Regeling vervallen per 01-11-2018

WIJZIGINGSVERORDENING IN VERBAND MET DE INWERKTREDING VAN DE DIENSTENWET

Geldend van 23-04-2010 t/m 31-10-2018

Intitulé

WIJZIGINGSVERORDENING IN VERBAND MET DE INWERKTREDING VAN DE DIENSTENWET

Besluitnummer 13

Vergadering d.d. 15 april 2010

Verzonden 7 april 2010

Onderwerp Wijzigingsverordening in verband met de inwerkingtreding van de Dienstenwet

Registratienummer 10INT00200

De raad van de gemeente Goes;

gezien het voorstel van het college van 7 april 2010;

gelet op de bepalingen van:

  • -

    de Algemene wet bestuursrecht (Awb);

  • -

    Richtlijn 2006/123/EG (Europese Dienstenrichtlijn);

  • -

    de Dienstenwet;

  • -

    de Marktverordening 2009;

  • -

    de Huisvestingsverordening;

  • -

    de Afvalstoffenverordening;

  • -

    de Algemene Plaatselijke Verordening (APV);

b e s l u i t :

vast te stellen de wijzigingsverordening in verband met de inwerkingtreding van de Dienstenwet

Artikel I

De Marktverordening 2009 wordt als volgt gewijzigd:

Aan artikel 5 wordt een tweede lid toegevoegd. Het artikel komt te luiden:

Artikel 5. Standplaatsvergunning

2.Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.

Artikel II

De Huisvestingsverordening wordt als volgt gewijzigd:

Aan artikel 2.3.2. wordt een vierde lid toegevoegd, luidende:

Artikel 2.3.2. Aanvragen van een huisvestingsvergunning

4.Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is van toepassing.

Artikel III

De Afvalstoffenverordening wordt als volgt gewijzigd:

Aan artikel 2 wordt een derde lid toegevoegd. Het artikel komt te luiden.

Artikel 2. Beslistermijn

3.Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.

Artikel IV

Artikel IV

De Algemene Plaatselijke Verordening (APV) wordt als volgt gewijzigd:

Aan artikel 2.2.2 wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende:

Artikel 2.2.2 Evenement

4.Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.

Artikel 2.3.2 Exploitatievergunning horecabedrijf

Aan art 2.3.2. wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende:

8.Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.

Aan artikel 2.3.10 worden twee nieuwe leden toegevoegd, luidende:

Artikel 2.3.10 Speelautomatenhallen

  • 6.

    De burgemeester beslist binnen 12 weken na de datum waarop hij de aanvraag met bijbehorende bescheiden heeft ontvangen. De beslissing kan eenmaal voor ten hoogste twaalf weken worden verdaagd. De beslissing wordt alleen verdaagd als de complexiteit van de aanvraag dat noodzakelijk maakt.

  • 7.

    Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.

Aan artikel 3.4 wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende:

Artikel 3.4 Seksinrichtingen

5.Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.

Aan artikel 5.2.2 wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende:

Artikel 5.2.2 Snuffelmarkten e.d.

4.Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is van toepassing.

Aan artikel 5.9.1 wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende:

Artikel 5.9.1 Recreatief nachtverblijf buiten een kampeerterrein

5.Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Goes in zijn openbare
vergadering van 15 april 2010.
de griffier, de voorzitter,
drs. J.W. Scherpenzeel. drs. D.J. van der Zaag.

Toelichting Wijzigingsverordening in verband met de inwerkintreding van de Dienstenwet.

A. ALGEMENE TOELICHTING

Een aantal verordeningen bevatten bepalingen die onder de reikwijdte van de Dienstenrichtlijn vallen, maar die om diverse op dit moment niet worden aangepast:

Bouwverordening

Vanwege diverse wijzigingen van wet en regelgeving zullen de meeste bepalingen die onder de werking van de Dienstenrichtlijn vallen verdwijnen. Er is dan ook geen aanleiding om wijzigingen van de Bouwverordening op dit moment door te voeren in verband met de Dienstenrichtlijn.

Brandbeveiligingsverordening

De bestaande modelverordening wordt op afzienbare termijn vervangen door een nieuwe. Er is op dit moment geen aanleiding de bestaande verordening aan te passen. Wel zal de aanvullende doorlichting in de nieuwe verordening worde meegenomen.

Gezien het maatschappelijk belang van brandveiligheid lijkt een lex silencio positivo hier overigens niet wenselijk.

Telecommunicatie verordening

Vanwege de nieuwe Wet informatie uitwisseling ondergrondse netten (WION) wordt de modelverordening dit jaar aangepast. Artikelen die mogelijk botsen met de richtlijn zullen vervallen.

B. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING

De Marktverordening 2009

Artikel 5. Vergunning tot het organiseren van een markt

In de toelichting bij dit artikel wordt een paragraaf toegevoegd:

Tweede lid: lex silencio positivo

Er is reden om af te zien van een lex silencio positivo. Er zijn hier rechtmatige belangen van derden in het geding, zoals bedoeld in artikel 13, vierde lid van de Dienstenrichtlijn. Daarbij kan worden gedacht aan andere organisatoren die voor het exploiteren van de markt in aanmerking zouden kunnen komen.

De Huisvestingsverordening

Artikel 3.2.2.

