Voucherregeling Externe Expertise Financiering

Geldend van 11-05-2016 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 15-03-2016

Intitulé

Voucherregeling Externe Expertise Financiering

Voucherregeling Externe Expertise Financiering

Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen maken bekend dat zij op 8 maart 2016, zaaknr. 619744, het volgende besluit hebben genomen:

Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen;

Overwegende dat:

• In het programma "Route voor het versterken van de economie in Noordoost-Groningen' (december 2014) van Economic Board Groningen als programmalijn 3 is voorzien in het versterken van het financieringsklimaat in het aardbevingsgebied;

• Op basis van dit programma is besloten tot het oprichten van één of meerdere fondsen, van waaruit aan ondernemers risicofinanciering in de vorm van een lening, garantie of investering in eigen vermogen kan worden verstrekt;

• Het voor het versterken van het financieringsklimaat in het algemeen en voor een goede start van eigen fondsen van groot belang is dat ondernemers voorstellen voor inzet van risicofinanciering opstellen die voldoende zijn uitgewerkt om te kunnen worden beoordeeld door verstrekkers van risicofinanciering. De praktijk wijst uit dat dit als een knelpunt wordt ervaren.

• Het bestuur van Economic Board Groningen heeft besloten om de Voucherregeling Externe Expertise Financiering op te stellen van waaruit ondernemers financiële steun kunnen ontvangen voor inzet van externe expertise met als doel dat dit bijdraagt aan voorbereiding en indiening van voldoende uitgewerkte voorstellen voor inzet van risicofinanciering.

• Gedeputeerde Staten van Groningen de regeling vaststellen op verzoek van Economic Board Groningen en met middelen die hiervoor door Economic Board Groningen beschikbaar worden gesteld.

Gelet op:

• de Verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (PbEU, L352);

• artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht;

• de Kaderverordening subsidies provincie Groningen 1998.

Besluiten:

Vast te stellen hetgeen volgt:

Voucherregeling Externe Expertise Financiering:

Paragraaf 1 Inleidende en algemene bepalingen

Artikel 1 Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

     Onderneming: een onderneming die is ingeschreven in het handelsregister dat wordt bijgehouden door de Kamer van Koophandel;

  • b.

     MKB: kleine onderneming, middelgrote of micro onderneming als bedoeld in bijlage I van Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014;

  • c.

     Risicofinanciering: investeringen in de vorm van eigen vermogen, quasi-eigen vermogen, lening, garantie of een mix daarvan (zoals gedefinieerd in artikel 2 onder 71 van Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014);

  • d.

     Project een technisch, functioneel en in de tijd samenhangend geheel van investeringen waarvoor een voorstel voor inzet van risicofinanciering wordt voorbereid;

  • e.

     De-minimisverordening: Verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (PbEU, L352);

  • f.

     Algemene groepsvrijstellingsverordening: Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014, publicatieblad EU LI 87/1, waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden gemaakt.

Artikel 2 Werkingsgebied

Deze regeling is van toepassing in de gemeenten Appingedam, Bedum, Delfzijl, De Marne, Eemsmond, Loppersum, Slochteren, Ten Boer en Winsum.

Artikel 3 Doel van de regeling

De regeling heeft als doel het bevorderen van investeringen in projecten van MKB ondernemingen door voorbereiding en indiening van voldoende uitgewerkte voorstellen voor inzet van risicofinanciering door andere partijen dan de aanvrager zelf.

Paragraaf 2 De subsidieaanvraag

Artikel 4 Indiening van de aanvraag

Aanvragen worden ingediend bij het Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN), Postbus 779, 9700 AT Groningen of digitaal met gebruik van het digitale loket op de website www.snn.eu.

Artikel 5 Aanvrager

Een bijdrage kan worden verstrekt aan een onderneming:

  • a.

     die behoort tot het MKB; en

  • b.

     die een vestiging heeft in het werkingsgebied of die het project wil uitvoeren in het werkingsgebied.

