Regeling vervallen per 19-03-2014

Verordening op de commissie voor bezwaarschriften 2007

Geldend van 30-04-2008 t/m 18-03-2014

Intitulé

Verordening op de commissie voor bezwaarschriften 2007.

HOOFDSTUK 1 DE COMMISSIE

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    verwerend orgaan: bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;

  • b.

    commissie: vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften;

  • c.

    wet: Algemene wet bestuursrecht

Artikel 2 Inleidende bepaling commissie

  • 1. Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op bezwaren tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester.

  • 2. De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten:

    • a.

      op grond van een wettelijk voorschrift inzake belastingen waaronder de Wet waardering onroerende zaken;

    • b.

      met betrekking tot ambtenaren- en personeelszaken.

Artikel 3 Samenstelling van de commissie

  • 1. De commissie bestaat uit 7 onafhankelijke leden, te weten:

    • a.

      één lid, zijnde de voorzitter van de commissie

    • b.

      zes gewone leden.

  • 2. De leden van de commissie worden op basis van deskundigheid benoemd door burgemeester en wethouders.

  • 3. Een lid van de gemeenteraad of van het college van burgemeester en wethouders kan geen lid zijn van de commissie.

  • 4. Alvorens tot benoeming van een lid van de commissie over te gaan voert het college overleg met de commissie Algemene Zaken.

Artikel 4 Zittingsduur

  • 1. De leden van de commissie worden benoemd voor een periode van 6 jaar.

  • 2. Een lid van de commissie kan op elk moment ontslag nemen.

  • 3. Hij geeft daarvan persoonlijk, schriftelijk, kennis aan het college.

Artikel 5 Schoring en ontslag

  • 1. Een lid van de commissie kan door het college worden geschorst of tussentijds worden ontslagen.

  • 2. Het college hoort voor het besluit tot een schorsing of tussentijds ontslag het betreffende lid en de commissie en voert overleg met de commissie Algemene Zaken.

Artikel 6 Voorziening in vacatures

  • 1. In tussentijds, door ontslag(name) of overlijden, opengevallen plaatsen in de commissie wordt zo spoedig mogelijk voorzien.

  • 2. Aftredende leden van de commissie blijven hun functie vervullen totdat in hun opvolging voorzien is.

Artikel 7 Geheimhouding en onthouding meestemmen

  • 1. Omtrent het behandelde in de vergadering en de stukken, die worden overgelegd, is artikel 25 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.

  • 2. Ten aanzien van het stemmen over aangelegenheden, die in de vergaderingen van de commissie aan de orde komen, is artikel 28 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.

  • 3. De stukken waaromtrent door de commissie geheimhouding is opgelegd worden voor de raadsleden en voor de leden van het college op de gebruikelijke wijze ter inzage gelegd.

Artikel 8 Eed, verklaring en belofte

De leden van de commissie oefenen hun functie niet uit dan nadat zij, in de vergadering van de commissie in handen van de burgemeester, de volgende eed (verklaring en belofte) hebben afgelegd:

“ik zweer (verklaar) dat ik, om tot lid van de commissie voor bezwaarschriften benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd”

“ik zweer (verklaar en beloof) dat ik om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enige geschenken of enige belofte zal aannemen”

“ik zweer (beloof) dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als lid van de commissie voor bezwaarschriften naar eer en geweten zal vervullen.

Zo waarlijk helpe mij God almachtig (dat verklaar en beloof ik)”.

Artikel 9 Vervanging

  • 1. Als een lid van de commissie verhinderd is een vergadering bij te wonen kan hij zich niet doen vervangen.

  • 2. Bij afwezigheid of ziekte wordt de voorzitter vervangen door een van de leden van de commissie, die daartoe door de commissie is aangewezen.

Artikel 10 Secretaris

  • 1. De commissie wordt in de haar opgedragen taak bijgestaan door een secretaris, te weten een door de gemeentesecretaris in overleg met het college aan te wijzen gemeenteambtenaar.

