Regeling vervallen per 01-01-2021

Financiële verordening PG & Z

Geldend van 10-03-2016 t/m 31-12-2020 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2016

Intitulé

Financiële verordening PG & Z

FINANCIELE VERORDENING PG&Z

Verordening ex artikel 212 Gemeentewet

Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Publieke Gezondheid en Zorg Groningen (hierna PG&Z) besluit,

gelet op artikel 35 Wet gemeenschappelijke regelingen, artikel 212 Gemeentewet en het Besluit accountantscontrole decentrale overheden,

vast te stellen de:

Verordening op de uitgangspunten voor het financieel beleid, alsmede voor het financieel beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie van de PG&Z.

Artikel 1. Definities en algemene bepalingen

  • 1.

    In deze verordening wordt verstaan onder: Administratie: het systematisch verzamelen, vastleggen, verwerken en verstrekken van informatie ten behoeve van het besturen, het functioneren en het beheersen van (onderdelen van) de PG&Z-organisatie en ten behoeve van de daarover af te leggen verantwoording. Financiële administratie: het onderdeel van de administratie dat omvat het systematisch maken en verwerken van aantekeningen betreffende de financiële gegevens van de PG&Z-organisatie, teneinde te komen tot een goed inzicht in

    • 1.

      de financieel-economische positie;

    • 2.

      het financiële beheer;

    • 3.

      de uitvoering van de begroting;

    • 4.

      het afwikkelen van vorderingen en schulden;

    • 5.

      alsmede tot het afleggen van rekening en verantwoording daarover.

      Administratieve organisatie: het stelsel van organisatorische maatregelen gericht op het tot stand brengen en het in stand houden van de goede werking van de bestuurlijke en ambtelijke informatieverzorging ten behoeve van de verantwoordelijke leiding. Financieel beheer: het uitoefenen van bestuur over en toezicht op het beheer van middelen en het uitoefenen van rechten van de PG&Z. Rechtmatigheid: het in overeenstemming zijn met geldende wet- en regelgeving, waaronder bestuursbesluiten.

      Doelmatigheid: het realiseren van bepaalde prestaties met een zo beperkt mogelijke inzet van middelen.

      Doeltreffendheid: de mate waarin de beoogde maatschappelijke effecten van het beleid ook daadwerkelijk worden behaald.

  • 2.

    De financiële administratie, het financiële beheer en voorts alle werkzaamheden die voortvloeien uit deze verordening worden door de regeling opgedragen aan de gemeente Groningen, overeenkomstig het voor de overige werkzaamheden van de regelingen gestelde in artikel 10 van de gemeenschappelijke regeling PG&Z.

  • 3.

    Op hetgeen is bepaald in deze verordening of wordt besloten op basis van deze verordening is het gestelde in artikel 13, vierde lid, van de gemeenschappelijke regeling PG&Z van toepassing, alsmede het in de hoofdstukken III en IV van die regeling bepaalde.

    Titel 1. Begroting en verantwoording

    Kaderstellen

Artikel 2. Programmabegroting

  • 1.

    Het algemeen bestuur stelt in ieder geval bij de aanvang van de nieuwe bestuursperiode een programma-indeling vast.

  • 2.

    Het algemeen bestuur stelt per programma vast:

    • a.

      de beoogde maatschappelijke effecten;

    • b.

      de te leveren goederen en diensten;

    • c.

      de baten en lasten.

  • 3.

    Het dagelijks bestuur stelt per programma indicatoren voor met betrekking tot de beoogde maatschappelijke effecten en de te leveren activiteiten en/of projecten.

  • 4.

    Het algemeen bestuur stelt de indicatoren, bedoeld in het derde lid, vast.

  • 5.

    Het dagelijks bestuur draagt zorg voor het verzamelen en vastleggen van gegevens over de geleverde goederen en diensten en de maatschappelijke effecten, opdat de doelmatigheid en doeltreffendheid van het beleid zoals vastgesteld door het algemeen bestuur, kunnen worden getoetst.

Artikel 3. Inrichting begroting en jaarstukken

  • 1.

    Bij de begroting worden onder elk van de programma’s de lasten en baten per prioriteit weergegeven en bij de jaarstukken worden onder elk van de programma’s de gerealiseerde lasten en baten per prioriteit weergegeven.