Artikel 6 Verplichting aanvraag

Bij de aanvraag dienen in ieder geval de volgende documenten te worden ingezonden:

  • a.

     Een volledig ingevuld en ondertekend aanvraagformulier; en

  • b.

     Een offerte van de door de aanvrager geselecteerde onafhankelijke organisatie; en

  • c.

     Een de-minimis verklaring, waaruit blijkt dat het aangevraagde bedrag geheel of gedeeltelijk kan worden verleend zonder dat sprake zal zijn van overtreding van de voorschriften van de Europese Unie ter zake van de verstrekking van overheidssteun.

Paragraaf 3 Het besluit op de aanvraag

Artikel 7 Beslistermijn

Gedeputeerde Staten besluiten binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag;

Artikel 8 Weigeringsgronden

Een bijdrage op grond van deze regeling wordt geweigerd indien:

  • a.

     aan de aanvrager reeds een bijdrage is verstrekt op grond van deze regeling;

  • b.

     de in aanmerking komende kosten lager zijn dan € 500,-;

  • c.

     het project niet voldoet aan het bepaalde in deze regeling;

  • d.

     het project niet in overeenstemming is met het doel van deze regeling;

  • e.

     het een onderneming in financiële moeilijkheden betreft, zoals gedefinieerd in artikel 2 onder 18 van de Algemene groepsvrijstellingsverordening;

  • f.

     tegen de aanvrager een bevel tot terugvordering uitstaat ingevolge een eerdere beschikking van de Commissie waarin de steun onrechtmatig en onverenigbaar met de gemeenschappelijke markt is verklaard;

  • g.

     wanneer verlening in strijd is met geldende voorschriften waaronder die van de Europese Unie, waaronder de voorschriften op het gebied van staatssteun;

  • h.

     tegen het project anderszins overwegende bezwaren bestaan.

Artikel 9 In aanmerking komende kosten

  • 1  Voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de regeling komen uitsluitend voor een bijdrage in aanmerking de kosten voor inzet van een onafhankelijke organisatie die is ingeschreven in het handelsregister dat wordt bijgehouden door de Kamer van Koophandel;

  • 2  Kosten komen slechts voor een bijdrage in aanmerking voor zover deze worden gemaakt na ontvangst van de volledige aanvraag.

Artikel 10 Uitgesloten kosten

  • 1  Kosten die worden gefinancierd met andere subsidies dan op grond van deze regeling, komen in aanmerking voor zover die kosten met die andere subsidies niet volledig worden gefinancierd.

  • 2  Belasting Toegevoegde Waarde (BTW) kan geen onderdeel zijn van de in aanmerking komende kosten.

Artikel 11 Hoogte van de bijdrage

De bijdrage is 50% van de in aanmerking komende kosten met een maximum van € 2.500,- per aanvraag.

Artikel 12 Plafond

Het plafond voor de verlening van bijdragen binnen de Voucherregeling Externe Expertise Financiering voor de periode van 15 maart 2016 tot en met 31 december 2016 bedraagt € 90.000,-.

Artikel 13 Volgorde bij verdeling van plafond

  • 1  Er wordt op basis van de volgorde van ontvangst van de aanvraag besloten.

  • 2  Als de aanvrager met toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht in de gelegenheid is gesteld de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst de dag waarop de aanvulling is ontvangen.

  • 3  Voor zover door verstrekking van bijdragen voor aanvragen die op dezelfde dag zijn ontvangen het plafond wordt overschreden, wordt de onderlinge rangschikking van aanvragen vastgesteld door middel van loting.

Paragraaf 4 Het voorschot op de betaling van de bijdrage

Artikel 14 Bevoorschotting

Er wordt op de verleende bijdrage een voorschot van 100% verstrekt.

