Subsidieverordening coronamaatregelen Haaksbergen (9.55)

Artikel 1 Begripsbepaling

Deze verordening verstaat onder:

• a.

  instelling: een rechtspersoon naar burgerlijk recht, die zich zonder winstoogmerk als hoofddoel stelt de behartiging van belangen op één of meer terreinen waarop de Algemene subsidieverordening van toepassing is en op grond van deze verordening in aanmerking wil komen voor subsidie;

• b.

  aanvrager: de instelling die op grond van deze verordening subsidie aanvraagt;

• c.

  omzetverlies: het negatieve verschil tussen de omzet van het jaar 2019 en het jaar 2020 of 2021. Bij de omzetberekening van 2020 of 2021 worden ook eventuele baten van andere compensatieregelingen (zoals de NOW-regeling) meegenomen, met uitzondering van compensatieregelingen ter dekking van meerkosten vanwege coronamaatregelen zoals mondkapjes, desinfectiegel, spatschermen, informatieborden, etc.;

• d.

  lagere kosten: het positieve verschil tussen de kosten van het jaar 2019 en het jaar 2020 of 2021 voor zover dit verschil veroorzaakt wordt door de coronamaatregelen, zoals lagere inkoopkosten horeca, lagere onkostenvergoedingen aan medewerkers of vrijwilligers, lagere energielasten, etc.;

• e.

  aandeel Haaksbergen: de verhouding tussen de reguliere subsidie 2021 van de gemeente Haaksbergen aan de instelling ten opzichte van het totaal aan reguliere subsidies 2021 dat de aanvrager ontvangt van overheidsorganen uitgedrukt in een percentage.

Artikel 2 Reikwijdte

Het college kan op grond van deze verordening subsidie verstrekken aan een instelling die in Haaksbergen is gevestigd en/of haar activiteiten in Haaksbergen uitvoert, als deze instelling als gevolg van de coronamaatregelen omzetverlies heeft en aan de subsidievoorwaarden uit deze verordening voldoet.

Artikel 3 Aanvraag

• 1.

  De aanvrager dient de aanvraag om subsidie in met het door het college vastgestelde aanvraagformulier.

• 2.

  De aanvrager dient de aanvraag om subsidie die betrekking heeft op omzetverlies in 2020 voor 1 september 2021 in.

• 3.

  De aanvrager dient de aanvraag om subsidie die betrekking heeft op omzetverlies in 2021 voor 1 juli 2022 in.

• 4.

  De aanvrager dient naast het ingevulde en ondertekende aanvraagformulier de volgende gegevens in:

  • a.

    een duidelijke onderbouwing en motivering van de aanvraag waaruit blijkt hoeveel subsidie wordt gevraagd. De aanvrager brengt de financiële situatie duidelijk in beeld;

  • b.

    een jaarrekening 2019 en jaarrekening 2020 respectievelijk jaarrekening 2021;

  • c.

    een analyse met onderbouwing van het omzetverlies zoals bedoeld in artikel 1, onder c, van deze verordening en in hoeverre het omzetverlies wordt veroorzaakt door de coronamaatregelen;

  • d.

    gegevens en een berekening van de lagere kosten zoals bedoeld in artikel 1, onderdeel d, van deze verordening waaruit blijkt wat de aanvrager binnen de eigen instelling heeft gedaan om de nadelige gevolgen van de coronamaatregelen te beperken en dat de aanvrager hiervoor een maximale inspanning heeft verricht;

  • e.

    gegevens waaruit blijkt dat de aanvrager alle andere landelijke, provinciale, regionale en lokale compensatieregelingen die van toepassing zijn, heeft aangevraagd en ingezet.

• 5.

  In afwijking van het bepaalde in het vierde lid, onderdeel b, van dit artikel kan een aanvrager in plaats van een jaarrekening 2021 een actuele deugdelijk onderbouwde begroting 2021 indienen. Uit deze begroting blijkt dat de aanvrager geen of onvoldoende reserves of andere mogelijkheden heeft om de periode te overbruggen tot de jaarrekening 2021 gereed is.

• 6.

