Belonings- en reiskostenregeling Haaksbergen (11.4)

Geldend van 01-04-2018 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2016

Intitulé

Belonings- en reiskostenregeling Haaksbergen (11.4)

Samenvatting

Deze regeling bevat regels over onder andere salariëring, de toelagen, de periodieke verhogingen en overige vergoedingen, zoals vergoeding voor reis- en verblijfkosten.

Burgemeester en wethouders van Haaksbergen;

Wettelijke basis:

bepalingen van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst (CAR-UWO) (Hoofdstuk 3), de Ambtenarenwet (artikel 125), de Gemeentewet (artikel 160) en de Algemene wet bestuursrecht;

Besluiten:

vast te stellen Belonings- en reiskostenregeling

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    maximumsalaris:

het hoogste bedrag van de salarisschaal behorend bij een betreffende functie;

  • b.

    personeelsbeoordeling:

de eindbeoordeling voortvloeiende uit de jaarlijkse gesprekkencyclus;

  • c.

    periodieke verhoging:

het verschil tussen twee opeenvolgende bedragen in dezelfde salarisschaal;

  • d.

    zakelijke dienstreis:

een naar het oordeel van de leidinggevende noodzakelijke verplaatsing van een ambtenaar tot het verrichten van een dienst of volgen van een opleiding/cursus buiten de standplaats, evenals het hiermee verband houdende verblijf buiten deze plaats;

  • e.

    NS-Business Card:

een door de NS verleend product dat aan de gebruiker het recht geeft om gebruik te maken van één of meerdere diensten;

  • f.

    standplaats:

het gebouw, gebouwencomplex of terrein waar of van waaruit de ambtenaar gewoonlijk zijn werkzaamheden verricht;

  • g.

    kilometervergoeding:

een onbelaste vergoeding op basis van openbaar vervoer volgens de fiscale regelgeving.

Hoofdstuk 2 Functies en functiewaardering

Artikel 2 Functiebeschrijving en -waardering

In aanvulling op het bepaalde in artikel 3:1 van de CAR-UWO gaat binnen de gemeente Haaksbergen het functiewaarderingssysteem HR21 gebruikt worden. Nadere uitwerking van het systeem is opgenomen in de Procedureregeling Functiebeschrijving en –waardering Haaksbergen. Alle beschreven functies met de vastgestelde functieschaal zijn in het functieboek gemeente Haaksbergen opgenomen.

Artikel 3 Recht op salaris

Gelet op het bepaalde in artikel 3:2 van de CAR-UWO gelden de volgende aanvullende bepalingen:

  • a.

    het salaris wordt gebaseerd op de gemiddelde arbeidsduur per week;

  • b.

    wanneer het salaris of een salaristoelage moet worden berekend over een gedeelte van een kalendermaand, wordt het bedrag naar evenredigheid vastgesteld;

Artikel 4 Vaststelling salaris

In aanvulling op het gestelde in artikel 3:3 van de CAR-UWO geldt een aanloopschaal voor de ambtenaar die nog niet voldoet aan de in zijn functiebeschrijving opgenomen functie-eisen.

Artikel 5 Salarisverhoging

Ten aanzien van het toekennen van een salarisverhoging geldt het volgende:

  • a.

    de periodieke verhogingen worden voor de ambtenaren die voor 1 januari van een bepaald kalenderjaar in dienst zijn getreden telkens op 1 januari van het daaropvolgende kalenderjaar toegekend;

  • b.

    voor het eerste jaar van aanstelling kunnen andere individuele afspraken worden gemaakt over de eerstvolgende periodiekdatum door de leidinggevende;

  • c.

    een verhindering wegens ziekte als bedoeld in Hoofdstuk 7 van de CAR-UWO is niet van invloed op het tijdstip van toekenning van periodieke salarisverhogingen.

Artikel 6 Geen periodieke verhoging

  • 1.

    Indien het functioneren van een ambtenaar op grond van een beoordeling als niet voldoende wordt gekwalificeerd blijft met ingang van de eerstvolgende periodiekdatum de salarisverhoging, zoals bedoeld in artikel 5 van deze regeling achterwege, zoals bedoeld in artikel 3:4, leden 1 en 2 CAR-UWO. Vervolgens wordt er door de leidinggevende in overleg met de ambtenaar een plan van aanpak opgesteld met als doel dat de ambtenaar voldoende functioneert.

  • 2.

    In bijzondere gevallen kan het college bepalen dat de salarisverhoging, die met toepassing van het eerste lid achterwege is gelaten, al dan niet met terugwerkende kracht alsnog wordt toegekend.

Artikel 7 Verlaging salarisschaal

In aanvulling op het bepaalde in artikel 3:5 van de CAR-UWO geldt dat het in de volgende gevallen mogelijk is een ambtenaar in een lagere salarisschaal in te passen zonder voorafgaand ontslag:

  • a.

    als een ambtenaar om welke redenen dan ook vrijwillig een stapje terug wil doen in dezelfde functie en daarvoor onder aanpassing van zijn salaris een aantal zwaardere taken wil afstoten;

  • b.

    als, na het doorlopen en monitoren van een verbetertraject, sprake is van blijvend onvoldoende functioneren de ambtenaar, in onderlinge afstemming en op basis van een besluit wordt herplaatst in een functie met een lagere salarisschaal.

