Regeling vervallen per 24-08-2023

Parkeerverordening 2018

Geldend van 16-01-2018 t/m 23-08-2023 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2018

Intitulé

Parkeerverordening 2018

Gelet op artikel 149 van de gemeentewet en artikel 2a van de Wegenverkeerswet 1994.

besluit de Raad van de gemeente Gooise Meren:

vast te stellen de Verordening op het gebruik van parkeerplaatsen en de verlening van vergunningen voor het parkeren van motorvoertuigen (Parkeerverordening Gooise Meren 2018);

Afdeling I. Definities en begripsomschrijvingen.

Artikel 1

  • a.

    Co l lege: het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Gooise Meren;

  • b.

    Da g : een periode van vierentwintig uren, beginnen om 0.00 uur en eindigend om 24.00 uur;

  • c.

    E i g en a a r : degene op wiens naam het voor het motorrijtuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren was ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994 aangehouden register van opgegeven kentekens;

  • d.

    H ou d er: degene die naar de omstandigheden als houder van een voertuig moet worden beschouwd, met dien verstande dat voor een motorvoertuig dat is ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994 (Stb. 1994, 475) aangehouden register van opgegeven kentekens als houder wordt aangemerkt degene op wiens naam het voor het motorvoertuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven;

  • e.

    M aan d : een periode van dertig aaneengesloten dagen;

  • f.

    M otorvoe r tu i g: hetgeen daaronder wordt verstaan in het RVV 1990 met inbegrip van brommobielen, zoals bedoeld in artikel 1 onder ia van het RVV 1990;

  • g.

    Ont h e f fing: een door het college verleende ontheffing, krachtens welke het is toegestaan een motorvoertuig te parkeren op daartoe aangewezen plaatsen binnen een parkeerschijfzone;

  • h.

    Ont h e f fin g h ou d er: de natuurlijke of rechtspersoon aan wie een ontheffing is verleend;

  • i.

    Pa r k e er a p p a r a t u u r: parkeermeters, parkeerautomaten, met inbegrip van verzamelparkeermeters, website, (een applicatie op een) mobiele telefoon, centrale computer en hetgeen naar maatschappelijke opvatting overigens onder parkeerapparatuur wordt verstaan;

  • j.

    Pa r k e er a p p a r a t u u rp la a t s : een parkeerplaats waarvoor parkeerbelasting wordt geheven door middel van parkeerapparatuur;

  • k.

    Pa r k e er s c h ij f z on e : een gebied dat is aangeduid met bord E10 uit bijlage I van het RVV 1990;

  • l.

    Pa r k e er s c h ij f z on e p la a t s : een parkeerplaats die is gelegen binnen een parkeerschijfzone en die is voorzien van een blauwe streep als bedoeld in RVV 1990 art.25;

  • m.

    Pa r k e e r v e r g u nn i n g : een door het college verleende vergunning, krachtens welke het is toegestaan een motorvoertuig te parkeren op daartoe aangewezen parkeerapparatuur- of vergunninghouderplaatsen;

  • n.

    Pa r k er e n: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een voertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van goederen, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;

  • o.

    Raad: de raad van de gemeente Gooise Meren;

  • p.

    R R V 1 990: het Reglement verkeersregels en verkeerstekens van 26 juli 1990, Stb. 459;

  • q.

    V er g u n n i ng: parkeervergunning (zie aldaar);

  • r.

    V er g u n n i n g e n p lafon d : het aantal bewonersvergunningen dat maximaal wordt verleend binnen een vergunninggebied;

  • s.

    V er g u n n i n g g e b i e d : een gebied waarvoor parkeervergunningen kunnen worden verleend en waarbinnen vergunningen geldig zijn voor het parkeren op vergunninghouderplaatsen en/of parkeerapparatuurplaatsen;

  • t.

    V er g u n n i n g h ou d e r : de natuurlijke persoon of rechtspersoon aan wie een vergunning is verleend;

  • u.