  • 2.

    Bij de uiteenzetting van de financiële positie in de begroting wordt van de nieuwe investeringen per investering het benodigde investeringskrediet weergegeven en wordt van de lopende investeringen het geautoriseerde investeringskrediet en de raming van de uitputting van het krediet in het lopende boekjaar weergegeven.

  • 3.

    Bij de uiteenzetting van de financiële positie in begroting wordt in aanvulling op het bepaalde in artikel 20 en artikel 21 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten inzicht gegeven in de ontwikkeling van de schuldpositie als gevolg van de begroting, de meerjarenraming en de investeringen.

  • 4.

    In de jaarrekening wordt van de investeringen en meerjarige projecten de uitputting van de geautoriseerde investeringskredieten en de actuele raming van de totale uitgaven weergegeven.

Artikel 4. Producten

  • 1.

    Bij iedere begroting en jaarstukken wordt een overzicht gegeven van de toedeling van de producten uit de productraming aan de programma’s.

  • 2.

    De onderverdeling van de programma’s in de producten staat voor de bestuursperiode vast, tenzij er dringende redenen zijn tot wijzigen. Wijzigingen worden bij de begroting expliciet vermeld.

Artikel 5. Kaders begroting en jaarrekening

  • 1.

    Het dagelijks bestuur zendt binnen de wettelijk vastgestelde termijnen:

    • a.

      De algemene financiële en beleidsmatige kaders voor het volgende begrotingsjaar en de drie opvolgende jaren;

    • b.

      De voorlopige jaarrekening

      aan de raden van de deelnemende gemeenten, door tussenkomst van de colleges van burgemeester en wethouders.

  • 2.

    Bij de stukken worden gevoegd de bevindingen betrokken uit de rapportage van de begrotingsuitvoering bedoelt in artikel 8 en de jaarstukken in artikel 9.

    Uitvoering

Artikel 6. Uitvoering begroting

  • 1.

    Het dagelijks bestuur waarborgt dat de uitvoering van de begroting rechtmatig, doelmatig en doeltreffend verloopt.

  • 2.

    Het dagelijks bestuur draagt ten aanzien van de productenraming er zorg voor dat:

    • a.

      de lasten en baten, door middel van kostentoerekening, eenduidig zijn toegewezen aan de producten van de productraming;

    • b.

      de budgetten uit de productraming en kredieten voor investeringen passen binnen de kaders zoals geautoriseerd bij de vaststelling van de uiteenzetting van de financiële positie;

    • c.

      het saldo van de baten en de lasten van de producten niet dusdanig worden overschreden dat de realisatie van andere producten binnen hetzelfde programma onder druk komt.

  • 3.

    Het dagelijks bestuur draagt er zorg voor dat de lasten van de programma’s zoals geautoriseerd in de (gewijzigde) begroting niet worden overschreden.

    Beheersing en Interne controle

Artikel 7. Interne controle

  • 1.

    Het dagelijks bestuur draagt ten behoeve van het getrouwe beeld en de rechtmatigheid van de jaarrekening zorg voor de jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de informatieverstrekking, en de rechtmatigheid van de beheershandelingen. Bij afwijkingen neemt het dagelijks bestuur maatregelen tot herstel.

  • 2.

    Het dagelijks bestuur draagt zorg voor een actueel beleid inzake de bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik van de voor PG&Z relevante regelingen. Het algemeen bestuur stelt dit beleid vast.

    Rapportage en Verantwoording

Artikel 8. Tussentijdse rapportage en informatie

  • 1.

    Het dagelijks bestuur informeert het algemeen bestuur door middel van tenminste één tussentijdse rapportage over de realisatie van de begroting van het lopende boekjaar.

  • 2.

    De inrichting van de tussentijdse rapportage sluit aan bij de programma-indeling van de begroting.

  • 3.

    De rapportage gaat in op afwijkingen, zowel wat betreft de baten als de lasten, de geleverde goederen en diensten en indien daar aanleiding voor is de maatschappelijke effecten.

Artikel 9. Jaarstukken

  • 1.

