Regeling vervallen per 23-07-2013

Cliëntenparticipatieverordening Wet werk en bijstand (WWB), Wet investeren in jongeren (WIJ) en Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)

Geldend van 01-11-2010 t/m 22-07-2013

Intitulé

Cliëntenparticipatieverordening Wet werk en bijstand (WWB), Wet investeren in jongeren (WIJ) en Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)

De raad van de gemeente Grootegast,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 16 juni 2004,

gelet op de verplichting tot cliëntenparticipatie op basis van artikel 1a van de Wet voorzieningen gehandicapten en artikel 47 van de Wet werk en Bijstand, alsmede gelet op artikel 150 van de Gemeentewet,

BESLUIT

vast te stellen de

“Verordening Platform Cliëntenparticipatie Gemeente Grootegast”.

Artikel 1 Begripsbepaling

  • a.

    Cliëntenparticipatie: De gestructureerde wijze waarop de gemeente de zelforganisatie van belanghebbenden betrekt bij de beleidsvorming, uitvoering en evaluatie van de Wet voorzieningen gehandicapten (Wvg), het integrale gemeentelijk gehandicaptenbeleid, de Wet werk en bijstand (Wwb) ca. en het gemeentelijk Inkomensondersteuningsbeleid;

  • b.

    Cliëntenparticipatie Wet voorzieningen gehandicapten: De gestructureerde wijze waarop de gemeente de cliëntenvertegenwoordiging betrekt bij de totstandkoming van haar beleid en verantwoordelijkheden en verbetering van voorzieningen ter zake de uitvoering van de Wvg

  • c.

    Cliëntenparticipatie Integraal gemeentelijk gehandicaptenbeleid: De gestructureerde wijze waarop de gemeente de cliëntenvertegenwoordiging betrekt bij de totstandkoming van een samenhangende wijze van beleid en verantwoordelijkheden, ten behoeve van de verbetering van de mogelijkheden tot gelijkwaardige maatschappelijke deelname van alle burgers met een handicap of chronische ziekte;

  • d.

    Cliëntenparticipatie Wwb ca. en gemeentelijk Inkomensondersteuningsbeleid: De gestructureerde wijze waarop de gemeente de cliëntenvertegenwoordiging betrekt bij de totstandkoming van haar beleid en verantwoordelijkheden en verbetering van ter zake de uitvoering van de Wwb ca. en het gemeentelijk Inkomensondersteuningsbeleid

  • e.

    Burgers met een handicap of chronische ziekte: Burgers die, ten gevolge van een langdurige lichamelijke, of verstandelijke beperking, of blijvende gezondheidsproblemen, belemmeringen ondervinden in het inrichten van hun eigen leven of hun mogelijkheden tot maatschappelijke participatie.

  • f.

    Burgers met een uitkering: Burgers die, ten gevolge van werkloosheid of andere omstandigheden, tijdelijk of voor langere duur geheel of gedeeltelijk niet in staat zijn om zelfstandig in de kosten van levensonderhoud te voorzien en daarvoor zijn aangewezen op financiële bijstand op grond van de Wwb ca. en of het gemeentelijk Inkomensondersteuningsbeleid.

  • g.

    Platform: De door de gemeenteraad bij verordening als zodanig ingestelde in deze gemeente actief zijnde zelforganisatie van burgers met een handicap of chronische ziekte en/of burgers die ingevolge de Wwb ca. dan wel het gemeentelijk Inkomensondersteuningsbeleid een uitkering ontvangen.

Artikel 2 Doelstellingen

De cliëntenparticipatie heeft de volgende doelstellingen:

  • 1.

    Het bewerkstelligen dat belanghebbenden bij de Wvg, het integrale gemeentelijk gehandicaptenbeleid, de uitvoering van de Wwb ca. en het Inkomensondersteuningsbeleid door zelforganisatie vanuit onafhankelijke positie door zelforganisatie vanuit onafhankelijke positie optimaal betrokken zijn bij de voorbereiding, uitvoering en evaluatie van het (mede) voor hen gevoerde gemeentelijk beleid.

  • 2.

    • 2.1.

      Het bijdragen aan de totstandkoming of verbetering van het integraal gemeentelijk gehandicaptenbeleid, gericht op het realiseren van volwaardig burgerschap en het bieden van gelijke mogelijkheden aan burgers met een handicap of chronische ziekte.

    • 2.2.

      Het bijdragen aan de totstandkoming of verbetering van het gemeentelijk beleid ter zake de uitvoering van de Wwb ca., en het gemeentelijk “Inkomensondersteuningsbeleid”.

Artikel 2a Samenstelling, benoeming en zittingsduur

  • 1

    Het platform telt maximaal 10 vaste leden, waarvan de meerderheid bij voorkeur tot de doelgroep kan worden gerekend en voor het overige uit vertegenwoordigers van vigerende maatschappelijke organisaties bestaat. De leden uit de doelgroep nemen zitting op persoonlijke titel. Bestuurders en ambtenaren van de gemeente Grootegast maken geen deel uit van het platform.

