Regeling vervallen per 14-09-2017

Bezoldigingsregeling gemeente Haaren

Geldend van 01-01-2016 t/m 13-09-2017

Intitulé

Bezoldigingsregeling gemeente Haaren

Bezoldigingsregeling gemeente Haaren

College van Burgemeester en wethouders van de gemeente Haaren;

gelet op het bepaalde in artikel 3:1 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling (CAR);

gelet op het gestelde in artikel 160 van de Gemeentewet;

BESLUIT:

tot vaststelling van de navolgende

Bezoldigingsregeling gemeente Haaren

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

1.Medewerker

De ambtenaar in de zin van artikel 1:1 lid 1 sub a van de CAR.

2.Bezoldiging

De bezoldiging als bedoeld in artikel 3:1 lid 2 sub c van de CAR

3.Salaris

Het salaris als bedoeld in artikel 3:1 lid 2 sub b van de CAR

5.Salarisschaal

De schaal als bedoeld in artikel 3:1 lid 2 sub a en bijlage IIa van de CAR/UWO

6.Aanloopschaal

De aanloopschaal is de salarisschaal die één(1) schaal onder de feitelijke salarisschaal ligt, waarin de betreffende functie is ingeschaald.

7.Maximum salaris

Het hoogste bedrag van de salarisschaal

8.Volledige betrekking

Een betrekking als bedoeld in artikel 1:1 lid 1 sub k van de CAR

9.Personeelsbeoordeling

De beoordeling voortvloeiende uit de cyclus van persoonlijke doelstelling-, coaching- en beoordelingsgesprekken conform de regeling gesprekkencyclus “Gehasys”.

10.Regeling gesprekkencyclus GeHaSys

Gemeente Haaren coachings- en beoordelingssysteem.

11.Direct leidinggevende

De hiërarchisch leidinggevende van de medewerker.

Artikel 2 Recht op salaris

  • 1.

    De medewerker heeft recht op salaris vanaf het moment dat hij feitelijk in dienst treedt. Indien in het aanstellingsbesluit of arbeidsovereenkomst geen ingangsdatum is opgenomen, vangt het recht op salaris aan op de dag dat de medewerker zijn werkzaamheden heeft aangevangen.

  • 2.

    Het salaris wordt berekend op basis van de arbeidsduur per week en uitbetaald per maand, uiterlijk de 20e van de maand.

  • 3.

    Het recht op salaris eindigt in geval van ontslag met ingang van de dag waarop het ontslag ingaat, tenzij burgemeester en wethouders beargumenteerd anders bepalen.

Artikel 3 Salaris, toelagen en korting naar evenredigheid

  • 1.

    In gevallen waarin de bezoldiging of de kortingsbedragen moeten worden berekend over een gedeelte van een maand, wordt de bezoldiging of korting per dag vastgesteld door de bezoldiging of korting per maand te delen door het aantal werkbare dagen van de desbetreffende kalendermaand.

  • 2.

    Salaris en toelagen, uitgedrukt in een bedrag per jaar worden per kalendermaand berekend op een twaalfde gedeelte van het jaarbedrag. Voor de berekening van salaris en toelagen over een gedeelte van een maand vindt het bepaalde in het eerste lid overeenkomstige toepassing.

Artikel 4 Salaris bij deeltijd

Het salaris van de medewerker die in deeltijd werkt, wordt vastgesteld naar evenredigheid van het salaris bij een volledige werktijd.

Artikel 5 Bepalen salarisschaal

  • 1.

    De salarissen van de medewerkers waarvan het salaris niet bij of krachtens de wet is geregeld, wordt vastgesteld op de bedragen volgens de salarisschalen zoals opgenomen in bijlage II of bijlage IIa van de CAR/UWO.

  • 2.

    De toepassing van bijlage II dan wel bijlage IIa vindt plaats conform het gesteld in artikel 3:1, derde tot en met het vijfde lid van de CAR/UWO.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders bepalen met inachtneming van de resultaten van een functiewaarderingsonderzoek en aan de hand van de vastgestelde conversietabel de voor de ambtenaar geldende salarisschaal.

  • 4.

    Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen met betrekking tot de uitvoering van een functiewaarderingsonderzoek en de daarbij te hanteren methode.

  • 5.