    Het dagelijks bestuur legt verantwoording af over de uitvoering van de programma’s. Daarbij geeft hij aan wat is bereikt, welke goederen en diensten zijn geleverd, wat de kosten zijn en hoe de resultaten zich verhouden tot de in de begroting gestelde doelen.

  • 2.

    Het algemeen bestuur bepaalt aan de hand van de uitvoering van de programma’s of de beleidsdoelen van de programma’s voor het lopende jaar bijstelling behoeven.

    Titel 2. Financiële positie

    Kaderstellen

Artikel 10. Financiële positie

  • 1.

    Het dagelijks bestuur draagt er zorg voor dat al het beleid waartoe het algemeen bestuur heeft besloten in de uiteenzetting van de financiële positie en de meerjarenramingen is opgenomen.

  • 2.

    Het totaalbedrag aan verleende garanties en waarborgen worden bij de uiteenzetting van de financiële positie expliciet vermeld.

  • 3.

    .

  • 4.

    Het algemeen bestuur autoriseert met het vaststellen van de financiële positie de investeringskredieten.

Artikel 11. Waardering & afschrijving vaste activa

Voor de waardering en afschrijving van vaste activa worden de door het gemeentebestuur van Groningen vastgestelde gedragslijnen gevolgd, zoals die zijn neergelegd in de Financiële verordening van de gemeente Groningen.

Artikel 12. Voorziening voor oninbare vorderingen

Voor vorderingen wordt een voorziening wegens oninbaarheid gevormd op basis van een beoordeling op inbaarheid van de openstaande vorderingen ouder dan drie maanden.

Artikel 13. Kostprijsberekening

  • 1.

    Voor het bepalen van de geraamde kostprijs van producten en diensten van de PG&Z wordt een systeem van kostentoerekening gehanteerd. Bij de kostentoerekening worden naast de directe kosten alleen die indirecte kosten betrokken, die rechtstreeks samenhangen met de door de PG&Z verleende diensten.

  • 2.

    Bij de indirecte kosten worden betrokken de bijdragen aan reserves voor de noodzakelijke vervanging van de betrokken activa en de kapitaallasten van de in gebruik zijnde activa.

Artikel 14. Financieringsfunctie

  • 1.

    Het dagelijks bestuur biedt het algemeen bestuur ter vaststelling een Treasurystatuut aan waarin regels worden gegeven inzake de algemene doelstellingen en de te hanteren richtlijnen en limieten van de financieringsfunctie, alsmede inzake de administratieve organisatie van de financieringsfunctie, daaronder begrepen taken en bevoegdheden, de verantwoordingsrelaties en de bijbehorende informatievoorziening.

  • 2.

    Het dagelijks bestuur stelt op voorstel van de gemeente Groningen nadere regels op ter uitvoering van het in het eerste lid gestelde, alsmede regels voor taken en bevoegdheden, de verantwoordingsrelaties en de bijbehorende informatievoorziening; het dagelijks bestuur legt deze regels vast in een apart besluit.

Artikel 15. Registratie bezittingen, activa en vermogen

  • 1.

    Het dagelijks bestuur draagt zorgt voor een actuele en volledige registratie van bezittingen. In de registratie worden ook opgenomen niet-geactiveerde kunstvoorwerpen met cultuurhistorische waarde en de niet- of netto-geactiveerde investeringen in de openbare ruimte.

  • 2.

    Het dagelijks bestuur draagt er zorg voor, dat de registratie en de ontwikkeling van de bezittingen en het vermogen van de PG&Z systematisch periodiek worden gecontroleerd.

  • 3.

    Bij afwijkingen in de registratie van bezittingen neemt het dagelijks bestuur maatregelen voor herstel van de tekortkomingen. De resultaten van de controle en eventuele plannen van verbetering worden ter kennisgeving aan het algemeen bestuur aangeboden.

    Titel 3. Paragrafen

Artikel 16. Weerstandsvermogen en risicomanagement

Het dagelijks bestuur geeft in de paragraaf weerstandsvermogen van de begroting en van de jaarstukken de risico’s van materieel belang aan en geeft een inschatting van de kans dat deze risico’s zich voordoen, alsmede een inschatting van de weerstandscapaciteit; ook geeft hij inzicht in de vraag in hoeverre schade en verliezen als gevolg van de risico’s van materieel belang met de weerstandscapaciteit kunnen worden opgevangen. Daarbij wordt toepassing gegeven aan het ter zake geregelde in de Financiële verordening van de gemeente Groningen.