    V er g u n n i n g h ou d e r p la a t s : een parkeerplaats die

    • 1.

      is aangeduid met bord E9 uit bijlage I van het RVV 1990, of

    • 2.

      gelegen is binnen een zone aangeduid met bord E9 uit bijlage I van het RVV 1990 met het opschrift zone, voor zover deze plaats niet is uitgezonderd;

  • v.

    K alen d erja a r: de periode van 1 januari lopende tot en met 31 december;

  • w.

    W a c ht l ij s t : een lijst waarop personen worden geregistreerd die op toekenning van een vergunning wachten;

  • x.

    W e ek : e e n p erio d e van z e v en a ane e n g esl o t en d a g en.

Afdeling II. Plaatsen voor Vergunninghouders, vergunningen en vergunningbewijzen.

Artikel 2

  • 1.

    Het college kan, bij openbaar te maken besluit, weggedeelten aanwijzen die bestemd zijn voor het parkeren door vergunninghouders.

  • 2.

    Het college kan, bij openbaar te maken besluit, de tijdstippen vaststellen waarop het parkeren alleen aan vergunninghouders is toegestaan.

  • 3.

    Het college kan, bij openbaar te maken besluit, weggedeelten aanwijzen als parkeerschijfzone.

  • 4.

    Het college kan, bij openbaar te maken besluit, de maximale parkeerduur vaststellen voor het parkeren in parkeerschijfzones.

  • 5.

    Het college kan, bij openbaar te maken besluit, de tijdstippen vaststellen waarvoor de parkeerschijfzone geldt.

Artikel 3

  • 1.

    Het college kan op een daartoe strekkende aanvraag vergunning verlenen voor het parkeren op vergunninghouderplaatsen en/of parkeerapparatuurplaatsen.

  • 2.

    Een vergunning die is verleend voor het vergunninggebied ‘Stationsgebied Naarden-Bussum’ geldt tevens als ontheffing voor de parkeerschijfzone die binnen dit vergunninggebied gelegen is.

  • 3.

    Voor de in lid 1 van dit artikel genoemde vergunningverlening past het college de volgende categorie- indeling en voorwaarden toe:

    • a.

      Vergunning 1: Bewonersvergunning

      • I.

        Deze vergunning wordt verleend aan de eigenaar of houder van een motorvoertuig

        • -

          wanneer deze woont (ingeschreven staat) in een vergunninggebied in de gemeente Gooise Meren;

        • -

          of wanneer deze een motorvoertuig deelt met iemand die woont (ingeschreven staat) in een vergunninggebied in de gemeente Gooise Meren, mits beide autodelers lid zijn van de Vereniging voor Gedeeld Autogebruik (zowel de eigenaar of houder van het motorvoertuig als degene die woont (ingeschreven staat) in een vergunninggebied in de gemeente Gooise Meren).

      • II.

        Deze vergunning wordt op kenteken uitgegeven, met een maximum van twee per adres (met inachtneming van het gestelde in artikel 4 lid 5).

      • III.

        Deze vergunning geeft het recht om op vergunninghoudersplaatsen te parkeren in het vergunninggebied waarvoor de vergunning is uitgegeven.

        Deze vergunning geeft in de vergunninggebieden Bussum-Centrum en Muiden ook het recht om op parkeerapparatuurplaatsen te parkeren in het vergunninggebied waarvoor de vergunning is uitgegeven.

    • b.

      Vergunning 2: Bezoekersvergunning

      • I.

        Bezoekersvergunningen worden verleend in sets van 25 stuks (ook aangeduid als ‘bonnenboekjes’) aan:

        • -

          de persoon die woont (ingeschreven staat) in een vergunninggebied in de gemeente Gooise Meren ten behoeve van het parkeren van bezoek van bewoners;

        • -

          kerken en – als zodanig geregistreerde – zorgverlenende instellingen, zoals huisartsen en andere medische praktijken.