Paragraaf 5 De vaststelling van de bijdrage

Artikel 15 Verplichtingen

De kosten waarvoor de bijdrage als bedoeld in artikel 9 is verstrekt, worden binnen zes maanden na het besluit tot verlening van de bijdrage gemaakt;

Artikel 16 Prestatieverantwoording en vaststelling

  • 1  De aanvrager dient binnen zeven maanden na het besluit tot verlening van de bijdrage een aanvraag tot vaststelling van de bijdrage in.

  • 2  De aanvrager toont bij de aanvraag tot vaststelling van de bijdrage aan dat de activiteiten, waarvoor de bijdrage is verleend zijn verricht en dat aan de aan de bijdrage verbonden verplichtingen is voldaan door middel van de volgende bewijsstukken:

    • a.

       factuur waaruit blijkt dat de getroffen maatregelen zijn uitgevoerd;

    • b.

       bewijs van betaling van de factuur, als bedoeld onder a).

Artikel 17 Wijzigings- of Intrekkingsgronden

De bijdrage kan worden ingetrokken of ten nadele van de subsidieontvanger worden gewijzigd, indien het project niet wordt uitgevoerd in overeenstemming met het doel of de voorschriften van deze regeling.

Artikel 18 Beslistermijn

Binnen acht weken na de datum van ontvangst van de aanvraag tot vaststelling wordt daarop een besluit genomen.

Artikel 19 Inwerkingtreding en duur

  • 1  Deze regeling wordt bekend gemaakt in het provinciaal blad en treedt in werking op 15 maart 2016.

  • 2  Deze regeling werkt terug tot en met 15 maart 2016 voor zover de bekendmaking plaatsvindt na 15 maart 2016.

  • 3  Deze regeling vervalt per 31 december 2016 of zoveel eerder of later als Gedeputeerde Staten besluiten.

  • 4  Deze regeling blijft na het vervallen ervan van toepassing op bijdragen die voor het vervallen van de regeling zijn aangevraagd of verstrekt.

Artikel 20 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Voucherregeling Externe Expertise Financiering.

Ondertekening

Groningen, 8 maart 2016.
Gedeputeerde Staten voornoemd:
, voorzitter.
, secretaris.

Toelichting behorend bij de Voucherregeling Externe Expertise Financiering

Algemeen

De Voucherregeling Externe Expertise Financiering is door Gedeputeerde Staten van Groningen vastgesteld op verzoek van Economic Board Groningen. Het werkgebied van Economic Board Groningen bestaat uit de gemeenten Appingedam, Bedum, Delfzijl, De Marne, Eemsmond, Loppersum, Slochteren, Ten Boer en Winsum. MKB ondernemers in dit gebied, of MKB ondernemers met plannen die in dit gebied worden uitgevoerd, kunnen uit de Voucherregeling Externe Expertise Financiering een financiële bijdrage krijgen om externe expertise in te schakelen. Het gaat uitsluitend om externe expertise die door een ondernemer wordt ingeschakeld om risicofinanciering te verkrijgen van financiers. Economic Board Groningen heeft vastgesteld dat ondernemers in haar gebied moeite hebben om het aanbod van risicofinanciering te vinden en te doorgronden, goede investeringsplannen op te stellen die aansluiten bij de verwachtingen van aanbieders van risicofinanciering en tot daadwerkelijke toekenning van risicofinanciering te komen. Onder risicofinanciering worden leningen en garanties verstaan alsmede participatie in het eigen vermogen of quasi eigen vermogen van een onderneming.

Artikelgewijs

Artikel 3 Doel van de regeling

Het doel van de regeling is dat ondernemers door inzet van een onafhankelijke expert betere voorstellen voor inzet van risicofinanciering ontwikkelen en indienen. Via de voucherregeling kan een ondernemer een financiële bijdrage aanvragen om deze expert in te huren. De expert kan bijvoorbeeld worden ingeschakeld voor hulp bij de uitwerking van het investeringsplan dat aan een aanvraag van risicofinanciering ten grondslag moet liggen, voor ondersteuning bij het voeren van verkennende gesprekken met aanbieders van risicofinanciering of voor begeleiding bij de indiening van een aanvraag voor risicofinanciering.