Artikel 17. Onderhoud kapitaalgoederen

Het dagelijks bestuur draagt zorg voor een actueel onderhoudsplan voor gebouwen en biedt deze ter behandeling en vaststelling aan het algemeen bestuur aan. Het onderhoudsplan bevat de voorstellen voor het te plegen onderhoud en de bijbehorende kosten aan de gebouwen en eveneens de normkostensystematiek en het meerjarig budgettair beslag.

Artikel 18. Financiering

Bij de begroting en de jaarstukken doet het dagelijks bestuur in de paragraaf financiering in ieder geval verslag van:

  • a.

    de liquiditeitsplanning en de financieringsbehoefte voor de komende drie jaar;

  • b.

    de rentekosten en rente-opbrengsten verbonden aan de financieringsfunctie.

Artikel 19. Bedrijfsvoering

  • 1.

    In de bedrijfsvoeringsparagraaf in de begroting wordt ingegaan op de tijdelijke en actuele onderwerpen die aandacht behoeven. In de bedrijfsvoeringsparagraaf in het jaarverslag wordt gerapporteerd over de bij de begroting bepaalde onderwerpen aangaande de bedrijfsvoering alsmede over nieuwe ontwikkelingen. Daarbij wordt speciale aandacht gegeven aan: personeelskosten, kosten inleenkrachten, kosten van ingehuurde externen, huisvestingskosten, automatiseringskosten.

  • 2.

    Het dagelijks bestuur rapporteert in de bedrijfsvoeringsparagraaf van de begroting en jaarstukken over de voortgang van de onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid, bedoeld in artikel 213a Gemeentewet, en de uitputting van de bijbehorende budgetten.

Artikel 20. Verbonden partijen

  • 1.

    Het dagelijks bestuur biedt tenminste eenmaal in de vier jaar een nota verbonden partijen ter vaststelling aan.

  • 2.

    Van elk van de verbonden partijen wordt weergegeven het publieke belang van de gemeente, het financieel belang van de gemeente, de zeggenschap van de gemeente, het eigen vermogen, de solvabiliteit, het financieel resultaat.

  • 3.

    De nota bevat voorts de kaders voor het beleid ten aanzien van participaties en het aangaan van nieuwe participaties, met name de condities waaronder het publiek belang is gediend met behartiging door verbonden partijen.

  • 4.

    In de begroting en de jaarstukken wordt in de paragraaf verbonden partijen in elk geval ingegaan op wijzigingen: nieuwe verbonden partijen, beëindiging of wijziging van bestaande verbonden partijen; voorts wordt opgenomen informatie die van belang is voor een oordeel over voortzetting van de relatie met de verbonden partijen.

Artikel 21. Verstrekking subsidies

Het dagelijks bestuur biedt tenminste eenmaal in de vier jaar een nota verstrekking subsidies ter vaststelling aan. De nota bevat het kader voor de verstrekking van subsidies en een overzicht van de toegekende gemeentelijke subsidies.

Titel 4. Financiële organisatie en administratie

Artikel 22. Administratie

De gemeente Groningen draagt er zorg voor dat de administratie zodanig van opzet en werking is dat zij in ieder geval dienstbaar is voor:

  • a.

    het sturen en het beheersen van activiteiten en processen in de PG&Z;

  • b.

    het verstrekken van informatie over ontwikkelingen in de omvang van activa met economisch nut, activa met maatschappelijk nut, voorraden, vorderingen en schulden, enzovoorts;

  • c.

    het verschaffen van informatie aan de budgethouders, ambtelijk overleg en bestuurders en voor het maken van kostencalculaties;

  • d.

    het bevorderen van de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de begroting en ter zake geldende wet- en regelgeving;

  • e.

    het afleggen van verantwoording over de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de begroting en ter zake geldende wet- en regelgeving;

  • f.

    de controle van de registratie van gegevens als zodanig en van de daaraan ontleende informatie alsmede voor de controle op de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen.