  • 2. In overleg met het college wijst de gemeentesecretaris tevens een of meer plaatsvervangers van de secretaris aan.

  • 3. De secretaris is geen lid van de commissie doch kan aan de besprekingen deelnemen en heeft in de vergadering een raadgevende stem.

Artikel 11 Verslag

De secretaris maakt een zakelijk verslag van het verhandelde in de commissie.

Artikel 12 Tekening stukken

  • 1. Alle stukken die van de commissie uitgaan worden getekend door de voorzitter en de secretaris.

  • 2. In afwijking van lid 1 kan de voorzitter de secretaris machtigen om bepaalde correspondentie in het kader van de procedure mede namens hem te ondertekenen.

Artikel 13 Vergaderingen

  • 1. De commissie vergadert zo dikwijls de voorzitter of tenminste 3 leden van de commissie dit nodig oordeelt/oordelen.

  • 2. De raad, het college en de burgemeester kunnen – in verband met in acht te nemen beslissingstermijnen – de voorzitter verzoeken een vergadering bijeen te roepen.

Artikel 14 Oproepingen

  • 1. De voorzitter bepaalt dag, tijdstip en plaats van de vergadering, welke bij voorkeur niet later aanvangt dan 19.30 uur.

  • 2. Hij doet daarvan, spoedeisende gevallen uitgezonderd, tenminste één week voor de vergadering kennis aan de andere leden, onder mededeling van de te behandelen punten en onder meezending van de op de vergadering betrekking hebbende stukken.

Artikel 15 Presentielijst

  • 1. Ieder lid tekent, alvorens aan de vergadering van de commissie deel te nemen, de presentielijst.

  • 2. De vergadering wordt niet gehouden, indien blijkens de presentielijst niet meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden is opgekomen.

  • 3. Wanneer het in het tweede lid vereiste aantal leden niet is opgekomen kan de voorzitter een nieuwe vergadering beleggen. Tussen het verzenden van de kennisgeving en het aanvangsuur van de vergadering behoeven dan slechts 48 uur te verlopen. Die vergadering wordt gehouden ongeacht het aantal opgekomen leden.

Artikel 16 Handhaving orde

  • 1. De voorzitter zorgt voor de handhaving van de orde van de vergadering met inbegrip van de hoorzitting als bedoeld in artikel 23.

  • 2. Hij is bevoegd wanneer die orde op enigerlei wijze wordt verstoord door deelnemers aan de hoorzitting of door toehoorders, degenen die zich hieraan schuldig maken, te doen vertrekken. Zonodig kan de voorzitter alle toehoorders doen vertrekken.

  • 3. Wanneer de orde van de vergadering op enigerlei wijze verstoord wordt door een of meer leden van de commissie dan is artikel 26, lid 3 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.

Artikel 17 Besluiten

De commissie mag niet besluiten indien niet tenminste drie leden tegenwoordig zijn.

Artikel 18 Voorbereidingscommissie

  • 1. De commissie kan uit haar midden een commissie benoemen, die wordt belast met de voorbereiding van de behandeling van ingediende bezwaarschriften.

  • 2. De voorbereidingscommissie wordt bijgestaan door de secretaris.

Artikel 19 Kamers

  • 1. De commissie kan worden ingedeeld in kamers.

  • 2. Een kamer bestaat uit een voorzitter en twee leden en wordt bijgestaan door de secretaris.

  • 3. Als regel worden bezwaarschriften behandeld in een kamer van de commissie.

  • 4. De voorzitter van de commissie bepaalt in overleg met de secretaris of er aanleiding is af te wijken van de in lid 3 bedoelde regel. In dat geval behandelt de commissie het bezwaarschrift.

  • 5. De voorzitter van de commissie bepaalt in overleg met de secretaris de samenstelling van een kamer voor het aan de orde zijnde bezwaarschrift.

