Regeling vervallen per 02-07-2009

Regeling brandveiligheid en hulpverlening Goes 2009

Geldend van 18-06-2009 t/m 01-07-2009

Intitulé

Regeling brandveiligheid en hulpverlening Goes 2009

Onderwerp

Regeling brandveiligheid en hulpverlening Goes 2009.

Burgemeester en Wethouders van Goes;

gelet op artikel 1, lid 2, van de Brandweerwet 1985;

overwegende dat:

Burgemeester en Wethouders de zorg hebben voor:

  • 1.

    het voorkomen, beperken en bestrijden van brand, het beperken van brandgevaar, het voorkomen en beperken van ongevallen bij brand en al hetgeen daarmee verband houdt;

  • 2.

    het beperken en bestrijden van gevaar voor mensen en dieren bij ongevallen anders dan brand;

  • 3.

    de uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 1 van de Wet rampen en zware ongevallen tot de taak van de brandweer behoort;

  • 4.

    Burgemeester en Wethouders andere werkzaamheden dan hiervoor bedoeld kunnen aanwijzen die de brandweer verricht;

Besluiten vast te stellen de navolgende Regeling brandveiligheid en hulpverlening Goes 2009

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • 1.

    Gemeentelijke brandweer:

    Het gemeentelijk organisatie-onderdeel als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Brandweerwet;

  • 2.

    Veiligheidsregio Zeeland:

    Het rechtspersoonlijkheid bezittend lichaam als bedoeld in artikel 1 van de gemeenschappelijke regeling veiligheidsregio Zeeland;

  • 3.

    Veiligheidsketen:

    De taken en werkzaamheden van de brandweer die zijn gericht op de brandweerzorg en rampenbestrijding, waarbij een onderscheid wordt gemaakt in pro-actie, preventie, preparatie, repressie en nazorg;

  • 4.

    Pro-actie:

    Het voorkomen en wegnemen van structurele oorzaken van onveiligheid;

  • 5.

    Preventie:

    Het voorkomen en beperken van directe oorzaken van onveiligheid;

  • 6.

    Preparatie:

    Alle taken die moeten worden verricht om de brandweer verantwoord te kunnen laten uitrukken;

  • 7.

    Repressie

    Het beperken en bestrijden van brand, ongevallen anders dan bij brand, rampen en grootschalig optreden en bestrijding van rampen en zware ongevallen: alle taken en werkzaamheden van de veiligheidsketen die betrekking hebben op het;

  • 8.

    Nazorg

    Doen wat nodig is om zo snel mogelijk terug te keren naar de normale situatie;

  • 9.

    Beleidsplan

    Het door de gemeenteraad vast te stellen beleidsplan waarin de organisatie van de brandweer en het daarop van toepassing zijnde beleid en doelstellingen zijn vastgelegd.

Artikel 2 Gemeentelijke brandweer

Burgemeester en Wethouders beschikken over een gemeentelijke brandweer.

Artikel 3 Taken gemeentelijke brandweer

  • 1. De taken van de gemeentelijke brandweer bestaan, met uitzondering van de taken en bevoegdheden zoals die in artikel 4 van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Zeeland zijn genoemd, uit de feitelijke uitvoering van de taken van de veiligheidsketen in de eigen gemeente;

  • 2. Andere dan de onder 1 genoemde werkzaamheden, voor zover deze niet te maken hebben met het wegnemen van onmiddellijk gevaar voor mens en dier.

Artikel 4 Beleidsplan en werkplan brandveiligheid en hulpverlening

  • 1.

    1.Burgemeester en Wethouders leggen de gemeenteraad tenminste eenmaal per 4 jaar een plan ter vaststelling voor op welke wijze aan de inhoud van in artikel 3 omschreven taken van de veiligheidsketen uitvoering zal worden gegeven (beleidsplan brandveiligheid en hulpverlening). Dit plan omvat in elk geval een omschrijving van de bedrijfsvoering, van de financiële en personele middelen die beschikbaar zijn, van het materieel en de huisvesting en van een meerjaren opleidings- en oefenplan.

  • 2.

    De uitwerking van het beleidsplan vindt plaats in een jaarlijks door het college vast te stellen werkplan.

Artikel 5 Personeel

Burgemeester en Wethouders dragen zorg voor een adequate personeelsvoorziening ten behoeve van de gemeentelijke brandweer. Deze zorg komt tot uitdrukking in een personeelsplan, waarin de minimale vereisten met betrekking tot het brandweerpersoneel staan vermeld.