Artikel 23. Financiële administratie

De gemeente Groningen draagt er zorg voor dat:

  • a.

    de inrichting en de werking van de financiële administratie voldoet aan het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten en andere relevante wet- en regelgeving;

  • b.

    de vereiste informatie verstrekt wordt aan het rijk, de provincie en de Europese Unie, alsmede aan andere instellingen die specifieke verantwoordingsverplichtingen opleggen aan gemeenschappelijke regelingen.

Artikel 24. Financiële organisatie

  • 1.

    De gemeente Groningen draagt zorg voor:

    • a.

      een adequate scheiding van taken, functies, bevoegdheden, verantwoordelijkheden, zodat aan de eisen van interne controle wordt voldaan en de betrouwbaarheid van de verstrekte informatie aan beleids- en beheersorganen is gewaarborgd;

    • b.

      de verlening van mandaten en volmachten voor het aangaan van verplichtingen ten laste van de toegekende budgetten en investeringskredieten;

  • 2.

    Het dagelijks bestuur legt wat voor het voorgaande lid geregeld moet worden vast.

Artikel 25. Aanbesteding en inkoop

De gemeente Groningen draagt zorg voor en legt in een besluit vast de interne regels (protocol) voor de inkoop en aanbesteding van werken en diensten. De regels waarborgen dat wordt gehandeld in overeenstemming met de regels van de Europese Unie ter zake.

Titel 5. Slotbepalingen

Artikel 26. Bekendmaking en Inwerkingtreding

De bekendmaking van de verordening gebeurt door plaatsing in de gemeentebladen van de deelnemende gemeenten. De verordening treedt in werking op de dag nadat deze is bekendgemaakt. De verordening heeft terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2016. De eerdere Financiële verordening H&OG (Hulpverlening en Openbare Gezondheidszorg Groningen) wordt per 1 januari 2016 ingetrokken.

Artikel 27. Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald onder de naam “Financiële verordening PG&Z”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het algemeen bestuur van 19 februari 2016,
de voorzitter, de secretaris,

TOELICHTING BIJ DE FINANCIELE VERORDENING PG&Z

Vooraf

Bij het opstellen van de verordening is zoveel mogelijk uitgegaan van de modelverordening van de VNG. Die heeft echter betrekking op een gemeentelijke verordening. Dat heeft tot aanpassingen geleid. Ook is de tekst van het model waar mogelijk vereenvoudigd.

Omdat de PG&Z-regeling de werkzaamheden van de regeling heeft opgedragen aan de gemeente Groningen is in het eerste artikel de relatie met de regeling beschreven en voorts bepaald dat de gemeente Groningen uitvoering geeft aan de werkzaamheden die voortvloeien uit deze verordening overeenkomstig het voor de overige werkzaamheden van de regelingen gestelde in artikel 10 van de gemeenschappelijke regeling PG&Z.

Algemeen

Voor de PG&Z moet er een programmabegroting worden opgesteld, in overeenstemming met het BBV, er moet een rechtmatigheidtoets door de accountant plaatsvinden en er moeten twee verordeningen worden opgesteld: een Financiële verordening ex artikel 212 Gemeentewet en een Controleverordening ex artikel 213 Gemeentewet.

Artikel 212

  • 1.

    De raad stelt bij verordening de uitgangspunten voor het financiële beleid, alsmede voor het financiële beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie vast. Deze verordening waarborgt dat aan de eisen van rechtmatigheid, verantwoording en controle wordt voldaan.

  • 2.

    De verordening bevat in ieder geval:

    • a.

      regels voor waardering en afschrijving van activa;

    • b.

      grondslagen voor de berekening van de door het gemeentebestuur in rekening te brengen prijzen en van tarieven voor rechten als bedoeld in artikel 229b, alsmede, voor zover deze wordt geheven, voor de heffing bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;

    • c.

      regels inzake de algemene doelstellingen en de te hanteren richtlijnen en limieten van de financieringsfunctie, alsmede inzake de administratieve organisatie van de financieringsfunctie, daaronder begrepen taken en bevoegdheden, de verantwoordingsrelaties en de bijbehorende informatievoorziening.

