Reglement, inzake de samenstelling, taak en werkwijze van de Provinciale Planologische Commissie

Geldend van 26-10-2005 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 12-03-2005

Intitulé

Reglement, inzake de samenstelling, taak en werkwijze van de Provinciale Planologische Commissie

Gedeputeerde Staten der provincie Groningen

besluiten:

Begripsomschrijvingen

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder: Commissie: Provinciale Planologische Commissie; Wet: Wet op de ruimtelijke ordening.

Provinciale Planologische Commissie

Artikel 2

  • 1 Er is een Provinciale Planologische Commissie.

  • 2 De commissie heeft als taak het uitbrengen van advies aan Gedeputeerde Staten over de uitvoering van de taak, die bij of krachtens de wet aan Gedeputeerde Staten is opgedragen.

  • 3 De commissie is bevoegd het provinciebestuur uit eigen beweging van advies te dienen omtrent algemene vraagstukken betreffende het provinciaal ruimtelijk beleid.

  • 4 De commissie is de commissie bedoeld in artikel 53 van de wet.

Samenstelling

Artikel 3

  • 1 In de commissie hebben zitting:

    • a.

      een lid van Gedeputeerde Staten als voorzitter;

    • b.

      twee leden van Gedeputeerde Staten als eerste en tweede vice-voorzitter;

    • c.

      de hoofdingenieur-directeur van Rijkswaterstaat Noord-Nederland;

    • d.

      de Inspecteur van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Noord;

    • e.

      de regiodirecteur Noord, directie Regionale Zaken van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

    • f.

      de directeur van de Dienst Gebouwen, Werken en Terreinen van het departement van Defensie, directie Noordoost Nederland;

    • g.

      het hoofd van de Cluster Noord van het Ministerie van Economische Zaken;

    • h.

      het Hoofd regio Groningen, Friesland en Drenthe van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg;

    • i.

      de coördinator van de regio Noord van de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek;

    • j.

      de directeur van de Arbeidsvoorziening, Noord-Nederland.

    • k.

      een lid, zijnde een onafhankelijke deskundige op aanbeveling van de Rijksuniversiteit Groningen.

  • 2 Voor elk lid kan een plaatsvervanger worden voorgedragen.

Voordracht en benoeming

Artikel 4

  • 1 Gedeputeerde Staten benoemen uit hun midden drie leden tot lid van de commissie en wijzen de voorzitter en de vice-voorzitters aan.

  • 2 De leden van de commissie, genoemd in artikel 3 onder c tot en met j , zijn ambtshalve lid van de commissie. Hetzelfde geldt voor de plaatsvervangende leden. Zij worden door Gedeputeerde Staten benoemd.

Subcommissies

Artikel 5

  • 1 Er is een subcommissie Bestemmingsplannen.

  • 2 Deze subcommissie heeft de volgende taken:

    • a.

      het uitbrengen van advies over alle gemeentelijk planologische maatregelen welke door gemeentebesturen aan haar ter overleg worden toegezonden;

    • b.

      het uitbrengen van advies over alle gemeentelijke planologische maatregelen, waarover Gedeputeerde Staten een beslissing dienen te nemen of zich een oordeel dienen te vormen;

    • c.

      het voeren van overleg over de vaststelling van tracés voor onder meer gasleidingen en boorvergunningen.

  • 3 In de subcommissie hebben zitting:

    • a.

      de Gedeputeerde voor de Ruimtelijke Ordening: voorzitter;

    • b.

      het hoofd van de afdeling Ruimtelijke Plannen van de provincie Groningen: secretaris;

    • c.

      de Inspecteur van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Noord;

    • d.

      de regiodirecteur Noord, directie regionale Zaken van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

    • e.

      de hoofdingenieur-directeur van Rijkswaterstaat Noord-Nederland;

    • f.

      het hoofd van de Cluster Noord van het Ministerie van Economische Zaken;

    • g.

      het hoofd regio Groningen, Friesland en Drenthe van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg.

Artikel 6

  • 1 Er is een subcommissie Kleine Commissie Groningen.