Artikel 6 Opleiding en oefening

Burgemeester en Wethouders dragen zorg voor de opleiding en oefening van het personeel van de gemeentelijke brandweer, die voor de taakuitoefening noodzakelijk zijn.

Artikel 7 Instructie commandant

De gemeentelijke commandant heeft de algemene dagelijkse leiding over de gemeentelijke brandweer, overeenkomstig de voor hem door Burgemeester en Wethouders vastgestelde instructie. De gemeentelijke commandant heeft het bevel over de repressieve inzet van de brandweer.

Dit bevel wordt overgedragen aan de commandant brandweer Zeeland (van dienst) als de verantwoordelijkheid voor de repressieve inzet van de brandweer ligt bij het niveau van (regionaal) officier van dienst of hoger.

Artikel 8 Materieel

  • 1.

    Burgemeester en Wethouders dragen zorg voor het zoveel mogelijk in overeenstemming brengen en houden van het materieel van de gemeentelijke brandweer met de eisen die zijn vastgelegd in het door het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Zeeland en de gemeenten in Zeeland vastgestelde regionaal dekkingsplan.

  • 2.

    Burgemeester en Wethouders bepalen de plaats waar en de wijze waarop het materieel en de overige goederen van de gemeentelijke brandweer worden ondergebracht.

Artikel 9 Bluswatervoorziening

Burgemeester en Wethouders dragen zorg voor of zien toe op de realisering van zodanige bluswatervoorzieningen en de bereikbaarheid daarvan, dat de brandbestrijding te allen tijde zoveel mogelijk gewaarborgd is. Burgemeester en Wethouders stellen hiervoor richtlijnen vast in het Toetskader bluswatervoorziening en bereikbaarheid Goes.

Artikel 10 Citeertitel en in werking treden

  • 1.

    Deze Regeling kan worden aangehaald als: Regeling brandveiligheid en hulpverlening Goes 2009.

  • 2.

    Deze Regeling treedt in werking met ingang van de dag volgend op de dag van publicatie.

Aldus vastgesteld door Burgemeester en Wethouders van de gemeente Goes op 2 juni 2009;

Ter voldoening van het gestelde in artikel 2 van de Brandweerwet wordt de Regeling brandveiligheid en hulpverlening Goes 2009 toegezonden aan Gedeputeerde Staten van Zeeland.

Goes, 2 juni 2009

Burgemeester en Wethouders van Goes,

de secretaris, de burgemeester,

drs. C.G.M. Maas. drs. D.J. van der Zaag.

TOELICHTING

1. Algemeen

De structuur van de Regeling is ontleend aan de destijds door de VNG uitgebrachte modelverordening brandveiligheid en hulpverlening.

De Regeling regelt enerzijds de bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de bestuursorganen (het gezag) over de brandweer en anderzijds het beheer over de gemeentelijke brandweer. De Regeling geeft de samenhang weer tussen de wettelijke kaders waarbinnen de brandweer opereert, de organisatorische kaders en taken (artikel 3), de bestuurlijke en beleidsmatige kaders (artikel 4), de bestuurlijke verantwoordelijkheden met betrekking tot het personeel, het opleiden en oefenen, het materieel en de bluswatervoorziening (artikel 5 t/m 9).

2. Artikelgewijze toelichting

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

De in artikel 1 opgenomen begripsomschrijvingen zijn ontleend aan het door de gemeenten in Zeeland vastgestelde beleidsplan “Naar het gewenste zorgniveau van brandweertaken” van mei 1997. De begrippen die voortvloeien uit de veiligheidsketen zijn specifiek bedoeld ten behoeve van artikel 3. Door de introductie van het begrip “veiligheidsketen” wordt aangegeven dat het takenpakket voor de brandweer meer omvat dan enkel preventief en repressief optreden. Voorts wordt hiermee tot uitdrukking gebracht dat ieder onderdeel van de veiligheidsketen voldoende kwalitatief ontwikkeld dient te worden om het gewenste (brand)veiligheidsniveau te bereiken c.q. te verzekeren.

Artikel 2 Gemeentelijke brandweer

Artikel 1 van de Brandweerwet 1985 regelt dat er in elke gemeente een gemeentelijke brandweer is, behoudens indien ingevolge samenwerking met andere gemeenten een Regeling ter zake tot stand gekomen is. Dit laatste geldt voor de gemeenten die over een intergemeentelijke brandweer beschikken.