      Artikelsgewijs

Artikel 3. Inrichting begroting en jaarstukken

Artikel 2 bevat een aantal bepalingen over de inrichting van de begroting waarin de kaderstellende functie van het algemeen bestuur tot uiting komt. Het algemeen bestuur legt op basis van dit artikel een belangrijk deel van de infrastructuur van de begroting vast en aspecten waarop het algemeen bestuur wil sturen en controleren.

Het algemeen bestuur bepaalt zelf het aantal en de inhoud van de programma's van de begroting en kan daardoor de begrotingsopzet aanpassen aan de eigen politiek-bestuurlijke wensen.

Artikel 4. Producten

Het algemeen bestuur stelt de programmabegroting vast. Ter uitvoering van de begroting stelt het dagelijks bestuur - zoals geregeld in het Besluit begroting en verantwoording - een productraming op. Het dagelijks bestuur is vrij in de keuze van het aantal producten en de indeling daarvan. De productraming is in de systematiek van het besluit geen onderdeel van de begroting.

Het eerste lid voorziet in de mogelijkheid dat het algemeen bestuur bij de programmabegroting en verantwoording desgewenst een overzicht ontvangt van de producten er de bijbehorende programma’s.

Artikel 5. Kaders begroting

Dit artikel voorziet in de jaarlijkse productie van een meerjarenbegroting in de zin van een begroting op hoodflijnen voor de komende vier jaar.

Artikel 6. Uitvoering begroting

In dit artikel legt het algemeen bestuur aan het dagelijks bestuur een aantal eisen op die voor een goede uitvoering van de begroting noodzakelijk zijn. In het eerste lid wordt bepaald dat het dagelijks bestuur de rechtmatigheid, de doeltreffendheid en de doelmatigheid van de uitvoering dient te waarborgen. Lid 2 stelt eisen voor de onderwerpen die van belang zijn voor de opstelling van de productraming. Lid 3 doet hetzelfde voor de uitvoering van de programma’s van de begroting.

Artikel 7. Interne controle

Het algemeen bestuur legt in dit artikel enkele basiscondities vast voor de interne controle. Daarmee verkrijgt het algemeen bestuur de zekerheid dat het dagelijks bestuur aan de eisen genoemd in met name artikel 4, eerste lid, zal kunnen voldoen.

De verordening geeft in het eerste en tweede lid bij het dagelijks bestuur de opdracht om voor de inrichting van de financiële organisatie verschillende maatregelen te treffen, op het gebied van interne controle, waaronder een adequate functiescheiding. Voor een goede interne controle zijn echter aanvullende onderzoeken nodig.

Artikel 8. Tussentijdse rapportage en informatie

Dit artikel formaliseert een belangrijk onderdeel van de planning en control van het algemeen bestuur. Op basis van deze informatie kan het algemeen bestuur de uitvoering van de begroting volgen en besluiten of bijsturing nodig is.

Artikel 9. Jaarstukken

Dit artikel is het sluitstuk van de begrotingscyclus, de verantwoording over de begrotingsuitvoering door het dagelijks bestuur, c.q. de controle van het algemeen bestuur daarop. Basis daarvoor is de productrealisatie. In het eerste lid wordt daarvoor een kwaliteitseis gesteld.

Artikel 10. Financiële positie

Het algemeen bestuur geeft in dit artikel enkele belangrijke uitgangspunten aan die het dagelijks bestuur voor de uiteenzetting van de financiële positie en de meerjarenramingen moet volgen. Tevens wordt hier expliciet vastgelegd hoe het algemeen bestuur bij het vaststellen van de financiële positie, de investeringskredieten autoriseert.

Artikel 11. Waardering en afschrijving vaste activa

De financiële verordening van de gemeente Groningen wordt ter zake gevolgd.

Artikel 13. Kostprijsberekening

In het eerste lid van dit artikel wordt de grondslag voor de bepaling van heffingen en tarieven bepaald, conform de eis neergelegd in artikel 212, lid 2, letter b Gemeentewet.

