Regeling vervallen per 01-01-2013

Verordening commissie bezwaarschriften (8.2)

Geldend van 08-04-2005 t/m 31-12-2012

Intitulé

Verordening commissie bezwaarschriften

De gemeenteraad, de burgemeester en het college van burgemeester en wethouders van Haaksbergen, ieder voorzover het zijn bevoegdheden betreft;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 januari 2005;

gelet op de bepalingen van de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht

besluiten:

vast te stellen

de Verordening commissie bezwaarschriften

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    verwerend orgaan: bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;

  • b.

    commissie: vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften;

  • c.

    Awb: Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 2 Inleidende bepaling commissie

  • 1. Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op bezwaren tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester.

  • 2. De commissie bereidt tevens de beslissing voor op een verzoek als bedoeld in artikel 7:15, tweede lid, van de Awb als dat verzoek gedaan is voordat de commissie advies heeft uitgebracht over de beslissing op bezwaar waarop het verzoek betrekking heeft.

  • 3. De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten op grond van:

    • a.

      gemeentelijke belastingverordeningen;

    • b.

      personele aangelegenheden.

Artikel 3 Samenstelling van de commissie

  • 1. De commissie bestaat uit een voorzitter en ten minste vijf leden.

  • 2. De voorzitter en de leden worden door de bestuursorganen, ieder voorzover het zijn bevoegdheden betreft benoemd, geschorst en ontslagen. Het college benoemt uit de leden één of meer plaatsvervangende voorzitters.

  • 3. De voorzitter en de leden van de commissie kunnen geen deel uitmaken van of werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van een gemeentelijk bestuursorgaan, noch mogen zij deel hebben uitgemaakt van een gemeentelijk bestuursorgaan, tenzij dit acht jaar of langer geleden is.

  • 4. De commissie regelt de vervanging van de voorzitter en diens plaatsvervanger.

Artikel 4 Secretaris

  • 1. De secretaris van de commissie is een door het college aangewezen ambtenaar.

  • 2. Het college wijst tevens een of meer plaatsvervangers van de secretaris aan.

Artikel 5 Zittingsduur

  • 1. De voorzitter en leden van de commissie maken maximaal 8 jaren deel uit van de commissie.

  • 2. De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op elk moment ontslag nemen.

  • 3. De aftredende voorzitter en de aftredende leden van de commissie blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien, tenzij nog wordt voldaan aan het bepaalde in het eerste lid van artikel 3.

  • 4. Voor de voorzitter en leden van de commissie die op het moment dat deze verordening in werking treedt al deel uitmaken van de commissie, stelt het college een rooster van aftreden vast, waarvoor geldt dat leden die op het moment van inwerkingtreding van deze verordening langer dan 8 jaren deel uitmaken van de commissie maximaal nog 2 jaren na de inwerkingtreding van deze verordening deel kunnen uitmaken van de commissie.

Artikel 6 Ingediend bezwaarschrift

  • 1. Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 2. Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt zo spoedig mogelijk in handen van de commissie gesteld.

  • 3. Bij het bericht van ontvangst als bedoeld in artikel 6:14 van de Awb wordt vermeld dat een commissie over het bezwaar zal adviseren.

Artikel 7 Uitoefening bevoegdheden

De bevoegdheden ingevolge de hierna genoemde artikelen van de Awb worden voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van de commissie:

  • a.

    artikel 2:1, tweede lid;

  • b.

    artikel 6:6, wat betreft het de indiener stellen van een termijn;

  • c.

    artikel 6:17, voorzover het de verzending van stukken betreft tijdens de behandeling door de commissie;

  • d.

    artikel 7:4, tweede lid;

  • e.

    artikel 7:6, vierde lid.

Artikel 8 Vooronderzoek

  • 1. De voorzitter van de commissie is bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.

  • 2. De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het college vereist.

Artikel 9 Hoorzitting

  • 1. De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.

  • 2. De voorzitter beslist over de toepassing van artikel 7:3 van de Awb.

  • 3. Indien de voorzitter op grond van het tweede lid besluit af te zien van het horen, doet hij daarvan mededeling aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan.

Artikel 10 Uitnodiging zitting

  • 1. De voorzitter nodigt de belanghebbenden en het verwerend orgaan ten minste twee weken voor de zitting schriftelijk uit.

  • 2. Binnen drie dagen na de uitnodiging kunnen de belanghebbenden of het verwerend orgaan onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken het tijdstip van de zitting te wijzigen.

  • 3. De beslissing van de voorzitter op dit verzoek wordt uiterlijk één week voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan meegedeeld.

  • 4. De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen die genoemd zijn in het eerste tot en met het derde lid.

Artikel 11 Quorum

Voor het houden van een zitting is vereist dat minimaal één lid en de voorzitter, of zijn plaatsvervanger aanwezig zijn. Bij afwezigheid van zowel de voorzitter als zijn plaatsvervanger is het vereist, dat twee leden aanwezig zijn, waarbij het lid dat door de commissie als zodanig is aangewezen fungeert als waarnemend voorzitter.

Artikel 12 Niet-deelneming aan de behandeling

De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.

Artikel 13 Openbaarheid zitting

  • 1. De zitting van de commissie is openbaar.

  • 2. De deuren kunnen worden gesloten indien de voorzitter van de commissie of een van de aanwezige leden het nodig oordeelt of indien een belanghebbende daartoe een verzoek doet.

  • 3. Indien de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten, vindt de zitting plaats met gesloten deuren.

Artikel 14 Schriftelijke verslaglegging

  • 1. Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de Awb vermeldt de namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid.

  • 2. Het verslag houdt een zakelijke vermelding in van wat over en weer is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen.

  • 3. Indien de zitting geheel of gedeeltelijk met gesloten deuren plaatsvond, of indien belanghebbenden, respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding.

  • 4. Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag kunnen worden gehecht.

  • 5. Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de commissie.

Artikel 15 Nader onderzoek

  • 1. Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de andere commissieleden dit onderzoek houden.

  • 2. De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden toegezonden.

  • 3. De leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist op zo'n verzoek.

  • 4. Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 16 Raadkamer en advies

  • 1. De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar uit te brengen advies. Voor het uitbrengen van een advies bestaat de commissie uit de voorzitter en twee leden.

  • 2. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies. Indien bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter.

  • 3. Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt indien die minderheid dat verlangt.

  • 4. Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 5. Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.

Artikel 17 Uitbrengen advies en verdaging

Het advies wordt, onder medezending van het verslag als bedoeld in artikel 14 en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie en nader verslag, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

Artikel 18 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt op 8 april 2005 in werking.

  • 2. Op het moment dat deze verordening in werking treedt wordt de Verordening behandeling bezwaarschriften van 12 maart 2002 en 14 maart 2002 ingetrokken.

Artikel 19 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening commissie bezwaarschriften.

Ondertekening

Haaksbergen, 25 januari 2005
burgemeester en wethouders van Haaksbergen,
de secretaris, L.J.J.M. Franken
de burgemeester, drs. K.B. Loohuis
Haaksbergen, 25 januari 2005
de burgemeester van Haaksbergen, drs. K.B. Loohuis
Haaksbergen, 30 maart 2005
de raad voornoemd,
de griffier, mr. G. Raaben
de voorzitter, drs. K.B. Loohuis