Regeling vervallen per 06-03-2014

Afvalstoffenverordening van de gemeente Haaren

Geldend van 01-01-2009 t/m 05-03-2014

Intitulé

Afvalstoffenverordening van de gemeente Haaren

De raad van de gemeente Haaren;gelezen het voorstel van het college van 14 oktober 2008;gelet op artikel 10.23, eerste lid, van de Wet milieubeheer;B E S L U I T:vast te stellen de volgende Afvalstoffenverordening van de gemeente Haaren.

Paragraaf 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1 In deze verordening wordt verstaan dan wel mede verstaan:

    • a.

      wet: Wet milieubeheer;

    • b.

      inzamelen: de activiteiten gericht op het ophalen of innemen van afvalstoffen die binnende gemeente ter inzameling worden aangeboden en het feitelijk ophalen en innemendaarvan;

    • c.

      ter inzameling aanbieden: de wijze van overdragen van afvalstoffen aan eeninzamelende persoon of instantie, inclusief het achterlaten van afvalstoffen in daartoedoor of vanwege de inzamelende persoon of instantie geplaatste inzamelmiddelen of -voorzieningen of op een daartoe aangewezen plaats;

    • d.

      inzamelmiddel: een voor de inzameling van afvalstoffen bestemd hulp- ofbewaarmiddel, bijvoorbeeld een minicontainer ten behoeve van één huishouden;

    • e.

      inzamelvoorziening: een voor de inzameling van afvalstoffen bestemd(e) bewaarmiddelof -plaats, bijvoorbeeld een verzamelcontainer, wijkcontainer of brengvoorziening, tenbehoeve van meerdere huishoudens;

    • f.

      inzameldienst: de krachtens artikel 2, eerste lid, aangewezen inzameldienst, belast metde inzameling van huishoudelijke afvalstoffen;

    • g.

      andere inzamelaars: de krachtens artikel 2, tweede lid, aangewezen personen eninstanties, belast met het afzonderlijk inzamelen van categorieën huishoudelijkeafvalstoffen;

    • h.

      gebruiker van een perceel: degene die in de gemeente feitelijk gebruik maakt van eenperceel ten aanzien waarvan ingevolge artikel 10.21 en artikel 10.22 van de Wetmilieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt;

    • i.

      straatafval: huishoudelijke afvalstoffen van zeer beperkte omvang en gewicht, zoalsproppen, papier, sigarettenpeuken, kauwgom, plastic bekertjes en blikjes,verpakkingsmateriaal, etenswaren, niet zijnde klein chemisch afval, ontstaan buiten eenperceel;

    • j.

      wegen: de wegen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b van de Wegenverkeerswet1994;

    • k.

      motorrijtuigen: alle voertuigen, als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder c van deWegenverkeerswet 1994.

Paragraaf 2 INZAMELING VAN HUISHOUDELIJKE AFVALSTOFFEN

Artikel 2 Aanwijzing inzameldienst en andere inzamelaars

  • 1 Het college wijst de inzameldienst aan, die belast is met het inzamelen van huishoudelijkeafvalstoffen.

  • 2 Naast de inzameldienst kan het college andere inzamelaars aanwijzen die belast zijn methet afzonderlijk inzamelen van categorieën huishoudelijke afvalstoffen.

  • 3 Het college kan aan het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen voorschriften enbeperkingen verbinden in het belang van de bescherming van het milieu.

Artikel 3 Afzonderlijke inzameling

  • 1 Door de inzameldienst of andere inzamelaars worden de volgende categorieënhuishoudelijke afvalstoffen afzonderlijk ingezameld:

    • a.

      groente-, fruit- en tuinafval (gft);

    • b.

      huishoudelijk restafval;

    • c.

      klein chemisch afval (kca);

    • d.

      glas en vlakglas;

    • e.

      oud papier en karton;

    • f.

      kunststof verpakkingen en PET-flessen;

    • g.

      textiel;

    • h.

      elektrische en elektronische apparatuur (wit-, bruin- en grijsgoed);

    • i.

      puin;

    • j.

      hout (A,B,C - kwaliteit);

    • k.

      snoeihout;

    • l.

      blad en grasmaaisel;

    • m.

      asbest en asbesthoudend materiaal;

    • n.

      grof huishoudelijk afval;

    • o.

      drankkartons;

    • p.

      ferro en non-ferro.