Met hulp van de expert krijgt een ondernemer bijvoorbeeld beter zicht op mogelijkheden en het aanbod van risicofinanciering, voorwaarden en te zetten stappen en/of wordt de ondernemer geholpen om deze stappen daadwerkelijk te zetten. Dit moet uiteindelijk bijdragen aan snellere en betere beoordeling van de voorstellen door financiers en meer risicofinanciering die aan ondernemers beschikbaar wordt gesteld.

Economic Board Groningen is één van de aanbieders van risicofinanciering, waarop ondernemers zich kunnen richten. Maar ondernemers kunnen de voucherregeling ook gebruiken met het oog op inzet van risicofinanciering van andere aanbieders, zoals bancaire instellingen, informal investors of anderen. De regeling is niet bedoeld voor ontwikkeling van voorstellen voor inzet van risicofinanciering door uitsluitend de ondernemer zelf.

Artikel 6 Verplichting aanvraag

Onder aa

Gebruik moet worden gemaakt van het aanvraagformulier dat door het Samenwerkingsverband Noord-Nederland beschikbaar wordt gesteld voor deze regeling.

Onder b

Onder het aangaan van verplichtingen wordt bijvoorbeeld verstaan het (mondeling) bevestigen van een opdracht aan een deskundige of een ondertekening voor akkoord van een offerte. Indien vóór de ontvangst van de aanvraag is gestart met de werkzaamheden wordt ervan uitgegaan dat de verplichting is aangegaan. Indien een verplichting is aangegaan vóór ontvangst van de aanvraag wordt géén subsidie verleend. In het geval er voor een deel van de opgevoerde projectkosten de verplichting vóór ontvangst van de aanvraag is aangegaan, dan zal de gehele aanvraag worden afgewezen.

Artikel 9 In aanmerking komende kosten

De organisatie die ingehuurd wordt moet ingeschreven zijn bij het Handelsregister van de Kamer van Koophandel, of vergelijkbare handelsregisters in andere staten. Particulieren kunnen daarmee niet optreden als onafhankelijke organisatie. De organisatie dient onafhankelijk te zijn van de aanvragende onderneming. In dat kader wordt onder andere in de volgende situaties geoordeeld dat er in ieder geval geen sprake is van onafhankelijkheid:

• Als de organisatie een (financieel) belang in de aanvragende onderneming heeft.

• Als de aanvragende onderneming een (financieel) belang heeft in de onderneming van de organisatie.

• Als de directeur/bestuurder van de aanvragende onderneming ook de directeur/bestuurder van de in te schakelen organisatie is.

• In het geval er sprake is van familierelaties in de eerste en tweede graad (ouder/kind/broer/zuster) of een gezinsrelatie aanwezig is.

• Als de organisatie een duidelijk belang heeft in de uitkomsten van het project, verder dan gebruikelijk is.

Artikel 16 Prestatieverantwoording en vaststelling

Om tot vaststelling van de bijdrage te komen worden onder meer bewijsstukken opgevraagd waaruit blijkt dat de werkzaamheden daadwerkelijk door de externe expert zijn uitgevoerd en door de aanvrager zijn betaald. De bewijsstukken bestaan uit de factuur of facturen en bewijs van betaling. Er is geen verplichting opgenomen dat de aanvraag van risicofinanciering wordt aangetoond. Reden is dat rekening wordt gehouden met situaties waarin de aanvrager, met hulp van de externe expert, tot de conclusie is gekomen dat aanvraag van risicofinanciering niet wenselijk of mogelijk is of nog onvoldoende ver gevorderd is. In de aanvraag tot vaststelling van de bijdrage wordt onder meer aan de aanvrager gevraagd om aan te geven wat de uitkomsten zijn van de werkzaamheden die met steun van de voucherregeling zijn verricht en tot welke vervolgstappen dit leidt.