      • II.

        Een bezoekersvergunning is maximaal één dag geldig. De gebruiker van de bezoekersvergunning dient op de vergunning de dag van geldigheid en het kenteken waarvoor de vergunning wordt gebruikt op de voorgeschreven manier kenbaar te maken.

      • III.

        Deze vergunning geeft het recht om op alle vergunninghoudersplaatsen te parkeren in het gebied waarvoor de vergunning is uitgegeven.

    • c.

      Vergunning 3: Bedrijvenvergunning

      • I.

        Deze vergunning wordt verleend aan de eigenaar of houder van een motorvoertuig wanneer deze een beroep of bedrijf uitoefent en het vestigingsadres in een vergunninggebied in de gemeente Gooise Meren ligt.

      • II.

        Deze vergunning wordt op bedrijfs- of instellingsnaam afgegeven, met een maximum van drie per vestigingsadres (met inachtneming van het gestelde in artikel 4 lid 5). Meer dan drie vergunningen kunnen worden verstrekt indien dat naar het oordeel van het college noodzakelijk is voor de beroeps- of bedrijfsvoering van de aanvrager. Voor eventuele vierde en volgende bedrijvenvergunningen kan het college aanvullende voorwaarden geven.

      • III.

        Deze vergunning geeft het recht om op vergunninghoudersplaatsen te parkeren in het vergunninggebied waarvoor de vergunning is uitgegeven.

        Deze vergunning geeft in de vergunninggebieden Bussum-Centrum en Muiden ook het recht om op parkeerapparatuurplaatsen te parkeren in het vergunninggebied waarvoor de vergunning is uitgegeven.

    • d.

      Vergunning 4: Functionele vergunning

      • I.

        Deze vergunning wordt verleend aan de volgende organisaties :

        • -

          in de gemeente Gooise Meren geregistreerd staande huisartsen, verpleegkundigen, verloskundigen, thuiszorgorganisaties of andere zorg- of hulpverleningsinstellingen die structureel in de gehele gemeente gebruik maken van één of meer motorvoertuigen voor de uitoefening van hun functie of taak;

        • -

          ambtenaren in de gemeente Gooise Meren die vanuit hun functie handhavende en onderzoekstaken verrichten;

        • -

          autodeelbedrijven ten behoeve van deelauto’s die binnen de gemeente Gooise Meren een standplaats hebben.

      • II.

        Deze vergunning wordt op bedrijfs- en/of instellingsnaam afgegeven, met een maximum van drie per vestigingsadres. Meer dan drie vergunningen kunnen worden verstrekt indien dat naar het oordeel van het college noodzakelijk is voor de beroeps- of bedrijfsvoering van de aanvrager.

        Ui tz on d erin g : de functionele vergunning voor a u t o d e e l b e d r i j v e n wordt uitgegeven op kenteken van de deelauto, waarbij het maximum aantal gelijk is aan het aantal deelauto’s dat binnen de gemeente Gooise Meren een standplaats heeft.

      • III.

        Deze vergunning geeft het recht om op alle vergunninghoudersplaatsen en alle parkeerapparatuurplaatsen te parkeren in de gemeente Gooise Meren.

    • e.

      Vergunning 5:Mantelzorgvergunning

      • I.

        Deze vergunning wordt verleend aan de persoon die woont (ingeschreven staat) in een vergunninggebied in de gemeente Gooise Meren en volgens een officiële indicatiestelling mantelzorg nodig heeft.

      • II.

        Deze vergunning wordt op naam uitgegeven, met een maximum van twee per adres.

      • III.

        Deze vergunning geeft het recht om op vergunninghoudersplaatsen te parkeren in het vergunninggebied waarvoor de vergunning is uitgegeven.