  • 2 Het college kan een omschrijving vaststellen van de categorieën huishoudelijkeafvalstoffen als bedoeld in het eerste lid.

Artikel 4 Inzamelmiddelen en -voorzieningen

  • 1 De inzameling kan plaatsvinden via:

    • a.

      een inzamelmiddel voor de gebruiker van een perceel;

    • b.

      een inzamelvoorziening voor de gebruikers van een aantal percelen;

    • c.

      een inzamelvoorziening op wijkniveau;

    • d.

      een brengvoorziening op lokaal of regionaal niveau.

  • 2 Het college kan aanwijzen via welk al dan niet van gemeentewege verstrekt inzamelmiddelof via welke inzamelvoorziening de inzameling van een bepaalde categorie huishoudelijkeafvalstoffen ten behoeve van de gebruiker van een perceel plaatsvindt.

Artikel 5 Frequentie van inzamelen

  • 1 Huishoudelijk restafval wordt tenminste eenmaal per twee weken bij elk perceelingezameld.

  • 2 In afwijking van het eerste lid wordt huishoudelijk restafval bij verzamelcomplexen (voorsenioren), waarbij een collectieve inzamelvoorziening is geplaatst, eenmaal per week nabijelk bijbehorend perceel ingezameld.

  • 3 Groente-, fruit- en tuinafval wordt tenminste eenmaal per twee weken bij elk perceelingezameld.

  • 4 Het college kan de frequentie van inzameling vaststellen van de overige categorieënhuishoudelijke afvalstoffen die afzonderlijk in aangewezen delen van de gemeente bij elkperceel worden ingezameld.

Artikel 6 Inzamelverbod huishoudelijke afvalstoffen behoudens aanwijzing

  • 1 Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen in te zamelen.

  • 2 Het verbod geldt niet voor de inzameldienst of andere gecontracteerde inzamelaars.

  • 3 Het verbod geldt niet voor personen of instanties die in het kader vanproducentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur of ministeriëleregeling een inzamelplicht hebben gekregen voor categorieën van huishoudelijkeafvalstoffen.

Paragraaf 3 TER INZAMELING AANBIEDEN VAN HUISHOUDELIJKE

Artikel 7 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan

Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden aan een ander dande inzameldienst, andere inzamelaars of de personen of instanties die in het kader vanproducentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur of ministeriële regelingeen inzamelplicht hebben voor categorieën van huishoudelijke afvalstoffen.

Artikel 8 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen door

Het is anderen dan gebruikers van percelen verboden om huishoudelijke afvalstoffen terinzameling aan te bieden.

Artikel 9 Afzonderlijk ter inzameling aanbieden

  • 1 Het is verboden om de categorieën huishoudelijke afvalstoffen zoals bepaald in artikel 3,eerste lid, anders dan afzonderlijk ter inzameling aan te bieden.

  • 2 Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen aan te bieden aan anderen dan de krachtensartikel 2 aangewezen inzameldienst en andere gecontracteerde inzamelaars.

  • 3 Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voor de bij nadere regels aan te wijzencategorieën van personen.

  • 4 Het in het tweede lid gestelde verbod geldt niet voor het aanbieden van categorieënhuishoudelijke afvalstoffen aan personen of instanties die in het kader vanproducentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur of ministeriëleregeling een inzamelplicht hebben gekregen voor die categorieën huishoudelijkeafvalstoffen.

Artikel 10 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen

  • 1 Het is de gebruiker van een perceel, voor wie krachtens artikel 4, tweede lid eeninzamelmiddel of inzamelvoorziening is aangewezen, verboden de huishoudelijkeafvalstoffen anders aan te bieden dan via het betreffende inzamelmiddel of de betreffendecollectieve inzamelvoorziening of de betreffende brengvoorziening.

  • 2 Het is verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelmiddel ofinzamelvoorziening aan te bieden, dan de categorie waarvoor dit inzamelmiddel of dezeinzamelvoorziening krachtens artikel 4, tweede lid is bestemd.

  • 3 Het college kan regels stellen omtrent het gebruik van een van gemeentewege verstektinzamelmiddel.