    Indien de medewerker bij indiensttreding of het aanvaarden van een andere (interne) functie:

    • a.

      niet elders een soortgelijke functie heeft vervuld;

    • b.

      een voor hem nieuwe functie binnen de organisatie aanvaardt;

    • c.

      bij aanstelling nog niet beschikt over voldoende ervaring en opleiding;

    • d.

      de functie niet volledig of nog niet op voldoende wijze vervultwordt hij ingeschaald in de aanloopschaal. Inschaling in de aanloopschaal is alleen mogelijk indien de verwachting bestaat, dat er binnen afzienbare tijd wordt voldaan aan de gestelde eisen. In deze situatie is de inschaling als regel gekoppeld aan een aanstelling of arbeidsovereenkomst bij wijze van proef conform artikel 2:4 lid 4 van de CAR.

  • 6.

    Als een medewerker is aangesteld in de aanloopschaal wordt na maximaal een jaar functioneren beoordeeld of de medewerker voldoet aan de voorwaarden om in de functieschaal te worden ingepast. Daarvan is sprake als de medewerker aantoonbaar beschikt over voldoende opleiding en ervaring en/of de medewerker blijk heeft gegeven de functie op volledige en op voldoende wijze kunnen vervullen. Zie regeling Gehasys: beoordelingssystematiek.

  • 7.

    Bij bevordering naar de functieschaal zijn de bepaling uit artikel 10 van deze regeling van toepassing.

Artikel 6 Bepaling salariëring

  • 1.

    Bij indiensttreding kent het college de medewerker het salaris toe, dat in de op zijn salarisschaal betrekking hebbende salaris is vermeld bij periodiek 0.

  • 2.

    Het college kan van het bepaalde in het vorige lid afwijken door het toekennen van een hoger salaris, niet zijnde hoger dan het maximumsalaris van de functieschaal. Argumenten hiervoor zijn gelegen in

    • a.

      beschikken over voldoende opleiding en ervaring;

    • b.

      het op volledige en op voldoende wijze vervullen van de functie;

    • c.

      het gedurende minimaal één jaar salariëren volgens de aanloopschaal;

    • d.

      de aansluiting van het aangetoonde salaris van de vorige dienstbetrekking ten opzichte van de huidige dienstbetrekking.

Artikel 7 Toekenning periodieke salarisverhoging

  • 1.

    Het salaris wordt op basis van artikel 16 lid 4 Regeling gesprekkencyclus GeHaSys bij voldoende of goed functioneren binnen de voor hem geldende salarisschaal met een periodiek verhoogd tot het naast hoger gelegen bedrag.

  • 2.

    De periodieke verhoging kan worden toegekend aan de medewerker die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft bereikt, voor de eerste maal met ingang van 1 januari daaropvolgend, tenzij bij de aanstelling anders is overeengekomen.

  • 3.

    Als er in de beoordelingsperiode (maximaal 1 jaar) een periode van zes maanden geen arbeid is verricht kan de direct leidinggevende in afwijking van artikel 12 tot en met 16 van de Regeling gesprekkencyclus GeHaSys bepalen dat niet kan worden vastgesteld of er sprake is van voldoende functioneren.

Artikel 8 Salariëring bij aanvaarden andere functie

Burgemeester en wethouders kunnen de bezoldiging van de reeds in dienst zijnde medewerker, die als gevolg van een interne sollicitatie in een andere functie is benoemd en die is ingepast in een hogere schaal dan hij voorheen had, bij een onvoldoende eindoordeel over zijn functioneren, na het doorlopen van de met hem aangegane proeftijd, zodra hem een andere passende functie wordt aangeboden, terugbrengen naar de schaal en de salarisanciënniteit, welke hij zou hebben gehad, ware hij niet in die andere functie benoemd.

Artikel 9 Toekennen van extra periodieke salarisverhoging

  • 1.

    Aan de medewerker die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft bereikt, wordt bij zeer goed functioneren op basis van artikel 16 lid 5 Regeling gesprekkencyclus GeHaSys een extra periodieke verhoging toegekend, op basis van een uitzonderlijk goede of uitstekende vervulling van de betrekking.

  • 2.

    De extra periodieke verhoging zal ingaan per 1 januari volgend op de beoordeling.

  • 3.

    Het salaris inclusief de verhogingen gaat niet uit boven het maximum van de salarisschaal.

Artikel 10 Niet-toekennen van periodieke salarisverhoging

Het salaris wordt op basis van artikel 16 lid 2 Regeling gesprekkencyclus GeHaSys niet periodiek verhoogd als de medewerker bijna voldoende of onvoldoende functioneert.