Artikel 3 Taken gemeentelijke brandweer

Lid 1: Op 1 juli 2006 is de gemeenschappelijke regeling veiligheidsregio Zeeland in werking getreden. Tot het moment van eventuele regionalisering van de brandweer in Zeeland blijft de gemeentelijke brandweer deel uitmaken van de gemeentelijke organisatie.

Lid 2: Bij deze werkzaamheden kan bijvoorbeeld worden gedacht aan het reinigen van wegen en terreinen na ongevallen of het geven van voorlichting en instructie aan burgers en instellingen.

Artikel 4 Beleidsplan en werkplan brandveiligheid en hulpverlening

Artikel 4 voorziet in een voortschrijdend proces van beleidsvorming, waarin de relaties kunnen worden gelegd met de procedures en de bedrijfsvoering, die in de eigen gemeente gebruikt worden.

Gekozen is voor een vierjarige periode om daarmee enerzijds de duurzaamheid van het beleidsplan aan te geven en anderzijds voor het verkrijgen van aansluiting met de bestuurlijke cyclus in de gemeente. Tevens dient er jaarlijks, gelijktijdig met de begroting, een werkplan voor het jaar daaropvolgend te worden vastgesteld. In dit werkplan wordt de beleidsvisie, opgenomen in het beleidsplan, verder uitgewerkt.

Artikel 5 Personeel

De in dit artikel omschreven bestuurlijke verantwoordelijkheid voor het personeel geeft aan dat Burgemeester en Wethouders verantwoordelijk zijn voor een minimum aan gekwalificeerd brandweerpersoneel ter uitvoering van de taken volgens de veiligheidsketen. De omvang van de repressieve dienst is afhankelijk van het beleidsplan en het dekkingsplan van de regionale brandweer.

Gezien de ligging van de gemeente Goes en de grote risico’s op waterongevallen is een speciaal opgeleid duikteam beschikbaar. Het duikteam kan voor de volgende taken worden ingezet:

  • 1.

    het redden van te water geraakte personen;

  • 2.

    het redden van personen uit te water geraakte personen;

  • 3.

    het redden van dieren in nood, in en op het water;

  • 4.

    het opsporen en bergen van verdrinkingsslachtoffers;

  • 5.

    het opsporen van te water geraakte voertuigen en assistentie bij de berging, indien deze een gevaar vormen voor de scheepvaart of een onmiddellijke bedreiging vormen voor het milieu;

  • 6.

    het opsporen en bergen van voorwerpen ten behoeve van justitie.

Artikel 6 Opleiding en oefening

Dit artikel over opleiden en oefenen regelt de verantwoordelijkheid van Burgemeester en Wethouders met betrekking tot de kwaliteit van het brandweerpersoneel. Dit leidt onder andere tot het vaststellen van een meerjaren opleidings- en oefenplan. De bases hiervan liggen in de nota “Naar het gewenste zorgniveau van brandweertaken” en de landelijke referentiekaders gewenst zorgniveau.

Artikel 7 Instructie commandant

Het bepaalde in artikel 7 legt de grondslag vast voor de eenhoofdige leiding en de gezagsverhouding, die voor een goed functioneren van de brandweer onmisbaar zijn.

Artikel 8 Materieel

In dit artikel wordt de verantwoordelijkheid voor het minimaal benodigde en het soort materieel van de brandweer bij Burgemeester en Wethouders neergelegd. Zij valt uiteen in twee leden. Het eerste lid regelt de verantwoordelijkheid voor de materieelvoorziening aan de hand van het regionale dekkingsplan. Dat bepaalt de aard en omvang van het materieel dat moet worden ingezet.

Het tweede lid regelt de opslag van materieel en middelen in de gemeente.

Artikel 9 Bluswatervoorziening

Burgemeester en Wethouders dragen zorg voor een dusdanige bluswatervoorziening en de bereikbaarheid daarvan, dat de brandbestrijding te allen tijde zoveel mogelijk gewaarborgd is.Burgemeester en Wethouders stellen hiervoor richtlijnen vast in het toetskader bluswatervoorziening en berreikbaarheid Goes

Artikel 10 Citeertitel en in werking treden

De Regeling brandveiligheid en hulpverlening zal op grond van artikel 2 van de Brandweerwet 1985 binnen een week na vaststelling aan Gedeputeerde Staten worden gezonden.