  Als de aanvrager een subsidie aanvraagt van € 25.000,00 of meer dan dienen de jaarrekeningen zoals bedoeld in het vierde lid, onderdeel b, van dit artikel te zijn voorzien van en schriftelijke verklaring van een accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek omtrent de getrouwheid van het financieel verslag. Bij toepassing van lid 5 van dit artikel hoeft de begroting 2021 niet van een verklaring van de accountant voorzien te zijn.

Artikel 4 Beslistermijn, subsidieverlening, subsidievaststelling en uitbetaling

• 1.

  Het college beslist binnen zes weken over een volledige aanvraag om subsidie.

• 2.

  In afwijking van het eerste lid van dit artikel beslist het college voor 16 juni 2021 over een aanvraag die betrekking heeft op subsidie vanwege omzetverlies in 2020 die voor 5 mei 2021 is ingediend.

• 3.

  In afwijking van het eerste lid van dit artikel beslist het college voor 15 juni 2022 over aanvraag die betrekking heeft op subsidie vanwege omzetverlies in 2021 die voor 4 mei 2022 is ingediend.

• 4.

  Het college stelt de subsidie vast overeenkomstig artikel 4:43 van de Algemene wet bestuursrecht als de aanvrager een jaarrekening 2020 of 2021 heeft ingediend.

• 5.

  Het college betaalt de subsidie binnen zes weken na de vaststelling van de subsidie uit.

• 6.

  Het college verleent de subsidie als de aanvrager een actuele deugdelijk onderbouwde begroting 2021 heeft ingediend.

• 7.

  Het college betaalt de verleende subsidie bij voorschot binnen zes weken na de subsidieverlening uit en verleent 100% voorschot.

• 8.

  In het geval van subsidieverlening zoals bedoeld in het zesde lid van dit artikel dient de aanvrager voor 4 mei 2022 een aanvraag tot subsidievaststelling in waarbij de aanvrager de jaarrekening 2021 overlegt. Indien hierbij vaststelling van een subsidie van € 25.000 of meer wordt gevraagd, dient de jaarrekening 2021 voorzien te zijn van een schriftelijke verklaring van een accountant zoals bedoeld in artikel 3, zesde lid, van deze verordening.

• 9.

  Het college beslist voor 15 juni 2022 over een volledige aanvraag om subsidievaststelling van de verleende subsidie zoals bedoeld in het zesde lid van dit artikel. Bij deze vaststelling is ook de evenredige verdeling zoals bedoeld in artikel 6, zesde lid, van deze verordening van toepassing.

• 10.

  Indien een aanvrager de aanvraag tot subsidievaststelling zoals bedoeld in het achtste en negende lid van dit artikel op 4 mei 2022 of later indient beslist het college binnen zes weken over een volledige aanvraag om subsidievaststelling. In dat geval heeft de aanvrager geen recht op een evenredige verdeling zoals bedoeld in artikel 6, zesde lid, van deze verordening en moet de aanvrager als het subsidieplafond is bereikt mogelijk het volledig verleende bedrag terugbetalen.

Artikel 5 Subsidievoorwaarden

• 1.

  Het college verstrekt subsidie als de aanvrager aan de volgende subsidievoorwaarden voldoet:

  • a.

    de aanvrager heeft aangetoond dat het omzetverlies minimaal 10% ten opzichte van de omzet van 2019 bedraagt;

  • b.

    de aanvrager ontvangt in 2021 minimaal € 7.500,00 subsidie van de gemeente Haaksbergen;

  • c.

    de aanvrager voerde of voert activiteiten uit in Haaksbergen in het jaar waarop het omzetverlies betrekking heeft;

  • d.

    de aanvrager voert op het moment van het indienen van de subsidieaanvraag nog activiteiten uit in Haaksbergen;

  • e.

    de aanvrager heeft aannemelijk gemaakt dat met het verstrekken van de subsidie het uitvoeren van de activiteiten in Haaksbergen nog minimaal 12 maanden vanaf het moment van het indienen van de subsidieaanvraag plaatsvindt.

• 2.