  • 2

    Het platform kiest uit haar midden een voorzitter, een secretaris en een penningmeester. Deze functies worden bekleed voor de periode van vier jaar, tenzij een functie wegens vertrek eerder vacant komt.

  • 3

    De leden worden op voordracht van het platform door burgemeester en wethouders benoemd. Bij meerdere kandidaten wordt in de voordracht de volgorde en het eventuele meerderheid- en minderheidsadvies van het platform vermeld.

  • 4

    De leden van het platform treden om de 4 jaar af. Het platform stelt een rooster van aftreden op.Leden kunnen herkozen worden. Zij kunnen maximaal 8 jaren zitting hebben in het platform.

  • 5

    Het lidmaatschap van het platform van personen behorende tot de rechthebbenden op bijstand op grond van Wwb ca. en of het Inkomensondersteuningsbeleid eindigt uiterlijk een jaar na beëindiging van diens cliëntrelatie met het gemeentelijk bureau Sociale Zaken.

  • 6

    De leden van het platform en ter vergadering aanwezige deskundigen en derden zijn verplicht tot geheimhouding van al hetgeen zij in die hoedanigheid vernemen. De plicht tot geheimhouding wordt geacht bij aanstelling of bij opening van de vergadering bekend te zijn gemaakt en vervalt niet door beëindiging van het lidmaatschap van het platform.

Artikel 3 Beleidsterreinen

In het kader van de cliëntenparticipatie wordt het platform betrokken bij:

  • 3.1

    Het gemeentelijk beleid met betrekking tot de Wvg;

  • 3.2

    het integrale gemeentelijk gehandicaptenbeleid, bestaande uit:

    • a.

      voornemens, beleid of activiteiten van de gemeente gericht op het brengen van samenhang in het beleid op verschillende terreinen ten behoeve van de burgers met een handicap of chronische aandoening;

    • b.

      het beleid op de terreinen die van invloed kunnen zijn op de mogelijkheden voor burgers met een handicap of chronische aandoening, waaronder tenminste:

      • (1)

        sociale zaken en werkgelegenheid;

      • (2)

        onderwijs, cultuur, sport en welzijn;

      • (3)

        openbare orde en veiligheid;

      • (4)

        openbare werken en grondzaken;

      • (5)

        volkshuisvesting, ruimtelijke ordening, milieu;

      • (6)

        personeel & organisatie;

  • 3.3

    Het gemeentelijk beleid met betrekking tot de Wwb ca. en “Inkomensondersteuningsbeleid”;

  • 3.4

    En het vigerende beleid op de terreinen die hierop van invloed kunnen zijn, waaronder tenminste:

    • (1)

      sociale zaken en werkgelegenheid

    • (2)

      onderwijs, cultuur, sport en welzijn,

    • (3)

      openbare orde en veiligheid

    • (4)

      openbare werken en grondzaken;

    • (5)

      volkshuisvesting, ruimtelijke ordening, milieu;

    • (6)

      personeel & organisatie;

  • 3.5

    In het “Protocol Platform Cliëntenparticipatie gemeente Grootegast” is vastgelegd wanneer en op welke wijze de gemeentelijke organisatie het platform bij de diverse beleidsterreinen betrekt, alsmede binnen welk tijdsbestek het platform dient te reageren;

  • 3.6

    In het “Protocol Platform Cliëntenparticipatie gemeente Grootegast” is vastgelegd wanneer en op welke wijze de gemeentelijke organisatie op adviezen en of verzoeken om informatie van het platform dient te reageren, alsmede binnen welk tijdsbestek dit dient te gebeuren.

Artikel 4 Werkwijze

  • 1

    Advies:

    • a.

      In het kader van cliëntenparticipatie vragen burgemeester en wethouders het platform tijdig om advies;

    • b.

      Het platform is gerechtigd om uit eigener beweging advies uit te brengen, dan wel om over zaken de beleidsterreinen genoemd in artikel 3 betreffende informatie te vragen aan, burgemeester en wethouders;

    • c.

      Burgemeester en wethouders vragen het platform in ieder geval om advies bij de onderwerpen beschreven onder artikel 3;

    • d.

      Het advies wordt op een zodanig tijdstip gevraagd, dat het van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit;

    • e.

      In het geval burgemeester en wethouders in een voorstel aan de gemeenteraad afwijken van het advies van het platform, wordt dit bij het voorstel vermeld, waarbij tevens is aangegeven op welke gronden van het advies van het platform is afgeweken;

    • f.

      Burgemeester en wethouders voorzien het platform van de informatie ten behoeve van het naar behoren kunnen functioneren van het platform. Het betreft hier alle informatie die noodzakelijk is om beleid en uitvoering te begrijpen en om ontwikkelingen en wijzigingen te kunnen volgen.

  • 2

    Overleg:

    • a.

      Tussen het voltallige college burgemeester en wethouders en het platform vindt minimaal eenmaal per jaar een structureel overleg plaats;

    • b.

      Burgemeester en wethouders wijzen een vaste contactambtenaar aan als aanspreekpunt voor de communicatie met het platform;

    • c.