Artikel 14. Financieringsfunctie

De financieringsfunctie (treasury) is een belangrijk onderdeel van het middelenbeheer. Gezien de operationele kwetsbaarheid van deze functie bevat artikel 212 het expliciete voorschrift dat de verordening een onderdeel over de financieringsfunctie bevat. In dit artikel wordt uitvoering gegeven aan artikel 212, tweede lid onder c. Het gaat om de kaders voor het uitvoeren van de financieringsfunctie. De uitvoering van de financieringsfunctie komt aan de orde in de financieringsparagraaf in de begroting en de rekening zoals die in het Besluit begroting en verantwoording is voorgeschreven. In dit artikel stelt het algemeen bestuur doelstellingen, richtlijnen en limieten die voor het dagelijks bestuur gelden.

Artikel 15. Registratie bezittingen, activa en vermogen

Voor een goed beeld van de financiële positie is een volledige registratie van de bezittingen onontbeerlijk. Het dagelijks bestuur dient zorg te dragen voor actuele en juiste registratie.

Artikel 16. Weerstandsvermogen en risicomanagement

Waar de regeling risico’s niet met een verzekering of anderszins kan of wil opvangen, dient het weerstandsvermogen daarop berekend zijn, zonder dat uiteraard elk risico kan worden vermeden. Bij begroting en jaarstukken moet op grond van dit artikel inzicht worden geboden in risico’s en weerstandscapaciteit.

Artikel 17. Onderhoud kapitaalgoederen

Dit artikel regelt de begrotings- en verantwoordingsinformatie over het onderhoud aan kapitaalgoederen. Het dagelijks bestuur dient een onderhoudsplan voor de gebouwen van de regeling ter besluitvorming voorleggen aan het algemeen bestuur.

Artikel 18. Financiering

Dit artikel bepaalt dat over een tweetal onderwerpen betreffende de financiering wordt gerapporteerd.

Artikel 19. Bedrijfsvoering

Dit artikel schept de mogelijkheid dat het algemeen bestuur zijn informatiebehoefte formuleert aangaande de bedrijfsvoering.

Artikel 20. Verbonden partijen

Dit artikel regelt dat het algemeen bestuur door het dagelijks bestuur wordt geïnformeerd over de verbonden partijen. Op basis daarvan kan het algemeen bestuur het beleid over verbonden partijen vaststellen.

Artikel 21. Verstrekking subsidies

Voor de verstrekking van subsidie dient, mede met het oog op de rechtmatigheid, een kader te worden vastgesteld. Dit artikel beoogt dat dit kader periodiek wordt geformuleerd, mede op basis van een actueel inzicht in de feitelijke subsidiepraktijk.

Artikel 22. Administratie

Dit artikel geeft de kaders voor de inrichting van de administratie. In hoofdlijnen wordt opgedragen welke gegevens moeten worden vastgelegd en aan welke eisen de vastgelegde gegevens moeten voldoen. Dat wat ter zake moet gebeuren is expliciet neergelegd bij de gemeente Groningen.

Artikel 23. Financiële administratie

Bij algemene maatregel van bestuur stelt het Rijk eisen aan de verantwoordingsinformatie. Door de financiële administratie moeten gegevens worden aangeleverd voor de financiële verantwoordingsinformatie. Dit artikel regelt de eisen waaraan bij de inrichting en werking van de financiële administratie en bij de verschillende verantwoordingsmomenten moet worden voldaan. Ook hier wordt de gemeente Groningen expliciet de zorg ter zake opgedragen.

Artikel 24. Financiële organisatie

In dit artikel worden uitgangspunten voor de inrichting van de financiële organisatie bepaald. Daartoe stelt de gemeente Groningen regels voor de ambtelijke organisatie. De geformuleerde uitgangspunten vormen kaders met een voor het dagelijks bestuur verplichtend karakter.

Artikel 25. Aanbesteding en inkoop

Dit artikel legt vast dat de gemeente Groningen er zorg voor draagt regels op te stellen voor de aanbesteding van werken en de inkoop van goederen en diensten. Daarbij moet uiteraard de regelgeving van de Europese Unie worden nageleefd. Door in dit artikel die regels op te nemen, kan de accountant bij zijn controle van de jaarstukken nagaan of deze zijn nageleefd. Daarmee is het vaststellen van de regels een onderdeel van het rechtmatigheidsbeleid. In dat kader wordt ook het systeem van interne regels beoordeeld door de accountant.