Besluit van Gedeputeerde Staten en de Commissaris van de Koning van de provincie Groningen houdende regels omtrent bevoegdheden Nationaal Programma (Bevoegdhedenbesluit Nationaal Programma Groningen 2019)

Geldend van 27-02-2020 t/m heden

Intitulé

Besluit van Gedeputeerde Staten en de Commissaris van de Koning van de provincie Groningen houdende regels omtrent bevoegdheden Nationaal Programma (Bevoegdhedenbesluit Nationaal Programma Groningen 2019)

Gedeputeerde Staten van Groningen en de Commissaris van de Koning in de provincie Groningen maken bekend dat zij op 3 december 2019, nr. A. 22, afdeling BJC, dossiernummer K11882 het volgende besluit hebben genomen:

Gedeputeerde Staten van Groningen en de Commissaris van de Koning in de provincie Groningen, ieder voor zover het zijn bevoegdheid betreft;

Overwegende:

  • -

    dat de Staat der Nederlanden, de provincie Groningen en de gemeenten Groningen, Midden-Groningen, Appingedam, Delfzijl, Loppersum, Het Hogeland en Oldambt op 11 maart 2019 een bestuursovereenkomst hebben gesloten met betrekking tot het Nationaal Programma Groningen;

  • -

    dat de bestuursovereenkomst voorziet in het instellen van een bestuur met nader omschreven taken en bevoegdheden;

  • -

    dat de bestuursovereenkomst voorziet in het oprichten van een programmabureau dat het bestuur bij de uitoefening van zijn taken en bevoegdheden ondersteunt en onder leiding staat van een programmadirecteur;

  • -

    dat de aan het bestuur toegekende middelen, waaronder het programmabureau, formeel onderdeel worden van de provinciale organisatie;

  • -

    dat het met het oog op doelmatigheid en efficiënte besluitvorming gewenst is om het bestuur te machtigen voor het nemen van besluiten en het namens de provincie Groningen aangaan van privaatrechtelijke overeenkomsten;

Gelet op de Provinciewet, de Algemene wet bestuursrecht en het Burgerlijk Wetboek,

Besluiten:

Vast te stellen het Bevoegdhedenbesluit Nationaal Programma Groningen 2019 luidende als volgt:

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    besluiten op subsidieaanvragen: het verlenen van subsidie, het weigeren van subsidie, het vaststellen van subsidie, het verlenen van een voorschot op subsidie alsmede het (deels) intrekken of wijzigen van de subsidieverlening of subsidievaststelling.

  • b.

    bestuur: het bestuur als bedoeld in artikel 6 van de bestuursovereenkomst;

  • c.

    bestuursovereenkomst: de op 11 maart 2019 gesloten bestuursovereenkomst tussen de Staat der Nederlanden, de provincie Groningen en de gemeenten Groningen, Midden-Groningen, Appingedam, Delfzijl, Loppersum en Het Hogeland met betrekking tot het Nationaal Programma Groningen;

  • d.

    Nationaal Programma Groningen: het Nationaal Programma Groningen zoals beschreven in de brief van de Minister van Economische Zaken en Klimaat van 5 oktober 2018, aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal (kenmerk: DGBI-DR / 18246659);

  • e.

    programmabureau: het programmabureau als bedoeld in artikel 8 van de bestuursovereenkomst.

Artikel 2 Verlenen mandaat

  • 1. Aan het bestuur wordt mandaat verleend om besluiten te nemen:

    • a.

      tot het aangaan, wijzigen of beëindigen van overeenkomsten;

    • b.

      tot het nemen van besluiten op subsidieaanvragen.

    • c.

      tot het vaststellen van de organisatie en formatie van het programmabureau;

    • d.

      tot benoeming of het aangaan, wijzigen of beëindigen van (arbeids)overeenkomsten en tot het nemen van andere besluiten, die verband houden met de individuele arbeidsrelatie van medewerkers van het programmabureau.

  • 2. Het bestuur is gemachtigd om alle handelingen te verrichten voor de voorbereiding en de uitvoering van besluiten waarvoor bij dit besluit mandaat wordt gegeven alsmede om over die besluiten informatie te verschaffen aan derden.

  • 3. Het bestuur is gemachtigd om procedures als in de Aanbestedingswet 2012 te voeren ter voorbereiding en uitvoering van besluiten waarvoor bij dit besluit mandaat wordt gegeven.

Artikel 3 Omvang mandaat

  • 1. Het mandaat genoemd in artikel 2 is beperkt tot handelingen die passen binnen:

    • a.

      de taken en bevoegdheden van het bestuur, de kaders van de bestuursovereenkomst en de op basis daarvan nader gemaakte afspraken; en

    • b.

      de onderdelen van provinciale begroting die gefinancierd worden uit een voor het Nationaal Programma Groningen aan de provincie uitgekeerde rijksbijdrage, met uitzondering van:

      • i.

        de in de Najaarsnota 2018 (TK 2018-2019, 35095, nr. 1) genoemde rijksbijdrage van € 50 miljoen ten behoeve van het Nationaal Programma Groningen; en

      • ii.

        de onderdelen van de provinciale begroting die bestemd zijn voor de uitvoering van thematische programmaplannen als bedoeld in artikel 18 van de Bestuursovereenkomst.

  • 2. Onverminderd artikel 10:3 van de Algemene wet bestuursrecht is artikel 2 niet van toepassing op besluiten tot vaststelling van besluiten van algemene strekking, waaronder algemeen verbindende voorschriften.

Artikel 4 Volmacht en machtiging

Aan de voorzitter van het bestuur wordt volmacht en machtiging verleend voor het ondertekenen van privaatrechtelijke overeenkomsten in die gevallen waarin het bestuur op basis van zijn mandaat heeft besloten tot het aangaan van de overeenkomst.

Artikel 5 Ondertekening besluiten

De voorzitter van het bestuur is bevoegd tot het ondertekenen van een door het bestuur in mandaat genomen besluit.

Artikel 6 ondermandaat, ondermachtiging en ondervolmacht

Het bestuur respectievelijk de voorzitter van het bestuur is bevoegd ondermandaat, ondermachtiging en ondervolmacht te verlenen.

Artikel 7 Instructies

  • 1.

    Van een gegeven mandaat wordt geen gebruik gemaakt in de volgende gevallen:

    • a.

      bij het nemen van een besluit dat in strijd is met bestaand beleid van de provincie Groningen;

    • b.

      bij het nemen van een besluit zonder dat de redelijkerwijs te verwachten financiële gevolgen in voldoende mate zijn afgedekt.

  • 2.

    Een besluit dat in (onder)mandaat is genomen wordt als volgt ondertekend:

    Gedeputeerde Staten van Groningen:

    Namens dezen:

    het bestuur van het Nationaal Programma Groningen,

    (volgt de naam van de ondertekenaar)

  • 3.

    Een overeenkomst wordt bij volmacht als volgt getekend:

    namens de commissaris van de Koning in de provincie Groningen,

    het bestuur van het Nationaal Programma Groningen,

    (volgt de naam van de ondertekenaar)

Artikel 8 Bekendmaking en inwerkingtreding;

Dit besluit wordt bekend gemaakt in het Provinciaal Blad en treedt in werking met ingang van de eerste dag na bekendmaking.

Artikel 9 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Bevoegdhedenbesluit Nationaal Programma Groningen 2019

Ondertekening

Gedeputeerde Staten voornoemd:

F.J. Paas, voorzitter.

J. Schrikkema, secretaris.

Commissaris van de Koning voornoemd:

F.J. Paas