid 3 genoemde datum.

  • 3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2019.

  • 4. Deze verordening wordt aangehaald als de 'Verordening binnenhavengeld 2019'.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Goes in zijn openbare vergadering van 20 december 2018.

de griffier,

drs. B.C. van Doornum

de voorzitter,

drs. M. Mulder MSc.

Berekening tarieven binnenhavengeld 2019

Binnenhavengeld

 

Tarief 2016

Afgerond 2016

Tarief 2017

Afgerond 2017

Tarief 2018

(index 0,9%)

Afgerond 2018

Tarief 2019

(index 1,6%)

Afgerond 2019

Stijging

t.o.v. t-1

vrachtschip per ton laadvermogen

14 dagen

 € 0,1973

 € 0,20

€ 0,1992

€ 0,20

€ 0,2010

€ 0,20

€ 0,2043

€ 0,20

100,0%

vrachtschip per ton laadvermogen

half jaar

 € 3,5071

 € 3,50

€ 3,5422

€ 3,55

€ 3,5740

€ 3,55

€ 3,6312

€ 3,65

102,8%

vrachtschip per ton laadvermogen

jaar

€ 5,3702

€ 5,35

€ 5,4239

€ 5,40

€ 5,4727

€ 5,45

€ 5,5603

€ 5,55

101,8%

passagierschip oppervlakte in m²

per dag

€ 0,1425

€ 0,14

€ 0,1439

€ 0,14

€ 0,1452

€ 0,15

€ 0,1475

€ 0,15

100,0%

sleepboot in oppervlakte in m²

14 dagen

€ 0,2740

€ 0,27

€ 0,2767

€ 0,28

€ 0,2792

€ 0,28

€ 0,2837

€ 0,28

100,0%

visserschip in oppervlakte in m²

14 dagen

€ 0,2740

€ 0,27

€ 0,2767

€ 0,28

€ 0,2792

€ 0,28

€ 0,2837

€ 0,28

100,0%

pleziervaartuig lengte in meter

per dag

€ 1,8731

€ 1,85

€ 1,8919

€ 1,90

€ 1,9089

€ 1,90

€ 1,9394

€ 1,95

102,6%

zeilend bedrijfsvaartuig in meter

per dag

€ 0,9316

€ 0,95

€ 0,9409

€ 0,95

€ 0,9494

€ 0,95

€ 0,9645

€ 0,95

100,0%

overige vaartuigen in meter

per dag

€ 0,9316

€ 0,95

€ 0,9409

€ 0,95

€ 0,9494

€ 0,95

€ 0,9645

€ 0,95

100,0%

ongeladen vrachtschepen laadvermogen

14 dagen

€ 0,1644

€ 0,16

€ 0,1660

€ 0,17

€ 0,1675

€ 0,17

€ 0,1702

€ 0,17

100,0%

werkvaartuigen in oppervlakte in m²

14 dagen

€ 0,2740

€ 0,27

€ 0,2767

€ 0,28

€ 0,2792

€ 0,28

€ 0,2837

€ 0,28

100,0%