Regeling vervallen per 18-09-2009

Verordening vertrouwingscommissie benoeming Burgemeester 2009

Geldend van 29-01-2009 t/m 17-09-2009

Intitulé

VERORDENING VERTROUWENSCOMMISSIE BENOEMING BURGEMEESTER 2009

DE RAAD VAN DE GEMEENTE GRONINGEN;

(GR.09.1798087);

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders;

gelet op de artikel 149 van de Gemeentewet;

HEEFT BESLOTEN:

de Verordening vertrouwenscommissie benoeming burgemeester 2009 vast te stellen.

Artikel 1 Begrippen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de minister : de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

  • b.

    de commissaris : de commissaris van de Koningin in de provincie Groningen

  • c.

    de commissie : de vertrouwenscommissie

Artikel 2 Instelling en taak

  • 1. De raad stelt uit zijn midden een commissie samen die is belast met de beoordeling van kandidaten voor het ambt van burgemeester van de gemeente Groningen.

  • 2. De commissie heeft tot taak de geschiktheid van kandidaten voor het ambt van burgemeester van de gemeente Groningen te beoordelen. Zij brengt over haar bevindingen schriftelijk en vertrouwelijk verslag uit aan de raad en aan de commissaris. Het verslag aan de raad wordt voorzien van een conceptaanbeveling van twee personen die naar het oordeel van de commissie voor benoeming in aanmerking komen, een en ander zoals bedoeld in artikel 61 van de gemeentewet. De commissie geeft tevens een beredeneerde volgorde van de kandidaten op haar conceptaanbeveling aan.

  • 3. De commissie voert daartoe gesprekken met de kandidaten die door de commissaris in beginsel geschikt worden geacht voor benoeming.

  • 4. Indien de commissie besluit een door de commissaris geselecteerde kandidaat niet te ontvangen, stelt zij de commissaris hiervan onverwijld met redenen omkleed in kennis.

  • 5. Bij de beoordeling van de kandidaten laat de commissie zich leiden door de profielschets, zoals deze door de raad is vastgesteld.

Artikel 3 Samenstelling

  • 1. De commissie bestaat uit de voorzitters van de negen fracties uit de Raad, te benoemen door de Raad.

  • 2. De voorzitter van de commissie wordt door de Raad aangewezen. De voorzitter wordt bij afwezigheid vervangen door de plaatsvervangend voorzitter, door de commissie uit haar midden aan te wijzen.

  • 3. De commissie kent geen plaatsvervangende leden.

  • 4. De griffier is secretaris van de commissie en geeft ambtelijke ondersteuning aan de commissie. De griffier heeft geen stemrecht in de commissie.

Artikel 4 Adviseur

  • 1. De vertrouwenscommissie laat zich adviseren door een door de Raad te benoemen wethouder.

  • 2. De adviseur kan zich laten bijstaan door de gemeentesecretaris.

  • 3. De adviseur zit als waarnemer bij de gesprekken die de vertrouwenscommissie voert.

  • 5. De adviseur en de gemeentesecretaris wisselen geen informatie uit over kandidaten met de andere leden van het college.

Artikel 5 Vergaderingen

  • 1. De vergaderingen van de commissie zijn besloten.

  • 2. De commissie vergadert zo dikwijls als de voorzitter of ten minste drie leden dit noodzakelijk

    achten.

  • 3. De voorzitter doet van elke vergadering ten minste twee dagen tevoren aankondiging aan

    de leden.

  • 4. De commissie vergadert niet, indien niet tenminste de helft plus één van het aantal leden

    aanwezig is.

  • 5. De commissie kan desgewenst gebruik maken van externe deskundige ondersteuning voor de

    beoordeling van kandidaten ten aanzien van persoons- en bestuursstijlkenmerken.

Artikel 6 Geheimhouding

  • 1. De commissie legt in elke vergadering, met toepassing van artikel 86 van de Gemeentewet, geheimhouding op omtrent de inhoud van aan de commissie overgelegde stukken en omtrent het in die vergadering behandelde.