  • 6. Een kamer werkt op dezelfde wijze als de commissie en de voor de commissie geldende regels zijn zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing op een kamer.

  • 7. Een kamer brengt zelfstandig advies uit aan het bestuursorgaan.

HOOFDSTUK 2 DE PROCEDURE

Artikel 20 Ingediend bezwaarschrift

  • 1. Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 2. Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt zo spoedig mogelijk in handen van de commissie gesteld.

  • 3. Bij het bericht van ontvangst als bedoeld in artikel 6:14 van de wet wordt vermeld dat een commissie over het bezwaar zal adviseren.

Artikel 21 Uitoefening bevoegdheden

De bevoegdheden ingevolge de hierna genoemde artikelen van de wet worden voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van de commissie.

  • a.

    artikel 2:1, tweede lid (verlangen schriftelijke machtiging);

  • b.

    artikel 6:6, voor wat betreft het aan de indiener stellen van een termijn waarbinnen het verzuim in de zin van het niet voldoen aan de vereisten als gesteld in artikel 6:5 van de wet kan worden hersteld; artikel

  • c.

    6:14 lid 1 (sturen van een schriftelijke ontvangstbevestiging)

  • d.

    d. artikel 6:17 voorzover het de verzending van stukken betreft tijdens de behandeling door de commissie;

  • e.

    artikel 7:4 tweede lid (ter inzage legging stukken);

  • f.

    artikel 7:6 vierde lid (achterwege laten van het op de hoogte stellen van het verhandelde tijdens het horen buiten aanwezigheid)

  • g.

    artikel 7:10 derde lid (verdaging van de beslissing).

Artikel 22 Vooronderzoek

  • 1. De voorzitter van de commissie is bevoegd de belanghebbende of diens vertegenwoordigers, alsmede de raad, het college, de burgemeester of hun vertegenwoordigers nadere inlichtingen te vragen.

  • 2. Tevens is de voorzitter bevoegd aan de gemeentesecretaris, de griffier en de naar zijn oordeel daarvoor in aanmerking komende hoofden van afdelingen of door dezen aan te wijzen ambtenaren de nodige inlichtingen te vragen omtrent zaken, die ter advisering aan de commissie zijn voorgelegd.

  • 3. Voorts is de voorzitter bevoegd uit eigen beweging of op verlangen van de leden van de commissie andere deskundige personen - geen ambtenaren van de gemeente zijnde - om advies of inlichtingen te vragen en hen zo nodig uit te nodigen, daartoe op de hoorzitting te verschijnen. Indien daaraan financiële consequenties zijn verbonden, is vooraf machtiging van het college vereist.

Artikel 23 Hoorzitting

  • 1. De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.

  • 2. De voorzitter beslist over de toepassing van artikel 7:3 van de wet (afzien van horen belanghebbenden).

  • 3. Indien de voorzitter op grond van het tweede lid besluit af te zien van het horen, doet hij daarvan mededeling aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan.

Artikel 24 Uitnodiging zitting

  • 1. De voorzitter nodigt de belanghebbenden en het verwerend orgaan ten minste twee weken voor de zitting schriftelijk uit.

  • 2. De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken van de termijn, genoemd in het eerste lid.

Artikel 25 Vertegenwoordiging verwerend orgaan

  • 1. De gemeenteraad wordt tijdens de hoorzitting vertegenwoordigd door het collegelid dat portefeuillehouder is ten aanzien van het aan de orde zijnde besluitof een door het college aangewezen ambtenaar.

  • 2. Het college wordt tijdens de hoorzitting vertegenwoordigd door het collegelid dat portefeuillehouder is ten aanzien van het aan de orde zijnde besluitof een door het college aangewezen ambtenaar.

  • 3. De burgemeester neemt zelf deel aan de hoorzitting of wordt vertegenwoordigd door een door hem/haar aangewezen ambtenaar.