Artikel 8 Inpassing in hogere schaal

In aanvulling op het gestelde in artikel 3:6 van de CAR-UWO geldt ten aanzien van de inpassing in een hogere schaal het volgende:

  • a.

    wanneer voor de ambtenaar een salarisschaal gaat gelden met een hoger maximumsalaris, wordt het salaris in de nieuwe schaal vastgesteld op een bedrag, gelegen onmiddellijk boven het salaris, dat de ambtenaar in de oude schaal zou hebben genoten. Indien deze bevordering tegelijkertijd plaatsvindt met een periodieke verhoging, vindt eerst de periodieke verhoging plaats en vervolgens de inschaling vanwege de bevordering;

  • b.

    indien bij toepassing van het eerste lid van dit artikel het verschil tussen het oude salaris en het salaris in de nieuwe schaal minder dan 75% bedraagt van het verschil tussen het bedrag dat de ambtenaar laatstelijk genoot en het naast hogere bedrag in de oude schaal, dan volgt een extra periodieke verhoging;

  • c.

    wanneer de in het tweede lid benoemde vergelijkingssystematiek niet mogelijk is omdat de ambtenaar het maximum van de salarisschaal behorende bij zijn oude functie reeds had bereikt, dient te worden vergeleken met het verschil tussen het bedrag behorende bij periodiek 10 en 11 in de oude schaal.

HOOFDSTUK 3 Salaristoelagen

Artikel 9 Waarnemingstoelage

In aanvulling op het gestelde in artikel 3:10 van de CAR-UWO geldt ten aanzien van het toekennen van een waarnemingstoelage dat voor het bepalen van de hoogte van de waarnemingstoelage de inpassingsregels gelden conform het bepaalde van artikel 8 van deze regeling.

Artikel 10 Inconveniententoelage

  • 1.

    Een inconveniententoelage wordt toegekend aan medewerkers van de afdeling Beheer en Openbare ruimte (BOR) die onvermijdbare, onaangename of gevaarlijke arbeid moeten uitvoeren of daarmee in aanraking komen.

  • 2.

    Het bedrag van de toelage is € 395,- voor 1 fte op jaarbasis en naar rato van de omvang van de dienstbetrekking.

Artikel 11 Garantietoelage

  • 1.

    De ambtenaar die een garantietoelage ontvangt, zoals bedoeld in artikel 3:15 van de CAR-UWO, blijft deze toelage ontvangen, zolang de grond hiervoor aanwezig is.

  • 2.

    De toegekende garantietoelagen worden aangepast aan algemene trendmatige salarisaanpassingen zoals deze worden vastgesteld voor het gemeentelijk personeel.

  • 3.

    Bij bevordering naar een hogere salarisschaal wordt het bedrag van de garantietoelage geïncorporeerd in het toe te kennen salarisbedrag en vervalt gelijktijdig de garantietoelage.

HOOFDSTUK 4 Overige vergoedingen en uitkeringen

Artikel 12 Reis- en verblijfkostenvergoeding

  • 1.

    De reis- en verblijfkosten worden vergoed voor zakelijke dienstreizen of het volgen van een opleiding/cursus buiten de plaats van tewerkstelling.

  • 2.

    De ambtenaar heeft voorafgaand aan het maken van een dienstreis toestemming nodig van de leidinggevende.

  • 3.

    De ambtenaar maakt voor zakelijke reizen zoveel mogelijk gebruik van de NS-Business Card op basis van 2e klasse , die door het college per dienstreis wordt verstrekt.

  • 4.

    Indien de ambtenaar gebruik maakt van eigen vervoer gelden de volgende regels:

    • a.

      voor een zakelijke dienstreis worden de kosten op basis van openbaar vervoer vergoed vanaf de standplaats;

    • b.

      verkeersovertredingen komen voor eigen rekening van de ambtenaar;

    • c.

      de aanspraak op een vergoeding voor reis- en verblijfkosten vervalt indien een declaratie niet binnen drie maanden nadat de kosten gemaakt zijn, aangeboden worden bij de afdeling P&O.

  • 5.

    Indien er sprake is van een overnachting in verband met een dienstreis, gelden de volgende voorwaarden:

    • a.

      de accommodatie wordt gekozen in overleg met de leidinggevende;

    • b.

      de overnachting inclusief ontbijt wordt vergoed;

    • c.

      de kosten voor een warme maaltijd, inclusief twee drankjes, worden vergoed op basis van de Reisregeling binnenland.

  • 6.

    Wanneer de ambtenaar via een dienstopdracht minimaal twee uren extra aansluitend aan de reguliere werktijd werkt, kan een maaltijd(vergoeding) worden verstrekt overeenkomstig artikel 12, lid 5 aanhef en onder c van deze regeling, tenzij de maaltijd in natura wordt verstrekt.

HOOFDSTUK 5 Slotbepalingen

Artikel 13 Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de ambtenaar afwijken van de bepalingen van deze regeling indien toepassing van de regeling tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 14 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking op 1 april 2018 en werkt terug tot 1 januari 2016 met uitzondering van die situatie waarin de toepassing van een artikel een nadelig effect heeft voor de individuele medewerker.

  • 2.

    Op het moment dat deze regeling in werking treedt, wordt de op 12 september 2006 vastgestelde Bezoldigingsregeling gemeente Haaksbergen ingetrokken.

Artikel 15 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Belonings – en reiskostenregeling .

Haaksbergen, 6 maart 2018

M.E. Kragting

secretaris

G.J. Kok MDR

burgemeester

Ondertekening