  Voor de toepassing van het eerste lid, onderdeel a, mag de aanvrager ook de omzet 2019 van een rechtsvoorganger gebruiken als de aanvrager de activiteiten in Haaksbergen sinds 2020 van die rechtsvoorganger heeft overgenomen. In dat geval dient de aanvrager bij de aanvraag zoals bedoeld in artikel 3 van deze verordening de jaarrekening 2019 van de rechtsvoorganger in.

• 3.

  Het college weigert de gevraagde subsidie als de aanvrager niet aan de subsidievoorwaarden voldoet.

Artikel 6 Hoogte subsidie en subsidieplafond

• 1.

  De subsidie bedraagt maximaal de uitkomst van de volgende berekening: (het omzetverlies minus lagere kosten) x aandeel Haaksbergen x 90%.

• 2.

  Het college verstrekt minimaal € 2.500,00 en maximaal € 50.000,00 subsidie per jaar van omzetverlies. Als de uitkomst van de berekening uit het eerste lid van dit artikel lager is dan € 2.500,00 wijst het college de subsidieaanvraag af.

• 3.

  Het subsidieplafond bedraagt in 2020: € 150.000,00 en in 2021: € 200.000,00.

• 4.

  Het college kan nadere regels vaststellen waarin het subsidieplafond wordt aangepast.

• 5.

  Het college verstrekt subsidie totdat het vastgestelde subsidieplafond van deze verordening is bereikt.

• 6.

  Wanneer voor 5 mei 2021 (omzetverlies 2020) respectievelijk 4 mei 2022 (omzetverlies 2021) van meerdere instellingen aanvragen voor een subsidie zijn ontvangen en deze voldoen aan deze verordening, dan wordt als daarmee het subsidieplafond is bereikt, de subsidie naar evenredigheid verdeeld over deze instellingen. Hierbij worden ook de aanvragen tot subsidievaststelling betrokken van subsidies die verleend zijn zoals bedoeld in artikel 4, achtste en negende lid, van deze verordening.

• 7.

  Wanneer op of na 5 mei 2021 (omzetverlies 2020) respectievelijk op of na 4 mei 2022 (omzetverlies 2021) van meerdere instellingen aanvragen voor een subsidie zijn ontvangen en deze voldoen aan deze verordening, dan verstrekt het college de subsidie op volgorde van ontvangst van volledige aanvragen, totdat het vastgestelde subsidieplafond van deze verordening is bereikt.

• 8.

  Indien de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag de datum waarop de aangevulde aanvraag is ontvangen.

• 9.

  Wanneer op of na 5 mei 2021 (omzetverlies 2020) respectievelijk op of na 4 mei 2022 (omzetverlies 2021) op eenzelfde tijdstip van meerdere instellingen aanvragen voor een subsidie worden ontvangen en deze voldoen aan deze verordening, dan wordt als daarmee het subsidieplafond is bereikt, de subsidie naar evenredigheid verdeeld over deze instellingen.

Artikel 7 Subsidieverplichtingen

• 1.

  De subsidieontvanger verleent medewerking aan door het college te houden steekproeven naar de besteding van de subsidie.

• 2.

  De subsidieontvanger verleent medewerking aan evaluatie en monitoring.

• 3.

  De subsidieontvanger meldt onmiddellijk iedere relevante wijziging ten opzichte van de gegevens die bij de aanvraag zijn overgelegd aan het college. Wanneer blijkt dat de aanvrager alsnog subsidie van een andere partij ontvangt, dan meldt de aanvrager dat bij het college.

• 4.

  Het college kan besluiten de subsidie te verlagen, in te trekken en terug te vorderen als de subsidieontvanger de subsidieverplichtingen niet nakomt.

Artikel 8 Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen, ten gunste van de belanghebbende, afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van deze verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 9 Inwerkingtreding

• 1.

  Deze verordening treedt in werking op 9 april 2021.

• 2.

  Deze verordening wordt ingetrokken op 1 januari 2023 met dien verstande dat deze verordening van toepassing blijft op nog niet afgehandelde aanvragen om vaststelling van de subsidie.

Artikel 10 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Subsidieverordening coronamaatregelen.

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 31 maart 2021

mr. G. Raaben

griffier

mr. drs. R.G. Welten

burgemeester