Verlegverordening kabels en leidingen Gouda 2008

Geldend van 01-10-2008 t/m heden

Intitulé

Verlegverordening kabels en leidingen Gouda 2008

de Raad van de gemeente Gouda

Gelezen het voorstel van het college d.d. 5 juni 2008;

Gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 16 van de Leidingenverordening Gouda 2008;

Besluit:

vast te stellen de volgende Verordening houdende bepalingen ter compensatie van onevenredig nadelige gevolgen veroorzaakt door verleggingen van kabels en leidingen van derden (Verlegverordening kabels en leidingen Gouda 2008):

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

artikel 1 Toepassing

De begripsbepalingen van de Leidingenverordening Gouda zijn op deze verordening van toepassing tenzij daarvan nadrukkelijk is afgeweken.

artikel 2 definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Leidingenverordening: de Leidingenverordening Gouda 2008.

  • b.

    Vergunning: een vergunning als bedoeld in artikel 4 van de Leidingenverordening.

  • c.

    Leiding: kabels en leidingen als bedoeld in de Leidingenverordening.

  • d.

    College: het college van burgemeester en wethouders

  • e.

    Benadeelde: de natuurlijk- of rechtspersoon van wie een vergunning op grond van artikel 9 van de Leidingenverordening gewijzigd of ingetrokken wordt.

  • f.

    Schadebedrag: financieel nadeel dat de benadeelde lijdt als gevolg van het wijzigen of intrekken van de Vergunning. Het betreft de kosten genoemd in artikel 13 tot enmet artikel 17 die redelijkerwijs direct toe te rekenen zijn aan de verlegging.

  • g.

    Nadeelcompensatie: het bedrag dat op basis van deze verordening als schadevergoeding wordttoegekend aan de benadeelde.

  • h.

    Functievrij gebied: het gebied waarin de kabels en leidingen zodanig zijn aangepast dat het civielewerk uitgevoerd kan worden.

  • i.

    Verlegging: een definitieve voorziening van fysieke aard waarbij het projectgebied functievrijis gemaakt, of een tijdelijke voorziening van fysieke aard die wordt opgehevenzodra de definitieve voorziening van fysieke aard is gerealiseerd.

  • j.

    Tijdelijke maatregel: de niet onder sub i. vallende voorzieningen van operationele aard die benodigdzijn om de levering door de benadeelde aan de afnemers te waarborgen tijdens de uitvoering van een verlegging.

  • k.

    Projectgebied: het ruimtelijk begrensd plangebied waarbinnen door of vanwege gemeentelijkeplanvorming leidingen moeten worden verwijderd, verlegd of beschermd.

artikel 3 werkingssfeer

  • 1. Deze verordening is van toepassing op leidingen in de openbare ruimte, voor zover deze leidingen niet het eigendom zijn van de gemeente Gouda.

  • 2. Bepalingen uit deze verordening blijven buiten toepassing voor zover hierin door de Telecommunicatiewet wordt voorzien.

Hoofdstuk II Nadeelcompensatie

artikel 4 nadeelcompensatie algemeen

  • 1. Als blijkt dat een benadeelde als gevolg van een besluit van het college, inhoudende een intrekking of wijziging van een vergunning, schade lijdt of zal lijden die redelijkerwijs niet of niet geheel tot het normale risico kan worden gerekend en waarvan een vergoeding niet of niet voldoende is verzekerd, kent het college op verzoek aan hem een vergoeding toe.

  • 2. Het schadebedrag wordt overeenkomstig de bepalingen in hoofdstukken II en IV van deze regeling berekend. Te onderscheiden kostenposten zijn kosten van uit en in bedrijfstellen, ontwerp en begeleiding, uitvoering en materiaal.

artikel 5 nadeelcompensatie voor een leiding in de openbare ruimte

  • 1. Als de vergunning van een benadeelde binnen 5 jaar na verlening van die vergunning wordt gewijzigd of ingetrokken, waardoor een leiding moet worden verlegd, zal de nadeelcompensatie 100% van het schadebedrag zijn.

  • 2. Als de vergunning van een benadeelde in de periode van 5 jaren tot 15 jaren na verlening van die vergunning wordt gewijzigd of ingetrokken, waardoor een leiding moet worden verlegd, zal de gemeente een percentage van het schadebedrag conform bijlage 2 als nadeelcompensatie uitkeren.

  • 3. Als de vergunning van een benadeelde 15 of meer jaren na de verlening van die vergunning wordt gewijzigd of ingetrokken, waardoor een leiding moet worden verlegd, zal de nadeelcompensatie 0% van het schadebedrag zijn.

  • 4. In afwijking van lid 1, 2 en 3 wordt, indien de leiding op basis van het overgangsrecht met een algemene vergunning is vergund, de termijn voor bepaling van de nadeelcompensatie berekend vanaf het moment van aanleg van de leiding. Hierbij zal de gemeente een percentage van het schadebedrag conform bijlage 3 als nadeelcompensatie uitkeren.

artikel 6 aanvullende bepaling bij de vaststelling van nadeelcompensatie

  • 1. Zowel het college als de benadeelde dienen zo veel als redelijkerwijs mogelijk is schadebeperkend op te treden in het kader van verwijdering, verlegging of aanpassing van de leiding van de benadeelde.