Artikel 26 Quorum

Voor het houden van een zitting is vereist dat de meerderheid van het aantal leden, onder wie in elk geval de voorzitter dan wel zijn plaatsvervanger, aanwezig is.

Artikel 27 Niet-deelneming aan de behandeling

De leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.

Artikel 28 Openbaarheid zitting

  • 1. De zitting van de commissie is openbaar.

  • 2. De deuren kunnen worden gesloten indien de voorzitter van de commissie of een van de aanwezige leden het nodig oordeelt of indien een belanghebbende daartoe een verzoek doet.

  • 3. Indien de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten, vindt de zitting plaats met gesloten deuren.

Artikel 29 Schriftelijke verslaglegging

  • 1. Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de Awb vermeldt de namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid.

  • 2. Het verslag houdt een zakelijke vermelding in van wat over en weer is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen.

  • 3. Indien de zitting geheel of gedeeltelijk met gesloten deuren plaatsvond, of indien belanghebbenden, respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding.

  • 4. Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag kunnen worden gehecht.

  • 5. Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de commissie.

Artikel 30 Nader onderzoek

  • 1. Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de andere commissieleden dit onderzoek houden.

  • 2. De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden toegezonden.

  • 3. De leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting.

    De voorzitter beslist op zo'n verzoek.

  • 4. Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 31 Raadkamer en advies

  • 1. De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar uit te brengen advies.

  • 2. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

  • 3. Indien bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter.

  • 4. Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt indien die minderheid dat verlangt.

  • 5. Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 6. Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.

Artikel 32 Uitbrengen advies en verdaging

  • 1. Het advies wordt, onder meezending van het verslag als bedoeld in artikel 29 en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie en nader verslag, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

  • 2. De onder 1 bedoelde stukken worden tevens toegezonden aan de belanghebbenden

  • 3. Indien naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de termijn van 10 weken, als bedoeld in artikel 7:10, eerste lid, van de Awb, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies en het nemen van een beslissing, verdaagt hij het besluit met inachtneming van artikel 7:10 van de wet.

  • 4. Van een besluit tot verdaging ontvangen de het verwerend orgaan en de belanghebbenden een afschrift.

HOOFDSTUK 3 OVERIGE BEPALINGEN

Artikel 33 Vergoeding

  • 1. De voorzitter en leden ontvangen voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie een vergoeding.

  • 2. De vergoeding voor de voorzitter bedraagt € 172,50

  • 3. De vergoeding voor de leden bedraagt € 135,00

  • 4. De vergoeding wordt jaarlijks, gerekend vanaf 1 januari 2009, aangepast met hetzelfde percentage als de vergoeding voor de leden van raadscommissies wordt aangepast.

Artikel 34 Jaarverslag

  • 1. De commissie brengt in het eerste kwartaal van ieder jaar verslag uit aan de gemeenteraad over de door haar in het voorafgaande jaar verrichte werkzaamheden.

  • 2. Zonodig doet de commissie in haar jaarverslag aanbevelingen ter verbetering van de kwaliteit van de besluiten, procedures en werkwijzen.

  • 3. Bij de aanbieding van het jaarverslag aan de gemeenteraad geeft het college aan wat het met de aanbevelingen van de commissie heeft gedaan of gaat doen.

Artikel 35 Intrekking oude regeling

De Verordening op de commissie voor bezwaarschriften 2002 wordt ingetrokken.

Artikel 36 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking daarvan.

Aldus besloten door de raad van de gemeente Goirle in zijn vergadering van 11-12-2007.

de griffier, de voorzitter,

Aldus vastgesteld door het college op 11-12-2007

Mr. R.P.B.M. Brekelmans, secretaris mevrouw M.G. Rijsdorp, burgemeester

Aldus vastgesteld door de burgemeester op 11-12-2007

Mevrouw M.G.Rijsdorp