In de toelichting bij dit artikel wordt een paragraaf toegevoegd:

Derde lid: lex silencio positivo

Er bestaan geen duidelijke bezwaren tegen een lex silencio positivo. Het is zelfs wenselijk dat het bestuur, op deze wijze aan haar beslistermijn wordt gebonden, en dat bij niet tijdig beslissen de uitkomst in het voordeel van de aanvrager uitvalt. Hiermee wordt ook voorruit gelopen op het wetsontwerp van de nieuwe Huisvestingswet, waarbij voor deze vergunning een lex silencio positivo wordt ingevoerd. Paragraaf 4.1.3.3. Awb wordt daarom van toepassing verklaard.

De Afvalstoffenverordening

Art 2. Beslistermijn

In de toelichting bij dit artikel wordt een paragraaf toegevoegd:

Vierde lid: lex silencio positivo

Het gaat hier om de aanwijzing van inzamelaars van diverse soorten afval. Een lex silencio positivo is hier niet wenselijk om dwingende redenen van algemeen belang, met name de bescherming van het milieu en de volksgezondheid. Daarnaast is een deugdelijk en goed geordende afvoer van huis- en ander afval meer in het algemeen van groot maatschappelijk belang. Tenslotte zou een aanwijzing van rechtswege botsen met de belangen van andere inzamelaars. Paragraaf 4.1.3.3. Awb wordt niet van toepassing verklaard.

De Algemene Plaatselijke Verordening

In de toelichtingen bij de genoemde artikelen in de Algemene plaatselijke verordening worden de volgende paragraven toegevoegd:

Artikel 2.2.2: Vergunning evenementen

Vierde lid: Lex silencio positivo

Kleinere evenementen zijn al vergunningsvrij. Deze vergunning ziet derhalve op grotere evenementen. Daarbij is een lex silencio positivo niet wenselijk, gezien de impact die een groot evenement kan hebben, met name op de openbare orde. Ook vragen vele aspecten van een groot evenement, zoals brandveiligheid, geluid, aanvoer, afvoer en parkeren van bezoekers, om maatwerk dat alleen een inhoudelijke vergunningsbeschikking kan bieden. Er zijn derhalve verschillende dwingende redenen van algemeen belang, met name de openbare orde, openbare veiligheid en milieu om van een Lex silencio positivo af te zien. Paragraaf 4.1.3.3. Awb wordt niet van toepassing verklaard.

Artikel 2.3.2: Exploitatievergunning horeca

Achtste lid: Lex silencio positivo

Deze vergunning richt zich met name op de openbare orde. Een lex silencio positivo is dan ook niet wenselijk om deze dwingende reden van algemeen belang. Paragraaf 4.1.3.3. Awb wordt niet van toepassing verklaard.

Artikel 2.3.10: Exploitatievergunning speelgelegenheid

Zevende lid: Lex silencio positivo

Deze vergunning beoogt de bescherming van met name de openbare orde. Daarnaast speelt het bestrijden van gokverslaving een rol. Het is hoogst onwenselijk als deze vergunning van rechtswege verleend wordt voordat er een inhoudelijke toets van de aanvraag heeft plaatsgevonden en is voltooid. Een lex silencio positivo is hier dan ook niet wenselijk om dwingende redenen van algemeen belang, zoals de openbare orde en volksgezondheid. Paragraaf 4.1.3.3. Awb wordt niet van toepassing verklaard.

Artikel 3.4: Vergunning seksinrichting

Vijfde lid: Lex silencio positivo

Deze vergunning beschermt wezenlijke belangen, met name de openbare orde en volksgezondheid. Het is hoogst onwenselijk als deze vergunning van rechtswege wordt verleend voordat er een inhoudelijke toets van de aanvraag heeft plaatsgevonden en is voltooid. Een lex silencio positivo is hier dan ook niet wenselijk om dwingende redenen van algemeen belang, zoals de openbare orde en volksgezondheid. Paragraaf 4.1.3.3. Awb wordt niet van toepassing verklaard.

Artikel 5.2.2: Vergunning organisatie snuffelmarkt

Vierde lid: Lex silencio positivo

Een snuffelmarkt is een markt, niet in de open lucht, waarbij hoofdzakelijk tweedehands of incourante goederen worden verhandeld of diensten worden aangeboden vanaf een standplaats. De vergunningsplicht is in de APV gehandhaafd, met name omdat een snuffelmarkt voor overlast kan zorgen in de omgeving (bijvoorbeeld door extra verkeer en parkeerdrukte). Nu aan de verlening of weigering van de vergunning een relatief eenvoudige afweging ten grondslag ligt en de gevolgen van een snuffelmarkt doorgaans beperkt zullen zijn, zijn er geen dwingende redenen van algemeen belang aanwezig om van een lex silencio positivo af te zien. Paragraaf 4.1.3.3. Awb wordt op het artikel van toepassing verklaard.

Artikel 5.9.1: Ontheffing van het verbod tot recreatief nachtverblijf buiten kampeerterreinen

Vijfde lid: Lex silencio positivo

Dit artikel dient met name de bescherming van natuur en milieu. Het zou hoogst onwenselijk zijn als er een vergunning van rechtswege zou ontstaan die toestaat dat in een kwetsbaar natuurgebied gekampeerd wordt. Paragraaf 4.1.3.3. Awb wordt niet van toepassing verklaard.