  • 2. Het college kan artikel 5 buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voorzover toepassing gelet op het belang van het verleggen van leidingen leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

  • 3. Als vanwege het werk sprake is van meerdere tijdelijke verleggingen van dezelfde leiding, is op de eerste en de laatste verlegging deze nadeelcompensatieregeling van toepassing en komen de kosten van de overige verleggingen ten laste van de gemeente.

  • 4. Geen vergoeding vindt plaats als in de vergunning een bepaling is opgenomen dat binnen een bepaalde periode, te rekenen vanaf de datum van verlening van de betrokken vergunning, een wijziging of intrekking van die vergunning is te voorzien in verband met binnen die periode uit te voeren werkzaamheden waarin de vergunde leiding is gelegen en de vergunning binnen de genoemde periode daadwerkelijk wordt ingetrokken.

  • 5. Als de in lid 4 genoemde omstandigheid zich voordoet, maar de vergunning niet binnen de genoemde periode wordt ingetrokken, wordt evenzeer geen nadeelcompensatie vergoed indien de vergunning alsnog wordt ingetrokken en dit geschiedt voor de in die vergunning genoemde werkzaamheden.

Hoofdstuk III De procedure

artikel 7 vooroverleg

  • 1. 1. Het college maakt zijn voornemen van het intrekken van een vergunning bekend met een aanschrijving aan de benadeelde. Hierin is vermeld voor welke leidingen het noodzakelijk is om die te verplaatsen. Indien sprake is van aanwezige leidingen die niet noodzakelijk verlegd moeten worden zal de benadeelde de gelegenheid krijgen om op eigen kosten eventuele aanpassingen te verrichten.

  • 2. 2. Partijen treden in overleg over de wijze waarop de verlegging plaats zal vinden.

  • 3. 3. De benadeelde toont de liggingduur van de leiding aan door middel van:

    • a.

      de vergunning die bij aanleg van de leiding door de gemeente op grond van de Leidingen-verordening is afgegeven, of;

    • b.

      door administratieve gegevens aan de gemeente te overleggen waaruit de liggingduur blijkt, indien de leiding is aangelegd voor de inwerkingtreding van deze verordening en via de algemene vergunning op basis van overgangsrecht door de gemeente verleend is.

artikel 8 informatieplicht over geraamde nadeelcompensatie

  • 1. Benadeelde dient zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen een termijn van zes weken na de aanschrijving zoals bedoeld in artikel 7 lid 1, een kostenraming te verstrekken aan het college.

  • 2. Deze termijn kan door het college worden verlengd.

  • 3. De informatie zoals bedoeld in lid 1 bevat, naast het in artikel 4:2 Algemene wet bestuursrecht bepaalde, ten minste:

    • a.

      een verwijzing naar de aanschrijving zoals bedoeld in artikel 7 lid 1;

    • b.

      een omschrijving van de aard en omvang van het schadebedrag op grond van een voorcalculatie, gespecificeerd aan de hand van het model als bedoeld in bijlage 1;

    • c.

      een voorstel voor de hoogte van de nadeelcompensatie.

  • 4. Als een kostenraming zoals bedoeld in lid 1 niet wordt verstrekt binnen de gestelde termijn zal de aanvraag om nadeelcompensatie zoals bedoeld in artikel 9 lid 1 niet ontvankelijk zijn.

artikel 9 verzoek om definitieve vaststelling nadeelcompensatie

  • 1. Het aanpassen van de leiding is gereed op het moment dat het projectgebied voor wat betreft de leiding functievrij is en de leiding op de definitieve plek ligt. Benadeelde doet hiervan zo spoedig mogelijk schriftelijk melding aan de gemeente. Binnen 6 maanden nadat de leiding op de definitieve plek ligt dient benadeelde een verzoek om definitieve vaststelling van de nadeelcompensatie bij het college in.

  • 2. Het verzoek om definitieve vaststelling bevat, naast het in artikel 4:2 van de Algemene wet bestuursrecht bepaalde, ten minste:

    • a.

      een verwijzing naar de verstrekte informatie conform artikel 8 lid 1;

    • b.

      een naar kostensoort gespecificeerde opgave van het schadebedrag aan de hand van het model als bedoeld in bijlage 1;

    • c.

      facturen van de kosten van uitvoering;

    • d.

      een kopie van de ingetrokken vergunning;

    • e.

      het rekeningnummer van benadeelde ten behoeve van de betaling na definitieve vaststelling van de nadeelcompensatie;

    • f.

      een accountantsverklaring indien het college hiertoe een verzoek heeft gedaan.

artikel 10 definitieve vaststelling nadeelcompensatie

  • 1. Het college neemt binnen acht weken na indiening van de aanvraag om definitieve vaststelling van nadeelcompensatie van het door benadeelde geleden schadebedrag een besluit:

    • a.

      om de aanvraag buiten behandeling te laten indien niet tijdig zoals bedoeld in artikel 8 lid informatie is verstrekt aan het college;

    • b.

      om de aanvraag buiten behandeling te laten indien deze is ingediend na de termijn genoemd inartikel 9 lid 1;

    • c.

      om de aanvraag buiten behandeling te laten indien deze naar het oordeel van het college niet of onvoldoende is onderbouwd en nadat de benadeelde in de gelegenheid is gesteld het verzuim te herstellen binnen een termijn van vier weken nadat het verzuim is kenbaar gemaakt aan benadeelde;

    • d.

      om de aanvraag in handen te stellen van een adviseur;

    • e.

      om de aanvraag geheel of gedeeltelijk toe te kennen;

    • f.

      om de aanvraag af te wijzen.