  • 2 Deze subcommissie heeft de volgende taken:

    • a.

      het behandelen van gemeentelijke planologische maatregelen van beperkte omvang of enkelvoudige strekking;

    • b.

      het behandelen van gemeentelijke planologische maatregelen welke aan eerdere adviezen of uitspraken zijn aangepast.

  • 3 In de subcommissie hebben zitting:

    • a.

      het hoofd van de afdeling Ruimtelijke Plannen van de provincie Groningen: voorzitter;

    • b.

      de Inspecteur van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Noord;

    • c.

      de coördinator cluster gemeentelijke plannen van de provincie Groningen: secretaris.

Artikel 7

  • 1 Er is een subcommissie Ruimtelijke Plannen - Stad Groningen.

  • 2 Deze subcommissie heeft de volgende taken:

    • a.

      het uitbrengen van advies aan de gemeente Groningen over planologische maatregelen welke door de gemeente Groningen voor overleg ter uitvoering van artikel 10 van het Besluit op de ruimtelijke ordening 1985 worden toegezonden;

    • b.

      het uitbrengen van advies aan Gedeputeerde Staten over toepassing van artikel 19, tweede lid, van de wet bij planologische maatregelen van de gemeente Groningen.

  • 3 In de subcommissie hebben zitting:

    • a.

      de wethouder van Ruimtelijke Ordening van de gemeente Groningen: voorzitter;

    • b.

      de Gedeputeerde voor Ruimtelijke Ordening: vice-voorzitter;

    • c.

      een door de gemeente Groningen aan te wijzen ambtenaar: secretaris;

    • d.

      het hoofd van de afdeling Ruimtelijke Plannen van de provincie Groningen;

    • e

      . de hoofdingenieur-directeur van Rijkswaterstaat Noord-Nederland;

    • f.

      de Inspecteur van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Noord;

    • g.

      de regiodirecteur Noord, directie Regionale Zaken van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

    • h.

      het hoofd van de Cluster Noord van het Ministerie van Economische Zaken;

    • i.

      het hoofd regio Groningen, Friesland en Drenthe van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg.

Artikel 8

  • 1 Er is een subcommissie Stedelijke Vernieuwing.

  • 2 Deze subcommissie heeft de volgende taken:

    • a.

      het uitbrengen van advies aan Gedeputeerde Staten inzake de toedeling van gelden aan de gemeenten in het kader van de stedelijke vernieuwing;

    • b.

      het uitbrengen van advies aan Gedeputeerde Staten inzake door de gemeenten opgestelde woonplannen.

  • 3 In deze subcommissie hebben zitting:

    • a.

      de Gedeputeerde voor Ruimtelijke Ordening, voorzitter;

    • b.

      een lid, hoofd van de afdeling Ruimtelijke Plannen van de provincie Groningen, secretaris;

    • c.

      een lid, zijnde een bestuurlijk vertegenwoordiger van de rechtstreekse gemeente Groningen;

    • d.

      een lid, zijnde een bestuurlijk vertegenwoordiger van de projectgemeenten, op voordracht van de Vereniging van Groninger Gemeenten;

    • e.

      een lid, zijnde een bestuurlijk vertegenwoordiger van de programmagemeenten, op voordracht van de Vereniging van Groninger gemeenten;

    • f.

      twee vertegenwoordigers van de woningcorporaties, op voordracht van Aedes, de overkoepelende organisatie van de woningcorporaties;

    • g.

      een vertegenwoordiger van de marktpartijen, niet zijnde een woningcorporatie, op voordracht van de Groninger Bouwsociëteit;

    • h.

      een ambtelijk vertegenwoordiger van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, tevens coördinerend namens de andere betrokken departementen.

Artikel 9

  • 1 Er is een subcommissie Platform Landelijk Gebied.

  • 2 Deze subcommissie heeft de volgende taken:

    • a.

      het fungeren als orgaan te behoeve van overleg of advisering over uitvoeringsgerichte maatregelen en plannen die van betekenis zijn voor het provinciale beleid voor het landelijk gebied, en in het bijzonder ten aanzien van grondverwerving, inrichting en beheer;

    • b.

      het bespreken van strategische aspecten van beleidsuitvoering in het landelijk gebied;

    • c.

      het uitbrengen van advies aan Gedeputeerde Staten van Groningen over met name uitvoeringszaken in het landelijk gebied.