        Deze vergunning geeft in de vergunninggebieden Bussum-Centrum en Muiden ook het recht om op parkeerapparatuurplaatsen te parkeren in het vergunninggebied waarvoor de vergunning is uitgegeven.

    • f.

      Vergunning 6: Tijdelijke vergunning

      • I.

        Deze vergunning wordt verleend voor een periode van een week of een maand aan werkgevers en werknemers van bedrijven en/of instellingen die in een vergunninggebied in Gooise Meren tijdelijk werkzaamheden uitvoeren.

      • II.

        Tijdelijke vergunningen worden op kenteken afgegeven.

      • III.

        Deze vergunning geeft het recht om op alle vergunninghoudersplaatsen en alle parkeerapparatuurplaatsen te parkeren in het vergunninggebied waarvoor de vergunning is uitgegeven.

    • g.

      Vergunning 7: Vergunning standhouders weekmarkt

      • I.

        Deze vergunning wordt verleend aan standhouders op de weekmarkt in Bussum en geldt alleen voor de aangewezen dag in de week waarop de Bussumse weekmarkt wordt gehouden.

      • II.

        Deze vergunning wordt op kenteken uitgegeven.

      • III.

        Deze vergunning is geldig voor het parkeren op de met borden aangegeven parkeerstrook langs de Vlietlaan.

  • 4.

    Het college kan in bijzondere gevallen ook vergunningen verlenen als niet aan de voorwaarden wordt voldaan die per type vergunning in lid 3 (a tot en met g) van dit artikel zijn genoemd:

    • a.

      het college kan in bijzondere gevallen aan inwoners of werkgevers meer dan het in lid 3 (a tot en met g) aangegeven aantal vergunningen uitgeven;

    • b.

      het college kan in bijzondere gevallen een vergunning ook verlenen aan een eigenaar of houder van een motorvoertuig of aanhangwagen die niet voldoet aan één van de in lid 3 (a tot en met g) genoemde voorwaarden.

  • 5.

    Aan een vergunning kan het college voorschriften en beperkingen verbinden:

    • a.

      met betrekking tot de te gebruiken parkeerplaatsen;

    • b.

      met betrekking tot de tijdstippen waarop de vergunning van kracht is.

    • c.

      ter bescherming van het belang van een goede verdeling van de beschikbare parkeerruimte.

  • 6.

    Het college kan, bij openbaar te maken besluit, een maximum aantal uit te geven vergunningen per aaneengesloten gebied en per categorie vaststellen (vergunningenplafond).

  • 7.

    Het college kan op een daartoe strekkende aanvraag een ontheffing verlenen voor het parkeren in parkeerschijfzones.

Artikel 4

  • 1.

    Het college kan, met inachtneming van het bepaalde in de volgende leden van dit artikel, nadere regels geven voor het aanvragen en verlenen van een vergunning.

  • 2.

    Het college beslist binnen zes weken na ontvangst van een aanvraag voor een vergunning.

  • 3.

    Het college kan de in het tweede lid van dit artikel genoemde termijn met ten hoogste zes weken verlengen. Van een verlenging van deze termijn wordt de aanvrager schriftelijk in kennis gesteld.

  • 4.

    De aanvragen voor een vergunning worden op volgorde van binnenkomst behandeld.

  • 5.

    Het college kan, indien binnen het vergunninggebied het aantal aanvragen voor een parkeervergunning of een ontheffing het vergunningenplafond overtreft, een vergunningaanvraag voor onbepaalde tijd op een wachtlijst plaatsen. De wachtlijst geldt in eerste instantie alleen voor aanvragen van een tweede bewonersvergunning of een derde bedrijvenvergunning per adres.

  • 6.

    Een besluit tot afwijzing van een aanvraag is met redenen omkleed. De aanvrager wordt van deze afwijzing schriftelijk in kennis gesteld.

Artikel 5

  • 1.