Artikel 11 Salarisverhoging bij bevordering naar een hogere schaal

  • 1.

    Als de medewerker, op voorstel van de direct leidinggevende, wordt bevorderd naar een hogere salarisschaal geldt het volgende:

    • a.

      Voor de medewerker als bedoeld in artikel 3:1, derde lid onder a CAR (oude salarisschaal) wordt het nieuwe salaris vastgesteld op het bedrag in de nieuwe schaal gelegen onmiddellijk boven het salaris dat de ambtenaar in de oude schaal had;

    • b.

      Voor de medewerker als bedoeld in artikel 3:1, derde lid onder b CAR (nieuwe salarisschaal) geldt hetzelfde als onder a. Wel geldt het volgende. Is het verschil tussen het oude en het nieuwe salaris minder dan 75% van het verschil tussen het oude salaris en één periodiek hoger (of lager als de medewerker het maximumsalaris van de schaal ontving) dan wordt de medewerker in een hoger periodiek ingeschaald, zodat dit verschil wel gerealiseerd wordt.

Artikel 12 Persoonlijke toelage

  • 1.

    Aan de medewerker, die het maximum van de voor hem geldende schaal heeft bereikt, kan door het college een toelage worden toegekend, wanneer daartoe op grond van buitengewone bekwaamheid, geschiktheid en ijver aanleiding bestaat.

  • 2.

    De toelage wordt ingetrokken, indien de gronden waarop de toelage werd toegekend niet meer aanwezig zijn, tenzij het college van oordeel is, dat er omstandigheden zijn om de toelage geheel of gedeeltelijk te handhaven.

Artikel 13 Toekenning (tijdelijke) persoonlijke toelage

  • 1.

    De medewerker die het maximum salaris van de voor hem geldende functieschaal heeft bereikt kan, wanneer hij in twee achtereenvolgende jaren op grond van de regeling gesprekkencyclus Gehasys een beoordelingscore van 8,5 of hoger heeft gekregen, een toelage worden toegekend van ten hoogste 10% van het salaris.

  • 2.

    Indien de gronden aanwezig zijn, zoals genoemd in het eerste lid, vindt effectuering plaats in januari van het eerstvolgende jaar.

  • 3.

    Het salaris en de toelage bedragen samen niet meer dan het hoogste bedrag van de naast hogere salarisschaal.

  • 4.

    De toelage wordt ingetrokken wanneer er een beoordelingsscore wordt toegekend van lager dan 8,5.

  • 5.

    Bij het beëindigen van de toelage als bedoeld in het eerste lid, ongeacht de duur en de hoogte van de toelage, kan de betreffende medewerker geen aanspraak maken op de afbouwregeling op grond van artikel 25 van deze regeling.

Artikel 14 Bijzondere prestaties ( aangevuld met lokaal beleid)

  • 1.

    Wegens een uitstekende of buitengewone prestatie kan aan de medewerker, op voorstel van de direct leidinggevende, een bijzondere beloning worden toegekend op basis van en in aanvulling op artikel 15:1:28 UWO in de vorm van:

    • a.

      Extra verlof

    • b.

      Gratificatie

    • c.

      Extra opleidingsmogelijkheden

    • d.

      Een ander door de secretaris in te vullen beloning.

  • 2.

    Op voorstel van de direct leidinggevende beslist de secretaris over de toekenning bijzondere beloningen.

  • 3.

    Bij toekenning van bijzondere beloning aan de secretaris neemt het college de beslissing.

Artikel 15 Overwerk

  • 1.

    Dit artikel heeft uitsluitend betrekking op de medewerkers op wie de bijzondere regeling zoals bedoeld in de Werktijdenregeling gemeente Haaren van toepassing is;

  • 2.

    De medewerker voor wie een salarisschaal geldt met een lager salaris dan schaal 10, ontvangt voor overwerk een vergoeding.

  • 3.

    De medewerker voor wie een salarisschaal geldt van schaal 10 of hoger ontvangt geen overwerkvergoeding of andere compensatie voor overwerk.

Artikel 16 Toelage onregelmatige dienst

  • 1.

    Dit artikel heeft uitsluitend betrekking op de medewerkers op wie de bijzondere regeling zoals bedoeld in de Werktijdenregeling gemeente Haaren van toepassing is;

  • 2.