      Burgemeester en wethouders wijzen per beleidsterrein een vaste ter zake kundige ambtenaar aan als aanspreekpunt voor de communicatie met het platform;

    • d.

      Het platform komt tenminste viermaal per kalenderjaar bijeen. Het platform zorgt voor het tijdig toezenden van de agenda van haar vergadering aan de vaste contactambtenaar van de gemeente. Van haar vergadering maakt het platform schriftelijk verslag dat eveneens aan de contactambtenaar van de gemeente wordt toegezonden;

    • e.

      Minimaal tweemaal per jaar vindt er overleg plaats tussen de contactambtenaar en vertegenwoordigers van het platform. Indien gewenst kan de vaste contactambtenaar het platform tijdens haar reguliere vergadering bezoeken.

    • f.

      De onder b. en c. genoemde ambtenaar kan op eigen verzoek of op uitnodiging van het platform ter vergadering verschijnen voor het geven van uitleg en verstrekken van informatie over dan wel consultatie ter zake een bepaald beleidsterrein.

    • g.

      Ten behoeve van de planning van een overleg als hiervoor genoemd onder d en e dient de betreffende ambtenaar door het platform tijdig (minimaal twee weken voorafgaand) te worden uitgenodigd, dan wel zelf tijdig aan het platform te kennen geven dat hij/zij de vergadering van het platform wenst te bezoeken.

Artikel 5 Faciliteiten

  • 1

    Burgemeester en wethouders biedt de secretaris van het platform voor de uitvoering van diens taken ambtelijke ondersteuning* ten behoeve van de volgende werkzaamheden:

    • a.

      de voorbereiding en planning van vergaderingen;

    • b.

      het maken van vergadernotulen;

    • c.

      het ter vergadering uitnodigen van externe deskundigen en gemeentelijke contactambtenaren;

    • d.

      het verzamelen van benodigde documentatie.

      * De ambtelijke ondersteuning wordt gesteld op gemiddeld maximaal 5 uur per maand.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders stellen aan het platform jaarlijks maximaal € 1.000,00 ter beschikking ten behoeve van de volgende activiteiten:

    • a.

      vergoeding voor deskundigheidsbevordering;

    • b.

      vergoeding reiskosten a € 0,36 per km en eventuele verblijfskosten;

    • c.

      onkostenvergoeding van € 10,– per lid per vergadering;

    • d.

      aanschaf van documentatie, literatuur en vaktijdschriften;

    • e.

      faciliteiten voor het verzorgen van voorlichting en public relations;

    • f.

      faciliteiten in de vorm van het beschikbaar stellen van een vergaderruimte, het maken van kopieën en de verzending van stukken.

  • 3.

    Deze middelen worden zodanig ter beschikking gesteld dat het platform redelijkerwijs in staat kan worden geacht om in het kader van de uitvoering van deze verordening de belangen te behartigen van de in de gemeente woonachtige burgers.

  • 4.

    Het platform legt middels een financieel verslag binnen drie maanden na afloop van elk kalenderjaar verantwoording af over wat zij met de verkregen middelen, als bedoeld in het eerste lid heeft gedaan. Afhankelijk van de resultaten zal achteraf al dan niet bijstelling plaatsvinden.

  • 5.

    Indien er geen platform binnen de gemeente functioneert zullen burgemeester en wethouders de totstandkoming van een platform gericht op cliëntenparticipatie actief bevorderen door:

    • a.

      een derde opdracht te geven om een zodanig platform tot stand trachten te brengen;

    • b.

      hiervoor de financiële middelen ter beschikking te stellen;

    • c.

      andere benodigde faciliteiten ter beschikking te stellen.

Artikel 6 Slotbepalingen

  • a.

    Onkostenvergoedingen als genoemd in artikel 5 van deze verordening worden niet aangemerkt als inkomsten in het kader van de Wet werk en bijstand ca. en of het gemeentelijk Inkomensondersteuningsbeleid.

  • b.

    Over van belang zijnde kwesties waarin deze verordening en het bijbehorende protocol niet voorziet treden het platform en het college van burgemeester en wethouders met elkaar in overleg.

Artikel 7 Citeertitel en datum in werking treden

  • 1

    Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening Platform Cliëntenparticipatie Gemeente Grootegast (VPCGG).

  • 2

    Het Protocol Platform Cliëntenparticipatie Gemeente Grootegast (PPCGG) wordt geacht integraal deel uit te maken deze verordening (VPCGG).

  • 3

    Deze verordening en het protocol treden in werking met ingang van 1 oktober 2004.

  • 4

    Gelijktijdig met het in werking treden van deze verordening en het protocol worden de laatstelijk bij raadsbesluit 24 november 1998 vastgestelde verordening “Cliëntenplatform Algemene bijstandswet ca. gemeente Grootegast” en de bij raadsbesluit van 17 december 2002 vastgestelde “Verordening Platform Integraal Gemeentelijk Gehandicaptenbeleid Grootegast 2003” ingetrokken.

    Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad d.d. 31 augustus2004,

    De voorzitter,

    De secretaris,