    Bij de eerste aanvraag van een vergunning voor vergunninghouderplaatsen en parkeerapparatuurplaatsen geldt dat deze wordt verleend vanaf de eerste van de maand waarin deze vergunning wordt aangevraagd tot en met 31 december van dat jaar. Daarna kunnen de vergunningen worden verlengd voor de duur van één kalenderjaar.

  • 2.

    In afwijking van het gestelde in lid 1 worden tijdelijke vergunningen (zoals beschreven in artikel 3 lid 3f) verleend voor de periode van één week of één maand met de mogelijkheid van verlenging voor eenzelfde periode.

  • 3.

    Een vergunning wordt verleend tegen de tarieven zoals vastgesteld in de tarieventabel behorende bij de Verordening parkeerbelasting 2018.

  • 4.

    Een vergunning bevat in ieder geval de volgende gegevens:

    • a.

      de periode waarvoor de vergunning geldt;

    • b.

      het gebied waarvoor de vergunning geldt;

    • c.

      de (bedrijfs)naam van de vergunninghouder of het kenteken of overige kenmerken van het motorvoertuig waarvoor de vergunning is verleend.

  • 5.

    Een vergunning voor een lease- of bedrijfsauto wordt alleen verleend als een berijdersverklaring van een officiële leasemaatschappij of van het bedrijf kan worden overlegd.

  • 6.

    Bij verlies of diefstal van een vergunning binnen de termijn van de vergunning kan op een daartoe strekkend verzoek tegen betaling een nieuwe vergunning worden verleend, mits een proces -verbaal van de politie wordt overlegd, waaruit blijkt dat er sprake is van verlies of diefstal.

  • 7.

    Ingeval van tussentijdse mutaties dient bij de aanvraag van de vergunning de oude vergunning te worden ingeleverd. Als hieraan niet wordt voldaan zal de aanvraag als nieuwe aanvraag worden behandeld.

Artikel 6

  • 1.

    Het college kan een vergunning intrekken of wijzigen:

    • a.

      op aanvraag van de vergunninghouder;

    • b.

      wanneer de vergunninghouder niet meer woonachtig is of geen beroep of bedrijf meer uitoefent in het gebied, waarvoor de vergunning is verleend of wanneer de vergunninghouder anderszins niet meer aan de voorwaarden voor de vergunning voldoet;

    • c.

      wanneer er zich een wijziging voordoet in een van de omstandigheden die relevant waren voor het verlenen van de vergunning;

    • d.

      wanneer voor het betreffende gebied het stelsel van vergunningen komt te vervallen of anders wordt ingericht;

    • e.

      wanneer de vergunninghouder handelt in strijd met de aan de vergunning verbonden voorschriften;

    • f.

      wanneer de vergunninghouder niet of niet tijdig aan zijn betalingsverplichting voor zijn vergunning heeft voldaan;

    • g.

      wanneer blijkt dat bij de aanvraag van de vergunning onjuiste gegevens zijn verstrekt;

    • h.

      wanneer de vergunninghouder zijn vergunning vervalst of ter vervalsing heeft aangeboden;

    • i.

      om redenen van openbaar belang.

  • 2.

    De vergunninghouder is verplicht wijzigingen in één van de omstandigheden die relevant waren v oor het verlenen van een vergunning binnen een maand nadat de wijziging zich heeft voorgedaan te melden aan het college.

Afdeling III. Verbodsbepalingen.

Artikel 7

  • 1.

    Het is verboden om enig voorwerp, niet zijnde een motorvoertuig te plaatsen of te laten staan:

    • a.

      op een parkeerapparatuurplaats;

    • b.

      op een vergunninghouderplaats.

  • 3.

    Het is verboden een fiets, een bromfiets of enig ander voorwerp op zodanige wijze tegen of bij parkeerapparatuur te plaatsen of te laten staan, dat daardoor een normaal gebruik daarvan wordt belemmerd of verhinderd.

  • 3.