    Aan de medewerker voor wie een salarisschaal geldt met een lager maximumsalaris dan dat van schaal 10 en voor wie werktijden zijn vastgesteld als bedoeld in artikel 3:3 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Haaren, wordt een toelage toegekend op grond van artikel 3:3 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Haaren;

  • 3.

    De toelage als bedoeld in het tweede lid bedraagt per gewerkt uur een percentage van het voor de medewerker geldende salaris per uur en wel:

    • a.

      20% voor de uren op maandag tot en met donderdag tussen 6:00 uur en 8:00 uur en tussen 18:00 en 22:00 uur en voor de uren op vrijdag tussen 6:00 en 8:00 uur en tussen 13:30 en 22:00 uur;

    • b.

      40% voor de uren op zaterdag tussen 6:00 en 22:00 uur en voor de uren op maandag tot en met zaterdag tussen 0:00 en 6:00 uur en tussen 22:00 en 24:00 uur;

    • c.

      65% voor de uren op zondag en op feestdagen genoemd in artikel 4:1:1 derde lid van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Haaren;

  • 4.

    Medewerkers (bodes) die in het weekend aanwezig moeten zijn in verband met een huwelijk, krijgen in afwijking van het in lid 3 bepaalde een onregelmatigheidstoeslag van respectievelijk 75% (zaterdag) of 100% (zondag en feestdag) van de gewerkte uren op die dagen;

  • 5.

    In bijzondere gevallen kan een regeling worden getroffen, die het bepaalde in de vorige leden aanvult of daarvan afwijkt.

Artikel 17 Vergoeding bereikbaarheids- en beschikbaarheidsdienst

  • 1.

    De medewerker aan wie de verplichting is opgelegd, bedoeld in artikel 15:1:10 tweede lid, sub c UWO en die volgens een daarvoor vastgesteld rooster consignatiedienst verricht, en daarbij strikt aan het huis of werkadres is gebonden, ontvangt daarvoor een toelage. De toelage is opgenomen in de bijlage en zal geïndexeerd worden conform de CAO-afspraken.

  • 2.

    Voor de medewerker die is geconsigneerd voor storingen, gladheidbestrijding of beveiliging gemeentehuis, bedraagt de toelage een vast bedrag per maand, gebaseerd op 2 weken per maand consignatie.

  • 3.

    De medewerkers die zich regelmatig en belangrijke mate beschikbaar moeten houden buiten de voor hem gelden werktijden hebben op basis van artikel 6:2:1 UWO recht op 14,4 uur extra verlof. Burgemeester en wethouders wijzen deze functies aan.

Artikel 18 Vergoeding toezichthouders milieustraat

De toezichthouders, die afwisselend op zaterdag dienst hebben bij de milieustraat wordt een netto-uurvergoeding uitbetaald. Het netto bedrag is op genomen in de bijlage en zal geïndexeerd worden conform de CAO-afspraken.

Artikel 19 Vergoeding inconveniënten

  • 1.

    Aan de medewerkers, aan wie het verrichten van zware, onaangename of gevaarlijke arbeid wordt opgedragen, wordt na evenredigheid van het aantal uren dat gedurende het kalenderjaar die arbeid is verricht een toelage toegekend.

  • 2.

    Door burgemeester en wethouders is in de Regeling inconveniënten gemeente Haaren nader bepaald welke arbeidsomstandigheden als zwaar, onaangenaam of gevaarlijk moeten worden aangemerkt.

  • 3.

    Het bedrag van de toelage is opgenomen in de inco-conversietabel behorende bij de regeling.

  • 4.

    De hoogte van het bedrag is opgenomen in de bijlage en zal worden geïndexeerd conform de CAO-afspraken.

Artikel 20 Waarnemingstoelage

De medewerker die tijdelijk een andere functie volledig waarneemt waarvoor een hogere salarisschaal geldt dan voor zijn eigen functie, kan een toelage conform het bepaalde in artikel 3:1:2 UWO ontvangen.

Artikel 21 Arbeidsmarkttoelage

  • 1.

    Aan de medewerker kan om redenen van werving of behoud een toelage worden toegekend.

  • 2.

    De in het eerste lid bedoelde toelage wordt toegekend voor maximaal een tijdvak van drie jaar.

  • 3.

    De hoogte van de toelage als bedoeld in het eerste lid bedraagt maximaal het verschil tussen het maximum van de functionele schaal en het maximum van de naasthogere functionele schaal.

  • 4.