  • 3 In deze subcommissie hebben zitting:

    • a.

      de Gedeputeerde voor het groen milieu van de provincie Groningen: voorzitter;

    • b.

      een ambtenaar van de afdeling Ruimtelijke Plannen van de provincie Groningen: secretaris;

    • c.

      drie leden namens de Groningse georganiseerde landbouw;

    • d.

      twee leden namens terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties;

    • e.

      een lid namens de Milieufederatie Groningen;

    • f.

      een lid namens de Vereniging van Groninger Gemeenten (VGG);

    • g.

      een lid namens de waterschappen in de provincie Groningen;

    • h.

      een lid namens de recreatieve-toeristische sector in Groningen;

    • i.

      de regiodirecteur Noord, directie Regionale Zaken van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

    • j.

      de directeur Landelijk Gebied en Water van de provincie Groningen;

    • k.

      een vertegenwoordiger van de Dienst Landelijk Gebied Groningen: adviseur.

Secretariaat en bijstand

Artikel 10

  • 1 Gedeputeerde Staten benoemen de secretaris van de commissie.

  • 2 De commissie en de ingestelde subcommissies kunnen zich doen bijstaan door deskundigen.

  • 3 Ambtenaren van de provincie Groningen kunnen, op verzoek van de voorzitter, de vergaderingen van de commissie en de subcommissies bijwonen voor het geven van toelichting en het verstrekken van informatie.

De vergaderingen

Artikel 11

  • 1 De commissie vergadert als regel gezamenlijk met de Provinciale Commissie Water en Milieu. Deze gezamenlijke vergadering wordt voorgezeten door de voorzitter van de Provinciale Planologische Commissie.

  • 2 De commissie vergadert zo vaak als de voorzitter dat nodig oordeelt of indien ten minste 3 leden van de commissie hem daarom schriftelijk en met opgave van redenen hebben verzocht. In het laatste geval wordt binnen een redelijke termijn een vergadering belegd.

  • 3 De vergaderingen van de commissie zijn openbaar.

  • 4 Een vergadering of een gedeelte daarvan is niet openbaar in gevallen indien de in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur genoemde belangen op de in dat artikel bedoelde wijze kunnen worden geschaad.

  • 5 De secretaris zorgt ervoor dat plaats, datum en aanvangsuur ter openbare kennis worden gebracht met vermelding van de agenda.

Advies en verslaglegging

Artikel 12

  • 1 De adviezen van de commissie worden schriftelijk aan Gedeputeerde Staten uitgebracht binnen een, zonodig, bij de adviesaanvraag te stellen termijn.

  • 2 De adviezen van de commissie worden uitgebracht overeenkomstig het gevoelen van de meerderheid van de vergadering.

  • 3 Op verzoek van de leden, die ter vergadering een standpunt hebben ingebracht dat afwijkt van het gevoelen van de meerderheid, wordt dat standpunt in het advies vermeld. Deze leden kunnen omtrent een zodanig standpunt een afzonderlijke nota bij het advies voegen.

  • 4 Gedeputeerde Staten rapporteren aan de commissie welk gevolg zij aan de adviezen geven of gegeven hebben.

  • 5 Van iedere vergadering van de commissie wordt door de secretaris een schriftelijk verslag gemaakt.

Werkwijze

Artikel 13

  • 1 De commissie stelt, onder goedkeuring van Gedeputeerde Staten, nadere regels vast inzake haar werkwijze.

  • 2 De subcommissies informeren de commissie over hun werkzaamheden door toezending van de verslagen van hun vergaderingen.

Artikel 14

In het geval er een onderwerp aan de orde is, waarvan niet duidelijk is, of het in de commissie, dan wel in een subcommissie dient te worden behandeld, bepaalt de voorzitter van de commissie de wijze van afhandeling.

Inwerkingtreding

Artikel 15

Dit reglement treedt met terugwerkende kracht in werking met ingang 12 maart 2005.

Citeertitel

Artikel 16

Dit reglement wordt aangehaald als: Reglement Provinciale Planologische Commissie Groningen.

Ondertekening

Groningen, ……….
Gedeputeerde Staten voornoemd,
, voorzitter.
, secretaris.