  • 4 Het college kan regels stellen omtrent de plaats en wijze waarop huishoudelijkeafvalstoffen moeten worden aangeboden.

  • 5 Het college kan categorieën huishoudelijke afvalstoffen aanwijzen die zonderinzamelmiddel ter inzameling kunnen worden aangeboden.

  • 6 Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere wijze ter inzameling aan te biedendan krachtens dit artikel is bepaald.

Artikel 11 Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden

  • 1 Het college stelt de dagen en tijden vast waarop categorieën huishoudelijke afvalstoffen terinzameling kunnen worden aangeboden.

  • 2 Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere dagen en tijden ter inzameling aante bieden dan krachtens het eerste lid is bepaald.

Artikel 12 Het in bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden van huishoudelijke

In afwijking van hetgeen in deze paragraaf is bepaald, kan het college regels stellen omtrenthet in bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan deinzameldienst of andere gecontracteerde inzamelaars.

Paragraaf 4 INZAMELING VAN BEDRIJFSAFVALSTOFFEN

Artikel 13 Inzameling bedrijfsafvalstoffen door de inzameldienst

Het college kan categorieën bedrijfsafvalstoffen aanwijzen die door de inzameldienst wordeningezameld.

Artikel 14 Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst

  • 1 Het is verboden bedrijfsafvalstoffen aan te bieden aan de inzameldienst.

  • 2 Het verbod geldt niet voor de krachtens artikel 13 aangewezen categorieënbedrijfsafvalstoffen, voor zover degene die gebruik maakt van de inzameling door deinzameldienst voldoet aan de daarmee ontstane belastingplicht op grond van de jaarlijksdoor de gemeenteraad vast te stellen “Verordening op de heffing en de invordering vanafvalstoffenheffing en reinigingsrechten”.

  • 3 Het college kan regels stellen omtrent de dagen, tijden, wijzen en plaatsen waarop dekrachtens artikel 13 aangewezen bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst ter inzamelingkunnen worden aangeboden.

  • 4 Het is verboden de krachtens artikel 13 aangewezen bedrijfsafvalstoffen ter inzamelingaan te bieden in strijd met deze regels.

Artikel 15 Het ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan een ander dan de

  • 1 Het college kan regels stellen voor het ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffenaan een ander dan de inzameldienst.

  • 2 Het is verboden bedrijfsafvalstoffen ter inzameling aan te bieden in strijd met deze regels.

Paragraaf 5 ZWERFAFVAL

Artikel 16 Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging

  • 1 Het is verboden buiten een daarvoor door het college bestemde plaats en buiten eeninrichting in de zin van de Wet milieubeheer een afvalstof, stof of voorwerp op of in debodem te brengen, te storten, te houden, achter te laten of anderszins te plaatsen op eenwijze die aanleiding kan geven tot hinder, verslechtering of nadelige beïnvloeding van hetmilieu.

  • 2 Het college kan van het verbod, zoals bepaald in artikel 16 eerste lid, ontheffing verlenen.

  • 3 Het verbod is niet van toepassing op:

    • a.

      het overeenkomstig deze verordening ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen of bedrijfsafvalstoffen;

    • b.

      het thuis composteren van groente-, fruit- en tuinafval;

    • c.

      voor zover de (afval)stoffen tijdelijk op de weg geraken of worden gebracht alsonvermijdelijk gevolg van het laden, lossen of vervoeren van afvalstoffen dan wel hetverrichten van andere werkzaamheden op of aan de weg.

  • 4 Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voor zover de Wet bodembescherming ofhet Besluit Bodemkwaliteit voorziet in de beoogde bescherming van het milieu.

Artikel 17 Achterlaten van straatafval

  • 1 Het is verboden straatafval in de openbare ruimte achter te laten zonder gebruik te makenvan de van gemeentewege of anderszins geplaatste of voorgeschreven bakken, mandenof soortgelijke voorwerpen.

  • 2 Het is verboden om andere afvalstoffen dan straatafval achter te laten in daartoe vangemeentewege of anderszins geplaatste of voorgeschreven bakken, manden ofsoortgelijke voorwerpen.

Artikel 18 Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed staande afvalstoffen

  • 1 Het is verboden afvalstoffen of inzamelmiddelen die ter inzameling gereed staan tedoorzoeken en te verspreiden.

