Regeling vervallen per 23-12-2010

Verordening op de vertrouwenscommissie in verband met de vacature van Burgemeester

Geldend van 09-05-1991 t/m 22-12-2010

Intitulé

VERORDENING OP DE VERTROUWENSCOMMISSIE IN VERBAND MET DE VACATURE VAN BURGEMEESTER

DE RAAD VAN DE GEMEENTE GRONINGEN;

(bijlage raadsverslag nr. 38);

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 mei 1991;

gelet op de artikel 149 van de Gemeentewet;

HEEFT BESLOTEN:

de Verordening op de vertrouwenscommissie in verband met de vacature van burgemeester vast te stellen.

Artikel 1

  • 1. De commissie heeft tot taak een door de commissaris der Koningin aan te reiken selectie van kandidaten te beoordelen en daarover haar opvattingen schriftelijk en gemotiveerd aan de commissaris der Koningin ter kennis te brengen.

  • 2. Naast de kandidaten die door de commissaris der Koningin worden geselecteerd, kunnen kandidaten zich zelf bij de commissie melden.

  • 3. De commissie kan de kandidaten die zich bij haar aanmelden beoordelen en daarover haar opvattingen schriftelijk en gemotiveerd aan de commissaris der Koningin kenbaar maken.

Artikel 2

  • 1. De commissie brengt haar in artikel 1, lid 1 bedoelde opvattingen uit op basis van de door de commissaris der Koningin verstrekte namen en eventuele verdere gegevens van kandidaten en op basis van de informatie ontleend aan het gesprek met de door haar ontvangen kandidaten, zulks naar weging van een en ander.

  • 2. De commissie wint noch mondeling noch schriftelijk inlichtingen omtrent de kandidaten in bij derden.

Artikel 3

De commissie kan de commissaris der Koningin vragen in de gelegenheid te worden gesteld de op schrift gestelde opvattingen mondeling toe te lichten.

Artikel 4

  • 1. De commissie bestaat uit 8 leden, te benoemen door en uit de gemeenteraad.

  • 2. Plaatsvervangende leden worden niet benoemd.

  • 3. De commissie kiest uit haar midden een voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter.

Artikel 5

De commissie wordt in haar werkzaamheden bijgestaan door de gemeentesecretaris c.q. de eerste loco-gemeentesecretaris. De gemeente secretaris c.q. de eerste loco-gemeentesecretaris onthoudt zich van oordeelsvorming over de kandidaten.

Artikel 6

  • 1. De leden van de commissie hebben volstrekte geheimhoudingsplicht omtrent hetgeen direct of indirect aan hen als lid van de commissie ter kennis is genomen.

  • 2. Deze geheimhoudingsplicht geldt ook tegenover raadsleden die geen lid zijn van de commissie.

  • 3. Deze geheimhoudingsplicht geldt zowel tijdens het bestaan van de commissie als na ontbinding van de commissie.

  • 4. De leden 1 tot en met 3 van dit artikel zijn op overeenkomstige wijze van toepassing op de gemeentesecretaris c.q. de eerste loco-gemeentesecretaris.

Artikel 7

  • 1. De commissie vergadert zo dikwijls als de voorzitter of twee leden dit noodzakelijk achten. De eerste maal wordt de commissie bijeengeroepen door het lid dat het langste zitting heeft in de gemeenteraad.

  • 2. Van elke vergadering wordt door de gemeentesecretaris c.q. de eerste loco-gemeentesecretaris tenminste vier dagen tevoren aankondiging gedaan aan de leden van de commissie.

Artikel 8

  • 1. De gesprekken met de kandidaten en de oordeelsvorming over hen vindt plaats in de aanwezigheid van en door die leden raadsleden die lid zijn van de commissie.

  • 2. De opvattingen, bedoeld in artikel 1, worden bij meerderheid van stemmen vastgesteld.

  • 3. Het gevoelen van de minderheid wordt desgewenst in de schriftelijke rapportage aan de commissaris der Koningin vermeld.

  • 4. Bij staking van stemmen over de uit te brengen opvattingen, wordt het nemen van een beslissing uitgesteld tot de volgende vergadering. Is uitstel van de beslissing niet mogelijk of staken de stemmen ook in die volgende vergadering, dan worden geen opvattingen van de commissie, maar de verschillende meningen binnen de commissie ter kennis van de commissaris der Koningin gebracht.

Artikel 9

  • 1. De voorzitter van de commissie treedt op als contactpersoon naar buiten.

  • 2. Alle stukken voor de commissie worden aan het adres van de gemeentesecretaris c.q. de eerste loco-gemeentesecretaris gericht en door hem bewaard.

  • 3. Alle stukken, die van de commissie uitgaan, worden vanaf zijn adres verzonden.

Artikel 10

  • 1. De voorzitter nodigt de kandidaten uit voor een gesprek met de commissie.

  • 2. De plaats en het tijdstip voor een gesprek worden zodanig gekozen dat voorkomen wordt, dat kandidaten hierdoor bekend worden of tijdens het onderhoud met de commissie met elkaar in contact komen.

Artikel 11

  • 1. De commissie wordt geacht te zijn ontbonden met ingang van de dag, volgende op die, waarop aan het gemeentebestuur is bekendgemaakt, dat in de vacature is voorzien.

  • 2. De gemeentesecretaris c.q. de eerste loco-gemeentesecretaris draagt er zorg voor dat alsdan alle stukken die de commissie onder zich heeft onverwijld aan de afzender worden geretourneerd dan wel verzegeld worden bewaard gedurende een termijn van tenminste 50 jaren.

  • 3. Alle kopieën van de stukken genoemd onder lid 2 dienen vernietigd te worden door de zorg van de gemeentesecretaris c.q. de eerste loco-gemeentesecretaris.

Artikel 12

In alle gevallen, waarin deze verordening niet voorziet, beslist de commissie.

Artikel 13

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van haar vaststelling.

Ondertekening

Gedaan te Groningen in de openbare raadsvergadering van 8 mei 1991.
De gemeentesecretaris,
J.A. Bosma
De voorzitter,
A.G.M. van de Vondervoort