    De toelage als bedoeld in het eerste lid eindigt op de ingevolge het tweede lid vastgestelde vervaldatum, Wanneer de arbeidsmarktsituatie waarop de toelage is gebaseerd nog steeds bestaat, kan opnieuw een toelage als bedoeld in het eerste lid aan de medewerker worden toegekend.

  • 5.

    De toelage wordt voor de resterende periode ingetrokken, indien de gronden waarop de toelage werd toegekend niet meer aanwezig zijn, tenzij het college van oordeel is, dat er omstandigheden zijn om de toelage geheel of gedeeltelijk te handhaven.

Artikel 22 Vergoeding bedrijfshulpverlening

  • 1.

    De medewerker, die door het diensthoofd is aangewezen om in voorkomende gevallen aan bedrijfshulpverlening oefeningen deel te nemen of in het kader van de bedrijfshulpverlening op te treden, geniet een door burgemeester en wethouders vastgestelde vergoeding .

  • 2.

    De hoogte van het bedrag is opgenomen in bijgevoegde bijlage.

Artikel 23 Ambtsjubileumgratificatie

  • 1.

    De medewerker heeft bij het bereiken van een bepaalde diensttijd bij de overheid recht op een ambtsjubileumgratificatie op basis van artikel 3:5 CAR en 3:5:1 UWO.

  • 2.

    Als diensttijd voor de ambtsjubileumgratificatie wordt aangemerkt de diensttijd conform artikel 4 en 5 van de Regeling gratificatie bij ambtsjubileum voor de sector Rijk (Stb. 1989, 223).

  • 3.

    Als volgens lid 2 een gratificatie zou kunnen worden toegekend, maar de betrokkene ter zake van zijn dienstvervulling reeds -bijvoorbeeld als militair- een gratificatie of uitkering heeft ontvangen, welke naar haar aard overeenkomt met de gratificatie volgens deze regeling, vindt geen toekenning van een gratificatie plaats.

  • 4.

    Indien de medewerker op de datum van zijn ambtsjubileum geen bezoldiging geniet, omdat hem mede in het algemeen belang, buitengewoon verlof zonder behoud van de bezoldiging is verleend, wordt voor de berekening van zijn ambtsjubileumgratificatie uitgegaan van de bezoldiging die hij genoot direct voorafgaande aan het verlof.

  • 5.

    De medewerker heeft bij het bereiken bij een bepaalde diensttijd bij de gemeente Haaren recht op een diensttijdjubileumgratificatie.

  • 6.

    De hoogte van de diensttijdjubileumgratificatie is geregeld in de attentieregeling Gemeente Haaren.

Artikel 24 Bezoldiging bij ziekte.

  • 1.

    De hoogte van de bezoldiging van een zieke medewerker wordt bepaald op grond van artikel 7:3 en 7:4 CAR.

  • 2.

    Het bedrag van de bezoldiging bedoeld in artikel 7:3 CAR wordt vastgesteld door het salaris te vermeerderen met het bedrag dat de medewerker gemiddeld over een periode van 3 maanden voorafgaande aan de eerste ziektedag heeft ontvangen aan toelage onregelmatige dienst, en andere toelagen die tot de bezoldiging behoren. Van de periode van 3 maanden kan worden afgeweken wanneer deze periode een afwijkend beeld geeft van het gemiddelde.

  • 3.

    Voor zover de medewerker op de eerste ziektedag minder dan 3 kalendermaanden zijn betrekking heeft vervuld, wordt gerekend met het bedrag dat hem gemiddeld per maand is toegekend over het tijdvak waarin hij voor het ontstaan van de verhindering in dienst is geweest.

Artikel 25 Afbouwtoelage

  • 1.

    Aan de medewerker van wie de bezoldiging een blijvende verlaging ondergaat van tenminste 3% van de som van het salaris en toelage, als gevolg van het verminderen of beëindigen van een toelage als bedoeld in artikel 16, 17 of 19 wordt een afbouwtoelage toegekend, als de medewerker de toelage langer dan twee jaar zonder onderbreking van twee maanden heeft ontvangen.

  • 2.

    Voor de hoogte van de toelage wordt uitgegaan van het bedrag per maand dat over de laatste 3 maanden, voorafgaand aan het begin van de afbouw, gemiddeld is uitbetaald aan de medewerker.

  • 3.

    Indien het verminderen of beëindigen van de toelage door de eigen schuld of toedoen is ontstaan, bestaat er geen recht op een afbouwtoelage.