  • 2. Het college kan de in lid 1 genoemde termijn eenmalig met acht weken verlengen.

  • 3. Het college kan het verstrekken van nadere informatie of documenten door benadeelde vereisen als het college oordeelt dat dit noodzakelijk is voor de definitieve vaststelling van de nadeelcompensatie.

artikel 11 advisering

  • 1. Binnen 2 weken nadat toepassing is gegeven aan het bepaalde in artikel 10 aanhef en onder d, wijst de gemeente een ter zake deskundig adviseur aan, die niet werkzaam is onder de verantwoordelijkheid van de gemeente.

  • 2. De adviseur geeft advies over de vaststelling van de nadeelcompensatie van het door benadeelde geleden schadebedrag en het advies bevat ten minste antwoord op de vraag wat de omvang van het schadebedrag is en welk gedeelte hiervan voor vergoeding op basis van deze verordening in aanmerking komt.

  • 3. Na het advies volgend uit het tweede lid zal de gemeente de aanvraag geheel of gedeeltelijk toe kennen.

artikel 12 betaling nadeelcompensatie

Na vaststelling van de definitieve nadeelcompensatie vindt uitbetaling plaats binnen 45 dagen na datum van het besluit.

artikel 13 algemeen

De hoogte van de kosten voor het verleggen van een leiding wordt vastgesteld op basis van de hierna volgende bepalingen.

artikel 14 materiaalkosten

Onder materiaalkosten worden verstaan de kosten van materialen die noodzakelijk zijn voor de instandhouding van de functie van de te verleggen leiding en daarvoor noodzakelijke beschermingsconstructies.

artikel 15 uitvoeringskosten

Onder uitvoeringskosten worden verstaan:

  • a.

    kosten van civieltechnische, bouwkundige en installatietechnische werkzaamheden;

  • b.

    kosten samenhangend met het verwijderen van verlaten leidingen;

  • c.

    kosten van constructieve en bijzondere voorzieningen;

  • d.

    kosten van benodigde vergunningen en leges.

artikel 16 kosten van uit en in bedrijfstellen

Onder de kosten van het uit en in bedrijfstellen worden verstaan:

  • a.

    kosten van het spannings- of productloos maken van de leiding alsmede de kosten van het weer in bedrijf stellen van de leiding;

  • b.

    kosten samenhangend met tijdelijke maatregelen.

artikel 17 kosten van ontwerp en begeleiding

  • 1. De kosten van ontwerp en begeleiding bestaan uit:

    • a.

      overleg en correspondentie;

    • b.

      directievoering en toezicht houden;

    • c.

      detailengineering en daaruit voortvloeiende uitvoerende werkzaamheden;

    • d.

      verplichtingen vanuit wet- en regelgeving;

    • e.

      juridisch vrij maken van tracé;

    • f.

      kosten ten behoeve van het aanbesteden van het werk.

  • 2. Voor de kosten van ontwerp en begeleiding hanteert het college redelijkerwijs een vast percentage van de kosten voor uitvoering, materiaal en in en uit bedrijfstellen zoals genoemd in artikel 14, artikel 15 en artikel 16.

  • 3. Het college hanteert de volgende vaste percentages:

    Projectkosten van de posten materiaal, uitvoering en in en uit bedrijf nemen bedragen

    Vast % voor kostenposten ontwerp en begeleiding

    Tot en met € 20.000,00

    20%

    Boven € 20.000,00

    15%

Artikel 18 bundeling werkzaamheden

Indien sprake is van het bundelen van werkzaamheden van verschillende benadeelden dient door benadeelden in de calculatie inzicht te worden gegeven in de verdeling van de gezamenlijke kosten.

Hoofdstuk V Slot- en overige bepalingen

artikel 19 overgangsbepalingen

Leidingen, die voor de inwerkingtreding van deze verordening in de openbare ruimte van de gemeente liggen, geldt dat deze vanaf de inwerkingtreding van deze verordening beschouwd worden als zijnde algemeen vergund.

artikel 20 inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de eerste dag van de eerste maand na publicatie in de Goudse Post.

artikel 21 citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als: Verlegverordening kabels en leidingen Gouda 2008.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 17 september 2008;

De voorzitter,
De griffier,

Bijlagen 1 t/m 3 behorende bij de Verlegverordening kabels en leidingen Gouda 2008

Bijlagen 1 t/m 3 behorende bij de Verlegverordening kabels en leidingen Gouda 2008