  • 2 Het is verboden tegen afvalstoffen of inzamelmiddelen, die ter inzameling gereed staan, testoten, te schoppen, deze omver te werpen of deze anderszins te behandelen waardoor erzwerfafval ontstaat.

Artikel 19 Afvalbakken in inrichtingen voor het verbruiken van eet- en drinkwaren

De houder of beheerder van een inrichting waar eet- of drinkwaren worden verkocht die terplaatse kunnen worden genuttigd, is verplicht:

  • a.

    een afvalbak, -mand of soortgelijk voorwerp in of nabij de inrichting op een duidelijk zichtbare plaats aanwezig te hebben, waarin het publiek afval kan achterlaten;

  • b.

    zorg te dragen dat deze afvalbak, -mand of soortgelijk voorwerp van een zodanigeconstructie is dat het afval daarin deugdelijk geborgen blijft en dat die afvalbak, -mand ofvoorwerp steeds tijdig wordt geledigd;

  • c.

    zorg te dragen dat dagelijks, uiterlijk een uur na sluiting van de inrichting, doch in iedergeval terstond op eerste aanzegging van een ambtenaar, belast met de toezicht op denaleving van dit artikel, in de nabijheid van de inrichting achtergebleven afval, voor zoverkennelijk uit of van die inrichting afkomstig, wordt opgeruimd.

Artikel 20 Wegwerpen van reclamebiljetten of ander promotiemateriaal

Degene die in de openbare ruimte reclamebiljetten of dergelijke of ander promotiemateriaalonder het publiek verspreidt, is verplicht deze of de verpakking daarvan terstond op te ruimenof te laten opruimen, indien deze in de omgeving van de plaats van uitreiking op de weg ofeen andere voor het publiek toegankelijke plaats door het publiek worden weggeworpen.

Artikel 21 Zwerfafval bij vervoeren, laden en lossen of overige werkzaamheden

  • 1 Het is verboden afvalstoffen, stoffen of voorwerpen zodanig te laden, te lossen of tevervoeren of andere werkzaamheden te verrichten dat de weg wordt verontreinigd of hetmilieu nadelig kan worden beïnvloed.

  • 2 Indien bij het laden of lossen of vervoeren van afvalstoffen, stoffen of voorwerpen dezeweg wordt verontreinigd of het milieu nadelig wordt beïnvloed, is degene die genoemdewerkzaamheden verricht alsmede diens opdrachtgever verplicht deze weg te reinigen of telaten reinigen:

    • a.

      direct na het ontstaan van de verontreiniging, indien de verontreiniging gevaar voor de veiligheid van het verkeer of beschadiging van het wegdek oplevert;

    • b.

      direct na beëindiging van de werkzaamheden, indien de verontreiniging geen gevaarvoor de veiligheid van het verkeer of beschadiging van het wegdek oplevert;

    • c.

      indien de werkzaamheden langer dan een dag duren, elke dag direct na beëindigingvan de werkzaamheden.

Paragraaf 6 OVERIGE ONDERWERPEN DIE DE VERORDENING AANGAAN

Artikel 22 Verbod opslag van afvalstoffen

  • 1 Het is verboden afvalstoffen op voor het publiek zichtbare plaats in de open lucht en buiteneen inrichting in de zin van de Wet milieubeheer op te slaan of opgeslagen te hebben.

  • 2 Het college kan ontheffing verlenen van het in het eerste lid gestelde verbod.

  • 3 Het verbod is niet van toepassing op het overdragen of ter inzameling aanbieden vanhuishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst, andere inzamelaars of de personen ofinstanties die in het kader van producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregelvan bestuur of ministeriële regeling een inzamelplicht hebben voor categorieën vanhuishoudelijke afvalstoffen.

Artikel 23 Afgifte autowrakken afkomstig uit een huishouden

Het is de eigenaar of kentekenhouder verboden zich te ontdoen van een autowrak, datafkomstig is van een huishouden, anders dan door afgifte aan inrichtingen, genoemd in artikel6 van het Besluit Beheer Autowrakken.