  • 4.

    Vindt de vermindering of het beëindigen plaats in de 1e helft van de maand, dan wordt over die maand nog de volledige toelage betaald. Daarna geldt de afbouwtoelage als omschreven in lid 6.

  • 5.

    Vindt de vermindering of het beëindigen plaats in de 2e helft van de maand, dan wordt over de volgende maand nog de volledige toelage betaald. Daarna geldt de afbouwtoelage als omschreven in lid 6.

  • 6.

    Na afloop van de in lid 4 en 5 bedoelde periode bedraagt de afbouwtoelage:

    • -

      1e jaar: 75% van de vermindering

    • -

      2e jaar: 50% van de vermindering

    • -

      3e jaar: 25% van de vermindering

  • 7.

    Als de medewerker weer dezelfde toelage gaat ontvangen, vindt een herberekening van de afbouwtoelage plaats. Als de nieuwe toelage hoger is dan de oude, vervalt de afbouwtoelage in zijn geheel.

  • 8.

    De periode doorgebracht, zonder uitputtend te zijn, vanwege arbeidsongeschiktheid, zwangerschaps- en bevallingsverlof wordt niet aangemerkt als onderbreking in de zin van de vorige leden.

Artikel 26 Algemene salariswijzigingen

Indien in het overleg tussen het College voor Arbeidszaken en de centrales van overheidspersoneel een salariswijziging met een algemeen karakter voor de sector gemeenten wordt overeengekomen, dan wordt door het college met ingang van de datum waarop de wijziging ingaat een overeenkomstige wijziging aangebracht in de salarisschalen opgenomen in bijlage II en IIa van de CAR/UWO.

Artikel 27 Onvoorziene gevallen

In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, kunnen burgemeester en wethouders een bijzondere voorziening treffen.

Artikel 28

Deze regeling kan worden aangehaald als de Bezoldigingsregeling gemeente Haaren 2014, en treedt in werking met ingang van de eerste dag van de maand volgend op die van de publicatie. Vanaf de inwerkingtredingdatum van deze regeling vervalt de Bezoldigingsregeling gemeente Haaren 2009.

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van

28 april 2015

Burgemeester en wethouders van Haaren,

Joan van den Akker, secretaris

Jeannette Zwijnenburg-van der Vliet, burgemeester

Bijlage 1

Toelichting begripsomschrijvingen

Bezoldiging ( artikel 1, lid 2):

De bezoldiging als bedoeld in artikel 3:1, lid 2, onderdeel c van de CAR, zijnde:

Het salaris vermeerderd met de aan de betreffende medewerker toegekende emolumenten en toelagen voor zover deze van structurele aard zijn, alsmede de waarnemingtoelage en functioneringstoelage. Er is sprake van structurele toelagen en/of emolumenten wanneer deze voor onbepaalde tijd zijn toegekend of wanneer deze gedurende tenminste een half jaar maandelijks zijn of worden genoten, met uitzondering van de BHV-vergoeding. De toelagen en/of emolumenten kunnen betrekking hebben op:

• Toelage onregelmatige dienst

• Bereikbaarheids- en beschikbaarheidstoelage

• Vergoeding toezichthouders milieustraat

• Inconveniëntentoelage

• Arbeidsmarkttoelage

Bij twijfel zijn burgemeester en wethouders bevoegd te beslissen of een toelage wel of niet tot de bezoldiging behoort.

Bedragen, 2008 en 2009, zoals deze zijn opgenomen in de desbetreffende artikelen van de “Bezoldigingsregeling gemeente Haaren ”. (Indexatie zal plaatsvinden conform de CAO-afspraken)

Artikel 17 Vergoeding Bereikbaarheids- en beschikbaarheidsdienst

De vergoeding, als bedoeld in artikel 16 lid 2, bedraagt € 150,28 bruto bij een consignatie van 2 weken per maand.

Artikel 18 Vergoeding toezichtshouders milieustraat

De vergoeding, als bedoeld in artikel 17, bedraagt voor 2008 € 15,07 en voor 2009 € 15,40 netto per uur.

Artikel 19 Vergoeding inconveniënten

De vergoeding voor inconveniënten is geregeld in de inco-conversietabel behorend bij de Regeling inconveniënten gemeente Haaren .

Artikel 22 Vergoeding bedrijfshulpverlening

De vergoeding, als bedoeld in artikel 21, bedraagt € 13,24 bruto per maand.