    Het college kan ontheffing verlenen van het bepaalde in het eerste lid van dit artikel.

Artikel 8

Het is verboden parkeerapparatuur op andere wijze of met andere middelen, dan wel met andere munten dan die welke in de kennisgeving op de parkeerapparatuur staan aangegeven in werking te stellen.

Artikel 9

  • 1.

    Het is verboden gedurende de tijden waarop het parkeren op een vergunninghouderplaats slechts aan vergunninghouders is toegestaan aldaar een motorvoertuig te parkeren of geparkeerd te houden:

    • a.

      zonder vergunning;

    • b.

      zonder dat het motorvoertuig duidelijk zichtbaar is voorzien van de voor dat motorvoertuig afgegeven vergunning;

    • c.

      in strijd met de aan de vergunning verbonden voorschriften.

  • 2.

    Vrijgesteld aan het bepaalde in het eerste lid van dit artikel zijn:

    • a.

      voertuigen voorzien van een duidelijk zichtbare Invalidenparkeerkaart of Europese Gehandicapten Parkeerkaart;

    • b.

      ambulances, voertuigen van politie en brandweer voor zover deze voertuigen bij het uitoefenen van de dienst worden gebruikt en mits deze voertuigen als zodanig uiterlijk herkenbaar zijn.

  • 3.

    Het college kan ontheffing verlenen van het bepaalde in het eerste lid van dit artikel.

Artikel 10

  • 1.

    Het is verboden op een parkeerapparatuurplaats gedurende de tijden waarop het parkeren daar slechts tegen betaling is toegestaan:

    • a.

      een motorvoertuig te parkeren indien niet, of niet onmiddellijk na aanvang van het parkeren, is voldaan aan de verplichting tot het betalen van het verschuldigde parkeergeld;

    • b.

      een motorvoertuig te parkeren als de parkeertermijn is verstreken.

  • 2.

    Het in het eerste lid van dit artikel vervatte verbod geldt niet wanneer aan de eigenaar of houder van het motorvoertuig een vergunning is verleend voor het parkeren op de betreffende parkeerapparatuurplaatsen, het motorvoertuig duidelijk zichtbaar is voorzien van een vergunning en niet gehandeld wordt in strijd met de aan de vergunning verbonden voorwaarden.

  • 3.

    Vrijgesteld aan het bepaalde in het eerste lid van dit artikel zijn:

    • a.

      voertuigen voorzien van een duidelijk zichtbare Invalidenparkeerkaart of Europese Gehandicapten Parkeerkaart;

    • b.

      ambulances, voertuigen van politie en brandweer voor zover deze voertuigen bij het uitoefenen van de dienst worden gebruikt en mits deze voertuigen als zodanig uiterlijk herkenbaar zijn.

  • 4.

    Het college kan ontheffing verlenen van het bepaalde in het eerste lid van dit artikel.

Afdeling IV. Strafbepaling.

Artikel 11

Overtreding van het bepaalde in afdeling III van deze verordening wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of geldboete van de eerste categorie.

Afdeling V. Overgangs- en slotbepalingen.

Artikel 12

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de door het college aangewezen personen en de in artikel 141 van het Wetboek van strafverordening genoemde opsporingsambtenaren.

Artikel 13

Deze verordening kan worden aangehaald als: ‘Parkeerverordening Gooise Meren 2018’.

Artikel 14

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2018.

  • 2.

    Bij de inwerkingtreding van deze verordening vervallen de bij raadsbesluit van 01 oktober 2015 vastgestelde “Parkeerverordening 2015” van de gemeente Bussum en de bij raadbesluit van 18 december 2014 vastgestelde “Verordening op het gebruik van parkeerplaatsen en de verlening van vergunningen voor het parkeren gemeente Muiden 2015” van de gemeente Muiden.

  • 3.

    Reeds verleende vergunningen voor parkeren worden geacht te zijn verleend volgens deze verordening.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 1 november 2017