Paragraaf 7 SLOTBEPALINGEN

Artikel 24 Strafbepaling

Een gedraging in strijd met de volgende artikelen is een strafbaar feit in de zin van artikel 1a,onder 3º, Wet op de economische delicten:

 

 

Artikel 6 

Inzamelverbod huishoudelijke afvalstoffen behoudens aanwijzing

Artikel 7

Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aananderen

Artikel 8

Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen dooranderen dan de gebruikers van percelen

Artikel 9

Afzonderlijk ter inzameling aanbieden

Artikel 10

Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen

Artikel 11

Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden

Artikel 14

Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst

Artikel 15

Het ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan een ander dan deinzameldienst

Artikel 16

Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging

Artikel 17

Achterlaten van straatafval

Artikel 18

Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed staande afvalstoffen

Artikel 19

Afvalbakken in inrichtingen voor het verbruiken van eet- en drinkwaren

Artikel 20

Wegwerpen van reclamebiljetten of ander promotiemateriaal

Artikel 21

Zwerfafval bij vervoeren, laden en lossen of overige werkzaamheden

Artikel 22

Verbod opslag van afvalstoffen

Artikel 23

Afgifte autowrakken afkomstig uit een huishouden

 

Artikel 25 Toezichthouders

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belastde krachtens artikel 18.4, derde lid, van de wet aangewezen ambtenaren.

Artikel 26 Inwerkingtreding

  • 1 De “Afvalstoffenverordening van de gemeente Haaren” treedt in werking op 1 januari 2009. 

  • 2 De “Afvalstoffenverordening gemeente Haaren 2006” wordt per 1 januari 2009 ingetrokken.

Artikel 27 Overgangsbepaling

  • 1 Vergunningen verleend krachtens de verordening bedoeld in artikel 26, tweede lid, blijven -voor zover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken - nog gedurende 1 jaar na deinwerkingtreding van deze verordening van kracht en worden beschouwd als eenaanwijzing bedoeld in artikel 2 van deze verordening.

  • 2 Ontheffingen verleend krachtens de verordening bedoeld in artikel 26, tweede lid, blijven -voor zover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken - nog gedurende 1 jaar na deinwerkingtreding van deze verordening van kracht en worden beschouwd als eenontheffing als bedoeld in deze verordening.

  • 3 Voorschriften en beperkingen opgelegd krachtens de verordening bedoeld in artikel 26,tweede lid, blijven - indien en voor zover de bepalingen ingevolge welke deze voorschriftenen beperkingen zijn opgelegd, ook zijn vervat in deze verordening en voor zover zij nieteerder zijn vervallen of ingetrokken - nog gedurende 1 jaar na de inwerkingtreding vandeze verordening van kracht.

  • 4 Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om eenvergunning op grond van de verordening bedoeld in artikel 26, tweede lid, is ingediend envoor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening nog niet op die aanvraag isbeslist, wordt deze aanvraag beschouwd als een aanvraag tot aanwijzing, als bedoeld inartikel 2 van deze verordening.

  • 5 Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om eenontheffing op grond van de verordening bedoeld in artikel 26, tweede lid, is ingediend envoor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening nog niet op die aanvraag isbeslist, wordt deze aanvraag beschouwd als een aanvraag tot ontheffing, als bedoeld indeze verordening.

  • 6 Op een aanhangig beroep of bezwaarschrift, betreffende een vergunning of ontheffingbedoeld in het eerste lid, dan wel voorschrift of beperking bedoeld in het tweede lid datvoor of na het tijdstip bedoeld in artikel 26, eerste lid, is ingekomen binnen de voordiengeldende beroepstermijn, wordt beslist met toepassing van de verordening bedoeld inartikel 26, tweede lid.

  • 7 De intrekking van de verordening bedoeld in artikel 26, tweede lid heeft geen gevolgenvoor de geldigheid van op basis van die verordening genomen nadere regels enaanwijzingsbesluiten, indien en voor zover de rechtsgrond waarop de aanwijzingsbesluitenzijn gebaseerd ook vervat is in deze verordening en voor zover zij niet eerder zijn vervallenof ingetrokken.

Artikel 28 Citeerbepaling

Deze verordening wordt aangehaald als “Afvalstoffenverordening van de gemeente Haaren”.

Ondertekening

Datum vaststelling: 27 november 2008.
De raad van de gemeente Haaren,
raadsgriffier, Mr. P.J.F. Bemelmans
voorzitter, F.H.G.M. Ronnes