  • 2. De voorzitter van de commissie ziet erop toe dat aan het in het eerste lid bepaalde wordt voldaan.

  • 3. Aan raadsleden die geen zitting hebben in de commissie noch aan anderen wordt inzage of informatie verstrekt inzake de stukken en het behandelde in de vergaderingen van de commissie, behoudens het bepaalde in artikel 2, tweede lid.

  • 4. Noch de commissie noch de Raad zal de geheimhouding, waartoe het eerste lid oproept, opheffen.

  • 5. Het bepaalde in dit artikel is van overeenkomstige toepassing op de extern deskundige, de adviseur, de gemeentesecretaris en de secretaris van de commissie.

  • 6. De geheimhoudingsplicht blijft van kracht na de ontbinding van de commissie.

Artikel 7 Besluitvorming

  • 1. De bevindingen als bedoeld in artikel 2, tweede lid, worden vastgesteld bij meerderheid van stemmen, waarbij elk lid één stem heeft. De commissie streeft naar unanimiteit.

  • 2. Het gevoelen van een eventuele minderheid wordt desgewenst in het verslag vermeld.

  • 3. Bij het staken van de stemmen over de uit te brengen bevindingen wordt het nemen van een beslissing uitgesteld tot de volgende vergadering. Is uitstel van de beslissing niet mogelijk of staken de stemmen ook in de volgende vergadering, dan worden geen bevindingen, maar de verschillende meningen binnen de commissie ter kennis van de Raad respectievelijk de commissaris gebracht.

Artikel 8 Voorziter en secretaris

  • 1. De voorzitter van de commissie treedt op als contactpersoon naar buiten.

  • 2. Alle stukken bestemd voor de commissie worden gericht aan de voorzitter en gezonden aan het privé-adres van de secretaris van de commissie danwel aan hem persoonlijk overhandigd en op zijn privé-adres bewaard tot het moment van archivering.

  • 3. Alle stukken die van de commissie uitgaan worden door de voorzitter en de secretaris ondertekend en naar de privé-adressen van de leden verzonden of persoonlijk aan hen overhandigd.

Artikel 9 Ontbinding van de commissie

De commissie wordt geacht te zijn ontbonden met ingang van de dag volgende op die, waarop de

minister aan de Raad mededeelt dat in de vacature is voorzien.

Artikel 10 Archivering van stukken

  • 1. De voorzitter en de secretaris van de commissie dragen er zorg voor dat op het tijdstip als

    bedoeld in artikel 9 alle archiefbescheiden onverwijld in een verzegelde envelop en gerubriceerd als “geheim” worden overgebracht naar de krachtens de wet door de Raad aangewezen archiefbewaarplaats. Zij dragen er tevens zorg voor dat uitvoering wordt gegeven aan het bepaalde in de volgende leden van dit artikel.

  • 2. Van de in het eerste lid bedoelde overbrenging wordt een verklaring van overbrenging als

    bedoeld in artikel 9 van het Archiefbesluit 1995 opgemaakt. In deze verklaring wordt melding

    gemaakt van de met toepassing van artikel 15, eerste lid, onder a. en c. van de Archiefwet

    gestelde beperkingen aan de openbaarheid, geldende voor een periode van 75 jaar.

  • 3. Alle overige bescheiden en alle kopieën van de in dit artikel bedoelde bescheiden worden

    onmiddellijk vernietigd.

Artikel 11 Onvoorziene omstandigheden

In alle gevallen, waarin deze verordening niet voorziet, beslist de commissie met inachtneming van het bepaalde in de circulaire van de minister van 2 november 2005.

Artikel 12 Slotbepalingen

  • 1. Deze verordening treedt in werking op de dag na haar vaststelling.

  • 2. Deze verordening vervalt met ingang van de dag volgende op die, waarop de minister aan de

    Raad mededeelt dat in de vacature is voorzien.

  • 3. Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening vertrouwenscommissie benoeming burgemeester 2009.

Ondertekening

Gedaan te Groningen in de openbare raadsvergadering van 28 januari 2009.
De griffier.
D.H. Vrieling.
De voorzitter.
J. Wallage.